Vous êtes sur la page 1sur 2

Flonkergood

In Halle wordt vandaag de ‘Waeke van het Achterhooks en Liemers Book’


afgesloten met een kruwagenactie. Vanuit de lastdrager worden huis-aan-huis
beuke verkocht. Het ‘Flonkergood’, dat de liefhebber ontvangt bij aankoop van
streekboeken ter waarde van minimaal tien klinkende euro’s, is zeer de moeite
waard. Dus Hallenaren waart ow ! ‘Honderd jaar gedichten uut Achterhook en
Liemers.’ De verzameling bevat zestien gedichten van Krebbers tot Roes. Als
toegift vijf nieuwe gedichten. De bekroonde oogst van de poëzie-
schrijfwedstrijd 2001/2002. Alleen al met het gedicht ‘Flonkergood’ heeft u, uw
zuurverdiende geld snel terugverdiend. Een toepasselijk poëtisch kleinood van
Jo ter Linde-Duenk, geschreven in het Winterswijks dialect: “Een waterdröppel /
in ne hook / van ’t blad, / ongriepbaor / as kwikzilver / in euren glans; / enkelt
de zonne / krig een kans, / as flonkergood / lig ze / in / euren ivoren toren.” Het
kreeg van de jury een eervolle vermelding. Kun je nagaan wat de rest voor
kwaliteit heeft. Mocht u niet aan de bron van de Halsche Vloed wonen, ren dan
vandaag nog naar uw lokale boekverkoper.

Ik was bij de openingsmanifistatie in zaal Veldhoen te Langerak. De inleiding


over ‘Poëzie in de streektaal’ knelde in tijd en ruimte. Gijs Jolink verdwaald. Of
begreep ik het verkeerd? Nam de Rock-‘n-lol held de als causerie
aangekondigde lezing, letterlijk als gekeuvel? Niet gehinderd door enige kennis
van het onderwerp volgde de ene platitude na de andere. Ik werd er niet wijzer
van. De dapper voorgedragen songteksten bleven net als de bedoelingen in de
gebakken lucht hangen. Een typisch niet te filmen geval van jammer. Want uit
eigen ervaring weet ik, dat de ‘Pluk de dag’ -teksten in hedendaags regiolect,
onder begeleiding van stuwende Rock-‘n-roll, donders mooi gedijen. Wel
gloorde in de voortkabbelende voordracht ergens in de verte zijn bewondering
voor het dialect. De taal van opa en oma. Ook de bekentenis dat hij dát dialect
niet meer sprak en dat hij eigenlijk ook niet precies wist hoe het allemaal zat,
ontroerde. Fronsende wenkbrauwen bi-j de ‘fien op de korreligen’. ’n
Generatiekloof gaapte. De zaal schrok wakker toen de lezing aan een
onverwachts einde kwam met de declamatie van ‘Groninger Blues’: “Ik wier
vanmorgen wakker … en ik viel weer in slaop.’’

De strabante voorzitster bedankte de inleider en nam hem moederlijk in


bescherming. “Dat e vanmeddag maor good most luusteren, dan kon e daor
misschien nog wat van opstekken.”

Illustreerde het relaas onbedoeld de stelling, dat de renaissance van het


dialect te vergelijken is met het opflakkeren van een kaars die op het punt
staat uit te gaan? Mijn weeklacht wordt in de kiem gesmoord. Gijs’
aevenolders, Duo Weijland, bewijzen het tegendeel. Met taal, stem en muziek
schilderen ze schitterende beelden. In een eigenwies klinkend dialect wordt ‘n
dreum te drinken gegeven. Schitterend! Zo ook de daarna volgende poëten.
Een staalkaart van drie streektalen. Het weemoedige Westmünsterlands van
Aloys Terbille. “Wat’n Spill! Wat’n Spill! Uit het Land van Maas en Waal een
temperamentvolle Rien van den Heuvel. “Streektaal is ‘n olde boom dee
prachteg bleui-jt.” Ik ruik en voel de vette klei en de dichter laat het water
stromen. Derk Jan ten Hoope sluit de rij met rondzwevende rondelen in het
Needse dialect. Hij steelt de harten met zijn gedichten vol verwondering. “Ik
kanne laeven, umdat ik dreumen kan.” Een vrijdagmiddag om nooit te
vergeten. De volgende keer is een avond te overwegen zodat ook de
studerende jeugd en de werkende mens van al het flonkergood kan genieten.
Met boekenbal na!

Overigens vandaag op de 3e Smartlappendag op Sinderen treedt om halfvier,


Duo Weijland op. Dus nog genoeg flonkergood te beleven vandaag.

Vous aimerez peut-être aussi