AG

FREDERIC PIVOTTI
Initiatie
Minitrampoline
De minitrampoline (MT) is een gymnastiektoestel met heel wat mogelijkheden. Naast
het klassieke gebruik als springtoestel van waaruit salto’s kunnen ingezet worden kent
de MT mits enige aanpassing in gebruik ook heel wat andere
FOTO: MT-demogym

toepassingen. Springen op de MT houdt echter een zeker

risico in. Het is dus steeds van belang om voldoende vei-
ligheidsmaatregelen te nemen. We vertrekken vanaf het
Minitrampoline
springen is gebruik van de MT bij de jongste gymnasten en laten het
populair op
clubfeesten en
demonstraties.
toestel met hen meegroeien.

GEBRUIK VAN DE MT BIJ KLEUTERGYM GEBRUIK VAN DE MT BIJ BASISGYM

10
Tijdens kleutergymnastiek komen kleuters in contact met
allerlei groot en klein turnmateriaal dat als te overwinnen
hindernis binnen een landschap, omloop of stand is ver-
werkt. Ook de MT kan hierbij gebruikt worden om allerlei
bewegingsvormen te ervaren en de natuurlijke motoriek van
de kleuters te ontwikkelen. Kleuters kunnen over de MT
kruipen, stappen, lopen, botsen of springen. De MT kan hier-
bij afgedekt worden met een klein matje om de veerkracht
wat te dempen. Eens de kleuters de veerkracht gewoon wor-
den kan het matje weggelaten worden. De MT kan zowel
vlak, bergop of bergaf gebruikt worden. Bij oudere kleuters
kan geëvolueerd worden naar in- en uitspringen, aanvanke-
lijk vanuit stand of ter plaatse springen en geleidelijk ook
vanuit korte of langere aanloop over een verhoogd vlak. Ook
het ter plaatse springen (bijvoorbeeld 10 keer na elkaar) in
de MT is voor kleuters een leuke activiteit.
Veiligheid
FOTO’S: GymFed
Basisgym is erop gericht de elementaire basisgymnastische
vaardigheden bij beginnende gymnasten met een zekere graad van
beheersing en afwerking aan te leren. We denken hier vooral aan
het leren aanlopen en inspringen in de trampoline en na de zweef-
fase in evenwicht te landen. We beperken ons aanvankelijk tot
rechtstandige sprongen (streksprongen, hurksprongen, spreidspron-
gen,…) en sprongen met rotatie rond de lengteas (halve draai, vol-
ledige draai,…). Om de negatieve invloed van de eventueel nog
gebrekkige aanloop op de kwaliteit van het verdere verloop van de
sprong (afstoot, zweeffase en landing) uit te schakelen kunnen we
ook in de MT inspringen vanop een verhoog (kast in de lengte of
de breedte, blok,…). Wanneer de beheersingsgraad van de sprong
op deze wijze een aanvaardbaar niveau bereikt kunnen we de
voorwaartse snelheid van de aanloop geleidelijk weer toevoegen.
Het is methodisch dus interessant om parallel te werken aan de
sprongen in een situatie met en zonder aanloop. Eens het aan-
lopen, inspringen, zweven en landen voldoende geautomatiseerd
raakt, kan men overgaan tot het aanleren van sprongen over een

» Zorg steeds voor voldoende matten rondom de trampoline
» Blijf in de buurt van de trampoline of zorg dat je het toe-
stel binnen de omloop steeds in het oog hebt
» Maak goede afspraken: slechts één kleuter tegelijk in de
trampoline
toestel (bok, kast in de breedte of lengte,…). We denken aan
ophurken of opspreiden, tussen de steun springen, overspreiden,
wenden, rad maken, rolsprongen, kopkip,…. Ook hier kunnen we
parallel met en zonder aanloop werken.

Gebruik van MT binnen kleutergym: als kruispunt, als baan, als Evolutie van springen zonder aanloop naar springen met beperkte en
schuin vlak … oneindig veel mogelijkheden! volledige aanloop. Het matje voor de trampoline dient als referentie
om van ver te leren inspringen in de minitramp.
De zachte mattenberg kan gebruikt worden als vertrekpunt
voor het aanleren van de meer complexe sprongen over de
kast (rondat, overslag,…): aan een mattenberg op kasthoog-
te kan in tweede fase een kast op dezelfde hoogte worden
voor geplaatst. Daarna kan de mattenberg geleidelijk wor-
den afgebouwd.
Zorg ervoor dat de complexere sprongbewegingen waar
mogelijk eerst met voldoende kwaliteit worden aangeleerd
aan de grond (bvb voor- en rugwaarts rollen, handenstand,
rad, rondat, overslag, kopkip, …). Dit zal bijdragen tot een
betere uitvoeringskwaliteit van dezelfde beweging tijdens
een sprong.
Evolutie van het gebruik van een mattenberg bij aanleer van spron-
gen met of zonder hindernis, eerst zonder aanloop en daarna met.
De mattenberg kan geleidelijk afgebouwd worden met toenemend
beheersingsniveau.
De mattenberg kan ook gebruikt worden bij het aanleren van spron-
gen over de plint. Ook hier wordt de mattenberg geleidelijk afge-
bouwd.
GEBRUIK VAN DE MT BIJ GEVORDERDE
RECREANTEN
Wie de basis van het springen met de MT voldoende onder de
knie heeft kan in de MT naar salto voorwaarts en rugwaarts evo-
lueren. Het gebruik van een mattenberg is hier onmisbaar voor
het verzekeren van de veiligheid en voor een goede technisch-
methodische opbouw in functie van het gecombineerd leren stij-
gen en draaien. Gymnasten moeten wel voldoende bewegingser-
varing hebben met het voor en rugwaarts draaien (rollen op de
mat, over kasten, voor en rugwaarts draaien aan de rekstok, …).
Ook een goede coördinatieve voorbereiding van voor- en rug-
waarts roteren in de maxitrampoline is wenselijk indien dit tot
de mogelijkheden behoort (voor- en rugwaarts ombotsen van
voeten op rug op voeten). Er kan in de opbouw van de voor-
waartse salto weer parallel gewerkt worden met (beperkte) of
zonder aanloop. De mattenberg wordt doorheen het leerproces
geleidelijk afgebouwd. Bij de
salto rugwaarts kan gewerkt wor-
den vanuit drie maal ter plaatse
springen in de minitrampoline
naar salto vanuit stand tot salto
vanuit kurbet.
Deze eindsituatie bereik je pas na
het doorlopen van de vorige mate-
riaalopstellingen!
Alternatieve opstelling met mat-
tenberg bij het aanleren van voor-
waartse salto.
Alternatieve opstelling met matten-
berg bij het aanleren van rugwaart-
se salto. Let erop dat de trampoline
in de juiste richting staat! De bok
kan gebruikt worden om de handen
op te plaatsen bij het vertrekken
vanuit een kleine kurbetbeweging.
Veiligheid
» zorg voor voldoende matjes naast en achter de trampoli-
ne, het landingsoppervlak of de kast
» zorg voor een geleidelijke opbouw van gemakkelijk naar moeilijk 11
» werk met gedifferentieerde opstellingen aangepast aan
verschillen in niveau binnen de groep: niet iedereen moet
op hetzelfde moment hetzelfde doen en op het einde het-
zelfde kunnen, iedereen moet wel op eigen tempo vorde-
ren en succes en plezier beleven
» zorg voor een ordelijk en gedisciplineerd klimaat, een
goede ruimtelijke organisatie en een goede helperfunctie
waar nodig
GEBRUIK VAN MT BIJ DEMOGYM
Alle vaardigheden op de MT kunnen voor demonstratietoe-
passing ingepast worden in een ruimere choreografie waarbij
het er op aankomt om met meerdere gymnasten synchroon
te springen of elkaar geschrankt te kruisen. Een thema,
hippe muziek, kostumering en andere kunnen hierbij zorgen
voor extra invulling op het turnfeest.
Veiligheid
» zorg voor goede afspraken om de veiligheid te garanderen
(timing, opeenvolging, vrijmaken van eventueel gedeeld
landingsoppervlak, inhoud sprongen, …)
» maak alleen gebruik van sprongen die de gymnasten
beheersen (een perfecte afwerking heeft meer effect dan
slordige sprongen van te hoge moeilijkheid)
» zorg voor voldoende matten waar nodig
» zorg dat de intensiteit in verhouding is met de intensiteit
van de gymnasten
» als je werkt met aangepaste belichting, zorg dan dat er
steeds voldoende basisbelichting is
Frederic Pivotti is lic. LO en coördinator programmaontwikkeling en
kadervorming Algemene Gymnastiek van de GymnastiekFederatie.