Vous êtes sur la page 1sur 34

Beleidsplan

Economische Zaken Tytsjerksteradiel

De Verkenning
(Achtergrondrapport)

Concept juli 2006


Inhoudsopgave
Pagina

1. Inleiding 1
2. Ruimtelijk kader 2
2.1. Positie en ligging 2
2.2. Bevolkingsontwikkeling en samenstelling 3
3. Omgevingsfactoren 3
3.1. De Hoofdinfrastructuur 3
3.2. Landschap als economische factor 4
3.3. Wonen vanuit economisch perspectief 5
4. De economische sectoren 6
4.1. De samenstelling, aard en spreiding van de bedrijvigheid 6
4.2. Landbouw 7
4.2.1. Structuur van de landbouw 7
4.2.2. Fysieke bedrijfsomgeving landbouw 7
4.3. Industrie, bouw en transport 8
4.3.1. Structuur industrie, bouw en transport 8
4.3.2. Fysieke bedrijfsomgeving industrie, bouw en transport 9
4.4. Detailhandel 11
4.4.1. Structuur detailhandel 11
4.4.2. Fysieke bedrijfsomgeving detailhandel 12
4.5. Zorg, recreatie en toerisme en andere diensten 12
4.5.1. Structuur zorg, recreatie en toerisme en andere diensten 12
4.5.2. Fysieke bedrijfsomgeving dienstensector 13
5. Overige beleidsaanknopingspunten 14
5.1. Gemeentelijke dienstverlening 14
5.2. Het functioneren van ondernemersnetwerken 15
5.3. Startende bedrijven 16
5.4. Imago 16
5.5. Werk en inkomen 17
5.5.1. Arbeidsaanbod 17
5.5.2. Werkgelegenheid en werkloosheid 17
5.5.3. Inkomen 18
6. Beknopte schets van het algemene beeld 19

Bijlage 1. Geraadpleegde rapporten en andere bronnen 21

Bijlage 2. Externe gesprekken en groepsbijeenkomsten 23

Bijlage 3. Tabellen en grafieken 24


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

1. Inleiding
Met het oog op de samenstelling van het Beleidsplan Economische Zaken is eerst
een Verkenning gemaakt van de lokale economie. Er is geen nieuw onderzoek
gedaan. In de afgelopen jaren zijn er tal van nota’s, rapporten en studies uitgebracht
die betrekking hebben op de economie in Tytsjerksteradiel en over rijks- en provin-
ciaal beleid dat daar invloed op heeft. Ter voorbereiding op dit plan is daarvan studie
gemaakt en zijn ook recente cijfers verzameld.
Daarnaast zijn gesprekken gevoerd, zowel individueel als in enkele bijeenkomsten,
met sleutelpersonen van relevante instellingen en bedrijven. Zo is het werkgebied
opnieuw verkend. Vanzelfsprekend is ook intern uitvoerig gesproken met betrok-
kenen van verschillende afdelingen evenals met de huidige en (bij de aanvang) met
de voormalige portefeuillehouder Economische Zaken.

Voor wie zich wil verdiepen in het materiaal dat is gebruikt is daarvan in bijlage 1 een
overzicht opgenomen. In bijlage 2 is weergegeven met wie, buiten het gemeentelijke
apparaat gesprekken zijn gevoerd. De voornaamste achterliggende cijfers zijn in
bijlage 3 opgenomen.

In deze Verkenning beschouwen wij de belangrijkste factoren die de economische


ontwikkeling bepalen en waar de gemeente (enige) invloed op kan uitoefenen.
Allereerst geeft hoofdstuk 2 het ruimtelijk kader aan waarbinnen de economische
ontwikkeling plaatsvindt.
In hoofdstuk 3 analyseren wij de omgevingsfactoren: de hoofdinfrastructuur,
landschap als economische factor en wonen vanuit economisch perspectief.

Vervolgens gaan wij in hoofdstuk 4 in op de structuur van de bedrijvigheid; de


economische sectoren, de samenstelling, de aard en ruimtelijke spreiding.
Daarbij zijn van vier segmenten van de lokale economie, per segment de structuur en
de specifieke aspecten van de fysieke bedrijfsomgeving beschreven. Voor elk van
deze segmenten heeft de fysieke bedrijfsomgeving een heel ander karakter en
daarom is daar per segment op ingezoomd. De vier segmenten zijn:
o de landbouw
o industrie, bouw en transport
o detailhandel
o zorg, recreatie en toerisme en overige diensten

In hoofdstuk 5 volgt dan een aantal aanknopingspunten voor gemeentelijk


economisch beleid dat niet onder de omgevingsfactoren en economische sectoren is
behandeld: de rol van de gemeente als dienstverlener, het functioneren van
ondernemersnetwerken, startende bedrijven en het imago.In dit hoofdstuk zijn ook de
voornaamste uitkomsten van het economische proces beschreven die gelden als de
ijkpunten voor het gemeentelijk economisch beleid: werk en inkomen.

Hoofdstuk 6 geeft tenslotte een beknopt beeld dat naar voren komt uit deze
Verkenning.

Derde concept juli 2006 -1-


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

2. Ruimtelijk kader
2.1. Positie en Ligging

In het ontwerp Streekplan is Burgum aangewezen als regionaal centrum, met een
belangrijke taak in de regio, met bijbehorende ontwikkelingsmogelijkheden voor
wonen, werken en voorzieningen. Hurdegaryp kan, volgens het provinciaal beleid
vanwege zijn station een aanvullend woonaccent krijgen en Earnewâld is
aangewezen als recreatiekern. Tytsjerksteradiel zal zich voor de ontwikkeling van de
werkfunctie vooral moeten richten op het eigen bedrijfsleven en op startende
bedrijven. Dit zijn vier belangrijke uitgangspunten voor de verdere ontwikkeling van
Tytsjerksteradiel.

De ligging van Tytsjerksteradiel kan op verschillende manieren worden gewogen.


Binnen Nederland kan de ligging als perifeer worden gezien ten opzichte van de
grote economische- en bevolkingscentra, zoals dat in feite geldt voor het hele
Noorden van het land. Daaruit vloeit de ijle economische structuur voort die het
Noorden kenmerkt, maar de economie in het noorden loopt de laatste jaren in op de
rest van het land en de Friese economie presteert goed. Volgens een onderzoek van
Graydon1 dat dit jaar uitkwam is Fryslân (na Limburg) zelfs de op één na beste
provincie om te ondernemen.

Binnen het Noorden van het Land is Tytsjerksteradiel gunstig gelegen ten opzichte
van de voornaamste economische zones. Burgum heeft volgens de Regiovisie
Stadsregio Leeuwarden-Westergozone 2 een ondersteunende functie voor wonen en
werken ten opzichte van Leeuwarden, binnen de Oost-West As.
In aanvulling daarop kan worden opgemerkt dat Tytsjerksteradiel door zijn ligging
nabij Leeuwarden ook veel baat heeft bij de agglomeratievoordelen die een stad van
deze omvang biedt. Leeuwarden biedt veel inwoners van Tytsjerksteradiel hoog-
waardige werkgelegenheid en grootschalige voorzieningen. Voor inwoners van
Leeuwarden is Tytsjerksteradiel een belangrijk uitloopgebied om te recreëren.
De verdere ontwikkeling van Leeuwarden is dan ook gunstig voor Tytsjerksteradiel.

Ook de voorzieningen in Drachten, zoals op het gebied van voortgezet onderwijs


hebben voor veel inwoners van Tytsjerksteradiel een grote betekenis. Binnen
Smallingerland ontwikkelt Drachten zich verder als stedelijk centrum binnen de A7-
zone en er is daarbij eveneens sprake van een positieve wisselwerking met
Tytsjerksteradiel.

Met de gemeenten Dongeradeel en Dantumadeel maakt Tytsjerksteradiel deel uit


van een zone die door de aanleg van de Centrale As een nieuwe economische
dynamiek mag verwachten. De regiostad Dokkum fungeert daar aan de noordzijde
als economische trekker.

1
De Beste Provincie voor Ondernemers, Onderzoek kwaliteit, economische dynamiek en kansen in de
toekomst, Robert J. Blom, Graydon 2006
2
Regiovisie Stadsregio Leeuwarden-Westergozone, gemeenten Boarnsterhim, Franekeradeel,
Harlingen, Leeuwarden, Leeuwarderadeel, Littenseradiel, Menaldumadeel en Tytsjerksteradiel, de
provincie Fryslân en Wetterskip Fryslân namens de Friese waterschappen, februari 2004

Derde concept juli 2006 -2-


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Voor de positie van Burgum als regionaal centrum betekent de ligging tussen de
stedelijke centra Leeuwarden, Drachten en regiostad Dokkum, met elk een speciale
taakstelling in het beleid van rijk en/of provincie, dat voortdurend bijzondere aandacht
nodig is om die positie waar te maken.

2.2. Bevolkingsontwikkeling en samenstelling

In de periode 2000-2005 groeide de bevolking van 31.037 naar 32.149 ofwel 3,6%.
Volgens een trendprognose 2005 van de provincie zou de bevolking over de periode
2005-2020 verder stijgen naar 33.044 in een minimaal scenario, of 33.152 in een
maximaal scenario. In werkelijkheid zal de groei vooral afhangen van het aantal
woningen dat wordt opgeleverd. Bovendien blijkt er zich recent in Nederland een
trendbreuk voor te doen in de bevolkingsontwikkeling.

De bevolkingsopbouw wijkt in Tytsjerksteradiel vrij sterk af van het landelijke beeld.


Het percentage 65-plussers is relatief hoog: 16% (Nederland: 14,3%, Fryslân 15,
1%). Ook de groep van 45-65 jaar is vrij groot: 27,9% (Nederland: 26,5%, Fryslân:
26,8%). De leeftijdscategorie 20-45 jaar is met 30,8% in de gemeente juist onder-
vertegenwoordigd (Nederland 34,9%, Fryslân 33%).
Jongeren tot 20 jaar zijn 19% met weer relatief ruim aanwezig (Nederland 18,2%,
Fryslân 18,7%).

De aandelen van 65-plussers en jongeren tot 20 jaar ten opzichte van de ‘produc-
tieve’ leeftijdsgroep van 19 tot 64 jaar worden wel ‘grijze en groene druk” genoemd.
Beide zijn in Tytsjerksteradiel groter dan in Nederland en Fryslân.
De grijze druk is 27,3% (Nederland 23,2%, Fryslân 25,3%).
De groene druk is 43% (Nederland 39,6%, Fryslân 41,9%)
Een gevolg van de ‘groene druk’ zal zijn dat de beroepsbevolking nog behoorlijk zal
toenemen, tenzij veel jongeren die tot de ‘productieve leeftijdsgroep’ gaan behoren,
de gemeente verlaten, bijvoorbeeld omdat de werkgelegenheid of het woningaanbod
binnen de gemeente voor hen te weinig mogelijkheden bieden.

3. Omgevingsfactoren
3.1. De hoofdinfrastructuur

Van belang is dat Tytsjerksteradiel door de aanleg van de Centrale As een veel
betere verbinding krijgt met de A7 en via een vierstrooks autoweg direct aansluiting
krijgt op het snelwegennetwerk.
Een knelpunt dat pas op langere termijn (tenminste 10 tot 15 jaar) door de Centrale
As wordt opgelost is de benaderbaarheid van de zeer drukke N361 vanuit Oentsjerk
en Gytsjerk

Voor de voordelen van de ligging aan het Prinses Margrietkanaal, hoeft maar geke-
ken te worden naar de bedrijven die daaraan zijn gevestigd. Vervoer over water
neemt nog voortdurend in belang toe en daarom wordt het kanaal ook verbeterd en
opgewaardeerd naar vaarklasse 5A. De combinatie van de aanleg van de Centrale

Derde concept juli 2006 -3-


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

As en de opwaardering van het kanaal en de toename van vervoer over water biedt
kansen voor economische ontwikkeling van Tytsjerksteradiel.
De brug bij Skûlenboarch is door zijn geringe hoogte en het drukke
scheepvaartverkeer een groot knelpunt (verkeersstagnatie en veiligheid), waarvoor
een oplossing binnen handbereik leek te liggen, maar waarover verschillende
overheden nog niet tot overeenstemming konden komen.

Op het gebied van ICT-infrastructuur zijn vanuit het bedrijfsleven geen speciale
wensen naar voren gebracht, evenmin als een behoefte aan een glasvezelnetwerk.
Dat wil niet zeggen dat de ICT-infrastructuur ook op wat langere termijn voldoende is.
Ontwikkelingen op dit terrein gaan heel snel, maar de richting is vrij onzeker.
Door bundeling van de gezamenlijke vraag naar glasvezelinfrastructuur biedt het
project Fryslânring van de provincie Fryslân gunstiger condities voor potentiële
afnemers dan bij individuele aansluitingen. Het wordt steeds meer als
vanzelfsprekend beschouwd dat op nieuwe bedrijventerreinen eenvoudig kan worden
aangetakt op glasvezelnetwerken. Bij de aanleg van nieuwe bedrijventerreinen is dit
zeker een punt van aandacht en het is raadzaam de ontwikkelingen op dit gebied
nauwlettend te blijven volgen.

3.2. Landschap als economische factor

De kwaliteiten van het landschap worden, behalve door recreatie-ondernemers, niet


snel spontaan genoemd als factoren die van belang zijn voor bedrijven. Soms wordt
hooguit gewezen op de beperkingen die deze kunnen opleveren voor uitbreiding van
bedrijven.

Volgens de Raad voor het Landelijk Gebied3 draagt de groene kwaliteit bij aan de
economie door verbetering van het economisch vestigingsklimaat, hogere omzet van
het toeristisch en recreatief bedrijfsleven, hogere waarde van woningen en
verminderd ziekteverzuim.
Een prettige omgeving voor ondernemers en werknemers is zeker een factor van
betekenis bij hun keuze om zich ergens te vestigen, of om juist ergens te blijven. Dat
geldt vooral voor middelgrote en kleinere bedrijven, waarvan de ondernemer nabij
zijn bedrijf woont.

Tytsjerksteradiel heeft op dit punt zeer veel te bieden. De nabijheid van stedelijke
voorzieningen in Leeuwarden en (in mindere mate) Drachten in combinatie met de
ruimte, het groen en het water van Tytsjerksteradiel dragen bij aan de
aantrekkelijkheid als vestigingsplaats voor bedrijven.

Desgevraagd bevestigde de geïnterviewde ondernemers wel het belang van de


groene omgeving als vestigingsplaatsfactor en geven zij ook aan dat Tytsjerkstradiel
daar hoge ogen mee gooit. Recreatieondernemers zijn zich er terdege van bewust
dat natuur en landschap het kapitaal van deze gemeente vormen voor hun sector en
geven ook aan dat dit kapitaal nog verder kan worden benut voor het aantrekken van
recreanten en toeristen.

3
Recht op Groen, Raad voor het Landelijk Gebied, juni 2005

Derde concept juli 2006 -4-


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Ook voor de grootste sector in de gemeente; de zorg, zijn de rust en de natuurlijke


omgeving en landschappelijke kwaliteiten in grote delen van de gemeente aan-
trekkelijk.

Sterke troeven qua natuur en landschap in en rond de gemeente zijn niet alleen het
Nationaal Park de Alde Faenen en het Nationaal Landschap Noardlike Fryske
Wâlden, maar zeker ook de verscheidenheid in landschapstypen, waardoor met recht
kan worden gesteld dat Tytsjerksteradiel alles van Fryslân heeft. Ook het groene
karakter van de dorpen draagt bij aan de aantrekkelijkheid van de gemeente als
geheel.

Juist omdat Tytsjerksteradiel zich moet richten op de aanwezige bedrijven en de


eigen ondernemers en daarbij vooral is aangewezen op de eigen kracht, is het goed
om te constateren dat de landschappelijke kwaliteiten zeker ook helpen om deze aan
de gemeente te binden.

3.3. Wonen vanuit economisch perspectief

Voor de lokale economie is de ontwikkeling van de woningvoorraad om verschillende


redenen van belang. Voor de huisvesting van personeel, voor de bouwstroom, voor
het inwoneraantal en daarmee voor de bestedingen.

Ondernemers geven aan dat het soms moeilijk is voor hun personeel om geschikte
huisvesting te vinden. Zij dringen er sterk op aan om snel nieuwe woonplannen voor
Burgum tot ontwikkeling te brengen.

Het aantal woningen dat gereedkwam was in de afgelopen 5 jaar gemiddeld 139 per
jaar, maar daarbij was 2001 wel een piekjaar met 232 woningen. Er worden over-
wegend eengezinswoningen in de koopsector gebouwd; gemiddeld over de laatste
10 jaar 88% eengezinswoningen en 80% koopwoningen.
De laatste jaren zijn relatief veel woningen gebouwd voor ouderen.

In het verlengde van het Streekplan zal de provincie het woonbeleid verder uit-
werken. Daarin zal de verdere ontwikkeling van Burgum als regionale kern moeten
worden uitgewerkt, evenals het extra woon-accent dat volgens het Streekplan moet
gelden voor Hurdegaryp. Dat zal mogelijk een verdere bundeling en concentratie van
woningbouw in Burgum tot gevolg hebben.

Voor het gemeentelijk beleid ligt er een stevige opgave om de gewenste positie van
Burgum als regionale woonkern waar te (blijven) maken, tussen Leeuwarden,
Drachten en Dokkum, met elk een ruimere taakstelling op dit gebied.
Om in dit krachtenveld een goede positie te behouden heeft het College van B&W
vorig jaar uitgesproken dat een aandeel van 6% in de nieuw te bouwen woningen in
Fryslân gewenst is.4

4
Compensatie en meerwaardepakket de Centrale As, College van B&W Tytsjerksteradiel december
2005

Derde concept juli 2006 -5-


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

4. De economische sectoren
4.1. De samenstelling, aard en spreiding van de bedrijvigheid

De procentuele aandelen per sector vergeleken met Fryslân en Nederland zijn


hieronder weergegeven.

T’diel Fryslân Nederland


landbouw 10% 7% 3%
industrie 14% 16% 14%
bouwnijverheid 12% 8% 7%
handel 13% 14% 17%
horeca 4% 3% 3%
vervoer, opslag 6% 5% 7%
financiële instellingen 3% 5% 4%
zakelijke diensten 7% 9% 14%
overheid 4% 7% 7%
onderwijs 5% 7% 7%
zorg 18% 15% 14%
overige diensten 4% 4% 4%
100% 100% 100%

De aandelen in de werkgelegenheid van de zorg, bouw en landbouw zijn vrij groot


ten opzichte van Fryslân en Nederland. Het relatief grote aandeel van de landbouw
hangt logisch samen met het karakter van de gemeente, met een uitgestrekt
buitengebied.
Zakelijke diensten, overheid en onderwijs zijn vrij klein ten opzichte van Nederland en
Fryslân. Deze lage aandelen hangen samen met de omvang en het niet-stedelijke
karakter van de gemeente en de nabijheid van Leeuwarden en Drachten, met
concentraties van bedrijven en instellingen in deze sectoren.

Het overgrote deel van de bedrijven en instellingen is lokaal of regionaal gericht; dat
betreft in ieder geval de detailhandel en de grote zorgsector.
Slechts een klein deel van de bedrijvigheid (minder dan 10%) is gericht op de export.
Sectoren waar fysieke goederen omgaan, te weten de landbouw, industrie, bouw,
handel, horeca en transport, bevatten in Tytsjerksteradiel samen 60% van de werk-
gelegenheid (in Fryslân 54% en in Nederland 51%).
Dat stelt specifieke eisen aan de fysieke bedrijfsomgeving van de bedrijven, vooral
aan de bedrijfslocaties en de bereikbaarheid.

De werkgelegenheid is voor 51% geconcentreerd in van het dorpsgebied van


Burgum/Sumar (Burgum 40%, Sumar 11%). Daarin komt de positie van Burgum als
regionaal centrum duidelijk naar voren.
Daarna volgen Hurdegaryp met 8%, Noardburgum en Eastermar met elk 7%; de
andere dorpsgebieden hebben elk een aandeel van 5% of minder.

Derde concept juli 2006 -6-


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

4.2. Landbouw

4.2.1. Structuur Landbouw

Terwijl de landbouw in Nederland, na jaren van krimp nog maar een werkgelegen-
heidsaandeel van 3% heeft, valt op dat deze sector in Tytsjerksteradiel nog steeds
een aandeel heeft van 10% (Fryslân 7%). Ook hier loopt de werkgelegenheid echter
gestaag terug. Het aantal bedrijven en het aantal melkkoeien is in de afgelopen jaren
in deze gemeente relatief weinig afgenomen.
De helft van de melkveebedrijven heeft 70 of meer melkkoeien en 38% tussen 30 en
70 (Fryslân resp. 51% en 41%). Tytsjerksteradiel telt vrij veel kleine bedrijven: de
gemiddelde oppervlakte bedraagt 31 ha tegen 35 ha in Fryslân. Juist bij kleine
bedrijven is de bedrijfsopvolging vaker een probleem en daarom zijn kleinschalige
gebieden extra kwetsbaar.
De laatste jaren is ook de paardenhouderij in Tytsjerksteradiel opgekomen. Deze
biedt kansen voor nieuwe werkgelegenheid in het buitengebied.

Het overgrote merendeel van de bedrijven heeft agrarisch natuur- en landschaps-


beheer in de bedrijfsvoering ingepast en ontvangt daarvoor een vergoeding. Door de
aanwijzing van grote delen van de gemeente tot Nationaal Landschap is er zicht op
een meer structurele beheersvergoeding voor bedrijven in de gebieden waar de
bedrijfsvoering wordt belemmerd door de structuur van het landschap. Andere
vormen van verbrede landbouw dan natuur en landschapsbeheer zijn van onder-
geschikt belang en zullen volgens LTO ook geen grote vlucht nemen.

Er zal een gezonde economische basis moeten liggen onder de bedrijfsvoering.


Door afschaffing van de Brusselse melksubsidies, die slechts gedeeltelijk worden
gecompenseerd door inkomenstoeslagen, zal het inkomen in de sector naar ver-
wachting dalen, ook omdat de melkprijs een dalende trend te zien geeft.
Verdergaande schaalvergroting moet daarom worden gezien als een gegeven.
Per saldo mag worden aangenomen dat de huidige lichte daling van de werkge-
legenheid in deze sector in Tytsjerksteradiel zal doorzetten.

4.2.2. Fysieke bedrijfsomgeving Landbouw

Meer dan 80% van het landoppervlak van de gemeente wordt gebruikt door de land-
bouwsector. Als fysieke bedrijfsomgeving kan dan ook vrijwel het totale buitengebied
landbouw worden gezien. De gemeente heeft veel invloed op de ruimtelijke inrich-
ting en ontsluiting van het buitengebied. In het ruimtelijk beleid spelen landschaps-
kwaliteiten een belangrijke rol; het coulisselandschap met singels en houtwallen en
andere karakteristieke elementen worden zoveel mogelijk ontzien. Voor de landbouw
levert dat beperkingen op, waar weliswaar beheersvergoedingen tegenover staan,
maar die uiteindelijk toch grenzen stellen aan de schaalvergroting en rationalisatie.
LTO-Noord wijst op de gevolgen van de nieuwe mestregels vanuit de EU, waardoor
er een behoefte is ontstaan aan meer grond omdat er daardoor 1,7 tot hooguit 2,5
koe per ha mag worden gehouden. Ook de dalende inkomsten uit de melk stimuleren
de schaalvergroting. Volgens LTO-Noord moeten deze als een gegeven en niet als
een bedreiging worden gezien, omdat dit niet ten koste van natuur en landschap
hoeft te gaan.

Derde concept juli 2006 -7-


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

De Vereniging Noardlike Fryske Wâlden; NFW, waarin 850 boeren in vijf gemeenten
zijn verenigd, zoekt ook actief naar een wijze van duurzaam agrarisch ondernemen,
waarbij boeren een bijdrage leveren aan het in stand houden van natuur en
landschap. Zowel NFW als LTO dringen er wel op aan om met het ruimtelijk beleid in
te spelen op de schaalvergroting, wat eisen stelt aan de kavelgrootte, aan het
bouwkavel en aan de ontsluiting, met wel met oog voor het landschap.
Over het algemeen lukt het goed om in Tytsjerksteradiel in overleg tussen boeren en
gemeente flexibel in te spelen op de fysieke omstandigheden.

Schaalvergroting treedt niet alleen op in de bedrijfsvoering, maar ook in het transport.


Zowel de landbouwmachines als de vrachtwagens van de landbouwcoöperaties zijn
veel groter dan een aantal jaren geleden. Het wegenstelsel, de ontsluiting van de
erven en de ontsluiting via de dorpen zijn daar niet overal op ingesteld.

De landbouw wordt als gevolg van de aanleg van de Centrale As geconfronteerd met
een doorsnijding van het agrarisch gebied. In verband daarmee wordt gesproken
over een Aanpassingsinrichting, die dus een verplichtend karakter heeft, waarin de
vrijwillige ruilverkaveling Garyp mogelijk zal opgaan.

4.3. Industrie, bouw en transport.

4.3.1. Structuur Industrie, bouw en transport.

Met ‘industrie’ in de zin van de grotere bedrijven die zijn gevestigd op


bedrijventerreinen, wordt doorgaans ook gedoeld op de bouw en de
transportbedrijven.

Hoewel de industrie ook in Tytsjerksteradiel in de loop de jaren behoorlijk is ge-


krompen, is dit toch met een aandeel van 14% nog de tweede sector na de zorg. In
2005 bleef de werkgelegenheid vrijwel gelijk. De industrie is in Tytsjerksteradiel rela-
tief zeer kapitaalintensief en weinig arbeidsintensief, wat vertrek naar lage lonen
landen minder waarschijnlijk maakt.Daar staat tegenover dat technologisch hoog-
waardige activiteiten zwak zijn vertegenwoordigd, terwijl die juist de meeste kansen
bieden voor de toekomst. Wel is de diversiteit binnen de industrie groot, wat de
stabiliteit ten goede komt. Omdat veel industriële vestigingen deel uitmaken van
grotere bedrijven met hoofdvestigingen in andere delen van het land of zelfs in het
buitenland, worden strategische beslissingen veelal ook elders genomen. Lokale
verbondenheid weegt daarbij natuurlijk anders dan bij ondernemers uit de eigen
gemeente.

In 2006 zal de daling van de werkgelegenheid in de industrie in Nederland waar-


schijnlijk tot staan komen en de ondernemers in deze sector verwachten zelfs weer
groei. Ook in Tytsjerksteradiel kan de industrie weer groeien, maar dat is wel af-
hankelijk van de mate waarin beperkingen in de fysieke bedrijfsomgeving kunnen
worden weggenomen.

Met 12% van de werkgelegenheid is de bouw in Tytsjerksteradiel relatief ruim aan-


wezig (Fryslân 8%). De laatste jaren krimpt deze sector in de gemeente en in de
provincie voortdurend fors. Opvallend is dat de werkgelegenheid in 2005 in deze
gemeente meer afnam dan over de hele periode van vier jaar daaraan vooraf gaand.

Derde concept juli 2006 -8-


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Bovendien was de daling sterker dan gemiddeld in Fryslân en in Nederland.

In de bouw in Tytsjerksteradiel groeit het aantal zogenaamde ‘z.z.p.-ers’, of wel


zelfstandigen zonder personeel. Dat is overigens een ontwikkeling die zich in de
transportsector al langer voordoet doordat grote transportbedrijven veel minder
werken met eigen chauffeurs en materieel en veel meer zogenaamde ‘eigen rijders’
inschakelen.
In 2006 vertoont de bouwsector landelijk een duidelijk herstel en neemt de
werkgelegenheid weer toe en die groei zal naar verwachting ook de komende jaren
doorzetten. Het lijkt dat na moeilijke tijden in de afgelopen jaren nu de klim naar een
hoger niveau al is ingezet. Voor alle drie noordelijke provincies kan worden gezegd
dat 2006 een groei van de bouwproductie te zien zal geven. Bouwbedrijven in
Tytsjerksteradiel kunnen daarvan profiteren, maar de werkgelegenheid zal naar
verwachting niet evenredig stijgen met het bouwvolume.

De transportsector telt naast enkele middelgrote bedrijven een groot aantal kleine.
De grotere bedrijven hebben directe werkrelaties met enkele grotere lokale
industriële bedrijven en de toekomstige ontwikkeling hangt daar dus nauw mee
samen. De laatste jaren is de transportsector mee gekrompen met de industrie.

4.3.2. Fysieke bedrijfsomgeving industrie, bouw en transport

Industrie, bouw en transport zijn voor een groot deel aangewezen op


bedrijventerreinen, maar vooral bouw en transport zijn ook wel verspreid in de dorpen
en lintbebouwing aanwezig. Die laatste situatie levert vaak op den duur problemen
op, wanneer de activiteiten toenemen en uitbreiding nodig is. Ook daarvoor zijn dan
bedrijventerreinen nodig. Een aantal bedrijven, met een groot aandeel in de
werkgelegenheid, is gevestigd aan en afhankelijk van het Prinses Margrietkanaal.

Voor de vestiging, verplaatsing en uitbreiding van bedrijven is al enige tijd nauwelijks


bedrijventerrein beschikbaar en voor bedrijven die gebruik willen maken van het
water al helemaal niet. Daardoor zijn meerdere bedrijven uit de gemeente vertrokken.
Op korte termijn komt er vrijwel geen nieuw bedrijventerrein beschikbaar.

In de Ruimtelijk economische ontwikkelingsvisie Burgum van 2002 5 constateerde


Bureau Inbo al dat er bij een gemiddelde jaarlijkse uitgifte van 2,7 ha vanaf
2005/2006 geen terrein meer beschikbaar zou zijn. Toen al werd gewezen op het
risico dat bedrijven hun heil elders zouden kunnen gaan zoeken. Helaas is de situatie
sindsdien met name door het proces van de Centrale As niet verbeterd en daardoor
is niet alleen de achterstand verder opgelopen, maar zijn ook daadwerkelijk
verschillende bedrijven uit de gemeente vertrokken.

Momenteel zijn er plannen voor een groter regionaal bedrijventerrein bij Quatrebras,
een terrein voor de Trynwâlden bij Oentsjerk, beperkte uitbreidingen bij Burgum West
en Burgum-Sumar en er wordt een terrein voor vijf bedrijven met woningen
aangelegd bij Jistrum.

5
Ruimtelijk-economische ontwikkelingsvisie Burgum Inbo Achtergrondrapportage september 2002

Derde concept juli 2006 -9-


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Een plan voor een locatie aan het water ten zuidwesten van Burgum is doorkruist
door het plan voor de aanleg van de Centrale As.

De Industriële Club Tytsjerksteradiel; ICT dringt sterk aan op het snel ontwikkelen
van nieuwe bedrijventerreinen, niet alleen bij Quatrebras, maar ook bij het Prinses
Margrietkanaal bij Burgum. Het kanaal heeft, in combinatie met de goede ontsluiting
via de Centrale As, volgens de ondernemers in de komende jaren zeker potentie
voor het vestigen van watergebonden bedrijven vanuit de wijde omtrek en voor
transportbedrijven die nu op bedrijventerrein Noord zijn gevestigd.
Daarmee komt ruimte vrij, die geschikt is voor het vestigen van volumineuze
detailhandel, zoals in de vorige paragraaf aangeduid.

Deze vereniging vindt het echter ook belangrijk dat de dorpen niet ‘op slot’ worden
gezet en dat ook aan de vele kleinere bedrijven die daar zijn gevestigd perspectief
wordt geboden om daar te kunnen blijven functioneren en zo nodig beperkt uit te
breiden.

Bureau Louter6, dat in opdracht van de provincie de ruimtelijk economische


ontwikkelingen in de Centrale As regio heeft onderzocht, komt tot de conclusie dat in
Tytsjerksteradiel over de periode 2004-2020 (inclusief een ijzeren voorraad van 11
ha) tenminste 54 ha bedrijventerrein nodig is, nog zonder rekening te houden met de
effecten van de Centrale As. Het aanbod in de gemeente bedroeg in 2004 volgens
Louter 13 ha. Per jaar is een gemiddelde uitgifte van 2 tot 2,5 ha normaliter te
verwachten, maar door achterstand is extra druk ontstaan, terwijl ook weer een
ijzeren voorraad moet worden opgebouwd. Met het oog op het economisch herstel
en de verwachtte groei is een snelle realisatie van een behoorlijke oppervlakte zeer
gewenst. Wanneer bedrijventerrein aan het Prinses Margrietkanaal kan worden
aangeboden, kan daar een (boven-)regionale wervingskracht vanuit gaan.
Er moet rekening mee worden gehouden dat op natte bedrijventerreinen doorgaans
grote kavels worden afgenomen.

Lokale ondernemers hebben veelal een voorkeur voor een woning bij hun bedrijf. In
die behoefte is steeds voorzien, ook al kunnen zich wel eens minder gewenste
situaties voordoen. Wanneer wonen en werken later bijvoorbeeld worden
gescheiden, kunnen er vanuit milieuoogpunt conflicterende situaties ontstaan die wel
aandacht behoeven. Gelet op het grote belang van lokale ondernemers en starters
voor Tytsjerksteradiel en op het gegeven dat buurgemeenten ook aan deze behoefte
tegemoet komen, moet Tytsjerksteradiel wel redelijke mogelijkheden blijven bieden
voor een combinatie van wonen en werken.

Voor het type bedrijven in de vier genoemde sectoren is de regionale en lokale


ontsluiting voor transport en voor personeel dat vaak voor een deel elders woont, van
heel groot belang. Vanuit de ICT wordt de aanleg van de Centrale As zeer
toegejuicht, maar er wordt tevens met klem aangedrongen op spoedige verbetering
van de ontsluiting van het bedrijventerrein bij Skûlenboarch. Door de slechte
ontsluiting worden de bedrijven daar ernstig in hun ontwikkeling geremd of zelfs in
hun voortbestaan bedreigd, terwijl daarmee een aanzienlijke werkgelegenheid
gemoeid is

6
Ruimtelijk-economische ontwikkelingen Centrale As Regio, Bureau Louter, augustus 2005

Derde concept juli 2006 - 10 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Opmerkelijk is dat de ICT ook vraagt om snel nieuwe woonwijken te realiseren,


omdat bij het huisvesten van personeel duidelijk knelpunten worden ervaren.
Een goed woonmilieu, waarbij natuur en landschap en goede centrumvoorzieningen
in Burgum een belangrijke rol spelen, is een belangrijke vestigingsfactor voor
bedrijven.

4.4. Detailhandel.

4.4.1. Structuur detailhandel

De derde sector in omvang, met een werkgelegenheidsaandeel van 13% is de sector


handel, die in Tytsjerksteradiel grotendeels bestaat uit detailhandel. In Nederland is
dit de grootste sector (17%), maar de sector omvat landelijk relatief veel meer
groothandelsbedrijven dan in Tytsjerksteradiel.
Het leeuwendeel van de sector is geconcentreerd in Burgum, dat met zo’n 70 winkels
een regionaal verzorgende functie vervult, grotendeels voor de rest van de
gemeente; 9% van de bestedingen komt van daarbuiten.
In de andere dorpen is de detailhandel beperkt van omvang en vooral vanuit het
westen en noorden van de gemeente vloeit koopkracht af naar buurgemeenten.
Per 154.000 Euro die afvloeit is daarmee 1 arbeidsplaats gemoeid, die gemiddeld
door 1,5 werknemer wordt ingevuld.

Na een aantal jaren van groei, daalde de werkgelegenheid in deze sector in de


gemeente in 2005, als gevolg van de economische recessie. Nu de economie
aantrekt zal de werkgelegenheid geleidelijk iets kunnen aantrekken.
Naar verwachting zal de bevolkingsgroei beperkt blijven en de
consumentenbestedingen bieden volgens onderzoek van Droogh Trommelen en
Broekhuis7 weinig ruimte voor uitbreiding van het winkelaanbod in het centrum van
Burgum, terwijl de concurrentie van omliggende centra toeneemt.

Verdere groei is mogelijk wel te realiseren door versterking van de regionale functie
van Burgum, door de realisatie van het winkelcentrum in Gytsjerk in navolging van
Hurdegaryp en door het aantrekken van meer toeristische bestedingen. Volgens de
ondernemersvereniging Himbo Burgum is er nog wel ruimte voor enige uitbreiding
van het winkelbestand in de sfeer van recreatief winkelen en voor ondermeer een
drogist met een breed en diep assortiment. Direct buiten het centrum ziet Himbo wel
kansen voor de vestiging van nieuwe bedrijven in de volumineuze detailhandel die
het centrum versterkt, zoals een beddenzaak.

Voor het aantrekken van meer toeristische bestedingen lijken de winkels en horeca in
Burgum nu niet klaar. Veel winkels zijn tussen de middag gesloten, er zijn weinig
terrassen en horeca is op zondag gesloten.

4.4.2. Fysieke bedrijfsomgeving detailhandel.

7
Burgum Ruimtelijk-economische visie detailhandel, Droogh Trommelen Broekhuis 2004

Derde concept juli 2006 - 11 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Voor de detailhandel is de inrichting en ontsluiting van het centrum van Burgum en


van Gytsjerk de belangrijkste factoren in de fysieke omgeving.
Wat het laatste betreft dringt de Zakenclub Trynwâlden er sterk op aan om snel het
nieuwe winkelcentrum te realiseren en als gemeente daarbij meer zelf het voortouw
te nemen. Over het gebrek aan voortgang heerst onvrede.
Over het nieuwe winkelcentrum van Hurdegaryp zijn alle geïnterviewden zeer te
spreken en het wordt ook als een geslaagd voorbeeld van centrumvorming
genoemd, waar bedrijven en inwoners duidelijk voordeel bij hebben ondervonden.

In het centrum van Burgum is volgens de ondernemersvereniging Himbo Burgum de


laatste jaren veel verbeterd, maar er is wel behoefte aan meer parkeerplaatsen, want
op drukke momenten is er nu al onvoldoende ruimte. Daarnaast is door de
ondernemersvereniging al meermalen aangegeven dat ondernemers de
verkeersroute onlogisch vinden. Vanuit de Schoolstraat is de markt moeilijk te
bereiken. De paaltjes zouden daarom volgens de Himbo beter weg kunnen. De
inrichting en openstelling voor verkeer is een beetje halfslachtig; volgens een deel
van de ondernemers zou verkeer helemaal geweerd moeten worden, maar een
ander deel van de winkeliers is daar tegen.

Het verminderen van de winkelfunctie aan de Lageweg voorbij het oude postkantoor,
zoals aanbevolen door Droogh Trommelen en Broekhuis (DT&B), wordt niet
wenselijk gevonden; het type winkels dat daar zit (ondermeer starters) past daar
goed en moet juist in een dergelijke straat een plek kunnen vinden.

Het centrum van Burgum is ruimtelijk gezien nogal in zichzelf gekeerd en nodigt
passanten niet bepaald uit om er eens een kijkje te nemen. Ook is de verbinding
tussen de Markt; de centrale parkeerplaats en de Schoolstraat nog niet uitnodigend.
Volgens een aantal van de geïnterviewden is het verblijfsklimaat in de Schoolstraat
nog steeds onder de maat: er zijn teveel dode plekken en te weinig hoogtepunten,
zoals pleinen en terrassen en het verkeer werkt verstorend. Voor een deel worden
deze punten ook door DT&B genoemd.
In de loop der jaren is de relatie tussen het centrum van Burgum en het water vrijwel
verdwenen. Oude looproutes naar de jachthaven verloren hun betekenis.

4.5. Diensten: zorg, recreatie en toerisme en overige diensten

4.5.1. Structuur dienstensector

Verreweg de grootste sector in Tytsjerksteradiel is de zorg met een aandeel van


18% in de werkgelegenheid en dat is meer dan in Fryslân (15%) en Nederland
(14%). Drie zorgcentra: Bennema State, Berchhiem en Skewiel nemen het
leeuwendeel van de werkgelegenheid in de zorgsector voor hun rekening.
Naar verwachting zal de huidige snelle groei van deze sector landelijk doorzetten,
maar het is onzeker of dit in dezelfde mate het geval zal zijn in Tytsjerksteradiel, juist
vanwege het ruime aanbod dat hier al aanwezig is. Daarnaast wordt Toutenburg
afgebouwd, waarbij de bedden regionaal worden gespreid.

Als gevolg van het rijksbeleid zal de zware zorg relatief afnemen en zullen de
thuiszorg en ondersteunende diensten, zoals schoonmaakwerk, catering en mobiliteit

Derde concept juli 2006 - 12 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

toenemen. Deze diensten worden niet per definitie, maar toch wel overwegend lokaal
betrokken en versterken daardoor ook andere sectoren dan de zorg.

Financiële- en zakelijke diensten (resp. 3 en 7%), overheid (4%) en onderwijs (5%)


zijn relatief klein. Alleen de zakelijke dienstverlening groeit daarvan gestaag;
financiële diensten krimpen. Veel zakelijke dienstverlenende bedrijven zijn kleine of
éénmansbedrijven.
De groei bij overheid en onderwijs is tot staan gekomen in Tytsjerksteradiel.
De horeca geeft een sterk wisselend beeld te zien; na een groei tussen 2000 en
2004, daalde de werkgelegenheid daar in 2005. Voor deze sector biedt het
economisch herstel perspectief op hernieuwde groei.

In de gangbare indeling in sectoren is recreatie- en toerisme geen afzonderlijke


sector. Bedrijven in verschillende sectoren wordt door de Recron tot deze bedrijfstak
gerekend. Zo berekent Recron een werkgelegenheidsaandeel in de gemeente van
8,4% in 2004 tegen 7,8 in Fryslân. Na een periode van groei, daalt de
werkgelegenheid in deze sector nu licht.
In Tytsjerksteradiel is de bedrijvigheid in deze sector divers, maar over het algemeen
kleinschalig en versnipperd. Jachthavens, campings, bungalowparken, hotels, bed-
en-brochjes en verschillende vormen van horeca vormen een weinig samenhangend
geheel.

4.5.2. Fysieke bedrijfsomgeving dienstensector

Recreatie en toerisme hebben vooral betekenis in Earnewâld, de Trynwâlden en


Eastermar. De omgeving leent zich daar ook beter voor dan Burgum en omgeving.
Earnewâld is in het ontwerp Streekplan aangewezen als recreatiekern, waar nieuwe
grootschalige recreatieve ontwikkelingen mogelijk zijn. Ook wordt gedacht aan de
mogelijkheid van uitbreiding van het natuurgebied met meer multifunctioneel water.

Een aantal verblijfsrecreatiebedrijven in de gemeente wil uitbreiden, maar ondervindt


daarbij tot op heden problemen, omdat deze bedrijven bij uitstek zijn gelegen in
mooie en dus kwetsbare gebieden. Natuur en landschap zijn voor de recreatiesector
voor deze bedrijven ook essentiële elementen in hun bedrijfsomgeving, maar
uitbreiding is noodzakelijk om de kwaliteit van de bedrijven te kunnen verbeteren en
voor het draagvlak van voorzieningen.

De ontsluiting voor recreatief gebruik van de omgeving is op zich goed; er zijn


voldoende wandel-, fiets en vaarmogelijkheden. Wel is er behoefte aan meer
bewegwijzerde wandelroutes. Voor fietsen komt er een knooppuntennetwerk.
Het treinstation zou een startpunt voor bewegwijzerde lange afstands wandel- en
fietsroutes kunnen worden.

De verbeterde vaarroute Lits-Lauwersmar en de Elfstedenvaarroute bieden goede


mogelijkheden voor watersportbedrijven en horeca.

Derde concept juli 2006 - 13 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Een idee dat binnen de gemeente is gelanceerd om Burgum via een nieuwe
waterweg, in combinatie met natuurontwikkeling te verbinden met het Burgumermar
kan de toeristisch recreatieve functie van Burgum stimuleren.8

Binnen de dienstensector stelt ook de zorg bijzondere eisen aan de omgeving.


Hoewel er sprake is van een toenemende scheiding tussen wonen en zorg en
dienstverlening, kent de gemeente toch nog wel steeds drie zorgcentra (afgezien van
Toutenburg, dat wordt afgebouwd).
Van daaruit worden steeds meer diensten en zorg geleverd aan zelfstandig wonende
ouderen. Voor deze instellingen is vooral de bouw van woningen voor ouderen van
belang en daar is in de afgelopen jaren ruimschoots in voorzien.
Voor de ouderen, maar ook voor gehandicapten, die zijn aangewezen op de
zorgsector, is het van groot belang dat de voorzieningen en het openbaar vervoer
goed en veilig bereikbaar zijn. Over het algemeen is dit zeker het geval.

In deze gemeente ontstaan er regelmatig eenmansbedrijven in de zakelijke


diensten vanuit een huissituatie. Daarnaast is bij het station van Hurdegaryp een
aantal kleinere kantoorgebouwen gerealiseerd, met een mogelijkheid om daar nog
enkele bij te bouwen. Deze zijn geschikt voor kleinere kantoorvestigingen.
Met de komst van de rondweg rond Hurdegaryp is het wenselijk om de
stationsomgeving beter in te richten, mede met het oog op mogelijkheden voor de
vestiging van kleinschalige dienstverlenende bedrijven.
Daarnaast zijn in het centrum van Burgum nu beperkte mogelijkheden voor vestiging
of uitbreiding van zakelijke diensten. Ondermeer voor doorgroeiende ‘thuisstarters’
zijn er dus weinig mogelijkheden voor doorstroming. Het aanbod van (kleinere)
kantoorruimten is nog niet in overeenstemming met de status van Burgum als
regionaal centrum.

5. Overige beleidsaanknopingspunten
5.1. De Gemeentelijke dienstverlening

Bedrijven en instellingen hebben een uiteenlopend oordeel over de contacten met


de gemeente. De hiernavolgende weergave van de geluiden uit het bedrijfsleven
konden niet worden gespiegeld aan objectieve gegevens, omdat deze niet
beschikbaar zijn en onderzoek daarnaar buiten het bestek van dit plan valt.

Binnen de landbouw zijn de ondernemers over het algemeen tevreden over de wijze
waarop ruimtelijke regels worden toegepast en hoe daarbij wordt meegedacht.
Andere gemeenten zouden zich volgens hen daar aan moeten spiegelen. Sommige
van de vertegenwoordigers van de landbouw geven aan dat de termijn voor een
bouwvergunning wel vrij lang kan zijn en de benadering wel erg detaillistisch, terwijl
volgens hen soms onvoldoende motivatie en advies gegeven bij een afwijzing op een
aanvraag voor een bouwvergunning. Ook noemt een vertegenwoordiger de
toepassing van de milieuregels wel erg detaillistisch. Deze ervaringen zijn echter niet
algemeen.

8
Compensatie en meerwaardepakket de Centrale As, College van B&W Tytsjerksteradiel december
2005

Derde concept juli 2006 - 14 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Binnen de ICT wordt de communicatie vanuit het College rond de problematiek bij
Skûlenboarch voor verbetering vatbaar geacht. Voor het overige is er niets dan lof
voor de bedrijfscontacten met de gemeente en over de vergunningverlening.
Wel is er scherpe kritiek op het aanbestedingsbeleid van de gemeente en de
communicatie daarover. Kort na de bijeenkomst met de ICT heeft daarover echter
een eerder gepland gesprek met de burgemeester plaatsgevonden.

De ondernemersverenigingen (met name HIMBO Burgum en Zakenclub Trynwâlden)


vinden de dienstverlening door de gemeente wel goed, al is niet altijd duidelijk wat
wel en niet mag, maar de ondernemers zien dat als een landelijk probleem.
Ook is wel eens onduidelijk bij wie je moet zijn en wie nu eigenlijk de beslissing
neemt. Als voorbeeld wordt de discussie rond parkeren en de rijrichting in het
centrum van Burgum genoemd. Er is daarbij naar hun ervaring weinig gedaan met de
opmerkingen vanuit de ondernemers.
Als iets niet kan, moet dat helder worden aangegeven en gemotiveerd. Het gevoel
bestaat dat regels nogal eens verschillend lijken te worden gehanteerd.
Ook hier is onvrede over de aanbesteding en inkoop door de gemeente; ‘het lijkt of
de gemeente eigen bedrijven niet ziet staan’.

In de bijeenkomst met recreatie en toeristische ondernemers waren de geluiden over


de rol van de gemeente het minst positief. De ervaringen met contacten met de
gemeente zijn niet onverdeeld gunstig. Bij de vergunningverlening duurt het volgens
de ondernemers nog wel eens lang en komt er soms een afwijzing zonder daar
verder iets aan toe te voegen. Over alternatieven wordt bij een afwijzing niet
gesproken. Ook wordt er soms onvoldoende gemotiveerd waarom iets niet kan.
Bij het aanvragen van vergunningen voor evenementen is zeer veel extra papierwerk
nodig, omdat ieder evenement sinds kort afzonderlijk moet worden ingevuld op een
uitgebreid aanvraagformulier. Bovendien coördineert de gemeente volgens de
recreatieondernemers niet, waardoor evenementen soms samenvallen.

Vanuit deze groep van ondernemers komen (als enige) ook kritische opmerkingen
over de gemeentelijke lasten. Er is wel eens onvrede over de hoogte van de
legeskosten ten opzichte van de stichtingskosten. Verder stijgt de OZB naar hun
oordeel in onredelijke mate wanneer voorzieningen worden vervangen. Ook is er
grote onvrede over de toeristenbelasting, die in sommige nabijgelegen gemeenten
niet bestaat en waarvan de opbrengsten niet duidelijk ten goede komen aan
recreatie- en toerisme.

5.2. Het functioneren van ondernemersnetwerken

In de gemeente zijn verschillende lokale ondernemersverenigingen aanwezig,


maar de activiteiten verschillen onderling sterk. De ICT vertegenwoordigt de wat
grotere bedrijven in de industrie, bouw en transport in de hele gemeente en
daarnaast zijn er in de verschillende kernen ondernemersverenigingen waarin
kleinere bedrijven zijn verenigd. Ook is er de netwerkstructuur van de Commerciële
Club Trynwâlden.
De activiteiten van al deze verenigingen verschillen sterk en lopen uiteen van
voornamelijk het organiseren van lokale activiteiten tot belangenbehartiging bij de
gemeente. De verenigingen LTO en NFW zijn uniek in dit gezelschap, want deze zijn

Derde concept juli 2006 - 15 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

bovenlokaal georganiseerd en behartigen de belangen van een groot aantal boeren


bij gemeenten, provincie en zelfs bij het rijk.
Recreatieondernemers kennen binnen de gemeente geen eigen vereniging, maar de
watersportbedrijven werken bijvoorbeeld wel samen op een meer regionale schaal.
In de Trynwâlden en Burgum zijn verschillende netwerken zeer actief, waaraan
ondernemers deelnemen, maar ook vertegenwoordigers van andere
maatschappelijke geledingen.

Per saldo is het organiserend vermogen van de ondernemersnetwerken op


Tytsjerksteradielse schaal vrij beperkt en deze weerspiegelt het diverse,
kleinschalige en volgens veel ondernemers wat onsamenhangende karakter van de
gemeente.
Vooral voor de ontwikkeling van recreatie en toerisme wordt het gebrek aan
organiserend vermogen wel als een gemis ervaren.
Samenwerking tussen bedrijven op bedrijventerreinen bij parkmanagement is er niet,
al zijn daar wel ideeën voor gelanceerd. Hier is tijdgebrek en dus ook weer gebrek
aan organiserend vermogen de voornaamste oorzaak.

5.3. Startende bedrijven

In 2005 zijn in Tytsjerksteradiel 92 nieuwe bedrijven gestart: 60 door mannelijke


ondernemers en 32 door vrouwelijke ondernemers.
Verreweg de grootse groep, met 24 starters betrof bouw/installatie en
schilderwerkzaamheden. Ook in de detailhandel was het aantal starters met 19 vrij
groot. Voor het overige ging het om: 7 organisatieadviesbureaus en overige
adviesbureaus, 5 autodetailhandelsbedrijven, 4 hoveniersbedrijven / agrarische
dienstverleners, 4 groothandelsbedrijven, 4 cafés en 2 transportbedrijven.
De overige 23 bedrijven waren van uiteenlopende aard.

5.4. Imago

Volgens verschillende geïnterviewden heeft Tytsjerksteradiel een te negatief imago.


De naam roept in den lande, na een cabaretgrap van jaren geleden, nog steeds
associaties op met een plattelandsgemeente waar helemaal niets gebeurt.
In de meer nabije omgeving wordt Tytsjerksteradiel volgens sommigen gezien als
een renteniersgemeente, waar vooral veel ouderen wonen en grote zorginstellingen
zijn. Het is er rustig en mooi en de voorzieningen zijn goed, ook met Leeuwarden en
Drachten binnen handbereik.

De Initiatiefgroep ‘Tytsjerksteradiel bestaat echt’ wil de naamsbekendheid aangrijpen


voor toeristische promotie onder deze noemer9. Het op deze wijze enigszins ironisch
neerzetten van de naam als een soort rariteit heeft wel als risico dat het
beeldbevestigend kan werken, maar het basisidee om de gemeentenaam een meer
positieve lading te geven verdient verdere uitwerking.
Voor het hele noorden geldt volgens velen dat dit een te negatief imago heeft in
andere delen van het land; het ligt ver van de Randstad (verder dan de Randstad
bezien vanuit het noorden!) en het zou er leeg en achtergebleven zijn.
Bij dit alles is zeer de vraag hoe groot de invloed is van deze aspecten van het imago
9
Tytsjerksteradiel bestaat echt, Marketing Actieplan 2005-2015, Projectgroep Tytsjerkstradiel bestaat
echt, september 2005

Derde concept juli 2006 - 16 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

op de economische ontwikkeling. Tytsjerksteradiel moet voor de het als regionaal


centrum toch vooral hebben van bedrijven uit de eigen gemeente en uit de eigen
regio. Op toeristisch gebied staan Fryslân en Earnewâld bovendien goed op de
kaart.

Een ander aspect van het imago met waarschijnlijk een groter effect, is de
beeldvorming over de bedrijfsvriendelijkheid van de gemeente.
Ondernemers zijn vrij algemeen van mening dat de gemeente te weinig trots
uitstraalt over het ondernemerschap in de gemeente.
Ondernemers hoeven volgens hen niet in de watten gelegd te worden, maar nu lijkt
er volgens hen eerder gebrek aan belangstelling te bestaan en soms zelfs een wat
negatieve benadering. Daarbij wordt meer dan eens verwezen naar andere
gemeenten die op dat punt een grotere bedrijfsvriendelijkheid uitstralen en daar ook
de publiciteit mee zoeken.

5.5. Werk en inkomen

5.5.1. Arbeidsaanbod

Over het arbeidsaanbod is het oordeel van de geïnterviewde ondernemers


overwegend gunstig.
Het is wel lastig om hoger opgeleiden en vakmensen te krijgen. Dat geldt niet alleen
voor de industrie, maar in mindere mate ook wel voor de zorg.
Wel wordt ook gesteld dat bedrijven een eigen verantwoordelijkheid hebben voor het
opleiden van vaklieden. Voor de vele kleine bedrijven is dat moeilijker geworden,
doordat allerlei wettelijke regels het in dienst nemen van personeel afremmen. Vooral
éénmansbedrijven nemen daardoor minder snel personeel aan.
Al deze knelpunten gelden echter voor heel het land.
Daar staat tegenover dat de arbeidsmentaliteit zeer wordt geroemd; mensen willen
graag werken, zijn betrouwbaar en het ziekteverzuim ligt laag.
Ook de betekenis van dit sterke punt moet niet worden overschat, want het geldt voor
grote delen van het noorden en oosten van het land.
Per saldo is het arbeidsaanbod toch wel een positieve factor voor de bedrijven en
instellingen.

5.5.2. Werkgelegenheid en werkloosheid

Van een gezonde economische situatie is sprake als er een gezonde balans is
tussen de beroepsbevolking en de werkgelegenheid van Tytsjerksteradiel, als er
alleen sprake is van frictie werkloosheid en als de inkomenssituatie minimaal
overeenkomt met die in Nederland. Voor een plattelandsgemeente als
Tytsjerksteradiel betekent dit niet dat werkgelegenheid en beroepsbevolking even
groot moeten zijn, want werkgelegenheid wordt juist doelbewust geconcentreerd in
stedelijke centra als Leeuwarden en Drachten. Burgum heeft echter een taak als
regionale kern en er mag dan ook worden verwacht dat de gemeente een grotere
bijdrage aan de regionale arbeidsmarkt levert dan plattelandsgemeenten zonder een
regionale kern.
Opvallend is dat de werkgelegenheid in de gemeente relatief klein is ten opzichte van
de beroepsbevolking; maar 55%, tegen Fryslân 77%.

Derde concept juli 2006 - 17 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Terwijl in Leeuwarden de werkloosheid hoog is, hebben toch zeer veel inwoners van
Tytsjerksteradiel werk in die stad. Doordat er ook een inkomende pendel is vanuit
Dantumadiel, Achtkarspelen en Kollumerland, werkt per saldo minder dan de helft
van de eigen beroepsbevolking in Tytsjerksteradiel. Er is een zeer grote uitgaand
pendel vanuit het westen en noorden van de gemeente naar Leeuwarden.
De conclusie kan zijn dat de aansluiting tussen lokale arbeidsvraag en –aanbod
beperkt is, maar het bevestigt ook dat er sprake is van een regionale arbeidsmarkt.
Het aandeel van de werkgelegenheid van Tytsjerksteradiel daarin is dus wel relatief
erg laag.

In de periode 2000-2004 steeg de werkgelegenheid in Tytsjerksteradiel met 2,1%


maar van 2004-2005 daalde deze met 2,3%, zodat de werkgelegenheid in 2005 weer
iets onder het niveau van 2000 is gezakt.
De meeste banen gingen in de periode 2000-2005 verloren in de industrie: 197, de
bouw: 192 en de landbouw: 149, terwijl de zorg spectaculair groeide: 36,2%, ofwel
357 banen. Ook de detailhandel deed het, ondanks een lichte daling in 2004/2005
echter opvallend goed met een toename van 136 banen.

De werkloosheid in Tytsjerksteradiel ligt ruim onder het provinciale gemiddelde en


ook onder het landelijke gemiddelde. In mei 2006 lag het percentage niet werkende
werkzoekenden in Tytsjerksteradiel op 7,1% tegen 9,4% in Fryslân en 8,4% in
Nederland. In mei 2006 waren er 969 mensen werkloos in deze gemeente en
daarmee is het aantal werklozen na een forse stijging in 2003 en 2004 weer gedaald
tot ongeveer het niveau van voor de economische terugval.

In het bestand van de werkzoekende niet-werkzame beroepsbevolking is per 1 mei


2005 het aandeel van jeugdigen jonger dan 23 jaar slechts 5,9%. De
leeftijdscategorieën 23-40 en >50 tellen met rep. 38% en 32,7% de meeste
werklozen, terwijl de tussenleeftijd van 40-50 met 23,4% minder groot is.
Het opleidingsniveau van werklozen ligt overwegend op middelbaar niveau
(mbo/havo/vwo) met 39,5% en op vmbo-niveau: 29,3%.
Het aantal vrouwen is vrijwel even groot als het aantal als het aantal mannen (per
april 497 en 526).

Resumerend kan gesteld worden dat de actieve opstelling van de gemeente om


mensen aan het werk te helpen ondertussen vruchten af gaat werpen. Het streven
van de gemeente is om de doelgroepen (bijstandsgerechtigden) meteen bij het CWI
al te begeleiden richting werk.

5.5.3. Inkomen

Het gemiddeld besteedbare inkomen per inwoner lag volgens de laatst beschikbare
gegevens over 2002 met 12.000 Euro ruim boven het Friese gemiddelde van 11.700
Euro, maar wel onder het landelijke gemiddelde van 12.900 Euro per inwoner.
Per huishouden met inkomen ligt het inkomen in Tytsjerksteradiel met 30.200 Euro
vrijwel op het landelijke gemiddelde van 30.300 Euro en dan nog ruimer boven het
Friese gemiddelde van 27.800 Euro.

De inkomensverdeling steekt gunstig af bij die in Nederland en Fryslân.

Derde concept juli 2006 - 18 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Het CBS beschouwt de laagste 40% van alle inkomens Nederland als ‘laagste
inkomens’, de volgende 40% als ‘midden inkomens’ en de hoogste 20% als ‘hoogste
inkomens. Vervolgens geeft het CBS aan in welke mate deze drie groepen in
Tytsjerksteradiel voorkomen. Daaruit blijkt dat de ‘laagste inkomens’ in
Tytsjerksteradiel veel minder voorkomen dan gemiddeld in Nederland: 35,5% t.o.v.
40%. Ook ten opzichte van het Friese gemiddelde van 43,8% heeft Tytsjerksteradiel
relatief veel minder huishoudens in de groep ‘laagste inkomens’.
De groep ‘middeninkomens’ heeft met 46% in Tytsjerkstradiel juist een groter
aandeel dan landelijk gemiddeld ook dan gemiddeld in Fryslân (41,5%). De groep
‘hoogste inkomens’ is in Tytsjerksteradiel met 18,5% weer relatief kleiner dan
landelijk gemiddeld, maar groter dan in Fryslân(14,7%).

6. Beknopte schets van het algemene beeld


Tytsjerksteradiel heeft een zwakke werkfunctie, met een beroepsbevolking die meer
dan 80% groter is dan de werkgelegenheid. Die werkgelegenheid is in 2000-2005
iets gedaald. Daarmee is de bijdrage van de gemeente aan de regionale
arbeidsmarkt mager te noemen.

Veel projecten die hard nodig zijn om de werkgelegenheid te vergroten staan nog te
ver van de uitvoering, zoals bedrijventerreinen, het winkelcentrum Gytsjerk, de
ontsluiting van Skûlenboarch en nieuwe woonwijken. Projecten waar wel de vaart in
zit zijn de Centrale As, de vaarroute Lits-Lauwersmeer en de Elfstedenvaarroute.
Om de positie van Burgum als regionaal centrum voor wonen, werken, recreëren en
voorzieningen ook op termijn goed uit de verf te laten komen, tussen Leeuwarden,
Dokkum en Drachten met elk een extra groeitaak, is een actief beleid op
verschillende fronten nodig. Sterke troeven zijn het Prinses Margrietkanaal en op
termijn de Centrale As, die Burgum via een vierstrooks autoweg aansluit op het
rijkswegennet. De eigen identiteit en het eigen bedrijfsleven zijn een goede basis
voor verder economische ontwikkeling.

Over de rol van de gemeente zijn ondernemers zeker niet negatief, maar toch ook
niet onverdeeld positief: de gemeente is te terughoudend, is wel toegankelijk, maar
zou volgens veel geïnterviewden meer trots en duidelijker een positieve houding ten
opzichte van bedrijven kunnen uitstralen.

Doordat het bedrijfsleven kleinschalig is en weinig samenhang vertoont, is het


organiserend vermogen voor zaken als bedrijvenparkmanagement, toeristische
routes en arrangementen en andere gezamenlijke activiteiten beperkt.

De bevolking groeit langzaam, onregelmatig, maar gestaag. In de samenstelling is er


sprake van zowel groene druk als van grijze druk; het aandeel van de ‘productieve’
leeftijdsgroep van 20-64 jaar is relatief klein ten opzichte van jongeren en ouderen.

De werkloosheid is veel lager dan gemiddeld in Fryslân en ook lager dan gemiddeld
in Nederland, en bedroeg 7,1% in mei 2006. De bevolking is redelijk welvarend, met
een gemiddeld gezinsinkomen dat vrijwel op het landelijke gemiddelde ligt, weinig
lage inkomens en veel middeninkomens.

Derde concept juli 2006 - 19 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

De positie van Tytsjerkstradiel is zodanig dat over een breed front kansen moeten
worden benut, dat wil zeggen dat vrijwel alle sectoren aandacht behoeven om de
werkgelegenheid meer in overeenstemming te brengen met de omvang van de
beroepsbevolking en de werkloosheid terug te dringen.

Derde concept juli 2006 - 20 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Bijlage 1

Geraadpleegde rapporten en andere bronnen

o Ontwerp-Streekplan Fryslân 2006 ‘Om de kwaliteit fan de romte’, Gedeputeerde


Staten van Fryslân 20 december 2005
o Landbouwstructuuronderzoek Fryslân Schaalvergroting en inrichting, Dienst
Landelijk Gebied Fryslân, oktober 2005
o Recht op Groen, Deel 1 Beleidsadvies, Raad voor het Landelijk Gebied, juni 2005
o Nationale Landschappen: vaste koers en lange adem, Raad voor het Landelijk
Gebied, februari 2005
o Sociaal-economische ontwikkelingen in en om Tytsjerksteradiel, t.b.v.
voorbereiding bezoek DB KvK aan B&W Tytsjerksteradiel, Kamer van
Koophandel Friesland 4 mei 2005
o Noordelijke Arbeidsmarkt Verkenning 2006, Faculteit der Ruimtelijke
Wetenschappen Rijksuniversiteit Groningen 2005
o Plan van aanpak inkoopbeleid, Gemeente Tytsjerksteradiel 17 november 2004
o Recron onderzoek Ruimtebehoefte recreatie, Instituut Service Management, april
2005
o Toerisme in Cijfers 2005, Toerdata Noord, 2005
o Ruimtelijk-economische ontwikkelingsvisie Kanaalzone Burgum-Sumar, Inbo /
gemeente Tytsjerksteradiel, 15 januari 2004
o Intentieverklaring en Werkprogramma, Vereniging Noardlike Fryske Wâlden, 2005
o Doelgroep armoedebeleid Tytsjerksteradiel, KWIZ, maart 2005
o Detailhandelsanalyse Fryslân, Droogh Trommelen Broekhuis bv /Kamer van
Koophandel Fryslân, 12-07-2001
o Uitgifte van bedrijventerreinen op het Friese platteland, Faculteit der
Economische Wetenschappen Rijksuniversiteit Groningen, 2002
o Detailhandelsvisie, Kamer van Koophandel Friesland, juni 2003
o Milieu-uitvoeringsprogramma 2006, Gemeente Tytsjerksteradiel
o Bouwen in Noord-Nederland, ontwikkelingen en vooruitzichten, Bouwend
Nederland, februari 2006
o Gemeenten op maat: Tytsjerksteradiel, CBS, 2004
o In nije wei Burgum, Grontmij / Gemeente Tytsjerksteradiel, augustus 2000
o Nota Sociaal-Economsich Beleid 2003-2006, Provincie Fryslân
o DE Scan Tytsjerksteradiel, DE potentieel van het Plan van Aanpak Gemeentelijk
Klimaatbeleid, KNN Milieu bv, 7 oktober 2005
o Samen aan de slag, Aanbevelingen voor collegaprogramma’s 2006-2010, VNO-
NCW, maart 2006
o Noord Nederland Ruimte voor ondernemen, NOM, januari 2005
o Ontwikkelingsvisie Skûlenboarch, Tauw bv , Gemeente Achtkarspelen, gemeente
Tytsjerkstradiel, provincie Fryslân, 13 juni 2005
o Reactie gemeente Tytsjerkseradiel op het Ontwerp-Streekplan Fryslân, 5 april
2006
o Compensatie en meerwaardepakket de Centrale As, Gemeente Tytsjerksteradiel,
1 december 2005

Derde concept juli 2006 - 21 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

o Ruimtelijk-economische ontwikkelingen Centrale As Regio, Bureau Louter/


Provincie Fryslân, 23 augustus 2005
o De Beste Provincie voor Ondernemers, Graydon Nederland BV, Robert J. Blom
2006
o Tytsjerkstradiel bestaat echt, Marketing Actieplan 2005-2015, Werkgroep
Tytsjerkstradiel betaat echt, september 2005
o Verslag Expertmeeting 1 december 2005, gemeente Tytsjerksteradiel 9 december
2005
o Monitor Economie & Arbeidsmarkt Tytsjerksteradiel, Van Werven Locale en
Regionale Ontwikkeling, maart 2002
o Economische Zaken in Tytsjerksteradiel KPMG, 11 april 2000
o Arbeidsmarkt Journaal, CWI, februari 2006
o RegioVisie Noordoost Fryslân, NOFA-gemeenten, zomer 2003
o ‘Aangenaam Ondernemen’ Economisch beleids- en actieplan van de gemeente
Achtkarspelen, november 2005
o Bundel Gemeentelijk economisch beleid, VNG, 2006-07-05
o Friese economie in cijfers 2004, provincie Fryslân, juli 2005
o De gemeente als regisseur van het werkgelegnenheidsbeleid, Start, 1999
o Ontwikkelingsvisie Trynwalden 1998-2010, Gemeente Tytsjerksteradiel
o Een nieuw concept voor kloosters en stinzen, Bügel Hajema Adviseurs/
Stadsregio Leeuwarden-Westergozone, januari 2006
o Regiovisie Stadsregio Leeuwarden-Westregozone, februari 2004
o Ruimte voor Werk, Notitie bedrijventerreinen en kantoorlocaties 2000-2010,
provincie Fryslân, oktober 2001
o Atlas van de Friese pendel, Pendel en woon-werkrelaties in het jaar 2000,
provincie Fryslân, december 2001
o Nota Ruimte, Deel 3a, Minsterie VROM, 2005

Websites:
o Fryslânring, provincie Fryslan www.frieslanring.nl
o Ruimtelijk Planbureau, ruimtemonitor, www.rpb.nl
o Lisa, werkgelegenheidsregistratie, www.lisa.nl
o CBS statLine databank, www.cbs.nl
o CWI-net www.cwinet.nl
o Provincie Fryslan www.fryslan.nl
o EIM, branches & sectoren, www.eim.nl
o Bouwend Nederland, www.bouwendnederland,nl
o Koninklijke Horeca Nederland, www.horeca.org
o Centraal Planbureau, prognoses, www.cpb.nl
o Landbouw Economisch Instituut, sector in cijfers, www.lei.nl
o Recron, kerncijfers 2005, www.recron.nl
o Hiswa, standpunten, www.hiswa.nl

Derde concept juli 2006 - 22 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Bijlage 2.

Externe gesprekken en groepsbijeenkomsten

Externe gesprekken

Dhr.G. Benedictus Algemeen Directeur Rabobank Burgum-Oostermeer e.o.


Dhr. T.H. de Boer Manager Bedrijven Rabobank Burgum-Oostermeer e.o.
Dhr. Drs. A.H. Oosterhoff Regiomanager MKB Noord
Dhr. S.J. Wiersma Beleidsmedewerker Gemeente Dongeradeel
Dhr. Drs. K.J.M. van den Berg Projectmanager NOM
Dhr. Drs. S.B. Douma, Rayonleider Noord Team Ruimtelijke Plannen Prov. Fryslân
Dhr. F. Kleijsen Beleidsmedewerker Team Ruimtelijke Plannen Provincie Fryslân
Dhr. J.R. Ybema Regiomanager Hiswa
Mevr. T.P. Ellens Regiomanager Friesland Recron
Dhr. Ir. J.T. Hoekstra Afdeling Ontwikkeling Gemeente Smallingerland
Dhr. K. van den Berg Accountmanager Kamer van Koophandel Friesland
Dhr. W. Huizinga Gemeente Leeuwarden
Dhr. Ing. J. Kingma Provinciaal Secretaris Provincie Fryslân LTO-Noord
Mevr. I. Boekhorst Bedrijfscontactfunctionaris Gemeente Achtkarspelen
Dhr. F. de Jong Directeur Multifunctioneel Dienstencentrum Skewiel-Trynwâlden
Dhr. H. Hansma Locatiemanager Bennema State / Zorggroep Noorderbreedte
Dhr. W. Leijenaar Directeur Bestuurder Zorgkwadrant / Berchhiem
Dhr. W. Oosterhuis, Bedrijfconctactfunctionaris Gemeente Dantumadeel

Groepsbijeenkomsten 10

o Industriële Club Tytsjerksteradiel; bestuur ICT


o Recreatie en toerisme; ondernemers en andere sleutelpersonen uit de sector
o Landbouw: bestuur LTO-Noord afd. Tytsjerksteradiel en bestuur NFW
o Ondernemersverenigingen: Himbo Burgum, Ondernemersvereniging
Eastermar, Middenstandsvereniging Garyp, Zakenclub HAWINK
Noardburgum, Zakenclub Trynwâlden, Middenstandsverenging Tytsjerk

10
Vermeld zijn de genodigden

Derde concept juli 2006 - 23 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Bijlage 3. Tabellen en grafieken


Tabel 1. Werkgelegenheid Tytsjerksteradiel per sector 2000-2005

2000- 2000-
Sector 2000 2004 2005 2005 2005 %
LANDBOUW EN VISSERIJ 915 822 766 -149 -16,3%
INDUSTRIE EN DELFSTOFFENWINNING 1231 1048 1034 -197 -16,0%
ENERGIE-EN WATERLEIDINGBEDRIJVEN 88 64 82 -6 -6,8%
BOUWNIJVERHEID 1065 978 873 -192 -18,0%
HANDEL EN REPARATIE 852 996 988 136 16,0%
HORECA 254 294 275 21 8,3%
VERVOER, OPSLAG EN COMMUNICATIE 541 489 466 -75 -13,9%
FINANCIELE INSTELLINGEN 238 202 192 -46 -19,3%
ZAKELIJKE DIENSTVERLENING 478 479 501 23 4,8%
OPENBAAR BESTUUR, EN
OVERHEIDSDIENSTEN 269 275 270 1 0,4%
ONDERWIJS 369 405 403 34 9,2%
GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSZORG 986 1333 1343 357 36,2%
OVERIGE DIENSTVERLENING 228 289 308 80 35,1%

Totaal Gemeente 7514 7674 7501 -13 -0,2%

Aantal banen van 15 uur en meer per week. Peildatum: 1 mei


Bron: Werkgelegenheidsregister Fryslân - Provincie Fryslân en Kamer van Koophandel Friesland

Tabel 2. Sectoraandelen Tytsjerksteradiel werkgelegenheid 2000-2005

Omschrijving 2000 2004 2005


LANDBOUW EN VISSERIJ 12,2% 10,7% 10,2%
INDUSTRIE EN DELFSTOFFENWINNING 16,4% 13,7% 13,8%
ENERGIE-EN WATERLEIDINGBEDRIJVEN 1,2% 0,8% 1,1%
BOUWNIJVERHEID 14,2% 12,7% 11,6%
HANDEL EN REPARATIE 11,3% 13,0% 13,2%
HORECA 3,4% 3,8% 3,7%
VERVOER, OPSLAG EN COMMUNICATIE 7,2% 6,4% 6,2%
FINANCIELE INSTELLINGEN 3,2% 2,6% 2,6%
ZAKELIJKE DIENSTVERLENING 6,4% 6,2% 6,7%
OPENBAAR BESTUUR, EN
OVERHEIDSDIENSTEN 3,6% 3,6% 3,6%
ONDERWIJS 4,9% 5,3% 5,4%
GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSZORG 13,1% 17,4% 17,9%
OVERIGE DIENSTVERLENING 3,0% 3,8% 4,1%

Totaal Gemeente 100,0% 100,0% 100,0%

Aantal banen van 15 uur en meer per week. Peildatum: 1 mei


Bron: Werkgelegenheidsregister Fryslân - Provincie Fryslân en Kamer van Koophandel Friesland

Derde concept juli 2006 - 24 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Tabel 3. Sectoraandelen Tytsjerksteradiel, Fryslân en Nederland

Sector Tytsjerksteradiel Fryslân Nederland

LANDBOUW 10,2 6,7 3,3


INDUSTRIE 13,8 16,5 13,8
BOUWNIJVERHEID 11,6 8,1 7,1
HANDEL 13,2 14,4 16,5
HORECA 3,7 3,0 3,0
VERVOER, OPSLAG 6,2 4,9 6,6
FINANCIELE
INSTELLINGEN 2,6 4,9 3,7
ZAKELIJKE DIENSTEN 6,7 9,3 14,2
OVERHEID 3,6 6,6 6,7
ONDERWIJS 5,4 6,9 6,5
ZORG 17,9 14,5 14,0
OVERIGE DIENSTEN 4,1 3,6 4,2

100,0 100,0 100,0

Aantal banen van 15 uur en meer per week. Peildatum: 1 mei 2005
Bron: Werkgelegenheidsregister Fryslân - Provincie Fryslân en Kamer van Koophandel Friesland
en CBS

Tabel 4. Aantal vestigingen per sector per 1 mei 2005

Sector Aantal
vestigingen
LANDBOUW EN VISSERIJ 383
INDUSTRIE EN DELFSTOFFENWINNING 104
ENERGIE-EN WATERLEIDINGBEDRIJVEN 1
BOUWNIJVERHEID 184
HANDEL EN REPARATIE 356
HORECA 72
VERVOER, OPSLAG EN COMMUNICATIE 61
FINANCIELE INSTELLINGEN 91
ZAKELIJKE DIENSTVERLENING 249
OPENBAAR BESTUUR, EN
OVERHEIDSDIENSTEN 4
ONDERWIJS 48
GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSZORG 103
OVERIGE DIENSTVERLENING 143

Totaal Gemeente 1799

Bron: Werkgelegenheidsregister Fryslân - Provincie Fryslân en Kamer van Koophandel Friesland

Derde concept juli 2006 - 25 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Tabel 5. Aantal inwoners Grafiek 1. Aantal inwoners Tytsjerksteradiel

Aantal Groei
inwoners
1-jan
1995 30862
1996 31029 167
1997 31177 148
1998 31062 -115
1999 31111 49
2000 31037 -74
2001 31049 12
2002 31413 364
2003 31696 283
2004 31963 267
2005 32016 53
2006 32149 133

Bron: Provincie Fryslân

Tabel 6. Werkloosheid in % Grafiek 2. Werkloosheid in %

2003 2004 2005 2006


Tytsjerksteradiel 7,4% 9,3% 9,0% 8,4%
Fryslân 9,7% 11,7% 11,3% 10,9%
Nederland 7,7% 9,4% 9,4% 9,1%

NWW % januari
Bron: CWI

Derde concept juli 2006 - 26 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Grafiek 3. Werkloosheid in aantallen

Aantal werklozen Tytsjerksteradiel

1400
1200
1000
800
600
400
200
0
Mei

Mei

Mei

Mei
Mrt

Mrt

Mrt

Maart
Nov

Nov

Nov
Jan

Jun
Aug

Jan

Jun
Aug

Jan

Jun
Aug

Jan
Jul

Jul

Jul

April
Okt

Okt

Okt
Apr

Apr

Apr
Feb

Sep

Feb

Sep

Feb

Sep

Febr
Dec

Dec

Dec

Dec
2002 2003 2004 2005 2006

Bron: CWI

Tabel 7. Werkloosheid Tytsjerksteradiel naar leeftijd per 1mei 2006


Leeftijd
15-22 jr 23-24 jr 25-29 jr 30-39 jr 40-49 jr 50-59 jr 60 jr e.o. totaal
41 23 76 234 243 268 84 969
4,2% 2,4% 7,8% 24,1% 25,1% 27,7% 8,7% 100,0%

Bron: CWI

Tabel 8. Werkloosheid Tytsjerksteradiel naar opleidingsniveau


opleiding
basis vmbo mbo/havo/vwo hbo/bachelor wo/master Onbekend Totaal
80 298 422 111 29 29 969
8,3% 30,8% 43,6% 11,5% 3,0% 3,0%

Bron: CWI

Tabel 9. Werkloosheid Tytsjerksteradiel naar duur/geslacht


werkloosheidsduur geslacht
0-6 mnd 7-12 mnd 1 - 2 jr 2 - 3 jr >= 3 jr man vrouw
227 152 183 147 260 486 483
23,4% 15,7% 18,9% 15,2% 26,8% 50,2% 49,8%

Bron: CWI

Derde concept juli 2006 - 27 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Grafiek 4. Uitgifte bedrijventerrein

45000

40000

35000

30000

25000
jaarlijkse uitgifte
20000
gemiddelde uitgifte
15000

10000

5000

0
m2

2000 2001 2002 2003 2004

Derde concept juli 2006 - 28 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Tabel 10. Gereedgekomen woningen Grafiek 5.

1995 281
1996 143
1997 122
1998 99
1999 119
2000 121
2001 232
2002 106
2003 138
2004 94
2005 125

Bron: CBS

Tabel 11. Woonruimtevoorraad Grafiek 6.

Aantal % Absolute
groei groei
1995 11516
1996 11760 2,1% 244
1997 11864 0,9% 104
1998 11929 0,5% 65
1999 12018 0,7% 89
2000 12124 0,9% 106
2001 12239 0,9% 115
2002 12485 2,0% 246
2003 12582 0,8% 97
2004 12704 1,0% 122
2005 12781 0,6% 77
2006 12898 0,9% 117

Bron:
CBS

Derde concept juli 2006 - 29 -


Beleidsplan Economische Zaken Tytsjerksteradiel De verkenning

Tabel 12. Gemiddeld besteedbaar inkomen 2002 x 1000 euro

Totale bevolking Personen met 52 weken


inkomen
1998 2002 1998 2002
Tytsjerksteradiel 9,2 12,0 14,9 18,0
Fryslân 9,0 11,7 14,1 17,2
Nederland 10,0 12,9 15,1 18,6

Bron: CBS

Tabel 13. Inkomensverdeling particuliere huishoudens met inkomen

Laagste inkomens Midden inkomens Hoogste inkomens


(40%-groep) (40%-groep) (20% groep)
Tytsjerksteradiel 35,5% 46,0% 18,5%
Fryslân 43,8% 41,5% 14,7%
Nederland 40% 40% 20%

Bron: CBS

Derde concept juli 2006 - 30 -

Vous aimerez peut-être aussi