Aardijkskunde samenvatting Hoofdstuk 2

Geboortecijfer is het aantal levendgeborenen per 1000 mensen per jaar. Het sterftecijfer is precies
hetzelfde, maar dan gaat het over het aantal sterfgevallen en niet het aantal levendgeborenen.
Bij een geboorteoverschot zijn er meer geborenen dan sterftgevallen.
De ongelijke verdeling van de mensen in de wereld noem je bevolkinsspreiding.

De bevolkingsdichtheid is het gemiddelde aantal inwoners per jaar.

Waarom zijn veel gezinnen in arme landen groot? Dit zijn de redenen:

- Vanwege de godsdienst
-Omdat er veel kinderen sterven, willen veel ouders veel kinderen
-Bij sommige volkeren is het belangrijk om veel kinderen te hebben. Vruchtbaarheid is iets om trots
op te zijn voor de vrouwen.
-Kinderen zijn arbeidskrachten en kunnen voor inkomsten zorgen
-Kinderen kunnen voor hun ouders zorgen als ze niet meer werken

Het vruchtbaarheidscijfer is het aantal levendgeborenen per 1000 vrouwen van 15 – 44 jaar in een
bepaald kalenderjaar. In veel arme landen is dit hoog.

De levensverwachting is het gemiddelde leeftijd die mensen leven. In veel arme landen is dit hoog.

Piramidemodel; landen met een snel Urnmodel

Groeiende bevolkingsgroei.

Ontgroening is als jongeren wegtrekking uit een land, dan blijven de oude mensen over. Dat noem je
vergrijzing.

Verhuizen van de ene plek naar de andere noem je migratie. De mensen die dan verhuizen, noem je
migranten.
Stel, er is een plek op aarde waar het enorm stinkt, er is weinig werk en heeft dus veel minpunten.
Dan noem je dat gebied een afstotingsgebied. Die plek heeft dan pushfactoren/afstotingsfactoren.
Een fijne plek is een aantrekkingsgebied. Die hebben aantrekkingsfactoren of pullfactoren.

Pendelen of forisme: het op en neer reizen van je woonplaats naar je werkgemeente. Pendelaars die
de grens daarbij passeren noem je grenspendelaar.

Braindrain: als er veel hooggeschooldem uit een gebied wegtrekken.

Remigratie/retourmigratie: terugkeren naar het land waar je weg van was verhuisd.

Migratiesaldo is het positieve of negatieve vertschil tussen het aantal migranten dat zich vestigt in
een gebied of wegtrekt.

Autochtoon: geboren in NL en je woont er nog (ik)

Allochtoon: geboren in buitenland/ minimaal 1 ouder in buitenland geboren
Niet-Nederlander: iemand die in NL woont maar niet de Nederlandse nationaliteit bezit.