Persoonlijk ontwikkelingsplan 2.

0
Mijn huidige situatie:

De huidige situatie van mij is dat ik al op heel veel vlakken behoorlijk ben
ontwikkelt. Dit blijkt onder andere uit de competentiescan. Ik wil mij in periode 3
en 4 met name ontwikkelen in het leidingnemen (koers bepalen).

Gewenste situatie
De gewenste situatie is dat ik vaker en makkelijker leiding neem in mijn team,
maar ook in mijn eigen loopbaan. Uiteindelijk zou het mooi zijn als dit
automatisch gaat.

Leerdoel:

Ontwikkelen in het leidingnemen.

Ik heb voor dit leerdoel gekozen omdat er tijdens deze opleiding veel
zelfstandigheid van studenten wordt gevraagd. Op het moment dat je in een
team opdrachten moet maken, komt er een moment dat er iemand op moet
staan en zegt zo gaan we het doen. Vaak heb ik wel een idee van hoe ik het
zou willen zien, maar dit laat ik niet altijd merken.

SMART:
Specifiek:
Het doel is om aan het einde van blok 4 tijdens opdrachten in mijn team vaker
leiding heb genomen.
Naast het leidingnemen wil ik tijdens het proces de koers blijven bepalen. Wat
nog wel eens gebeurde in blok 1 en 2 was dat ik op deze momenten juist een
stapje terug nam en er uiteindelijk niks gebeurde.
Specifieker: Het doel is om aan einde van het blok 4 tijdens elke
groepsopdracht initiatief neem in het leiding nemen.
Meetbaar:
Om het leerdoel meetbaar te maken zal ik bewijslast aanleveren.
Doormiddel aan het eind van blok 3 en 4 vragen of medestudenten mij willen
reflecteren
Meetbaarder: Het doel is om van blok 1.4, twee keer een feedback
formulier te laten invullen door een medestudent te in het begin van
blok 1.3 en aan het einde van blok 1.4
Acceptabel:
Leidingnemen heeft vooral te maken met het doen. Niet afwachten, maar juist
initiatief tonen.
Acceptabeler: Het leiding nemen heeft te maken met hetgeen wat je
wilt daadwerkelijk ook uit te gaan voeren. Daarnaast is het een
acceptabele doelstelling.
Realistisch:
Dit doel is realistisch, omdat ik er genoeg mogelijkheid en de tijd voor heb.
Tijdsgebonden:
Er wordt aan gewerkt tijdens de blokken 1.3 en 1.4.

Actieplan:
Om het doelstelling te behalen zal ik meteen actie moeten ondernemen. Dit
houdt in dat in dat ik de komende tijd tijdens de POD opdracht gelijk kan
beginnen. Om hiervan het bewijslast aan te leveren zal ik dit vooral en
feedbackformulieren moeten doen, zodat de leraar op een goede manier kan zien
hoe ik aan dit doel heb gewerkt.