Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven

Bron: Didactisch model van Gelder

Student(e)
Brianne Juliana
Mentor
Sandra Brekelmans
Klas
klasB
Datum
16/3/16
Stageschool BS de Springplank
Groep
6
Plaats
Eindhoven
Aantal lln 24
Vak- vormingsgebied: Taal
Speelwerkthema / onderwerp: Stellen
Persoonlijk leerdoel: Ik ga consequent reageren op het gedrag van de leerlingen.
Ik ga de leerlingen goed begeleiden tijdens het schrijven het verhaal. Dit doe ik door ze richting te geven en niet te veel bij de hand te nemen.
Ik ga hard en duidelijk om stilte vragen wanneer ik stilte wil.
Ik ga goed gedrag complimenteren om dit goede gedrag te stimuleren.
Lesdoel(en): De kinderen leren hoe ze een avonturenverhaal kunnen
Evaluatie van lesdoelen:
schrijven. procesdoel
Ik evalueer de lesdoelen met de kinderen door klassikaal 1 verhaal voor te laten lezen. Ik
De kinderen schrijven allemaal een eigen avonturenverhaal. productdoel vraag de kinderen hierbij of zij opletten of alle elmenten die we besproken hebben
voorkomen in het verhaal.
De kinderen krijgen een deel zelfstandigheid door er zelf zorg voor te
dragen dat alle onderdelen van de nakijkhulp voorkomen in hun verhaal. Als er meer tijd was, zou ik ook de kinderen de verhalen uit kunnen laten wisselen met
elkaar en bij elkaar kunnen laten noteren of de elementen voorkomen.
procesdoel
Alle onderdelen van de nakijkhulp moeten voorkomen in het verhaal van de
De verhalen in laten leveren en allemaal doorlezen. Goed kijken of de kinderen zich
leerlingen. productdoel
De kinderen kennen de 4 soorten beginzinnen en kunnen deze opnoemen. gehouden hebben aan de indeling van : inleiding, kern, slot.
productdoel
De kinderen beginnen hun verhaal met een beginzin die past in 1 van de 4
groepen beginzinnen. productdoel

Beginsituatie: De leerlingen hebben al eerder verhalen geschreven. Het belang van de eerste zin is nieuw voor hen. Ook ligt hier meer de nadruk op het gebruik van
bijvoeglijk naamwoorden in het verhaal. Omdat de kinderen een verhaal mogen schrijven over iets wat hen interesseert zal de betrokkenheid hoog zijn.
De kinderen vinden het leuk om verhalen te schrijven. Zij zullen erg enthousiast zijn en dus waarschijnlijk ook druk. Als zij zelfstandig moeten werken zullen zij rustig
aan de slag gaan, dit kunnen zij goed.
De manier waarop zij inspiratie op gaan doen deze les, is nieuw voor hen. Deze manier moet ik duidelijk uitleggen. Dit gaan we namelijk in stapjes doen.
Er moeten veel blaadjes uitgedeeld worden tijdens des les. Dit kan ik het beste samen met de leerlingen doen en hier telkens n leerling voor uitkiezen die ged
meedoet en dit ook benoemen.

Lesverloop
Tijd

Leerinhoud

5 min

Inleiden

Didactische handelingen
Leraar
Boeken uit laten delen.
De aandacht vragen om te beginnen. Vertellen
dat we een verhaal gaan schrijven. Vragen
wat belangrijk is bij een verhaal:
- titel
- begin
- kern
- slot
- eerste zin!!
Het belang van eerst zin vertellen : de lezer
boeien om door te lezen.
Verwijzen naar opdracht 1, deze kort
bespreken om de bedoeling ervan duidelijk te
krijgen. Tijdslimiet om deze opdracht vlot te
maken en daarna kort nabespreken.

Leeractiviteit
leergedrag leerling(en)
De kinderen luisteren en antwoorden wanneer zij het
antwoord weten.

De kinderen maken opdracht 1 over beginzinnen.

Materialen / Organisatie
Werkboeken

15 min

Inspiratie
opdoen

5 blaadjes uitdelen, allemaal in verschillende

kleuren. Deze blaadjes deel ik samen met de
kinderen uit, allemaal tegelijk aan het begin.

De kinderen maken de opdrachten die hen voorgelegd

worden. De kinderen helpen mij met uitdelen en gaan
daarna weer stil zitten.

Kleur 1 schrijf hier 5 plekken waar je je fijn

voelt. (inclusief bijvoeglijk naamwoord. Wat is
een bijvoeglijk naamwoord?)
Kleur 2 schrijf hier 5 mensen die jij
bewondert (inclusief bijvoeglijk naamwoord)
Kleur 3 schrijf hier 5 van je spannendste
dromen op
Kleur 4 kies van elk blad willekeurig 1 ding
en schrijf op
ik was op deze plek
ik was met deze mensen
ik deed dit
ik voelde dit
ik zag dit
Kleur 5 maak hier een schets van een
situatie met alle 3 deze dingen

Kleur 1 schrijf hier 5 plekken waar je je fijn voelt. (inclusief

bijvoeglijk naamwoord. Wat is een bijvoeglijk naamwoord?)

Geef telkens een korte tijdslimiet zodat er snel

doorgewerkt kan worden. Geef bij blad 5 wat
langer de tijd.
Laat enkele kinderen hun schets uitleggen en
beschrijven.

Kleur 2 schrijf hier 5 mensen die jij bewondert (inclusief

bijvoeglijk naamwoord)
Kleur 3 schrijf hier 5 van je spannendste dromen op
Kleur 4 kies van elk blad willekeurig 1 ding en schrijf op
ik was op deze plek
ik was met deze mensen
ik deed dit
ik voelde dit
ik zag dit
Kleur 5 maak hier een schets van een situatie met alle 3
deze dingen

5 kleuren vellen

15 min

Het schrijven

Vertel dat de kinderen nu een verhaal moeten

schrijven rondom de inspiratie die ze al op
gedaan hebben. Vraag hen nog een keer of
ze weten wat de belangrijke aspecten waren
waar ze aan moesten denken.
- titel
- begin
- kern
- slot
- eerste zin!!
- bijvoeglijk naamwoorden
- nakijkhulp

De kinderen schrijven hun verhaal.

Werkboeken
Papier

Loop rond terwijl de kinderen schrijven. Zorg

ervoor dat er rust blijft in de groep.
5 min

Voorlezen

Ik vertel de kinderen dat zij bij elkaar gaan

De kinderen kijken naar elkaars werk en geven de
controleren of de elementen voorkomen. Deze belangrijke elementen aan. Ze verbeten spelfouten in de
mogen zij dan in de kantlijn noteren. Zij
kantlijn.
mogen ook spelfouten aangeven. Dit allemaal
in de kantlijn.
Laat 1 kind zijn verhaal voorlezen voor in de
klas. Vraag de klas of ze een inleiding kern en
slot gehoord hebben!

n leerling leest zijn verhaal voor. De rest van de klas let

op of alle belangrijke aspecten voor komen in het verhaal.

Verhaal