Académique Documents
Professionnel Documents
Culture Documents
IJsclub DOOI
Auteurs:
Mariska van den Brink
Matthieu Hageman
Edith Frijlink
Roel Boekel
Opleiding:
Sport Management 3SMa
Docenten / opdrachtgevers:
Jelle Benus en Ben Hattink
Voorwoord
Via deze weg willen wij het bestuur veel succes wensen met het invoeren van de, door
ons aangeraden veranderingen, en wij hopen dat dit uiteindelijk zal leiden tot een
gezonde vereniging.
Het doel van dit verbeterplan is om het bestaansrecht van ijsclub DOOI in de toekomst
te waarborgen. Na het uitvoeren van de interne en externe oriëntatie is een aantal
sterke en zwakke punten van de vereniging naar voren gekomen en een aantal kansen
en bedreigingen uit de omgeving. Deze punten zijn:
Sterktes: De gezelligheid van de schaatssport
Activiteiten die georganiseerd worden lopen goed
Zwaktes: Daling aantal jeugdleden
Sterk afhankelijk van IJsstadion B.V.
Knowhow van de vrijwilligers / vrijwilligersbeleid
Ontbreken van strategie en beleid
Falen van het boekhoudkundig systeem
Weinig tot geen inkomsten uit PR en sponsoring
Geen duidelijke functieomschrijvingen aanwezig
Geen eigen clubhuis
Maken geen gebruik van de kennis die aanwezig is binnen de
vereniging
Kansen: Leeftijdsopbouw in de wijk Westenholte en omliggende wijken
Beleid van de PVDA en gemeentebestuur in Zwolle m.b.t. sport en
m.b.t. vrijwilligers
Toename aantal allochtonen die niet bekend zijn met de schaatssport
Relatie met de KNSB en gewest Overijssel
Bedreigingen: Natuurijsbanen bij een strenge winter
De vele andere mogelijkheden om de vrije tijd mee in te vullen
Als deze dingen zijn ingevoerd en uitgevoerd zal het bestuur samen met de leden na 8
maanden de balans op moeten maken van de tot dan toe behaalde resultaten. Aan de
hand van deze resultaten zal het bestuur de afweging moeten maken of de bouw van
een eigen clubhuis haalbaar is of (nog) niet. Pas dan zal blijken of ijsclub DOOI een
eigen clubhuis krijgt.
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
Inleiding Blz. 1
1. Probleemdefiniëring Blz. 2
1.1 Probleemidentificatie Blz. 2
1.1.1 Maatschappelijke bestaansgrond
1.1.2 Financieel – economische bestaansgrond
1.1.3 Sociaal – maatschappelijke bestaansgrond
1.1.4 Organisatorische bestaansgrond
1.2 Probleemdefiniëring Blz. 3
1.2.1 De aanleiding
1.2.2 Onderzoeksvraag
1.2.3 Doel
7. Tijdsplanning Blz. 33
7.1 Overzicht van de te ondernemen acties Blz. 33
7.2 Strokenplanning Blz. 34
7.3 Toelichting op de strokenplanning Blz. 35
8. Conclusies ten aanzien van de bouw van een nieuw clubhuis Blz. 36
8.1 De financiële consequenties Blz. 36
8.2 De verdere consequenties Blz. 37
8.3 Conclusie Blz. 37
Literatuurlijst Blz. 38
Bijlagen:
Inleiding
Dit plan omschrijft de huidige situatie van ijsclub DOOI en welke punten in de
toekomst zullen moeten verbeteren om de bouw van een eigen clubhuis mogelijk te
maken. In het eerste hoofdstuk is te lezen wat de aanleiding is voor dit verslag. Er is
een bestaansgrondenanalyse uitgevoerd waaruit een probleemdefiniëring is
vastgesteld.
In hoofdstuk 2 vindt u de interne analyse van ijsclub DOOI. Hier komen de sterke en
zwakke punten van de vereniging naar voren. In hoofdstuk 3 is de externe oriëntatie
uitgewerkt waar de kansen en bedreigingen uit naar voren komen. In hoofdstuk 4
worden de sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen samengevoegd in de SWOT –
matrix. Hier komen een aantal verbeterpunten uit naar voren die genoemd worden in
hoofdstuk 5. Tevens worden hier de verbeterpunten op volgorde van prioriteiten gezet.
De punten worden vervolgens verder uitgewerkt in hoofdstuk 6. Dit zijn heel concrete
plannen waar de vereniging mee aan de slag kan.
Een strokenplanning voor deze plannen is te vinden in hoofdstuk 7 van het verslag.
Dit is een leidraad voor het bestuur om de punten te ontwikkelen en veranderingen
door te voeren in de vereniging.
Het laatste hoofdstuk, hoofdstuk 8, geeft een antwoord op de probleemdefiniëring die
opgesteld is in hoofdstuk 1. Het is een conclusie van het gehele verslag met betrekking
tot het wel of niet laten bouwen van een nieuw clubhuis voor ijsclub DOOI.
1
1. Probleemdefiniëring
1. Probleemdefiniëring
In dit hoofdstuk zal worden vastgesteld wat de aanleiding is van het probleem van
ijsclub DOOI en wat de reden is voor dit verslag. Er zal een bestaansgrondenanalyse
uitgevoerd worden en aan de hand van de uitkomsten van deze analyse zal een
onderzoeksvraag opgesteld worden. Dit verslag moet uiteindelijk een antwoord geven op
deze onderzoeksvraag.
1.1 Probleemidentificatie
2
1. Probleemdefiniëring
1.2 Probleemdefiniëring
1.2.1 De aanleiding
De aanleiding van dit plan is het feit dat de ijsclub graag een eigen clubhuis wil, zoals
besproken in de ledenvergadering. Het gebouw is een onderdeel van het IJsstadion,
daardoor zitten er ook regelmatig mensen van buiten de club in het clubhuis, terwijl er
commissies zijn die daar op dat moment willen vergaderen. Ook vinden veel
commissies de ruimte te klein om fatsoenlijk te kunnen vergaderen.
Er zijn geen concrete afspraken over het gebruik van de ruimte, maar er is een aantal
stilzwijgende afspraken onderling, zo hoeft de club geen huur aan het ijsstadion te
betalen voor het gebruik van deze ruimte. Hierdoor kan de club zich ook nergens op
beroepen en zijn ze afhankelijk van het IJsstadion. Door het bouwen van een eigen
clubhuis wordt de ijsclub minder afhankelijk van het IJsstadion. Er kunnen dan ook
meer activiteiten georganiseerd worden, zonder dat hiervoor toestemming nodig is van
het IJsstadion.
Het bouwen van een eigen clubhuis is niet zomaar mogelijk. Doordat er binnen de
ijsvereniging niet een heel duidelijk beleid gevoerd wordt, is het op dit moment
financieel en organisatorisch niet haalbaar om een eigen clubhuis neer te zetten,
wanneer zij doorgaan op de weg waar zij nu opzitten. Eerst zullen er intern zeker een
aantal zaken veranderd en bijgestuurd moeten worden, zoals een duidelijk beleid
opstellen waar de vereniging heen wil en op welke manier. Onder andere moet het PR
en sponsorbeleid nader bekeken worden en aangepast. Wanneer deze zaken op orde
zijn kan vervolgens specifieker ingegaan worden op de bouw van het clubhuis.
1.2.2 Onderzoeksvraag
Na analyse van de aanleiding tot het probleem kan de volgende probleemstelling /
onderzoeksvraag opgesteld worden:
Op welke wijze moet ijsclub Dooi haar interne organisatie veranderen, zodat het een
gezonde organisatie wordt, wat het mogelijk maakt voor de club om een eigen clubhuis
te exploiteren?
1.2.3 Doel
Om de interne organisatie gezond te krijgen zal deze onder de loep genomen worden en
wordt er een implementatieplan geschreven voor de gevonden knelpunten.
3
2. Interne analyse
2. Interne analyse
In dit hoofdstuk wordt een interne analyse gemaakt van ijsclub DOOI. Terug te vinden is
een algemeen stuk over de vereniging en de partijen waarmee DOOI te maken heeft. Dit
is ondergebracht in een stakeholdersanalyse. Daarnaast is in dit hoofdstuk een analyse
te lezen van de financiële situatie van de organisatie en een organisatie – audit aan de
hand van het 7 s – model.
4
2. Interne analyse
2.2 Stakeholdersanalyse
In dit hoofdstuk is een overzicht te vinden van de partijen waar de ijsclub DOOI mee te
maken heeft. De blauwe lijnen met pijlen zijn directe verbanden tussen de ijsvereniging
en de betreffende organisatie en de rode lijnen zijn verbanden tussen de verschillende
organisaties. In de toelichting op de stakeholdersanalyse worden de verschillende
connecties uitgelegd en wordt verteld hoe deze van invloed zijn op de ijsvereniging.
Leden van
ijsclub DOOI IJsstadion B.V.
Donateurs
Vries – tie - ja
Jurgen Udoos
en medewerkers IJsclub DOOI
Adverteerders
Andere ijsclubs
Aannemers-
bedrijf
K.N.S.B.
(Gewest
Overijssel)
Ben Hattink en
Gemeente Jelle Benus
Zwolle
5
2. Interne analyse
6
2. Interne analyse
7
2. Interne analyse
2.3.3 Skills
Doordat er gewerkt wordt met vrijwilligers is de situatie zo dat binnen de organisatie
mensen op plekken zitten waar ze niet de juiste kennis voor bezitten. Zo is er
bijvoorbeeld aangegeven dat er weinig tot geen management knowhow aanwezig is
binnen de organisatie. In de toekomst zal men, om een meer professionele
sportorganisatie te krijgen, vrijwilligers moeten screenen en moeten kijken wie op
welke plek hoort.
Als men bijvoorbeeld kijkt naar het bestuur, dan zitten hier geen mensen die zich
bezighouden met het beleid en de lange termijnplanning van de organisatie. Hier
moeten dus vrijwilligers komen te zitten die deze kennis, bijvoorbeeld vanuit hun
werkveld, bezitten en vervolgens toe kunnen passen binnen de ijsvereniging.
Ook de vereniging zelf heeft skills. Hierbij moet gedacht worden aan het unique
sellingpoint van de vereniging, de cultuur die er heerst en het soort leden dat daardoor
aangetrokken wordt. De ijsclub DOOI beschikt in dit geval over een relatief goedkope
accommodatie waardoor de contributie laag gehouden kan worden ten opzichte van
andere ijsverenigingen in de regio.
Schaatsen is een sport met een gezellige uitstraling. Als je kijkt naar het publiek dat
altijd naar schaatswedstrijden in bijvoorbeeld het Thialf stadion komt dan heerst daar
altijd een gezellige sfeer. Een middagje schaatsen kan gezien worden als een gezellig
dagje uit voor het gezin. In de winterse kou lekker een paar rondjes schaatsen en een
heerlijke grote kop warme chocolademelk drinken kan gezien worden als het unique
sellingpoint van het schaatsen.
Met de wedstrijdsport ligt het iets anders binnen het schaatsen. Dit kan niet gezien
worden als een familiesport. Wil de vereniging in de toekomst een grotere rol van
betekenis spelen binnen de wedstrijdsport, dan zal er actief leden geworven moeten
worden en moet gezorgd worden voor goede trainingen, zodat er een goed opgeleide
jeugd komt met toekomst in de wedstrijdsport.
8
2. Interne analyse
Algemene ledenvergadering
Bestuur Kascommissie
PR / sponsorcommissie
PR / sponsorcommissie
Wedstrijdcommissie
Jeugdcommissie
Commissie clubblad
Technische commissie
9
2. Interne analyse
2.3.5 Systemen
Binnen de ijsvereniging zijn de volgende administratieve systemen te onderscheiden:
- de ledenadministratie
- het boekhoudkundige systeem
- het bestuurlijke systeem
Binnen ijsclub DOOI wordt er weinig gebruik gemaakt van de kennis die er is onder de
leden. Er is bijvoorbeeld geen overzicht van het werk wat de leden in het dagelijkse
leven doen. Wel is er in kaart gebracht hoeveel leden er zijn en of dit senioren of
junioren zijn. Deze ledenadministratie is dus zeer summier.
In de vereniging wordt er gewerkt met diverse commissies die ieder hun eigen taken en
verantwoordelijkheden hebben. Er is geen duidelijke taakomschrijving aanwezig
binnen de vereniging. Zo bleek tijdens de algemene ledenvergadering dat er voor de
commissie PR en sponsoring nog een heldere taakstelling op papier moet worden
gezet.
In de financiële stukken die zijn goedgekeurd tijdens de algemene ledenvergadering en
door de kascommissies zaten nog fouten. Zo stond in het financiële overzicht onder de
post deposito € 90,00 en dit moest € 90.000,00 zijn. Dit is een zeer grove fout wat wel
aangeeft dat er geen goede controle is op de financiële stukken.
10
2. Interne analyse
11
3. Externe analyse
3. Externe analyse
In dit hoofdstuk wordt een externe analyse gemaakt van ijsclub DOOI. Hierin staat de
externe omgeving van de ijsclub uitgewerkt aan de hand van het DESTEP-model. Verder
is er gebruik gemaakt van een concurrent- en concurrentie analyse. De conclusies die uit
deze twee modellen volgen staan in een overzicht aan het eind van het hoofdstuk.
Bij het bekijken van deze 4 wijken, is het grootste deel van de bevolking tussen de
18-64 jaar. Deze groep vormt dus de grootste groep potentiële afnemers voor de
ijsclub.
Conclusie:
De voornaamste doelgroep ligt in de leeftijdscategorie 18-64. In de wijk waar de ijsclub
gevestigd is ligt het percentage ouderen (65jr e.o.) lager dan het gemiddelde van de
omliggende wijken. Daarom is dit geen factor waarop ingespeeld moet worden. Er zal
eerder gericht moeten worden op het hoge aantal jongeren tot 17 jaar, hier ligt zeker
een potentiële doelgroep.
12
3. Externe analyse
Westenholte: € 15.500
Kamperpoort/ Veerallee: € 16.000
Stadshagen: € 16.500
Poort van Zwolle (Spoolde) € 17.000
Gemiddelde € 16.250
Westenholte: 9 %
Kamperpoort/Veerallee: 14 %
Stadshagen: 7 %
Poort van Zwolle (spoolde) 12 %
Gemiddelde 10,5 %
Bron: www.zwolle.nl
Het totale gemiddelde van Zwolle ligt op 16.000 deze wijken liggen wat gemiddeld
besteedbaar inkomen per gezin dus boven het gemiddelde. Het gemiddelde aantal
huishoudens met een laag inkomen in Zwolle is 12%. De wijken zitten er met elkaar
dus onder. Het betreft economische redelijk welvarende wijken. Deze wijken hebben
dus gemiddeld meer te besteden dan de gemiddelde inwoner van Zwolle. Hier kan de
ijsclub op inspelen.
Conclusie:
Economisch gezien zijn de wijken waar de ijsclub zich op richt redelijk welvarend. Hier
ligt een mogelijkheid voor de ijsclub. Ze hoeven de prijs niet zeer laag te houden om
mensen bij de club te krijgen en te houden, want de mensen hebben in principe het
geld. Door een wat hogere contributie/bijdrage te vragen kan de club extra inkomsten
genereren. Deze groep heeft het geld er eerder voor over dan mensen met een laag
inkomen.
13
3. Externe analyse
Conclusie:
Het is van belang dat de ijsclub inhaakt op het beleid van de gemeente door, waar
mogelijk, zoveel mogelijk subsidie aan te vragen. Het is goed om tijd te steken in het
schrijven van goede plannen, zodat er een zo hoog mogelijk rendement uit wordt
gehaald en de faciliteiten en de mogelijkheden van de club uitgebreid kunnen worden.
Verder zou men kunnen proberen programma’s te bedenken om allochtonen aan het
schaatsen te krijgen.
Conclusie:
De ijsclub zou er aan kunnen denken om gezondheidsprogramma’s aan te bieden,
waarbij de schaatsers met een hartslagmeter rondschaatsen. Dit is met name bedoeld
voor de wat oudere sporters. Met de optredende vergrijzing in Nederland is dit een
goede doelgroep.
Conclusie:
De ijsclub zou er aan kunnen denken om een draaiboek te maken om in te spelen op
de schaatsgekte in het geval van een strenge winter. Op deze manier kan een nadeel
worden omgebogen tot een voordeel.
14
3. Externe analyse
Conclusie:
Omdat de PvdA de grootste partij is in Zwolle, is dit ook de partij waar de ijsclub mee
te maken heeft. Omdat de ijsclub met vrijwilligers werkt en de partij vrijwilligerswerk
hoog in het vaandel heeft, is dit iets waar de ijsclub op in kan spelen en haar voordeel
mee kan doen.
15
3. Externe analyse
3.2 Concurrentieanalyse
Bedrijfstakanalyse:
De bedrijfstakanalyse wordt uitgevoerd aan de hand van het vijfkrachten model van
Porter (1980). Elke bedrijfstak laat zich volgens een vast schema analyseren, volgens
Porter. Hij gaat ervan uit dat binnen elke sector vijf dezelfde 'concurrentiekrachten'
werkzaam zijn. De structuur van elke bedrijfstak wordt bepaald door deze krachten. De
onderlinge verhouding tussen de concurrentiekrachten verschilt van bedrijfstak tot
bedrijfstak en daardoor ook de gemiddelde winstgevendheid.
16
3. Externe analyse
3. Weinig concurrentie in een sector is een gunstige voorwaarde voor een hoog
gemiddeld rendement. Bedrijven kunnen betere prijzen voor hun producten of diensten
vragen en hogere marges binnenhalen dan wanneer men elkaar probeert af te troeven
op prijs en kwaliteit. Omgekeerd zal intensieve concurrentie het gemiddelde rendement
drukken. De farmaceutische industrie is een voorbeeld van een sector die weinig
rivaliteit kent, de pc industrie van een sector met een hoge mate van concurrentie.
4. Hoe moeilijker het is tot een bedrijfstak toe te treden, hoe hoger het gemiddelde
rendement daar meestal ligt. Een hoge drempel maakt de bedrijfstak onaantrekkelijk
voor nieuwkomers. Zij blijven al snel weg als de aanloopkosten hoog zijn, het moeilijk is
toegang te krijgen tot de distributiekanalen of de consument van zijn merkentrouw af te
brengen. Voor de gevestigde bedrijven betekent een hoge entreebarrière dat ze in een
afgeschermde sector kunnen opereren, zonder al te veel rivaliteit, met hoge gemiddelde
winstcijfers. In een laagdrempelige sector zal het gemiddelde daarentegen vaak omlaag
worden gehaald door de hevige concurrentie. De farmaceutische industrie is een
voorbeeld van een bedrijfstak die hoge toegangsdrempels kent, door de enorme
onderzoeks- en ontwikkelingskosten en doordat de productie en verkoop van
farmaceutische goederen grootschalig moeten plaatsvinden. De softwarebranche is een
voorbeeld van een bedrijfstak met lage toegangsdrempels.
5. Als er weinig substituten bestaan voor de producten of diensten die een bedrijfstak
voortbrengt, heeft dit eenzelfde effect als wanneer de toegangsdrempels hoog zijn. Er
zullen niet gauw nieuwkomers uit andere branches binnendringen omdat dit te veel
moeite kost. Dit draagt bij tot een hoog gemiddeld rendement. Zijn er daarentegen wel
substituten uit andere bedrijfstakken, kan er gemakkelijk intensieve concurrentie
ontstaan. Dit kan weer nadelig uitpakken voor het gemiddelde rendement in de
bedrijfstak. Het beveiligingswezen is een voorbeeld van een branche die door substitutie
wordt bedreigd - denk aan elektronische beveiliging die menselijke bewakers vervangt.
Ander sectoren lopen minder gevaar. De farmaceutische industrie bijvoorbeeld: doordat
het moeilijk is bepaalde medicijnen door andere te vervangen, is er weinig dreiging van
substituten.
Het vijfkrachten model biedt enig inzicht in de factoren die van invloed zijn op het
gemiddelde rendement in een bedrijfstak. Het succes van een bedrijf binnen de eigen
sector, ten opzichte van zijn concurrenten, hangt af van in hoeverre het heeft
geprofiteerd van de mogelijkheden die de concurrentiekrachten in de bedrijfstak bieden.
Het rendement van een onderneming is een soort ijkpunt: wanneer een ondernemer
onder het gemiddelde presteert, gaat hij minder goed om met de concurrentiekrachten in
zijn branche dan zijn concurrenten. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat een ondernemer te
weinig profiteert van de geringe macht van de afnemers van de bedrijfstak. Als hij in
een dergelijke situatie lage prijzen rekent zonder dat hier een forse omzetstijging
tegenover staat, zal zijn rendement onnodig laag beneden het branchegemiddelde
dalen.
Bron: Marketing Strategie, Frambach / Nijssen
17
3. Externe analyse
Nieuwe toetreders
1.Toetredingsbarrières
2.Rivaliteitdeterminanten
Bedreiging van
nieuwe toetreders
Onderhandelings
Bedrijfstak analyse Onderhandelings
positie van positie van de
leveranciers koper
Leveranciers Kopers
Bedreiging van
substituten
Substituten
5. Determinanten van
substitutiedreiging
18
3. Externe analyse
2. Onderhandelingsmacht afnemers
De macht van de afnemers is bij de ijsclub gering. Het belangrijkste wat de afnemers
(schaatsers) willen van de ijsclub is dat er ijs ligt. Omdat ijsclub Dooi een
kunstijsbaan is ligt er het hele jaar door ijs, waardoor de afnemers het gehele jaar door
kunnen schaatsen. Het nadeel aan kunstijs is, dat het surrogaat is. De echte
schaatsliefhebber schaatst nog altijd liever op natuurijs, op het moment dat er
natuurijs ligt, vormt dit een directe bedreiging.
4. Bedreiging substituten
Een substituut voor het schaatsen is skeeleren. Dit kan tegenwoordig ook steeds meer
op binnenbanen gedaan worden. Dit is een redelijke bedreiging voor de ijsclub.
Daarnaast is de grootste bedreiging voor kunstijs natuurlijk natuurijs. De kosten voor
natuurijs zijn een stuk lager en de schaatsliefhebber prefereert natuurijs boven
kunstijs, hoewel de kwaliteit van natuurijs over het algemeen minder is en de
aanwezigheid niet permanent is. Een nieuwe bedreiging voor het kunstijs komt uit een
idee van een marathonschaatser:
Arnhem, 18 december 2003 - Het plan van marathonschaatser Jan Maarten Heideman
om in Nederland een natuurijsbaan van vijf kilometer aan te leggen waarop schaatsen
bij een temperatuur van iets boven nul al mogelijk is, blijkt technisch en financieel
haalbaar.
Bron: www.sport.nl
Dit idee staat nog in de kinderschoenen, maar dit is wel een substituut waar de ijsclub
rekening mee moet houden in de toekomst.
19
3. Externe analyse
20
4. SWOT - analyse
4. SWOT – analyse
In de onderstaande tabel is een overzicht te vinden van alle sterke en zwakke punten en
kansen en bedreigingen die gevonden zijn tijdens de interne en externe oriëntatie.
Extern Intern
Kansen Sterktes
• leeftijdsopbouw in de wijk • Stijging van het ledenaantal
Westenholte en omliggende wijken • De gezelligheid van de schaatssport
• Beleid van de PVDA en gemeente (USP)
bestuur in Zwolle m.b.t. sport en • Activiteiten die georganiseerd
m.b.t. vrijwilligers worden lopen goed
• Het gemiddeld besteedbare • Relatie met gewest Noord
inkomen per gezin in de wijk • Financiële situatie, er wordt veel
Westenholte en omliggende wijken geld geïnd in de vorm van rente
• Toename aantal allochtonen die
niet bekend zijn met de
schaatssport
Bedreigingen Zwaktes
• Natuurijsbanen bij een strenge • Daling aantal jeugdleden
winter • Sterk afhankelijk van IJsstadion
• De vele andere mogelijkheden om B.V.
de vrije tijd mee in te vullen • Knowhow van de vrijwilligers /
vrijwilligersbeleid
• Ontbreken van strategie en beleid
• Falen van het boekhoudkundige
systeem
• Weinig tot geen inkomsten uit PR
en sponsoring
• Geen duidelijke
functieomschrijvingen aanwezig
• Geen eigen clubhuis
• Maken geen gebruik van de kennis
die aanwezig is binnen de
vereniging
21
4. SWOT - analyse
In tabel die hierboven te vinden is staan alle sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen
genoemd die gevonden zijn tijdens de oriëntatiefase. Het is alleen niet zo dat al deze
punten ook van belang zijn. Het gaat om de punten waarmee voordeel behaald kan
worden ten opzichte van de concurrenten en de punten waarmee de concurrenten
eventueel voordeel kunnen behalen ten opzichte van de ijsvereniging. Daarom zijn in de
onderstaande tabel alle relatieve sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen genoemd,
die van belang kunnen zijn voor de verdere strategische plannen van de ijsclub.
Extern Intern
Kansen Sterktes
• leeftijdsopbouw in de wijk • De gezelligheid van de schaatssport
Westenholte en omliggende wijken (USP)
• Beleid van de PVDA en gemeente • Activiteiten die georganiseerd
bestuur in Zwolle m.b.t. sport en worden lopen goed
m.b.t. vrijwilligers
• Toename aantal allochtonen die
niet bekend zijn met de
schaatssport
• Relatie met de KNSB en gewest
Overijssel
Bedreigingen Zwaktes
• Natuurijsbanen bij een strenge • Daling aantal jeugdleden
winter • Sterk afhankelijk van IJsstadion
• De vele andere mogelijkheden om B.V.
de vrije tijd mee in te vullen • Knowhow van de vrijwilligers /
vrijwilligersbeleid
• Ontbreken van strategie en beleid
• Falen van het boekhoudkundige
systeem
• Weinig tot geen inkomsten uit PR
en sponsoring
• Geen duidelijke
functieomschrijvingen aanwezig
• Geen eigen clubhuis
• Maken geen gebruik van de kennis
die aanwezig is binnen de
vereniging
22
4. SWOT - analyse
23
4. SWOT - analyse
Bij de vier cellen uit de SWOT – matrix kan nog het volgende worden opgemerkt. De
strategieën die in de cel als sterkten / kansen worden geformuleerd, bevatten een
mogelijk verdedigbaar concurrentievoordeel. Deze combinaties dienen zoveel mogelijk te
worden uitgebuit en kunnen tot groei leiden.
De cel zwaktes / kansen bevat de beste mogelijkheden, indien men in staat is de
zwakte te verbeteren en liefst om te bouwen tot een sterkte. Strategieën in de cel
sterktes / bedreigingen moeten in principe tot doel hebben zich zo goed mogelijk tegen
de bedreigingen te verdedigen.
De combinaties zwaktes / bedreigingen leiden tot de grootste problemen. Men moet deze
situaties zoveel mogelijk vermijden of zich eruit terugtrekken. Overigens kan
samenwerking hier een goede optie zijn.
Sterktes Zwaktes
Kansen Groeien Verbeteren
Bedreigingen Verdedigen Terugtrekken of ombuigen
4.5 Conclusies
Om een eigen clubhuis mogelijk te maken zal, ijsclub DOOI, om het bestaansrecht te
waarborgen, meer klantgericht moeten gaan denken. Om zich te onderscheiden van de
concurrenten zullen zij moeten zorgen dat ze de wensen en behoeften van de leden en
de potentiële leden in kaart brengen en daar hun beleid op afstellen. Er dient een
wijziging op te treden in de manier waarop de vereniging naar bestuurlijke en
organisatorische zaken kijkt. Voor het bestuur geldt dat het opstellen van een
eenduidige missie en visie en een hieruit voortvloeiende korte en lange termijn
plannen om in de toekomst te kunnen bestaan een zeer hoge prioriteit heeft. Er komen
steeds meer concurrentie binnen de vrijetijdsbesteding . daarom zal de ijsclub zich
nadrukkelijker moeten gaan onderscheiden van de concurrent. Dit houdt in dat de
vereniging de sterke punten verder uit moet buiten en de zwakke punten zal moeten
verbeteren om zo te kunnen concurreren. Hierbij goed oplettend op de zaken die zich
in de omgeving voordoen en indien nodig hierop inspelend, bij het opstellen van
plannen voor de toekomst.
24
5. Prioriteitenlijst voor ijsclub DOOI
Aan de hand van de conclusies die getrokken zijn uit de SWOT – analyse, zal ijsclub
DOOI moeten verbeteren op een aantal punten, namelijk:
• Duidelijker missie en visie uitdragen
• Andere organisatiestructuur
• Duidelijkere taakomschrijving voor de organisatie
• Anders met vrijwilligers omgaan
• Meer kijken naar wat de leden willen en daar op inspelen
5.1 De prioriteitenlijst
1. Met behulp van de aanwezige kennis bij gewest Overijssel een beleidsplan
schrijven en de strategie bepalen voor de vereniging om het bestaansrecht te
waarborgen. Vervolgens moet de structuur van de vereniging aangepast worden
aan het gestelde beleid.
25
5. Prioriteitenlijst voor ijsclub DOOI
26
6. Uitwerking van de verbeterpunten
Momenteel is er binnen de ijsclub geen duidelijke missie en visie en weet men niet
waar de doelen voor de komende jaren liggen. Aan de hand van het opstellen van een
beleidsplan zal het bestuur hier over na moeten denken en zullen zij hier ook plannen
voorop moeten stellen. Zo wordt ook voor buitenstaanders veel duidelijker waar de
vereniging voor staat en wat zij willen bereiken in de toekomst. Belangrijk is, dat bij
het opstellen van het beleidsplan de leden betrokken worden zodat hun wensen en
behoeften verwerkt kunnen worden in de plannen voor de komende tijd. Door de leden
er bij te betrekken creëert het bestuur ook gelijk draagvlak onder de leden, voor dit
plan.
De ontwikkeling van het beleid is een cyclisch proces dat de volgende stadia doorloopt:
• ontwikkeling visie
• analyse
• planning
• uitvoering
• evaluatie
• aanpassing visie
• analyse
• etc.
In bijlage 2 is een overzicht te vinden van de inhoud van deze verschillende stadia.
Zoals aan de verschillende stadia te zien is, is het ontwikkelen van beleid een continu
proces. Als het plan geschreven en uitgevoerd is, zal het bestuur de plannen moeten
evalueren en waar nodig aan moeten passen. Dan begint alles weer van voor af aan. In
bijlage 3 is een overzicht te vinden van een mogelijke inhoudsopgave voor een
beleidsplan.
27
6. Uitwerking van de verbeterpunten
28
6. Uitwerking van de verbeterpunten
Waarom moet er een apart beleid opgesteld worden voor het werken met vrijwilligers?
Het antwoord kan alleen maar zijn: werken met vrijwilligers is anders dan werken met
betaalde mensen. Belangrijke maatschappelijke factoren voor de ontwikkelingen in het
aanbod en de verwachtingen van vrijwilligers zijn tijd en tijdsbesteding,
individualisering, emancipatie en diversiteit. De gevolgen van deze ontwikkelingen voor
organisaties die met vrijwilligers werken zijn bijvoorbeeld:
- de binding met de organisatie is niet voor langere tijd gewaarborgd
- het is niet meer vanzelfsprekend dat een vrijwilliger zich voor langere tijd zeer
intensief inzet
- de toegenomen opleiding van de bevolking stelt hogere eisen aan de manier van
begeleiden en leiding geven en aan de inhoud van de taken
- behalve dat vrijwilligers vaak hogere eisen aan organisaties stellen dan
voorheen, is de samenleving complexer geworden en worden er hogere eisen aan
de organisaties gesteld
- de veranderingen in de samenstelling van de bevolking zijn nog maar
nauwelijks zichtbaar in de samenstelling van de groep vrijwilligers. Wil een
organisatie in de toekomst goed kunnen blijven functioneren, zal een
aanpassing van de groep vrijwilligers op de samenstelling van het werkgebied of
de afnemers noodzakelijk zijn.
In de organisatie vertalen deze ontwikkelingen zich onder andere naar thema’s als
flexibilisering, kwaliteit, professionalisering en organisatieverandering. Punten
waarmee ijsclub DOOI op dit moment ook mee te maken zal krijgen, om het
bestaansrecht voor de toekomst te waarborgen.
29
6. Uitwerking van de verbeterpunten
30
6. Uitwerking van de verbeterpunten
31
6. Uitwerking van de verbeterpunten
In deze paragraaf zullen een aantal mogelijkheden worden aangeven van activiteiten
die georganiseerd kunnen worden. Deze activiteiten kunnen georganiseerd worden
voor verschillende doeleinden, zoals het genereren van extra inkomsten of het werven
van leden. Het belangrijkste is dat er, voordat de activiteiten georganiseerd worden,
onderzoek is geweest naar de wensen en de behoeften van de leden en de potentiële
leden. Dit is ook onderdeel van het beleidsplan, dus als het goed is zijn deze wensen
en behoeften al in kaart gebracht. Verder kan het van belang zijn om de leden te
betrekken bij de organisatie van activiteiten, zodat draagvlak gecreëerd wordt onder de
leden. Hierbij kan men ook denken aan het betrekken van jeugdleden bij het opzetten
van activiteiten voor de jeugd.
Een andere mogelijkheid is het zoeken van samenwerkingsverbanden, bijvoorbeeld
met scholen of buurthuizen. Hierbij kan ook worden gedacht aan het aanvragen van
subsidies bij de gemeente of de landelijke overheid. Juist omdat er
samenwerkingsverbanden gezocht worden is de kans groot dat de gemeente hier, door
de breedtesportimpuls, geld voor vrij wil maken. Voorbeelden van enkele mogelijke
activiteiten worden hieronder genoemd.
Tot slot zal de organisatie een draaiboek op kunnen stellen waarin genoemd staat wat
er moet gebeuren bij een strenge winter. Hierbij speelt men in op de schaatsgekte die
er dan ontstaat en zal de vereniging ervoor zorgen dat ze hier winst uit kunnen halen.
Er kan dan bijvoorbeeld gedacht worden aan het uitdelen van flyers op de
natuurijsbaan, op het moment dat het begint te dooien en het over is met de
schaatspret op natuurijs. Door hier als vereniging een draaiboek voor klaar te hebben
liggen kan er gemakkelijk op ingespeeld worden en kan de bedreiging (een strenge
winter) omgezet worden in een kans.
32
7. Tijdsplanning
7. Tijdsplanning
In dit hoofdstuk zullen alle verbeterpunten verwerkt worden in het tijdschema. Het is de
bedoeling dat de vereniging zich zal houden aan dit tijdschema om op korte termijn
verbeteringen te zien in de organisatie.
Hieronder is een tabel te zien waarin alle acties genoemd staan die ondernomen zouden
moeten worden. Deze acties zijn vervolgens verwerkt in een strokenplanning die te
vinden is in paragraaf 7.2. Na de strokenplanning volgt er in paragraaf 7.3 een korte
toelichting op de planning.
Letter Activiteit
Ledenvergadering beleggen waarbij de uitkomsten van het verbeterplan
A
bekend worden gemaakt
B Ontwikkelen van beleidsplan
Aanpassen van de organisatiestructuur op het beleid van de vereniging
C
D Terugkoppeling naar de leden geven van het ontwikkelde beleid
E Eventuele aanpassingen doen naar aanleiding van terugkoppeling
Ontwikkelen van vrijwilligersbeleid
F
G Ontwikkelen van sponsorstappenplan
Ontwikkelen van activiteiten om beter in te spelen op de wensen en behoeften
H
van de leden
I Terugkoppelingsmoment naar de leden
J Invoeren van vrijwilligersbeleid, sponsorstappenplan en activiteiten
K Ontwikkelen van een draaiboek bij een strenge winter
L Conclusies trekken uit de interne veranderingen
M De conclusies koppelen aan de eventuele bouw van een nieuw clubhuis
Keuze maken om wel of niet een nieuw clubhuis te bouwen of de keuze uit te
N
stellen
33
7. Tijdsplanning
Januari Februari Maart April Mei '05 Juni Juli Augustus September Oktober November December Januari
'05 '05 '05 '05 '05 '05 '05 '05 '05 '05 '05 '06
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
34
7. Tijdsplanning
In de conclusies van de SWOT – analyse is naar voren gekomen dat er intern een
aantal zaken genoodzaakt zijn te veranderen binnen ijsclub DOOI. Om dit voor elkaar
te krijgen is het uitermate belangrijk dat er draagvlak gecreëerd wordt onder de leden.
Dit kan de vereniging onder andere doen door terugkoppelingsmomenten in te
plannen. Dit is dan ook het eerste punt van de planning. Het advies van Jurgen Udoos
en zijn personeel zal ook onder de leden bekend moeten worden gemaakt alvorens met
de plannen aan de gang te kunnen, aangezien het de leden zijn die een groot deel van
de plannen uit zullen voeren.
Zoals in de planning te zien is zullen een aantal zaken op hetzelfde moment uitgewerkt
moeten worden. Dit is bijvoorbeeld het geval bij het uitwerken van het
sponsorstappenplan en het vrijwilligersbeleid. Hierbij wordt het bestuur aangeraden
om te kiezen voor het opzetten van speciale projectgroepen die zich bezighouden met
het ontwikkelen van deze zaken. Zodoende kan het bestuur zich verder bezighouden
met het maken van plannen en het uitstippelen van het beleid. Het bestuur is er
verantwoordelijk voor dat in deze commissies de juiste mensen zitten met kennis van
zaken en dat zij, met name bij het ontwikkelen van de activiteiten, een projectgroep
samenstellen die representatief is voor de ledenopbouw van de vereniging.
Deze projectgroepen koppelen hun resultaten en bevindingen terug aan het bestuur,
zodat het bestuur een duidelijk overzicht houdt van wie waar mee bezig is en hoe ver
de plannen zijn.
Als alle plannen af zijn, zullen deze ingevoerd moeten worden in de vereniging. In
bijlage 9 zijn een aantal punten genoemd waarmee het bestuur rekening dient te
houden als zij de veranderingen in de ijsclub door willen voeren.
Acht maanden nadat de veranderingen door zijn gevoerd dient het bestuur samen met
de leden en vrijwilligers te evalueren. Er moet dan gekeken worden naar punten die
verbeterd zijn en punten die nog steeds beter moeten.
Aan de hand van deze bevindingen zal men conclusies kunnen trekken met betrekking
tot de bouw van een nieuw clubhuis.
Nadat al deze stappen zijn doorlopen en er een keuze is gemaakt om wel of niet een
nieuw clubhuis te bouwen, zal het bestuur de vereniging weer verder moeten
ontwikkelen. Dit houdt in: het beleidsplan weer bijstellen en eventuele andere plannen
die nodig zijn schrijven of aanpassen. Zodoende begint de hele cyclus weer opnieuw.
35
8. Conclusies ten aanzien van de bouw van een nieuw clubhuis
In dit hoofdstuk zullen alle bevindingen worden teruggekoppeld, naar de aanleiding van
dit diagnoserapport met implementatieplannen, namelijk de bouw van een nieuw
clubhuis.
Om allereerst inzicht te krijgen in de kosten van het laten bouwen van een nieuw
clubhuis is er een offerte aangevraagd bij BAM Wilma. Deze offerte is gemaakt aan de
hand van de tekeningen die te vinden zijn in bijlage 10 De offerte zelf is te vinden in
bijlage 11.
In de offerte is te zien dat de gemiddelde prijs per vierkante meter op ongeveer 1500
euro exclusief BTW zal komen. Als er volgens de tekeningen gebouwd wordt, komt dit
uit op een totaal van circa 160.000 euro. Inclusief BTW is dit 190.400 euro. Over dit
bedrag zullen nog een aantal kosten komen, zoals kosten voor de architect, de
constructeur, aansluitkosten, notaris en dergelijke. Dit zal bij elkaar het bedrag met
ongeveer 15% verhogen. Het totaalbedrag zal dan maximaal 219.000 euro worden.
Dit bedrag kan verminderd worden door in het ledenbestand te kijken naar de
beroepen van de leden. Zodoende kan men bepaalde dingen van de bouw laten doen
door de leden, wat aanzienlijk in de kosten zal schelen omdat de vereniging dan niet
meer te maken heeft met uurlonen van 33 euro.
Het bestuur zal met de gemeente Zwolle kunnen regelen dat zij de grond om het
clubhuis op te bouwen gratis, of voor een symbolisch bedrag kunnen krijgen.
Er worden hier weinig problemen verwacht, aangezien dit ook geldt voor bijvoorbeeld
voetbalclubs. Daarnaast is het zo dat de gemeente mee kan profiteren van de extra
activiteiten die de ijsclub zal organiseren. Hierbij kan gedacht worden aan de jeugd
weghalen van de straat en de activiteiten kunnen worden ingezet in het kader van
integratie.
In de begroting zijn ook kosten opgenomen voor het inrichten van het clubhuis. Hier
kan wellicht op bezuinigd worden door inventaris onder de leden of bij andere
instanties te verzamelen, door middel van inzamelingsacties.
Omdat ijsclub DOOI niet gelijk zal beginnen met de bouw van het clubhuis op het
moment van het maken van de offerte, is er tevens een percentage in het bedrag
opgenomen om eventuele stijgingen van kosten die zijn opgenomen in de raming, te
dekken.
36
8. Conclusies ten aanzien van de bouw van een nieuw clubhuis
De bouw van een clubhuis brengt meer dingen met zich mee dan alleen financiële
consequenties. Naast de extra inkomsten die gegenereerd moeten worden, zullen er
ook meer vrijwilligers nodig zijn voor het onderhoud van het pand en het verzorgen
van de extra activiteiten die er georganiseerd worden. Ook dit moet dan dus goed
geregeld zijn, zodat er niet na een tijdje geen vrijwilligers meer zijn om het clubhuis
draaiende te houden.
8.3 Conclusies
Acht maanden nadat de veranderingen door zijn gevoerd dient het bestuur de balans
op te maken. Wat zijn de resultaten tot nu toe van de veranderingen en hoe zullen
deze veranderingen zich doorzetten in de toekomst. Zal de commissie PR en
sponsoring meer geld binnen halen, zijn er voldoende vrijwilligers en willen deze
vrijwilligers voor langere tijd aanblijven? Is daarnaast voor deze vrijwilligers ook
duidelijk wat hun taken zijn, zodat ze niet na een tijd de club verlaten omdat het hen
toch veel meer tijd kost dan zij van tevoren in hadden geschat? Wat zijn de inkomsten
die gegenereerd worden uit de extra activiteiten die georganiseerd zijn en wat zijn de
activiteiten die men wil organiseren als er een eigen clubhuis komt? Hoe ontwikkelt
het ledenaantal zich? Is er een stijging te zien onder de jeugdleden?
Dit zijn allemaal voorbeelden van vragen waarop het bestuur een antwoord dient te
geven alvorens zij beslissen of de bouw van een eigen clubhuis haalbaar is. Daarnaast
moet het bestuur een duidelijk overzicht hebben van de kosten die zij uit moeten
besteden en welke dingen door leden kunnen worden gedaan, zodat ze precies de
bouwkosten kunnen bepalen voor het nieuwe clubhuis.
Als blijkt dat dit alles financieel haalbaar is en dat het ook na de bouw draaiende te
houden is met hulp van vrijwilligers, dan kan er voor ijsclub DOOI een eigen clubhuis
gebouwd worden.
37
Literatuurlijst
Literatuurlijst
Boeken:
- Grit, R. (2000)
Projectmanagement
Groningen: Wolters – Noordhoff
- Heinsius, J. (1998)
Basisboek vrijwilligersmanagement
Bussum: Coutinho
- Vilsteren, P. (1997)
Rapporteren de basis
Groningen: Wolters - Noordhoff
Websites:
- http://helo.hanze.nl
- http://www.knsb.nl
- http://www.sport.nl
- http://www.zwolle.nl
38