LESDOELEN M/H 1 TIJD VAN GRIEKEN EN ROMEINEN

PARAGRAAF 1 Je moet kunnen uitleggen wat we bedoelen met een polis. Ook moet je drie voorbeelden kunnen noemen van Griekse poleis. Je moet kunnen uitleggen hoe de Atheense democratie werkte. Je moet de verschillende sociale lagen in de Griekse samenleving kunnen benoemen. Je moet kunnen uitleggen a.d.h.v. voorbeelden wat we bedoelen met de Griekse cultuur. Je moet kunnen uitleggen waarom de Grieken als n bevolkingsgroep zagen. Ook moet je een argument kunnen geven voor het feit dat niet alle Grieken hetzelfde waren. Je moet kunnen uitleggen hoe de oude Olympische Spelen gingen en waarom ze gehouden werden.

LESDOELEN M/H 1 TIJD VAN GRIEKEN EN ROMEINEN

PARAGRAAF 2 Je moet 4 Griekse goden kunnen benoemen en uitleggen wat hun taak was. Je moet kunnen uitleggen wat een mythe is en een tweetal voorbeelden kunnen noemen. Ook moet je kort de inhoud van deze mythen kennen. Je moet weten wat een filosoof is en een voorbeeld kunnen benoemen. Je moet 2 voorbeelden kunnen noemen van Griekse wetenschappers. Ook moet je kort kunnen uitleggen waarom zij zo belangrijk waren voor de geschiedenis.

LESDOELEN M/H 1 TIJD VAN GRIEKEN EN ROMEINEN

PARAGRAAF 3 je moet kunnen uitleggen hoe en wanneer het Romeinse Rijk is ontstaan. Je moet op een kaart kunnen intekenen waar de grenzen van het Romeinse Rijk liepen. Je moet kunnen uitleggen wat een keizer was en 3 voorbeelden van Romeinse keizers kunnen noemen. Je moet kunnen uitleggen hoe het Romeinse Rijk werd bestuurd en beschermd. Je moet kunnen uitleggen wat we bedoelen met Pax Romana en waarom dit gunstig was voor de handel in het Romeinse Rijk. Je moet kunnen uitleggen waarom het Romeinse beroepsleger zo groot en machtig was en waarom het aantrekkelijk was om in het leger te dienen.

LESDOELEN M/H 1 TIJD VAN GRIEKEN EN ROMEINEN

PARAGRAAF 4 Je moet kunnen uitleggen a.d.h.v. wat we bedoelen met de Romeinse cultuur. Je moet kunnen uitleggen waarom de Romeinse cultuur zoveel leek op de Griekse cultuur. Je moet kunnen uitleggen wat het Colosseum is en het Circus Maximus Je moet kunnen uitleggen wat Germanen zijn. Je moet 3 Germaanse goden kunnen benoemen. Je moet kunnen uitleggena.d.h.v. voorbeelden wat we bedoelen met Germaanse cultuur. Je moet kunnen uitleggen a.d.h.v. voorbeelden wat we bedoelen met Romanisering. Je moet 2 oorzaken kunnen geven voor romanisering. Je moet kunnen uitleggen dat niet iedereen aan romanisering deed.

LESDOELEN M/H 1 TIJD VAN GRIEKEN EN ROMEINEN

PARAGRAAF 5

Je moet kunnen aanwijzen op de kaart waar Judea ligt. Je moet kunnen uitleggen wie Jezus was en waarom hij christus werd genoemd. Je moet kunnen uitleggen waarom sommige mensen Jezus zagen als een onruststoker. Je moet kunnen uitleggen hoe het met Jezus afliep. Je moet kunnen uitleggen waarom veel mensen het Christendom een fijne godsdienst vonden. Je moet uitleggen wat de Bijbel is. Je moet kunnen uitleggen waarom het Christendom in eerste instantie verboden werd in het Romeinse Rijk. Je moet kunnen uitleggen waarom Constantijn het Christendom niet langer meer verbood en hoe het Christendom kon uitgroeien tot de enige toegestane godsdienst.