Vraag 1: Hoe noemen we het ontstaan van het heelal?

A) De oersprong of Big Jump

B) De oerexplosie of Big Explosion C) De oerknal of Big Bang D) De oertijd

Vraag 2: Geeft de maan licht?

A) Ja, maar enkel s nachts B) Ja, altijd C) Neen, de maan geeft geen licht.

Vraag 3: Welke uitspraak is juist?

A) De zon draait om de aarde en maan.
B) De aarde draait om de zon en de maan. C) De aarde en de maan draaien om de zon.

Vraag 4: De zon is geen planeet maar een brandende

Vraag 5: Waar of niet waar: de continenten passen in elkaar als een puzzel.

Vraag 6: Zwaartekracht is
A) De kracht die ervoor zorgt dat we terug op de grond

komen nadat we springen.

B) De kracht die we zetten door ons gewicht ergens

tegen te duwen.
C) Hoe zwaarder iets is, hoe krachter het is.

Vraag 7: Het heelal ontstond ongeveer miljard jaar geleden.

Vraag 1: Hoe noemen we het ontstaan van het heelal?

A) De oersprong of Big Jump
B) De oerexplosie of Big Explosion C) De oerknal of Big Bang D) De oertijd

Vraag 2: Geeft de maan licht?

A) Ja, maar enkel s nachts B) Ja, altijd C) Neen, de maan geeft geen licht.

Vraag 3: Welke uitspraak is juist?

A) De zon draait om de aarde en maan.
B) De aarde draait om de zon en de maan. C) De aarde en de maan draaien om de zon.

Vraag 4: De zon is geen planeet maar een brandende

Ster

Vraag 5: Waar of niet waar: de continenten passen in elkaar als een puzzel.
Waar, ooit waren alle continenten n

Vraag 6: Zwaartekracht is
A) De kracht die ervoor zorgt dat we terug op de grond

komen nadat we springen.

B) De kracht die we zetten door ons gewicht ergens

tegen te duwen.
C) Hoe zwaarder iets is, hoe krachter het is.

Vraag 7: Het heelal ontstond ongeveer miljard jaar geleden.

13 of 14
13,7 miljard jaar geleden ontstond het heelal