Académique Documents
Professionnel Documents
Culture Documents
inTERViEW
interview
Bestaat er zoiets als een typisch Chinese manier om naar de geschiedenis te kijken? Volgens mij speelt geschiedenis een grotere rol in China dan om het even waar ter wereld, en al helemaal als je vergelijkt met de Verenigde Staten. Westerse samenlevingen bekijken het verleden en het heden als duidelijk onderscheiden tijdperken, en daarin ligt al een cruciaal verschil met China. Tot het begin van de 20ste eeuw werd er in China van uitgegaan dat de lessen uit de geschiedenis direct van toepassing waren op hedendaagse problemen. Er werd met andere woorden geen duidelijk onderscheid gemaakt tussen verleden en heden. Het idee dat de geschiedenis zichzelf herhaalt, was toen gemeengoed. En ook vandaag wordt er om die reden nog zeer veel aandacht aan het verleden gehecht. Dat voel je meteen aan als je er met gewone Chinezen over praat. In het onderwijs weegt geschiedenis wel wat minder zwaar dan vroeger, omdat de exact-wetenschappelijke vakken zoveel meer aandacht krijgen. Maar alles samen worden er toch drie volledig studiejaren besteed aan de geschiedenis van het Chinese Keizerrijk, de moderne geschiedenis van China (1840-1920) en aan oorlogsgeschiedenis, waarin de focus meer op Europa en de Verenigde Staten ligt. Waar komt die fixatie op de geschiedenis vandaan? In mijn boek Mirroring the Past argumenteer ik dat die grote rol van de geschiedenis terug te voeren is naar de grote Chinese denker
52
Confucius, die leefde in de 6de en 5de eeuw voor Christus. Ik beschouw hem als de echte vader van de Chinese geschiedschrijving. Confucius leefde in een vrij onrustig tijdperk, en om die reden waardeerde hij het verleden heel sterk. Hij maakte gebruik van historische teksten om er lessen uit te trekken voor zijn eigen tijd, en ook om zijn tijdgenoten te leren hoe ze de tradities in stand moesten houden. Hoe belangrijk is de leer van Confucius nog in het hedendaagse China? Heel belangrijk. De Chinese overheid heeft zijn gedachtegoed de laatste jaren zelfs in ere hersteld. Tot en met de Culturele Revolutie in de jaren 1970 wilden de communistische leiders met alle geweld een breuk met de confuciaanse traditie forceren. Vanaf de late jaren 1990 heeft de overheid steeds meer afstand genomen van de strikte communistische ideologie, ook op cultureel vlak. Ze ging de nationalistische toer op, en wie de eenheid van het land wil benadrukken, kan niet om Confucius heen. Zijn ideen hebben dus een comeback gemaakt, en dat is een van de zaken die het hedendaagse China heel anders maken dan het land waarin ik ben opgegroeid. In mijn jonge jaren was Confucius nog een soort staatsvijand, terwijl hij nu wordt gekoesterd door jonge Chinezen. Voor alle duidelijkheid: op het vlak van de geschiedschrijving zelf hebben de ideen van Confucius aan belang ingeboet sinds het begin van de 20ste eeuw. Door de invloed van het westerse denken wordt
Ch
a in
Memo
Memo 53
er nu een scherper onderscheid gemaakt tussen verleden en heden. Waar liggen de belangrijkste verschillen tussen Europa en China als het gaat om hun benadering van de geschiedenis? Vr de 15de eeuw liep de benadering van de geschiedenis in grote lijnen parallel in Europa en China. Er werd met grote bewondering en nostalgie gekeken naar het klassieke tijdperk, dat in het geval van China het keizerrijk omvat. Het verleden werd in beide tradities stelselmatig voorgesteld als beter dan het heden. In Europa veranderde dat idee onder invloed van de reformatie en het verlichtingsdenken. Vanaf dan groeide het besef dat het eigen tijdvak net zo ontwikkeld kon zijn als de klassieke tijd, of zelfs meer ontwikkeld. In China heeft die gedachte pas ingang gevonden vanaf het midden van de 19de eeuw. Wat wij de moderne Chinese geschiedschrijving noemen, dateert in het vroegste geval van het begin van de 20ste eeuw. Maar de traditionele opvatting van de geschiedenis is nooit helemaal verdwenen. In vergelijking met de rest van de wereld hebben Chinezen
Van Mao en zijn Culturele revolutie in de jaren 1960-1970 (links) naar het hypermoderne shanghai van vandaag (rechts): een wereld van verschil.
communistisch zijn of niet streven naar een vrij strikte controle op het geschiedenisonderwijs. Ook in Japan of Zuid-Korea wordt dat heel serieus genomen, en ook dat heeft alles te maken met de traditie van Confucius. Net omdat geschiedschrijving het beeld van het verleden vormgeeft, willen gezagsdragers er zo veel mogelijk controle over. Hoe positioneren de communisten zichzelf in de geschiedenis? Tot in de jaren 70 probeerden de Chinese communisten te breken met het verleden, waarin de gewone Chinezen volgens hen werden uitgebuit. Tijdens de Culturele Revolutie kregen wij nog ingepeperd dat we de oude waarden van ons moesten afschudden. Alles wat te maken had met het oude China was automatisch verdacht. Er was dus zeker sprake van een poging om de banden met het verleden door te snijden. Die dogmatische benadering van de geschiedenis werd geleidelijk aan minder belangrijk. En in de late jaren 1990, toen het communisme zijn aantrekkingskracht verloor, heeft de Chinese regering het geweer helemaal van schouder veranderd. De dominante ideologie werd nationalistisch, en recent is het confucianisme van onder het stof gehaald om dat discours te ondersteunen. Premier Hu Jintao kwam met de slogan dat de samenleving harmonieus moet zijn. Voor mij is het behoorlijk ironisch dat een zogenaamd communistische leider het typische confuciaanse idee van sociale harmonie uitdraagt. Toen ik zelf opgroeide, kreeg ik van de communisten namelijk altijd te horen dat de samenleving bepaald
wordt door de onvermijdelijke strijd tussen de klassen. Hu valt dus terug op een traditie die in essentie conservatief is, want Confucius was behalve aan harmonie ook erg gehecht aan hirarchie. En harmonie betekende in zijn wereld dat iedereen bleef waar hij was en wat hij was. Ik kan me voorstellen dat de regering daar op dit moment voorstander van is. Precies! De overheid maakt zich grote zorgen over de binnenlandse migratiegolf en de groeiende sociale ongelijkheid. Het was dus echt een bewuste keuze om de traditie nog eens op te poetsen. (lacht) Ook in China zelf wordt er trouwens hartelijk gelachen om dat doorzichtige manoeuvre van de overheid. Maar het pleidooi voor harmonie weerspiegelt wel de klassenverschillen in het hedendaagse China. Hoeveel weet de doorsnee Chinees over Europese of westerse geschiedenis? Als ik even mag veralgemenen, kan ik zeggen dat hij heel wat meer weet over Europese geschiedenis dan omgekeerd. De middelbare schoolopleiding focust een volledig jaar op Europa en de VS in het vak oorlogsgeschiedenis, dat ruwweg de twintigste eeuw belicht. Alle jongeren weten dat China eeuwenlang het centrum van de wereld was, de meest geavanceerde maatschappij. Maar in de moderne tijd is het land achterop geraakt, en nu is de tijd gekomen om die schade in te halen. Net daarom is het zo belangrijk om de succesvolle westerse samenlevingen goed te bestuderen. Chinezen zijn er enorm op gebrand om het westen in te halen, zo simpel is dat. Is dat puur een kwestie van nationalistische trots? Volgens mij wel. China moet opnieuw de nummer n worden, dat is de drijvende kracht achter de interesse in de westerse cultuur. Dat voel je niet alleen bij Chinas leiders, maar ook bij de man in de straat. De Chinezen zijn een ongelooflijk trots volk. En als ze hun doel verwezenlijken, dan is dat volgens hen omdat het zo moest zijn. Naast de oorlogsgeschiedenis trekt het Chinese schoolsysteem een volledig jaar uit voor het bestuderen van de moderne geschiedenis van China, die ongeveer van de Opiumoorlog (rond 1840) tot de opkomst van de communistische partij (1919) loopt. En dat heeft alles te maken met de obsessie om te achterhalen waarom we net in die periode achterop zijn geraakt. Waarom? Waarom? Waarom? (lacht) Jiang Zemin, de voorganger van Hu Jintao aan het hoofd van de Partij, lanceerde ooit de slogan: Wie achterblijft, krijgt klappen. En zo bekijken de Chinezen het ook letterlijk!
54
Memo
Memo 55