Vous êtes sur la page 1sur 1

Reflectie achteraf levensbeschouwing. Wat wilde ik?

Beschrijf kort je persoonlijke leerdoel(en).

Leerdoel 1: Ik ben in staat om een fysiek en sociaal- emotionele leeromgeving te realiseren met betrekking op een voorbeeldfunctie en eigen normen en waarden. (2.1 en 2.2) Leerdoel 2: De komende tien weken ben ik in staat om aaneengesloten activiteiten te organiseren en daarbij zorg te dragen voor een effectieve lesovergang en in te spelen op onverwachte situaties. (4.3 en 4.7) Leerlingen: Aan het einde van de les weten kinderen normen en waarden te benoemen die delen betreffen. Wat is delen precies. Leerlingen denken na over dat we allemaal wel eens delen of dat er met ons gedeeld wordt. Wat vinden we daar zelf van en hoe denken we daar over? Wat deed ik?
Wat heb je concreet gedaan om je doel(en) te bereiken?

Ik heb de ochtendkring gebruikt om een levensbeschouwelijk verhaal te vertellen. Ik heb het verhaal kort gentroduceerd. Daarna ben ik zelf begonnen met lezen. Om de aandacht van de leerlingen te behouden tijdens het verhaal wilde ik leerlingen zelf stukjes verder laten lezen. Nadat ik een stuk gelezen had ga ik de beurt door aan C. (gr.8) Ze las verder tot de volgende alinea. Ik had het verhaal echter in stukjes verdeeld met oranje streepjes. Die had C. niet gezien waardoor ze verder las dan nodig. Toen C. gelezen had gaf ik de beurt door aan T. (gr.8) Ik heb weer even aangewezen vanaf waar T. mocht beginnen met lezen. Dit ging ook goed. Nadat deze twee groep 8 leerlingen gelezen hadden, ging ik zelf weer verder tot het einde van het verhaal. Wat ik echter niet in de gaten had was dat T. dyslectisch was. Dit wist ik niet, was verder ook geen punt, maar de volgende keer probeer ik rekening te houden met wie ik een beurt geef om voor te lezen. Na het verhaal stelde ik gerichte vragen waar het verhaal over ging. Hier had ik de leerlingen op voor kunnen bereiden. Jongens en meiden let op, aan het einde van het verhaal wil ik van jullie weten waar het over gaat. Ik ga vragen stellen. Nu stelde ik vragen waar sommige leerlingen geen antwoord op konden geven. Nadat we alles besproken hadden van verhaal tot achterliggende gedachte vatte ik het samen met: nu snappen jullie de achterliggende gedachte wel. Achteraf vond ik dit zo stom van mezelf. Samen met Wim heb ik de les besproken. Tijdens deze feedbackronde kwam ik daar pas achter. Ik ga mezelf aanleren om gerichte vragen te stellen of leerlingen de behandelde stof (in dit geval het verhaal) begrijpen. Wat is de achterliggende gedachten? Waar hebben we het nu over gehad? Wat waren de eigen ervaringen ook alweer met dit onderwerp? Welke betekenis heeft het voorgaande voor jou? Wat anders ging/ positieve ervaringen Ook dit was weer een prima les waar ik veel van geleerd heb. Ik heb geleerd dat ik gerichte vragen moet stellen om te controleren of de leerlingen de stof begrijpen. Ik zal mijn voorkennis over de leerlingen nog eens beter moeten uitbreiden. Ik heb in de ochtendkring bijvoorbeeld groep 6, 7 en 8 zitten. Groep 7 ken ik al redelijk goed. De andere twee groepen moet ik me misschien beter en meer in verdiepen zodat ik daar ook de valkuilen kan wegnemen. Ik vind het zelf ook wel eens fijn als een les niet helemaal loopt zoals ie hoort te lopen. Hier haal ik dan een hoop leerpunten uit die ik meeneem naar de volgende les.

Vous aimerez peut-être aussi