LESONTWERP

ALGEMENE VAKKEN / VOEDING-VERZORGING

Naam: X
Campus Heverlee Hertogstraat 178 3001 Heverlee Tel. 016 375600 www.khleuven.be

Vakkencombinatie: aardrijkskunde wiskunde Stagebegeleider DLO: X

School: HHH Onderwijsvorm: Richting: SW Klas: 313 Lokaal: H0.01 Aantal leerlingen: 21

Les gegeven door: X Vak: aardrijkskunde Onderwerp: socio- economische verscheidenheid Vakmentor: X Datum/Data: 14 november 2013 Lesuur/-uren:

BEGINSITUATIE Situering in de lessenreeks

Het is een nieuw hoofdstuk. Deze les kijkt naar welke mensen er in de wereldblokken wonen. De les nadien gaan ze de ontwikkelingsgraad van de wereldblokken bestuderen.

Relevante voorkennis (en/of kennis die nog niet aanwezig is)

Kennen de werelddelen Weten wat een cultuur inhoud Kunnen opzoeken in de atlas Kunnen atlaskaarten lezen

Belevings- en ervaringswereld & Actualiteit

De leerlingen zijn al op vakantie geweest buiten west Europa De leerlingen zien beelden op TV van andere culturen

Leerniveau van de klasgroep, klassfeer,

/

DIDACTISCHE VERANTWOORDING

Welke (vak)didactische principes komen in je les aan bod? (= opsomming)

Activiteitsprincipe, aanschouwelijkheidsprincipe, integratieprincipe, herhalingsprincipe

EINDTERMEN & LEERPLANDOELEN Situering in de eindtermen: (Vakoverschrijdend en/of vakgebonden)

1 op kaarten aanduiden en benoemen: - continenten en oceanen; 16 aardrijkskundige entiteiten afbakenen op basis van verschillen en gelijkenissen van enkele natuur- lijke of menselijke aardrijkskundige kenmerken.

Situering in het leerplan:

6 Op de wereldfacetkaarten van bevolkingsspreiding en ontwikkelings- graad verschillen aflezen.

ALGEMEEN LESDOEL
Leerlingen kunnen mensen uit verschillende wereldblokken onderscheiden en de wereldblokken situeren.

SCHOOLAGENDA (Van de leerlingen. Verwijs naar het werkblad en/of de paginas in het werk - en/of handboek.) Hfdst 3: Socio economische verscheidenheid. BRONNEN (Noteer alle gebruikte bronnen, volgens BIN.)
Werkblaadjes Heilig Hart Heverlee

LEERMIDDELEN & MEDIA

Fotos, ppt

Didactisch lesontwerp
KRACHTIGE LEEROMGEVING
Leerdoelen Leerlingen kunnen fotos bekijken en een gemeenschappelij k thema zoeken C4 Lesfasen & timing Instapfase Onderwijs- en leeractiviteiten Ik heb per vier op jullie bank een enveloppe gelegd. In iedere enveloppe zitten drie fotos Probeer al een even per groep de fotos te bekijken en te zoeken over welk thema deze fotos zouden gaan. Verdelen in de 5 juiste groepjes. We gaan even kijken wat jullie allemaal hebben gevonden. Dit mogen jullie mee invullen op het eerste blad van hoofdstuk 3. - de groepen die deze drie fotos hadden, welk thema hadden jullie gevonden? (3X) We gaan het dus hebben over socio- economische verscheidenheid. Dus de verschillende culturen in verschillende wereldblokken. In jullie agenda mogen jullie voor deze les noteren: Hfdst 3: Socio economische verscheidenheid. Jullie kennen allemaal al de zes werelddelen. - Op basis van wat zijn deze bepaald? - Welke zijn dat? We gaan nu eens een indeling van de aarde op basis van cultuur maken. - Welke zaken vallen zoal onder cultuur? Deze verdeling van de aarde noemt men wereldblokken. Dus: Op basis van cultuur of leefwijze, taal, godsdienst, politiek-economisch systeem, geschiedenis, huiskleur of klimaat kunnen we een nieuwe indeling van de wereld maken, deze indeling noemen we de wereldblokken. Dat is een definitie die jullie terugvinden op de tweede pagina in jullie werkbladen. De volgende oefening mogen jullie in de groepen van daarnet maken. Media 1 groepje godsdienst 2groepjes talen 2groepjes uiterlijk Leerinhoud De wereld is onderverdeeld in wereldblokken, deze zijn onderverdeeld op basis van cultuur.

De leerlingen kunnen verschillende wereldblokken situeren en kunnen enkele kenmerken van hun bevolking opnoemen C2

Lesfase 1: wereldblokke n

Werelddelen: - Noord-Amerika - Zuid-Amerika - Europa - Azi - Afrika - Antarctica Wereldblokken - Europa - Voormalige Sovjetunie - Centraal Azi - Noord-Afrika - Zuidwest Azi - Sub Sahara Afrika - Zuid-Azi - Oost-Azi - Zuidoost-Azi - Australi en Oceani - Noord- Amerika

Ik ga eerst even wat uitleg geven voordat jullie je omdraaien. De wereldkaart vullen jullie in aan de hand van jullie atlas. De nummertjes dat bij de wereldblokken horen vinden jullie terug op de volgende pagina. - Op welke pagina vinden we de wereldblokken terug? Per groepje van daarnet krijgen jullie van mij twee enveloppen. Daar zitten fotos in om jullie te helpen. Ook in jullie atlas vinden jullie informatie. Het eerste wereldblok, namelijk Europa gaan we samen maken. - Waar ligt Europa op deze kaart? - Wat zijn de officile talen die hier gesproken worden? - Welke godsdienst overheerst? - Welke huidskleur vinden we hier terug? Nu mogen jullie aan de slag gaan met de andere wereldblokken. We gaan dit straks klassikaal verbeteren. De mensen van 2 en 3 hebben deze fotos gekregen - Wat hebben de mensen die 2 en 3 hadden? De mensen van 4 en 5 hebben deze fotos gekregen - Wat hebben jullie hier gevonden? De oplossing van de wereldblokken staan op de ppt, kijk dit goed na. We gaan nu eens kijken waar deze mensen met veel leven en waar ze met minder zijn. De leerlingen Lesfase 2: - Wat denken jullie dat het begrip weten waar er een Bevolkingsdic bevolkingsdichtheid inhoudt? dichte htheid De bevolkingsdichtheid is dus de totale bevolking bevolkingsdichthei van de wereld gedeeld door de totale d is C2 landoppervlakte. - Hoe kunnen we deze berekenen? Op deze site kan je zien dat de wereldbevolking heel snel stijgt. - Wat is deze nu? - Wie rekent dan de bevolkingsdichtheid uit? - Leven er echt ongeveer zoveel mensen op een vierkante kilometer?

Latijns- Amerika

Zie kader p.3

http://www.worldometers.info/nl/ Bevolkingsdichtheid = totale bevolking/ totale oppervlakte

De leerlingen begrijpen waarom er op bepaalde plaatsten een dichtere bevolking is dan op andere plaatsten C3

Lesfase 3: De bevolking is niet overal gelijk. We gaan eens bevolkingsspr kijken waar er meer mensen dan gemiddeld wonen eiding en waar er minder wonen. We spreken over dichtbevolkte gebieden als er meer dan 50 inwoners per km2 - Zoek in jullie atlas de kaart met de bevolkingsspreiding. Zet nu met behulp van de kaart in de atlas de 6 nummertjes van opdracht a in het rood op de kaart op pagina 5 in jullie werkbladen. Op de ppt zien jullie de oplossing. Men spreekt van een dunbevolkt gebied wanneer er minder dan 20 inwoners per km2 wonen. - Duid op het kaartje deze gebieden in het groen aan. - Wat zou er zijn in gebied 7, waardoor er zo weinig mensen willen of kunnen wonen? - Wat zou er zijn in gebied 8, waardoor er zo weinig mensen willen of kunnen wonen? - Wat zou er zijn in gebied 9, waardoor er zo weinig mensen willen of kunnen wonen? - Wat zou er zijn in gebied 10, waardoor er zo weinig mensen willen of kunnen wonen? Neem terug de kaart van de bevolkingsdichtheid in de wereld en zet nu de nummertjes van opdracht B in het groen op de wereldkaart. Op de ppt zien jullie de oplossing. Hier hebben we een ranglijst van landen naar bevolkingsdichtheid. - Welk land heeft de dichtste bevolkingsdichtheid? - Wat is deze bevolkingsdichtheid? - Waar staat Belgi? - Wat is onze bevolkingsdichtheid? - Wie staat er laatst? Wat is daar de bevolkingsdichtheid?

http://nl.wikipedia.org/wiki/Lijst_van_lande n_naar_bevolkingsdichtheid Dichtbevolkte gebieden: De

bevolkingsdichtheid is afhankelijk van de bestaansmogelijkheden in een bepaald gebied. De dichtbevolkte gebieden zijn plaatsen waar mensen kunnen werken, mensen leven immers waar ze kunnen werken. Dit zijn gebieden die goed zijn om aan landbouw te doen (de eerste tewerkstelling) en nu eventueel ook goed zijn om in de industrie en diensten te werken. Dunbevolkte gebieden: Gebieden waar we geen werkgelegenheid terugvinden (waar het nooit goed geweest is om aan landbouw te doen) en waarvan de toegankelijkheid moeilijk is vanwege de vegetatie of het relif, worden gekenmerkt door een lage bevolkingsdichtheid. Figuur bevolkingsgebieden.