Reesink leidt tot
crisis Apeldoorn
PAUL BAETEN
APELDOORN — Het tien jaar sle-
pende conflict tussen de gemeente
Apeldoorn en handelsonderneming
Reesink heeft geleid tot het collec-
tief aftreden van alle zeven wet-
houders. De affaire heeft Apel-
doorn al circa € 2 mln gekost, ter-
wijl nog een claim van enkele tien-
tallen miljoenen te verwachten is.
De zeven wethouders kwamen
tot dit besluit, nadat een meerder-
heid van de gemeenteraad achter
de kritische conclusies uit een
onderzoeksrapport over de affaire
bleef staat. In dat rapport, opge-
steld door een gemeentelijke
enquêtecommissie, wordt achter-
eenvolgende colleges van burge-
meester en wethouders verweten
niet correct te zijn omgesprongen
met de verhuizing van het bedrijf
van Zutphen naar het Apeldoornse
bedrijventerrein De Ecofactorij.
Reesink (440 arbeidsplaatsen,
jaaromzet € 150 mln) is inmiddels
naar Apeldoorn verhuisd, maar pas
nadat er jarenlang over en weer
geprocedeerd werd. Het bedrijf
tekende in 1997 een intentieover-
eenkomst om twee maal zes hecta-
re van het bedrijfsterrein te kopen.
Reesink was toen meer dan wel-
kom en Apeldoorn had er graag een
forse verlaging van de grondprijs
voor over om de onderneming bin-
nen de stadsgrenzen te krijgen.
In de ‘gretigheid om een beursge-
noteerd bedrijf met ruim vierhon-
derd arbeidsplaatsen binnen te
pagina 3, 28-01-2006 © Het Financieele Dagblad
halen’, aldus het onderzoeksrap-
port, ‘werden vele procedurele fou-
ten gemaakt’. Dat kwam onder
andere aan het licht toen Reesink de
grond niet eerder af wilde nemen
voordat er volstrekte helderheid
zou zijn over de condities waaron-
der vervolgens een bouwvergun-
ning zou worden afgegeven. De
gemeente Apeldoorn trachtte het
bedrijf juridisch te dwingen zich aan
de afnameplicht te houden en zeg-
de, toen dat niet lukte, in 1999 een-
zijdig de intentieovereenkomst op.
Directeur Bernard ten Doeschate
sloeg echter juridisch keihard terug
en haalde zijn gelijk tot in hoger
beroep; de opzegging van het con-
tract werd nietig verklaard; Apel-
doorn moest de grond alsnog leve-
ren en werd tevens tot forse scha-
devergoedingen veroordeeld.
Ten Doeschate zegt vooral ver-
baasd te zijn dat burgemeester
Fred de Graaf, die volgens hem een
‘prominente rol’ heeft gespeeld in
het conflict, als enige zijn functie
niet neerlegt. ‘In het bedrijfsleven
zou een man met zo’n eindverant-
woordelijkheid en het boegbeeld
van de organisatie als eerste moe-
ten vertrekken.’ Hij wil geen bedra-
gen noemen waarvoor hij de
gemeente nog aansprakelijk gaat
stellen. ‘Maar het is duidelijk dat
ons bedrijf een behoorlijke beper-
king in zijn groei heeft gehad, door-
dat we veel langer dan nodig moes-
ten blijven zitten in onze erbarme-
lijke huisvesting in Zutphen.’