Vous êtes sur la page 1sur 3

5 basisdiagrammen: De eenvoudige structuur De machinebureaucratie De professionele bureaucratie De divisiestructuur De adhocratie 5 organisatieonderdelen -De uitvoerende kern Uitvoering van het

primaire proces: input - transformatie - output Ondersteuning van het primaire proces Het hart van elke organisatie -De strategische top Mensen met de algehele verantwoordelijkheid Topman(nen) van het bedrijf Vervult drie taken: Direct toezicht houden Relatie met omgeving Strategie-ontwikkeling -Het middenkader Middle managers (sandwich-positie) Nemen soms beslissingen Verdelen middelen Strategiebepaling van de eenheid -De technostructuur Analisten/specialisten Brengen vormen van standaardisatie tot stand Twee (voornaamste) soorten techno-analisten: Planning- en control-analisten: standaardiseren output Arbeidsanalisten: standaardiseren werkprocessen -De ondersteunende diensten Geen onderdeel van de uitvoerende kern omdat ze geen directe bijdrage leveren aan het primaire proces PR, Marketing, ICT, kantine, administratie, etc. Vervullen specifieke functies Verschillen per organisatie *Taakspecialisatie Breedte: hoeveel (deel)taken heeft iemand en hoe zwaar zijn de taken > Horizontaal Diepte: hoeveel controle kan iemand zelf over zijn werk uitoefenen? Hoeveel zeggenschap heeft iemand zelf? > Verticaal

5 verbindingsmiddelen -Liaisonposities: Hierdoor is communicatie via de verticale weg niet nodig Functie zonder formeel gezag, wel informele macht Mogelijk tussen lijn-afdelingen of tussen lijn-/staf-afdelingen -Taakgroepen en vaste commissies Ook wel Task Force genoemd Na uitvoeren speciale taak weer uit elkaar Kan bestaan uit diverse organisatieleden -Integratiemanager(s) Met formeel cordinerend gezag Staat feitelijk boven de afdelingsmanagers Heeft nooit formeel gezag over de medewerkers van de afdelingen zelf -Matrixstructuren Eenheid van leiding wordt losgelaten, ieder heeft (minstens) twee bazen. Geen goede structuur voor medewerkers die zekerheid en stabiliteit zoeken Effectief als er nieuwe activiteiten moeten worden ontwikkeld n om complexe samenhang tussen afdelingen te cordineren 5 vormen van centralisatie. -Verticale n horizontale centralisatie (= volledige centralisatie) Beslissingsbevoegdheid alln bij de topmanager/strategische top Formele en informele macht/bevoegdheid om beslissingen zelf te nemen en de uitvoering te cordineren. Cordinatie toepassing: direct toezicht

Beperkte horizontale decentralisatie (selectief) Bureaucratische organisatie met veel ongeschoold werk k verticaal gecentraliseerd (beslissingsmacht/ bevoegdheid blijft bij de top van de organisatie) Technostructuur heeft veel informele macht (beperkte horizontale decentralisatie) Cordinatie toepassing: standaardisatie van werkprocessen

Beperkte verticale decentralisatie (parallel) Organisaties, die in marktgerichte eenheden /divisies zijn verdeeld Gecentraliseerd; uiteindelijke beslissingsmacht/ -bevoegdheid blijft bij de top van de organisatie Divisiemanager heeft aanzienlijke bevoegdheden om beslissingen te nemen met betrekking tot zijn onderdeel Hoger niveau technostructuur heeft ook invloed! Cordinatie toepassing: standaardisatie van output

-Selectieve verticale en horizontale decentralisatie Verticaal: Velerlei beslissingen gedelegeerd aan werkconstellaties op verschillende niveaus in de organisatie Horizontaal: Constellaties maken selectief gebruik van staf-deskundigen Macht/beslissingsbevoegdheid op meerdere plaatsen maar ook in de ondersteunende diensten Cordinatie-toepassing: onderlinge aanpassing

-Verticale n horizontale decentralisatie (= volledige decentralisatie) Beslissingsbevoegdheid geconcentreerd in de uitvoering = de Uitvoerende Kern In de Uitvoerende Kern professionele medewerkers Cordinatie toepassing: standaardisatie van vaardigheden > macht feitelijk naast de organisatie namelijk bij beroepsopleidingen/ beroepsgroepen Komen samen in 6 logos Eenvoudige structuur Machine bureaucratie Professionele bureaucratie Adviesstructuur Adhocratie Bestuurlijk en operationeel

Vous aimerez peut-être aussi