Vous êtes sur la page 1sur 5

Inclusie Vlaanderen vzw

Vlaamse vereniging voor personen met verstandelijke handicap

Standpuntennota vanuit Inclusie Vlaanderen vzw rond de nota van Staatssecretaris Courard: herziening van het stelsel van tegemoetkomingen voor personen met een handicap
In deze nota van Inclusie Vlaanderen vzw wordt rekening gehouden met: de Verklaring van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap het verlaten van de louter medische benadering van handicap voor een meer globale visie: de persoon met een handicap is geen patint, maar een gelijkwaardig burger met dezelfde rechten en plichten als alle andere burgers.

In het kader van de Conventie der Verenigde Naties kunnen tegemoetkomingen enkel ten goede komen van personen die beantwoorden aan de definitie van handicap zoals die in deze Conventie werd omschreven, meer bepaald: personen met langdurige fysieke, mentale, intellectuele of zintuiglijke beperkingen die hen in wisselwerking met diverse drempels kunnen beletten volledig, effectief en op voet van gelijkheid met anderen te participeren in de samenleving Personen met een handicap krijgen bij het uitoefenen van hun rechten te maken met een groot aantal tussenpersonen en veel administratieve rompslomp. De wetsherziening moet dus zeker voorzien in administratieve vereenvoudiging en een goede cordinatie op verschillende niveaus (federaal, gemeenschap, regionaal) Wanneer men deze doelen cht wil bereiken en men dus rekening gaat houden met alle kosten die gelinkt zijn aan handicap zullen bijkomende middelen moeten worden voorzien. De tijd van instellingen als enige verblijfsmogelijkheid is voorbij. De nieuwe wet moet rekening houden met nieuwe mogelijkheden om het eigen leven te leiden. De herziening van de wet van 27 februari 1987 is een gelegenheid om het actuele stelsel van tegemoetkomingen voor personen met een handicap in vraag te stellen, de hiaten en nadelen erin te detecteren en daar vervolgens doeltreffende aanpassingen in aan te brengen. Dergelijke aanpak zal enige tijd vergen, maar heeft als grote voordeel dat het de betrokken personen (organisaties, professionelen, begunstigden) voldoende tijd geeft om hun visie en eisen kenbaar te maken.

Meer specifiek draait de herziening om volgende punten. 1. Wat betreft de vaststelling en de opvolging van de zelfstandigheid Een multidisciplinaire evaluatie Momenteel gebeurt deze evaluatie op basis van puur medische criteria. Dergelijke evaluatie moet echter eveneens rekening houden met sociale criteria en omgevingsfactoren en met het leven en de identiteit van de persoon met een handicap. Een multidisciplinaire evaluatie maakt de interventie van diverse actoren noodzakelijk: familieleden, vertrouwenspersonen, professionelen, Deze evaluatie moet dus in alle betekenissen van het woord een samenwerkingsverband zijn. Gemotiveerde en empathische artsen Momenteel is een groot deel van de artsen die personen met een handicap evalueren onvoldoende op de hoogte van wat een handicap inhoudt. De artsen die deze evaluatie uitvoeren, moeten voortaan een specifieke vorming krijgen rond alle aspecten van alle vormen van handicap die ze moeten opvolgen. 2. Wat betreft de voorwaarden voor het recht op een vergoeding Naar een niet-residuair recht De criteria die recht geven op tegemoetkomingen voor personen met een handicap moeten herbekeken worden. Het stelsel van tegemoetkomingen mag niet dienen als een categorie vergaarbak om elke persoon die niet in een andere categorie valt alsnog een tegemoetkoming te geven. Zo moet het langdurig karakter van handicap zoals geformuleerd in de Conventie der Verenigde Naties dienen als criterium voor het recht op tegemoetkomingen voor personen met een handicap. Een recht verbonden aan de meerderjarigheid De leeftijd waarop men recht heeft op inkomensvervangende tegemoetkomingen moet worden teruggebracht naar de leeftijd waarop de persoon meerderjarig wordt. Wanneer de rechthebbende nog school loopt of wanneer hij geniet van bijkomende kinderbijslag, en wanneer dit voor hem beter uitkomt dan de inkomensvervangende tegemoetkoming, moet hij het recht op verhoogde kinderbijslag kunnen behouden tot de leeftijd van 21 jaar.

3. Wat betreft de berekening der tegemoetkomingen Een individuele tegemoetkoming als strikt persoonlijk recht De tegemoetkomingen voor personen met een handicap zijn een persoonlijk recht en moeten afgestemd worden op de situatie van handicap en de meerkosten die er komen bij kijken. Daarom moet deze tegemoetkoming worden losgekoppeld van het inkomen van het gezin. Anderzijds mag de tegemoetkoming van de persoon

met een handicap geen invloed hebben op de financile rechten van de gezinsleden (werkloosheid, OCMW). Het recht op tegemoetkomingen voor personen met een handicap moet ook onafhankelijk worden van de plaats waar deze persoon zijn leven leidt. (Bijvoorbeeld: de reductie van 27 % van de integratietegemoetkoming wanneer de persoon in een gesubsidieerde en erkende voorziening verblijft, moet worden afgeschaft.) Een verbetering van zelfstandigheid mag niet bestraft worden De graad van zelfstandigheid mag niet de enige basis zijn om de integratietegemoetkoming te berekenen. Er zijn ook andere criteria zoals het functioneren, de identiteit en het levensproject van de persoon. De zelfstandigheid van de persoon heeft ook zijn prijs en is soms duurder dan het gebrek aan zelfstandigheid (bijvoorbeeld: begeleiding bij het nemen van openbaar vervoer, ). Elke herziening van het bedrag van de tegemoetkoming als gevolg van een verbetering van de zelfstandigheid mag niet afgestraft worden en mag niet automatisch leiden tot een vermindering van de tegemoetkoming. Elke herziening moet eveneens rekening houden met de nieuwe noden van de persoon. De integratietegemoetkoming als autonoom recht

Vermits de integratietegemoetkoming dient om het gebrek aan zelfstandigheid te compenseren, mag het bedrag op geen enkele manier worden gekoppeld aan de inkomensvervangende tegemoetkoming of aan de inkomsten uit arbeid. Het beroepsactief zijn brengt meerkosten met zich mee: zich verplaatsen, niet voldoende tijd meer om zelf huishoudelijke taken te verrichten (dus uitbesteden), ook daar moet rekening mee worden gehouden bij het bepalen van de integratietegemoetkoming. Dekken van de rele kosten Het toegekende bedrag moet in overeenstemming zijn met de rele noden van de persoon met een handicap. In het kader van een aangepaste benadering moet de inkomensvervangende tegemoetkoming op zijn minst het bedrag van de integratietegemoetkoming bereiken, en op termijn ook het bedrag van het gewaarborgd minimumloon. 4. Wat betreft toegang tot de arbeidsmarkt Betaald werk, maar niet alleen dat We mogen niet uit het oog verliezen dat het hebben van werk niet de enige voorwaarde is tot sociale integratie. Het is even belangrijk om andere activiteiten van sociaal nut aan te moedigen, want ook deze bevorderen het zelfvertrouwen en het zelfbeeld van de persoon.

Quota zijn goed, sanctioneren is beter Zowel in de priv- als in de openbare sector moeten quota rond de tewerkstelling van personen met een handicap gehanteerd en gerespecteerd worden. Om echt effectief te zijn, moet dit quotasysteem een dwingend karakter krijgen, met sanctioneringen achter de hand. Herinstappen in tegemoetkoming het stelsel van de inkomensvervangende

Een persoon met een handicap die een job vond, maar hiermee moet stoppen (wegens te zwaar en/of onaangepast werk) krijgt te maken met lange wachttijden van onbepaalde duur en met oneindig veel te ondernemen stappen alvorens terug recht te hebben op een inkomensvervangende tegemoetkoming. Instappen in de arbeidsmarkt zal minder afschrikken wanneer de persoon automatisch en sneller opnieuw recht kan krijgen op een inkomensvervangende tegemoetkoming. Ook op vlak van deeltijdse tewerkstelling moet een en ander worden bekeken. Recht op het meest voordelige bedrag Wanneer een persoon met een handicap de vraag stelt tot herziening van zijn dossier op basis van nieuwe inkomsten, moet hij verder kunnen genieten van het bedrag van voorheen wanneer dit voor hem voordeliger uitkomt. Handhaven van verworven rechten Het verwerven van arbeidsinkomsten mag de verworven rechten van de persoon niet in het gedrang brengen (sociale tarieven gas en elektriciteit, verhoogde kinderbijslag voor kinderen van invaliden, ) Recht op een gewaarborgd pensioen Met het ontbreken van werk voor een persoon met een handicap moet rekening worden gehouden bij de berekening van het pensioen.

Inclusie Vlaanderen vzw Contactpersoon Bernadette Rutjes Bernadette.rutjes@inclusievlaanderen.be Albert Giraudlaan 24 1030 Brussel Tel. 02 247 60 15

Vous aimerez peut-être aussi