Académique Documents
Professionnel Documents
Culture Documents
Achter de coulissen
'Ze moeten niet denken dat ze het hier te vertellen krijgen', moppert
de bejaarde, die zijn dagelijkse boodschappen bij de Turk om de
hoek doet. 'Ali is mijn beste vriend', verklaart de puber die na
schooltijd Surinaamse klasgenootjes in elkaar slaat. De zwarte
keepers op de voetbalvelden krijgen behalve bananen ook lelijke
verwensingen naar hun kop geslingerd. Maar de zwarte Ruud Gul 1iv
verslaat de witte Falko Zandstra in populariteit.
De multi-etnische samenleving Nederland discrimineert; maar niet
altijd en overal. Vreemdelingenhaat blijkt soms angst voor het
vreemde. Wie achter de coulissen kijkt, ziet tegenstrijdige
mechanismen aan het werk. Nederlanders en leden van etnische
minderheden leven in oude stadswijken vaak verrassend ontspannen
samen, maar er is ook racisme. Wie ontwart de kluwen?
De economie kan niet zonder de illegale werknemers. Tegelijk staat
een groot deel van de etnische minderheden buitenspel op de
arbeidsmarkt. Desondanks groeit de aanhang van extreem-rechts. En
dat is navrant. Want de sociaal-economische situatie van migranten
is beduidend slechter dan die van 'ons volk'. Overigens, wie zijn dat?
De Amsterdamse travestieten? De Staphorster gereformeerden?
In Achter de coulissen is het verschil tussen nieuwkomefi' en
'Nederlanders' onderwerp van analyse en kritiek. Het boek geeft een
caleidoscopisch beeld van de verschillende visies op de culturele en
politieke positie van migranten. Het schuivend perspectief van
Achter de coulissen biedt zicht op de veelsoortige werkelijkheid van
de multi-etnische samenleving.
WETENSCHAPPELIJK BUREAU
LINKS
Achter de coulissen
Gedachten over de multi-etnische samenleving
WETENSCHAPPELIJK BUREAU
ROENLINKS
6.1
6.2
6.3
83
83
88
92
BREUK
TUSSEN
NATIONALITEIT
EN B U R G E R S C H A P
Brieuc-Yves Cadat
In het twintigste eeuwse West-Europa is iemand een burger als hij aanspraak
kan maken op de politieke rechten van de staat wiens nationaliteit hij bezit.
Het recht van nationaliteit schept de politieke en juridische band tussen
individu en staat (Schnapper 1991: 51). De vreemdeling daarentegen, al is hij
inwoner van een staat, is verstoken van deze band: hij is pas (staats)burger
als hij tot een natie behoort.
De massale immigratie naar Europa en de open grenzen daarbinnen, zorgen
er echter voor dat staatsburgerschap en nationaliteit van elkaar worden
losgekoppeld (Balibar 1984; Benot 1984; Wenden 1984, 1987). Zo is het nu
niet langer nodig de nationaliteit van een land te bezitten om toch - al is het
dan alleen op plaatselijk niveau - actief en passief kiesgerechtigd te zijn. Dat
betekent dat het verband tussen burger en natie, tussen individu en staat,
opnieuw wordt gedefinieerd: het lidmaatschap van een natie is, in
tegenstelling tot vroeger, niet meer altijd doorslaggevend om
burgerschapsrechten van die natie toegekend te krijgen.
6.1
Nationaliteit en burgerschap
De huidige verwarring van burgerschap met nationaliteit heeft, naast andere
oorzaken, historische gronden. De verwerving van politieke en sociale
rechten is in West-Europa sinds de negentiende eeuw onlosmakelijk
verbonden met de schepping van een nationale identiteit (natie) binnen het
verband van een rechtsstaat: natie en staat versmelten dus met elkaar. Wordt
iemand inwoner van een land (een staat), dan wordt hij tevens opgenomen in
de natie. En wie een bepaalde nationaliteit bezit (bijvoorbeeld de
Nederlandse), krijgt vanzelf een aantal eigenschappen - die samen de
'nationale identiteit' vormen - toegemeten.
Hoewel het noodzakelijk is tot de natie te behoren om fundamentele
burgerrechten te krijgen, vloeide omgekeerd het burgerschap niet altijd
automatisch voort uit het feit dat men tot de natie gerekend werd. Nog niet zo
lang geleden immers kon iemand de nationaliteit van een land hebben en
vrouw of arbeider zijn, en om die reden uitgesloten zijn van het recht van
politieke vertegenwoordiging (1). De staat legitimeert echter (nieuwe)
rechten voor haar inwoners door er het stempel 'nationaal' op te drukken.
Door daarnaar te verwijzen, konden de arbeiders- en (in een later stadium) de
VAN
N A T I E - S T A A T
NAAR
B U R G E R S T A A T
83
DE
C O U L I S S E N
84
N A T I E - S T A A T
NAAR
B U R G E R S T A A T
85
DE
C O U L I S S E N
86
natie-staat wordt beschouwd als een staat die voortdurend in ontwikkeling is,
in plaats van als een afstervende staat (die, eventueel, bescherming behoeft).
De dynamische natie-staat is gericht op de sociale integratie van
gemmigreerde minderheden in de verschillende Europese staten, en op de
politieke integratie van de naties in Europees federatief verband.
Het Verdrag van Maastricht zegt in artikel 8B, waar het een
staatsburgerschap van de Europese Unie invoert: 'I. Iedere burger van de
Unie die verblijf houdt in een Lid-Staat waarvan hij geen onderdaan is, heeft
het actief en passief kiesrecht bij gemeenteraadsverkiezingen in de Lid-Staat
waar hij verblijft, onder dezelfde voorwaarden als de onderdanen van die
staat (...).' (Europese Gemeenschappen 1992: 15). De Unie zal op Europees
niveau algemene geldigheid toekennen aan een plaatselijk kiesrecht dat al
min of meer beperkt bestond (Oriol 1991: 109 e.v.; Rath 1990) in
Zwitserland (Kanton van Neuchtel en van de Jura), Denemarken, Finland,
Noorwegen, Zweden, het Verenigd Koninkrijk, Ierland en Nederland. De
scheiding tussen burgerschap en nationaliteit zal bij de invoering van het
verdrag een Europees juridisch-politiek feit worden.
Men kan zich afvragen waarom de besluitvormers in een aantal hierboven
genoemde Europese landen en de samenstellers van het Verdrag van
Maastricht, politieke burgerrechten voor vreemdelingen hebben beperkt tot
het lokale niveau (3). Zodra er sprake lijkt van enige democratisering van het
burgerschap buiten het verband van de natie om, blijft die democratisering
halfslachtig: want hoewel het nationalisme aangetast wordt, moet de gekozen
vorm - beperking tot het lokale niveau - het nog zoveel mogelijk beschermen.
Betrekt men bij deze beperkingen ook de ontwikkelingen in Europa (4), dan
zijn er drie politieke niveaus - plaatselijk, nationaal, en supranationaal - met
elk hun eigen burgerrechten voor verschillende categorien inwoners. Zo
hebben de ingezetenen van de Gemeenschap op Europees niveau en binnen
hun eigen staat volledige burgerrechten, terwijl zij in andere staten
gedeeltelijke, plaatselijke burgerrechten hebben. Ingezetenen van landen
buiten de Gemeenschap hebben geen rechten op het nationale en
supranationale vlak, en hun plaatselijke rechten verschillen van staat tot staat.
Wijst de instelling van Europese burgerrechten uitsluitend voor ingezetenen
van EG-landen niet op een begin van Europees nationalisme? En wordt het
nationalisme in Europa niet vastgehouden als men alleen op plaatselijk
niveau burgerrechten toekent aan iedereen, inwoner van de Gemeenschap of
niet? Waarom blijven de burgerrechten die op plaatselijk vlak verbonden zijn
met het feit of iemand inwoner is, op regionaal, nationaal en supranationaal
vlak gekoppeld aan nationaliteit? Is het plaatselijk burgerschap een
tweederangs burgerschap?
De niet-Nederlander functioneert volledig in de maatschappij, maar zijn
burgerrechten blijven beperkt tot zijn woonplaats. In de dagelijkse
VAN
N A T I E - S T A A T
NAAR
B U R G E R S T A A T
87
6.2
Racisme en nationalisme
Meindert Fennema (1992) verschaft ons een theoretische wegwijzer voor de
analyse van de begrippenparen natie-burgergemeenschap en plaatselijklandelijk stemrecht. Hij combineert de tegenstelling universalisme versus
particularisme met die van racisme versus antiracisme (6). Daardoor wordt
het mogelijk twee soorten racisme te onderscheiden - een universalistisch en
ACHTER
DE
COU L I S S E N
88
Etnicistisch racisme
De opvatting waarin de burgergemeenschap samenvalt met de natie, is
strijdig met de stelling 'burgerschap voor alle ingezetenen'. Een dergelijke
universeel-etnicistische opvatting beveelt de gedwongen juridische
assimilatie van niet-Nederlanders aan: de opname in de Nederlandse natie
door middel van naturalisatie. In deze opvatting kan burgerschap uitsluitend
op grond van nationaliteit uitgeoefend worden. Er is geen plaats voor politiek
burgerschap van buitenlanders, noch voor erkenning van een dubbele
nationaliteit. De enige verandering die binnen dit idee mogelijk is, is
versoepeling van de voorwaarden voor naturalisatie.
VAN
NATIE
STAAT
NAAR
B U R G E R S T A A T
89
Universalistisch antiracisme
Deze opvatting, die de burgergemeenschap op elk beslissingsniveau geheel
loskoppelt van de natie, gaat uit van de gelijkheid van ieder individu voor de
wet, gebaseerd op de plaats waar hij woont. Het individu bestaat niet langer
als onderdaan van de natie, maar als deelnemer aan de burgergemeenschap.
Een staat die is gebaseerd op universalistische principes, is niet
genteresseerd in de nationaliteit van herkomst bij de toekenning van
ACHTER
DE
C O U L I S S E N
90
VAN
N A T I E - S T A A T
NAAR
B U R G E R S T A A T
91
6.3
Conclusie
Tegenover de verhouding tussen nationaliteit en burgerschap kan men twee
verschillende politieke standpunten innemen: de vermenging van de twee
begrippen laten zoals hij is, of een scheiding aanbrengen om het recht aan te
passen aan nieuwe sociale omstandigheden en vereisten (10). In het eerste
geval kan men kiezen uit terughoudendheid in het verschaffen van de
nationaliteit - zoals in Duitsland - of juist ruimhartig te werk gaan, zoals in
Frankrijk. In het tweede geval - wanneer een scheiding wordt aangebracht
tussen nationaliteit en burgerschap - staat het actuele alternatief, de beperking
van het burgerschap voor buitenlanders tot plaatselijk niveau, tegenover het
idee dat het gehele terrein van de nationale politieke vertegenwoordiging
volledig opengesteld dient te worden. Alle opvattingen behalve de laatste
vallen, hoewel in verschillende mate, onder het principe van het behoud van
nationale identiteit. Alleen de laatste visie laat naar mijn mening de
verbinding tussen natie en burgergemeenschap geheel los en zet, daarmee, de
nationalistische ideologie op losse schroeven.
Het loskoppelen van nationaliteit en burgerschap kan in het gunstigste geval
uitbanning van nationalisme tot gevolg hebben. Het zal er op zijn minst voor
zorgen dat de factor nationalisme voor de politieke deelname in de
burgergemeenschap van veel minder belang wordt. Op dat moment zullen
twee dingen duidelijk worden. Ten eerste dat het niet aan de staat is om, op
grond van een nationale mythe, solidariteit te kweken ten koste van de
Ander. Ten tweede dat de staat tot taak heeft de gelijkheid van zijn inwoners
te waarborgen. Dat impliceert dat hij bijvoorbeeld niet Nederlandse
kansarmen en losers vanwege hun nationaliteit mag steunen, en op die
manier buitenlanders buitensluiten. Solidariteit heeft een tweevoudige basis:
iemands aanwezigheid binnen de staatsgrenzen, en zijn
levensomstandigheden. Een radicale toepassing van het beginsel van
burgerschap betekent een afrekening met de formele ongelijkheid tussen
buitenlanders en binnenlanders in de politiek. In een volledig ge
denationaliseerde burgergemeenschap ontstaat dan de politieke ruimte die
vereist is voor de integratie van vreemdelingen. Op den duur kan men
wellicht een andere staat zien groeien, op andere grondslagen dan die van het
nationalisme - dat in zijn ontwikkeling de Ander in zijn bestaan bedreigt.
Het loskoppelen van nationaliteit en burgerschap begint zich tegenwoordig in
deze of gene vorm voor te doen; dat wijst volgens mij op een liberale
tendens. In die zin zou ik niet verrast zijn als parallel aan de huidige
discussie over de dubbele nationaliteit, zowel in Nederland als in de rest van
Europa de komende jaren een debat zou ontstaan over de volledige scheiding
tussen burgerschap en nationaliteit. Zowel aanhangers als tegenstanders van
individualisering van sociale betrekkingen zouden zich daarin moeten
ACHTER
DE
C O U L I S S E N
92
VAN
NAT
E- S TAAT
NAAR
B U R G E R S T A A T
93
Colofon
Redactie:
Redactiecommissie :
Eindredactie:
Illustratie omslag:
Produktie:
Vormgeving:
Druk:
Gerrit Pas
Hans Bakker, Harry van den Berg, Sam Pormes, Radi Suudi
Malou van Hintum
Mascha Wasserman
Siem van der Helm, Ontwerpbureau Meltzer
Reinout Meltzer, Ontwerpbureau Meltzer
Drukkerij Bevrijding
ISBN 90-72288-09-2
Achter
Achter de coulissen : gedachten over de multi-etnische
samenleving / onder red. van Gerrit Pas ; met bijdragen
van Harry van den Berg ... [et al.]. - Amsterdam :
Wetenschappelijk Bureau Groen Links
Met lit. opg.
ISBN 90-72288-09-2
Trefw.: etnische minderheden ; Nederland.
Het Wetenschappelijk Bureau GroenLinks bestaat sinds 1 april 1990. Het bureau
wil een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van theorie en strategie van
GroenLinks. Met het oog hierop poogt het bureau wetenschappelijke kennis en
inzichten te ontwikkelen en te organiseren. Het bureau wil functioneren als
platform voor discussies om het debat over het gedachtengoed van GroenLinkse
politiek te stimuleren en te verdiepen.
ACHTER
DE
COU L I S S E N