Académique Documents
Professionnel Documents
Culture Documents
Beginsituatie:
In mijn klas zitten 29 kinderen tussen de 7 en 8 jaar. De klas heeft niet zon hele lange concentratie en is snel afgeleid. Ze kunnen erg onrustig worden. Ze zijn wel erg
enthousiast. De kinderen krijgen op mijn stageschool godsdienstlessen. Daar wordt nu elke week een stukje van de map van de communie behandelt. Ook is de
pastoor laatst een verhaal komen vertellen uit de kinderbijbel. Dat verhaal ging over vriendschap en mensen helpen.
Lesverloop
Tijd
Inleiding
Leeractiviteit
leergedrag leerling(en)
De kinderen maken met elkaar een kring.
Ik vertel de kinderen dat ik een verhaal ga voorlezen De kinderen luisteren naar de instructie. Ze denken na
Koning Egost. Luister goed naar het verhaal, we
over wat egostisch betekent. Hun voorkennis voor het
hebben dat dadelijk nog nodig.
verhaal wordt zo uitgebreid.
Voor ik het verhaal ga voorlezen wat is egostisch?
Wat doe je als je egostisch bent?
Materialen / Organisatie
/
/
15 minuten Kern
(Het verhaal gaat over een koning die alles zelf wil
hebben en een ander niks gunt. En dan erachter
komt dat hij niet zo geliefd is.)
Fase 2 Vragen stellen waarvan de antwoorden uit De kinderen steken hun vinger op als ze de antwoorden
het verhaal komen.
weten.
- Over wie gaat het verhaal?
-
/
De kinderen gaan met elkaar in gesprek over de vragen
die ik stel.
5 minuten
Afsluiting
Verantwoording
Lesdoelen:
De kinderen leren goed te luisteren naar een verhaal en naar elkaar. Ook denken de kinderen na over een verhaal. Hoe denken
ze daar zelf over? Wat zou Koning Egost beter kunnen doen. Ik heb deze lesdoelen gekozen, omdat deze goed aansluiten op
mijn les. Bij levensbeschouwing is het heel belangrijk om na te denken over dingen. En voor een klassengesprek heb je sociale
vaardigheden nodig zoals luisteren.
Onderwerp van de les:
De kinderen hebben laatst een les gehad over vriendschap en behulpzaamheid met de pastoor. Om daarop aan te sluiten ga ik
het met ze hebben over een ander iets gunnen en iets voor een ander over hebben. En dat wanneer je alleen aan jezelf denkt,
anderen dat niet leuk vinden. Dit sluit ook aan op wat ze leren bij de communie. Bij dit onderwerp leren ze dat ze meer bereiken
als je mensen helpt en de ander wat gunt.
Werk- en groeperingsvorm:
Ik laat de kinderen in een kring zitten, omdat dan iedereen gelijk is. Iedereen kan elkaar zien en dat is ook fijn voor een
klassengesprek. In een kring zitten ze ook niet aan hun tafel dus kunnen ze niet gaan zitten prullen met hun spullen. Ik wil deze
les niet t lang laten duren, omdat de klas dat dan niet meer volhoudt met concentratie.
Evaluatie
Om te kijken of ik mijn lesdoelen heb behaald observeer ik tijdens mijn les. Ook evalueer ik de les samen met de kinderen.
Daarbij heb ik hulpvragen gekozen om erachter te komen.
Literatuur
Voor deze les heb ik de 4 fasen van een levensbeschouwelijk gesprek gebruikt:
1. Een verhaal vertellen of voorlezen
2. Vragen stellen waarvan de antwoorden direct uit het verhaal komen. Dit is een controle of de kinderen goed geluisterd
hebben.
3. Je gaat praten over n onderwerp uit het verhaal.
4. Terugkoppeling naar het verhaal.
De kinderen in mijn stageklas zitten in fase 2 Mytisch-letterlijke levensbeschouwing in het eerste stadium subjectief perspectief
nemen (6-8 jaar). In deze fase krijgen kinderen geleidelijk meer oog voor anderen er ontstaat een groeiend inlevingsvermogen.
Dat past bij het verhaal dat ik heb uitgekozen. (hoofdstuk 12)
Schepper, J. de e.a. (2006). Levensbeschouwing ontwikkelen. Hilversum: Kwintessens Uitgevers.
Persoonlijke reflectie
Feedback mentor
Datum: