Sterkte-zwakte analyse

Combinatie-les muziek en natuur & techniek

Inleiding
Met het thema geluid heb ik de vakken natuur & techniek en muziek weten samen te
voegen. Ik heb een tijdje nagedacht over hoe ik de les wilde aanpakken en hoe ik de
vakken het beste kon combineren, maar uiteindelijk is het gelukt!

B1: leerdoelen stellen

Wat ging er goed?
Naar mijn idee zijn mijn doelen haalbaar en concreet geformuleerd. Hieronder treft u een
overzicht van de leerdoelen welke ik heb gekozen voor deze les:
Kerndoel 42: De leerlingen leren onderzoek doen aan materialen en
natuurkundige verschijnselen, zoals licht, geluid, elektriciteit, kracht, magnetisme en
temperatuur.
De leerlingen kunnen aan het einde van de les vertellen wat geluid is.
De leerlingen hebben aan het einde van de les korte experimenten met het thema
geluid uitgevoerd aan de hand van ballonnen.
De leerlingen kunnen aan het einde van de les zonder het zien van de tekst het eerste
couplet van het lied (opstaan, doorgaan, kalm aan) zingen.
De leerlingen hebben aan het einde van de les in tweetallen samengewerkt om de
antwoorden op de vragen te bedenken.
Zoals te zien is, heb ik mij laten inspireren door de leerlijnen en kerndoelen van tule. Deze
leerdoelen zijn afgestemd op de beginsituatie van de klas en met name het feit dat de
leerlingen het eerste couplet van het desbetreffende lied al een aantal maal hebben
geoefend. Daarbij vond ik het belangrijk de leerlingen een coperatieve werkvorm te
bieden.
Wat mag beter?
Ik denk dat ik meer rekening had moeten houden met het feit dat de leerlingen in de
middag zouden gaan skaten. Het was dan misschien ook niet het juiste moment om twee
vakken te combineren tot n les, aangezien dat ook voor mij wat lastiger was om
gestructureerd te geven.

B3: leeractiviteiten begeleiden

Wat ging er goed?
Het is me gelukt de leerlingen enthousiast te maken voor mijn les. Vooral de ballonnen
trokken hun aandacht. Tevens had ik besloten om de leerlingen in tweetallen samen te
laten werken. Dit was een goede keus vind ik zelf, want het zorgde ervoor dat iedereen in
de kleine groepjes iets te doen had en er gemakkelijk overlegt kon worden.
Verder heb ik niets voorgezegd, maar de leerlingen zelf laten nadenken over de
antwoorden. Hiermee bevorderde ik de zelfredzaamheid van enkele leerlingen. Wel
probeerde ik de leerlingen enkele tips te geven om zo op het juiste antwoord te komen.
De antwoorden heb ik aan het einde van de les besproken, zodat de leerlingen allereerst
zelf aan de slag moesten en op elkaar aangeschreven waren.
Wat mag beter?
Het was erg lastig om een juiste balans te vinden tussen de gecombineerde vakken. De
les was vrij rommelig, waardoor het moeilijk was om het overzicht te bewaren. Ook was
het lastig om de aandacht van de leerlingen terug te pakken of om de leerlingen
voldoende te helpen. Hier was meer structuur voor nodig geweest.

A3: leiding geven aan het groepsproces

Wat ging er goed?
Ik heb de leerlingen in tweetallen laten samenwerken. Dit heb ik gedaan om twee
redenen. De eerste reden is dat het voor de korte proefjes het beste was om de leerlingen
in tweetallen te laten werken. Ten tweede wilde ik op deze manier een specifiek groepje
leerlingen (zie de typering en overdenking van de groep) de ruimte geven zich stap voor
stap bij de grote groep te voegen. Door de groepjes zo klein mogelijk te houden, hoop ik
de drempel voor deze leerlingen iets te verlagen om hen zo te stimuleren meer
toenadering tot de groep te zoeken.
Verder sprak ik enkele leerlingen aan op hun gedrag, namelijk het verstoren van de les
door te roepen door de klas. Ik heb deze leerlingen duidelijk gemaakt dat ik het niet
prettig vond en ik heb hen gewezen op het gebruik van stille vingers.
Wat mag beter?
Het is me helaas niet gelukt om alle groepjes leerlingen in de gaten te houden. Dit had
ook te maken met de drukte in de klas. Ik vond het erg lastig om een goede,
gestructureerde les te geven. De volgende keer wil ik meer letten op het creren van de
juiste sfeer, namelijk een rustigere en minder chaotische sfeer, alvorens verder te gaan
met de les. Tevens wil ik erop letten meer consequent te worden in hetgeen ik van de
leerlingen vraag. Zo vraag ik regelmatig om stille vingers, maar hier reageer ik niet altijd
even consequent naar.

A4: interactie aangaan met de groep

Wat ging er goed?
Aan het einde van de les heb ik de opdrachten met de leerlingen expliciet nabesproken.
Daarbij heb ik ook met de leerlingen gevalueerd op de les. In verband met de pauze heb
ik ervoor gekozen na de pauze met de leerlingen te evalueren.
Wat mag beter?
Ik vind zelf dat ik de leerlingen meer feedback had kunnen geven op hun samenwerking.
Verder had ik er moeite mee zich te houden op alle groepjes in de klas, dus ook dit wil ik
in het vervolg beter kunnen. Tot slot ben ik van mening dat ik duidelijker de lesdoelen
met de leerlingen moet bespreken, zodat ik aan het einde van de les niet alleen de les
zelf en het samenwerkingsproces evalueer, maar ook de vooraf gestelde lesdoelen.

B2: Leeractiviteiten ontwerpen

Wat ging er goed?
Voor aanvang van de les had ik reeds alle benodigdheden klaarstaan. Ook had ik al een
aantal ballonnen en een paar extra gevuld met een klein schepje rijst. Verder had ik ook
de powerpoint al op het digibord klaarstaan. Daarbij heb ik voor deze les voor een
coperatieve werkvorm gekozen, waarbij de leerlingen in tweetallen de vragen bespraken
en overlegden welk antwoord zij erop gingen geven.
Wat mag beter?
Zelfvind ik dat de coperatieve werkvorm tijdens deze les niet geheel tot uiting is
gekomen. De volgende keer wil ik leerlingen meer de mogelijkheid geven te overleggen.
Hiervoor is het belangrijk dat er een kalmere sfeer in de klas hangt dan het geval was
tijdens deze les.