Vous êtes sur la page 1sur 48

Handboek workshop

Overgewicht bij ouderen verminderen door


gezonder te eten.

Handboek workshop
Overgewicht bij ouderen verminderen door gezonder te
eten.

Studenten:

Studentnummer:

Jeffrey Bekkers
Pien van Dijk
Suzanne Eikholt
Jort Stadlander

2080306
2078288
2012404
2069711

Docent: Inge Logghe

Plaats: Avans Hogeschool Breda


Minor: Active Ageing
Datum: 30 maart 2016
Versie: 1.2

Samenvatting
De workshop heeft als hoofddoel: Overgewicht bij ouderen verminderen door
gezonder te eten.
Overgewicht is een veelvoorkomend probleem bij ouderen. Overgewicht kan
vervelende gevolgen met zich mee brengen. En van de grootste gevolgen is de
kans op hart- en vaatziekten, maar ook de kans op diabetes en gewrichtsklachten
neemt toe (Binsbergen, Schols & Groot, 2007). Ouderen met een buikomtrek van
123 cm (mannen) of 105 cm (vrouwen) hebben twee keer zoveel kans te
overlijden aan hart- en vaatziekten dan ouderen met een gemiddelde
tailleomtrek (Gezondheidskrant, 2011).
De juiste combinatie van gezonde voeding en voldoende beweging zorgt ervoor
dat de energiebalans van mensen niet verstoord wordt. De belangrijkste factor
die het (over)gewicht van de mens bepaald is voeding. In Nederland zijn er
talrijke gezonde producten te vinden. De reden dat de juiste voeding nog niet
genuttigd wordt is het gebrek aan motivatie om de gezonde producten te eten
en/of missen van kennis over juiste voeding.
Om ouderen consequent gezonder te laten eten zal er gedragsverandering
moeten. Om ouderen te motiveren om gezond te eten kan motiverende
gespreksvoering worden toegepast. Dit is een directieve, persoonsgerichte
gespreksstijl welke gericht is op het veranderen van gewoontegedrag. De
methodiek is gericht op de eigen verantwoordelijkheid van de ouderen en de
vrijheid om eigen keuzes te maken. Het uitgangspunt van motiverende
gespreksvoering is dat de motivatie om te veranderen uit de patint zelf komt.
Motiverende gespreksvoering komt voort uit een vijftal stappen. De stappenreeks
van voorlichting beschrijft de stappen van de gedragsverandering van de
ouderen,: openstaan, begrijpen, willen, kunnen, doen en blijven doen. Het gedrag
(doen) kan pas tot stand komen als de voorgaande stappen goed zijn doorlopen
(Burgt, Mechelen-Gevers & Terra, 2010, p.23). De ouderen zullen door deze
motiverende gespreksvoering gestimuleerd worden om gezonder te eten. Tijdens
de workshop is ervoor gekozen om dit op een speelse manier uit te voeren.

Inhoudsopgave
Samenvatting......................................................................................................... 3
1. Inleiding.............................................................................................................. 6
2. Plan van aanpak................................................................................................. 7
2.1 Groepsleden, opleiding en taakverdeling......................................................7
2.2 Persoonlijke leerdoelen................................................................................. 7
2.3 Twee mogelijke onderwerpen + definitieve keuze........................................8
2.4 Koppeling met de minor Active Ageing.........................................................8
2.5 Doel workshop............................................................................................... 9
2.6 Literatuur en deskundige.............................................................................. 9
2.7 Contactpersonen......................................................................................... 10
3.Thema workshop............................................................................................... 11
3.1 Aanleiding................................................................................................... 11
3.2 Toelichting keuze workshop.........................................................................12
3.3 Relatie minor Active Ageing........................................................................12
4. Inhoud workshop.............................................................................................. 13
4.1 Overgewicht bij ouderen............................................................................. 13
4.1.1 Wat zijn ouderen?.................................................................................. 13
4.1.2 Wat is overgewicht?.............................................................................. 13
4.1.3Wat zijn de gevolgen van overgewicht?.................................................14
4.2 Wat is gezond eten?.................................................................................... 14
4.3 Wie hebben er baat bij dat ouderen zich gezond voeden?..........................17
4.4 Hoe kunnen ouderen gemotiveerd worden om gezond te eten?.................18
5.Werkvorm workshop.......................................................................................... 20
5.1 Beschrijving werkvorm................................................................................ 20
5.2 Programma workshop................................................................................. 20
5.3 Uitwerking Workshop.................................................................................. 21
5.3.1 Inleiding spel......................................................................................... 21
5.3.2 Personages:........................................................................................... 22
5.3.3 Het spel................................................................................................. 23
6. Procesbeschrijving............................................................................................ 26
6.1 Samenwerking............................................................................................ 26
6.2 Planning...................................................................................................... 26
4

6.3 Persoonlijke leerdoelen inclusief eindevaluatie...........................................26


6.4 Taakverdeling.............................................................................................. 27
6.5 Notulen........................................................................................................ 27
7. Conclusie en aanbevelingen............................................................................. 28
7.1 Aanbevelingen............................................................................................ 28
8. Bibliografie....................................................................................................... 29
9. Bijlagen............................................................................................................ 31
9.1 Notulen........................................................................................................ 31
9.2 Interview ditist Evelien van Opstal............................................................33
9.3 Spelkaartjes................................................................................................ 35

1. Inleiding
Overgewicht is een veelvoorkomend probleem bij ouderen, dit probleem zal in de
toekomst nog groter worden (Sant & Heim, 2010). Overgewicht kan vervelende
gevolgen met zich mee brengen. En van de grootste gevolgen is de kans op
hart- en vaatziekten, maar ook de kans op diabetes en gewrichtsklachten neemt
toe (Binsbergen, Schols & Groot, 2007). Ouderen met een buikomtrek van 123
cm (mannen) of 105 cm (vrouwen) hebben twee keer zoveel kans te overlijden
aan hart- en vaatziekten dan ouderen met een gemiddelde tailleomtrek
(Gezondheidskrant, 2011). De belangrijkste factor die het (over)gewicht van de
mens bepaald is voeding. De juiste combinatie van gezonde voeding en
voldoende beweging zorgt ervoor dat de energiebalans van mensen niet
verstoord wordt. In Nederland zijn er talrijke gezonde producten te verkrijgen. De
reden dat de juiste proportie van gezonde voeding nog niet genuttigd word door
ouderen komt veelal door het gebrek aan motivatie om de juiste hoeveelheid van
gezonde producten te eten. Een andere reden kan zijn het missen van kennis
over een juist voedingspatroon.
Omdat overgewicht een steeds groter maatschappelijk probleem aan het worden
is zal er een workshop over overgewicht georganiseerd worden. Deze workshop
heeft als hoofddoelstelling:
Overgewicht bij ouderen verminderen door gezonder te eten.
De vraagstelling die bij deze doelstelling hoort luidt als volgt:
Hoe kan je ouderen overtuigen gezonder te eten waardoor
overgewicht verminderd?
Deze workshop wordt georganiseerd in het kader van een innovatieve opdracht
van de minor Active Ageing (AA). De innovatieve opdracht betreft het
voorbereiden en geven van een 30 minuten durende workshop aan
medestudenten van de minor. De workshopgroep bestaat uit n studente
Verpleegkunde, Suzanne Eikholt, en drie studenten Gezondheidszorg Technologie:
Jeffrey Bekkers, Pien van Dijk en Jort Stadlander.
Bij de voorbereiding van de workshop is als eerste gezocht naar recente
mediaberichten. Vanuit deze mediaberichten is het uiteindelijke onderwerp van
de workshop bepaald. Vervolgens is relevante (wetenschappelijke) literatuur
gezocht over de volgende onderwerpen: overgewicht bij ouderen, oorzaken harten vaatziekten, interventies ter stimulering van gezonde voeding en oorzaken en
gevolgen van overgewicht bij ouderen.
In het begin van dit handboek is het plan van aanpak terug te vinden (hoofdstuk
2). In hoofdstuk 3 is het thema van de workshop toegelicht. De inhoud van de
workshop staat beschreven in hoofdstuk 4 en hoofdstuk 5 beschrijft de werkvorm
van de workshop. Het proces wordt beschreven in hoofdstuk 6. Het handboek
6

wordt afgesloten met een literatuurlijst in hoofdstuk 7 en in hoofdstuk 8 zijn nog


een aantal bijlagen terug te vinden.

2. Plan van aanpak


Om de workshop te plannen/ organiseren wordt er gebruik gemaakt van een plan
van aanpak. Met behulp van het plan van aanpak kan de workshop structureel
georganiseerd worden.

2.1 Groepsleden, opleiding en taakverdeling


Om een kwalitatief goede workshop te organiseren wordt er multidisciplinair
samengewerkt tussen drie studenten Gezondheidszorg technologie en n
studente Verpleegkunde.
Groepsleden
Jort Stadlander
Jeffrey Bekkers
Pien van Dijk
Suzanne Eikholt

Opleiding
Gezondheidszorg
technologie
Gezondheidszorg
technologie
Gezondheidszorg
technologie
HBO-V

Contactgegevens
Taak
jmstadla@student.avans
.nl
jmbekker@student.avan
s.nl
Pdijk2@student.avans.nl Notulist
smmeikho@student.ava
ns.nl

Contactpers
oon

Tabel 1: Groepsleden, opleiding en taakverdeling

2.2 Persoonlijke leerdoelen


Tijdens het organiseren van de workshop heeft elke student twee persoonlijke
leerdoelen opgesteld die hij/zij graag zou willen verbeteren tijdens deze
samenwerking.
Pien van Dijk:
1. Tijdens de voorbereiding van de workshop ga ik creativiteit laten zien om
mijn
opgeleverde stukken te onderscheiden van anderen, dit doel is bereikt
wanneer mijn creativiteit terug te zien is in zowel de processtukken naar
de workshop toe als de workshop zelf.
2. Tijdens de workshop presenteer ik goed voorbereid en met zelfvertrouwen.
Ik vermijd stopwoordjes als: zeg maar, snapje en of zo, zodat ik de
opgedane informatie vloeiend kan overbrengen aan mijn medestudenten.
Jeffrey Bekkers:
1. Ik wil mijn presentatievaardigheid verbeteren. Ik wil rust uit stralen tijdens
het presenteren, ik doe dit door rustig en vloeiend te praten, ik stotter niet,
maak gebruik van mijn handen en heb een actieve lichaamshouding
tijdens het presenteren.
2. Ik wil graag leren hoe ik een workshop plan. Ik maak daarom een planning
in Excel over de werkzaamheden die er door onze groep uitgevoerd
moeten worden om de workshop te organiseren. Deze planning is
realistisch, haalbaar en overzichtelijk.

Jort Stadlander:
1. Tijdens de voorbereiding van de workshop wil ik meer verdiepen op gezond
voedsel waarmee je een gezonde leefstijl makkelijker kan controleren. Dit
wil ik doen aan de hand van een literatuurstudie.
2. Ik wil mijn zelfvertrouwen tijdens presentaties verbeteren. Tijdens het
presenteren wil ik niet meer zenuwachtige rondjes lopen maar
gecontroleerd bewegen.

Suzanne Eikholt:
1. Tijdens de workshop wil ik goed voorbereid en met zelfvertrouwen mijn
opgedane kennis aan mijn medestudenten presenteren. Dit is te toetsen
doordat ik mijn ogen naar het publiek richt i.p.v. naar het smartbord. Mijn
spreektempo is niet te snel en mijn intonatie niet te vlak. En ik gebruik zo
min mogelijk stopwoordjes.
2. Tijdens de voorbereiding van de workshop wil ik me bewust worden van
mijn perfectionisme en hieraan werken. Ik ga dit toetsen door dit leerdoel
met mijn medestudenten te delen en hun hierop om feedback te vragen. Ik
ben sneller tevreden met het resultaat en voortgang en stel voor ieder
onderdeel een maximale tijd in voor mezelf waar ik me aan moet houden.

2.3 Twee mogelijke onderwerpen + definitieve keuze


In de eerste week van de minor Active Ageing zijn er twee onderwerpen gekozen
waar de workshop op gericht kan worden.
Gezonde leefstijl
Tegenwoordig wordt er veel promotie gemaakt over het aanhouden van een
gezonde levensstijl. Maar waar heeft dat allemaal mee te maken en wat komt
daar bij kijken. Wat zijn de risicos van het niet hebben van een gezonde
levensstijl dit zijn interessante gezondheidsvragen die steeds vaker spelen.
Valpreventie
Vallen is een veelvoorkomende doodsoorzaak bij ouderen. De laatste jaren
worden er manieren bedachten om vallen te voorkomen. Zo zijn er cursussen en
beweegprogrammas. Ook wordt er gekeken hoe snel gehandeld kan worden na
een val, bijvoorbeeld door een ketting met een noodknop er op.
Keuze
Uiteindelijk is er gekozen voor het onderwerp gezonde leefstijl. Deze keuze is
gemaakt door alle organisatoren te vragen naar de persoonlijke voorkeuren.
Bij de afbakening van het onderwerp is een afweging gemaakt tussen voeding en
beweging. Er is uiteindelijk gekozen voor voeding, gericht op overgewicht bij
ouderen omdat dit directe gevaren kan opleveren voor de gezondheid van
ouderen.

2.4 Koppeling met de minor Active Ageing


Het onderwerp ouderen en overgewicht heeft enorm veel raakvlakken met het
begrip Active Ageing:
1. Tijdens de minor Active Ageing worden gezondheidszorg technologen,
verpleegkundige en fysiotherapeuten opgeleid om ouderen te stimuleren
om gezonder oud te worden. Bij een gezonde leefstijl hoort ook gezonde
het gebruik van een goed eetpatroon waardoor overgewicht verminderd
kan worden.
2. Verpleegkunde: Op de werkvloer zie je dat ouderen niet altijd gezonde
voeding of de juiste hoeveelheid daarvan binnen krijgen. Door ouderen
meer bewust te maken van een gezonde leefstijl kan overgewicht
verminderd worden.
3. Gezondheidszorg Technologie: In de laatste paar jaar zijn er veel nieuwe
zorg technologien gericht op een gezonde leefstijl ontwikkeld.

2.5 Doel workshop


De workshop heeft als hoofddoel overgewicht bij ouderen verminderen en
daarmee de kans op hart- en vaatziekten verkleinen. Het doel van de workshop
wordt echter geformuleerd als overgewicht bij ouderen verminderen door
gezonder te eten omdat er buiten hart- en vaatziekten ook andere
gezondheidsrisicos worden verkleind door gezonder te eten.

2.6 Literatuur en deskundige


Om de workshop te onderbouwen zijn er verschillende bronnen geraadpleegd.
Media bericht
Sant, N., & Heim, N. (2010). Overgewicht van ouderen een steeds groter
probleem. Geraadpleegd van
http://www.kennislink.nl/publicaties/overgewicht-van-ouderen-een-steedsgroter-probleem
Onderzoeksrapporten
Duin, C., Stoeldraijer, L. (2014). Bevolkingstrends 2014. Bevolkingsprognose
2014-2060: groei door
migratie. Den Haag: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Gezondheidsraad (2010). Voor dik en dun. Preventie van overgewicht en obesitas
en het risico op
eetstoornissen. Den Haag: Gezondheidsraad
Gezondheidsraad (2015). Richtlijn goede voeding 2015. Den Haag:
Gezondheidsraad.
Ministerie van Volksgezondheid (2012). Voedselconsumptiepeiling ouderen 70
jaar en ouder.
Houten: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.

10

Panhuis Plasmans, M. in t, Luijben, G., Hoogenveen, R. (2012). Zorgkosten van


ongezond gedrag.
Houten: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.
Wetenschappelijk artikelen
Drijvers, J., Buurma-Rethans, E., Rossum, C. van, Ock, M. (2014). Resultaten
Nederlandse
Voedselconsumptiepeiling 2010-2012. De voeding van zelfstandig wonende
ouderen. Voeding Nu, 1 (2), 12-14.
Heim, N., Snijder, M.B., Deeg, D.J.H., Seidell, J.C., Visser, M. (2008). Obesity in
older adults is
associated with an increased prevalence and incidence of pain. Obesity,
16, 2510-2517.
Pluijm, S.M.F., Visser, M., Puts, M.T.E., Dik, M.G., Schalk, B.W.M., Schoor, N.M. van,
Schaap, L.A., Bosscher, R.J., Deeg, D.J.H. (2006). Ongezonde leefstijl in de
loop van het leven: samenhang met lichamelijke achteruitgang op oudere
leeftijd. Tijdschrift Gerontologie en Geriatrie, 37 (6), 283-295.
Proper, K. I., Bakker, I., Van Overbeek, K., Verheijden, M. W., & van Mechelen, W.
(2006). De
effectiviteit van interventies ter stimulering van gezonde voeding. TBV
Tijdschrift voor Bedrijfs-en Verzekeringsgeneeskunde, 14 (6), 285-292.
Tak, E., Kuiper, R., Chorus, A., & Hopman-Rock, M. (2013). Prevention of onset and
progression of
basic ADL disability by physical activity in community dwelling older adults:
a meta-analysis. Ageing research reviews, 12(1), 329-338.
Deskundige
Met behulp van bronnen wordt er verschillende informatie ingewonnen over
overgewicht bij ouderen. De gevonden informatie wordt geverifieerd door een
ditiste van Dito. Tevens zal er door middel van een interview extra informatie
over het onderwerp ingewonnen worden.

2.7 Contactpersonen
Inge Logghe

Docente Active Ageing


verzorgd de
begeleiding tijdens de
innovatieve
opdrachten

Ihj.logghe@avans.nl

Evelien van Opstal

Ditiste/ deskundige
werkzaam bij
ditistengroep Dito

evelien@dietistengroep.d
ito.nl
06-40399547

Tabel 2: Contactpersonen

11

3.Thema workshop
Het thema van deze workshop is overgewicht bij ouderen. In dit hoofdstuk zal
toegelicht worden wat de aanleiding is om een workshop te organiseren over
overgewicht, welke keuzes er zijn gemaakt m.b.t. dit onderwerp en wat de link is
met de minor Active Ageing.

3.1 Aanleiding
Overgewicht is een steeds groter wordend probleem in de Nederlandse
samenleving. Er is een grote toename van (ernstig) overgewicht, de verwachting
is dat deze toename in de toekomst blijft groeien (Sant & Heim, 2010). In de
ditistenpraktijk worden ook steeds meer ouderen met overgewicht gezien, met
daarbij komende ziekten (Opstal, 2016). In 2012 heeft het Centraal Bureau voor
de Statistiek (CBS) cijfers uitgebracht waarin te zien is dat een groot gedeelte
van de Nederlandse bevolking overgewicht heeft (Centraal Bureau voor de
Statistiek, 2012). Hieronder is de verdeling van mensen met overgewicht
weergegeven in een tabel (tabel 3).

Tabel 3: Ondergewicht, normaal gewicht en overgewicht, naar leeftijd, 2009/2011 (CBS, 2011)

In de tabel is te zien dat de aantallen van mensen met overgewicht op latere


leeftijd groter worden. In 2015 blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS dat de
overgewichtsaantallen niet zijn afgenomen: 56% van de 75 plussers heeft
overgewicht. Deze cijfers, afkomstig van het CBS, plaatst het Nederlands Instituut
12

voor Sport en Bewegen in een bericht betreft overgewicht op de website. In dit


bericht worden ook een aantal gevolgen van overgewicht benoemd:
Overgewicht zorgt ervoor dat mensen minder makkelijk bewegen en minder
plezier beleven aan bewegen. Daardoor ontstaat een vicieuze cirkel van nog
minder bewegen en mogelijk nog meer overgewicht met alle mogelijke gevolgen
van dien (NISB, 2015). Overgewicht heeft meer negatieve gevolgen. Zo stijgt
bijvoorbeeld de kans op diabetes, gewrichtsklachten en hart- en vaatziekten
(Binsbergen et al., 2007). Overgewicht bij ouderen moet anders aangepakt
worden dan overgewicht bij jongere mensen. Naar mate men ouder wordt verliest
men spiermassa. Vetweefsel verbruikt minder calorien dan spiermassa, hierdoor
daalt de stofwisseling en is er minder energie nodig. Tegelijkertijd wordt er op
oude leeftijd vaak minder bewogen dan op jonge leeftijd (Gezondheidsnet, 2014).

3.2 Toelichting keuze workshop


Leefstijl en ouderen zijn een onderwerpen die alle groepsleden van de workshop
aanspreken. Vanuit de opleidingen gezondheidszorg technologie en
verpleegkunde zijn deze onderwerpen eerder in het curriculum al aan bod
gekomen. Er bestaan steeds meerdere (technische) mogelijkheden om je
gezondheid te monitoren, zowel voor beweging als voeding. Zo zijn er applicaties
die registeren hoeveel je op een dag beweegt en hoeveel calorien je hiermee
verband. Tegelijkertijd neemt het aantal ouderen in Nederland toe, dit komt door
de dubbele vergrijzing. Vandaar dat dit wordt gezien als een goede combinatie
dat het onderwerp van de workshop heeft gevormd.
Om het onderwerp af te bakenen en vanuit het oogpunt actief ouder worden te
kijken, wordt er specifiek gekeken naar overgewicht bij ouderen. Overgewicht
ontstaat door een hogere calorie-inname dan het calorieverbruik, de teveel
genuttigde calorien worden opgeslagen als vet. Bij ouderen spelen
ouderdomsfactoren ook een rol in dit proces (Heim, Snijder, Deeg, Seidell &
Visser, 2008). Vanuit constateringen betreft overgewicht als probleem in
Nederland, worden er steeds meer interventies bedacht om overgewicht tegen te
gaan (Proper, Bakker, Overbeek, Verheijden & Mechelen, 2006). Deze interventies
zullen tijdens de voorbereiding van de workshop bestudeerd worden en
vervolgens in de workshop worden verwerkt.
Een van de grootste risicos die overgewicht met zich meebrengt is de verhoogde
kans op hart- en vaatziekten. Dit is iets wat vaak verteld wordt, maar hoe
ontstaat deze verhoogde kans en wat is de daadwerkelijke ernst van dit risico?
Tijdens de workshop wordt hier daarom extra aandacht aan besteedt.

3.3 Relatie minor Active Ageing


Tijdens het verouderingsproces zijn voeding en beweging twee belangrijke
factoren. Zo kan beweging de negatieve factoren van veroudering verminderen
(Tak, Kuiper, Chorus & Hopman-Rock, 2013). Uit een onderzoek van Erwin Tak is
gebleken dat bij een actieve leefstijl de verouderingsgevolgen vertraagd worden.
Tak heeft in zijn promotieonderzoek aangetoond dat vijftigplussers met een
medium tot hoog niveau van fysieke activiteit het risico op het ontstaan van
13

basale ADL-beperkingen in de daaropvolgende 3 tot 10 jaar met de helft


verminderen. Bij ouderen die al beperkingen hadden bij het begin van het
onderzoek werd een risicovermindering van 45% gevonden op het erger worden
van de beperkingen (Tak et al., 2013). De website van optimale gezondheid
(Optimale Gezondheid, 2015) heeft onlangs ook een bericht uitgebracht over het
vertragen van verouderingsprocessen. Een tip die er aan de lezers gegeven
wordt is: eet zo puur mogelijk, dus eet zo weinig mogelijk bewerkt voedsel en pas
op met grote hoeveelheden calorien. Dit zijn enkele voorbeelden van de invloed
van voeding en beweging op het verouderingsproces.
Tijdens de minor Active Ageing staan gezond en actief ouder worden centraal.
Het onderwerp van de workshop sluit goed aan op de minor doordat voeding van
grote invloed is bij het ouder worden. Een gezond eetpatroon is tevens
onderdeel van het blue zones principe (BlueZones, 2016).

14

4. Inhoud workshop
4.1 Overgewicht bij ouderen
In deze paragraaf wordt een beschrijving gegeven van hoe ouderen gedefinieerd
wordt, gevolgd door de definitie van overgewicht en de incidentie van
overgewicht bij ouderen.
4.1.1 Wat zijn ouderen?
Een veel gestelde vraag is wat men onder ouderen verstaat? Door de vele
definities van het begrip ouderen, is er geen strikte definitie. Groepen ouderen
worden vaak gedefinieerd aan de hand van de setting waarin het zich afspeelt.
Zo worden mensen in de leeftijdscategorie 50-65 jaar ouderen genoemd op de
arbeidsmarkt. Als je het over AOW-gerechtigden hebt, spreek je over mensen van
65 jaar of ouder. En bij het gebruik van zorgvoorzieningen gaat het meestal om
75-plussers (Nationaal Kompas Volksgezondheid, 2014 A). Voor de uitwerking van
de workshop zijn ouderen gedefinieerd als personen van 65 jaar of ouder.
Momenteel vindt een vergrijzing van de bevolking plaats. De grijze druk was in
2013 28%, hiermee bedoelen ze de verhouding tussen het aantal personen van
65 jaar of ouder en het aantal personen van 20 tot 65 jaar. Dat betekend dat er
achtentwintig 65-plussers zijn op elke honderd potentile arbeidskrachten. Dit
waren er vijfenzestig jaar geleden nog maar veertien. Sinds 2010 vind er een
versnelling van de vergrijzing plaats. De vergrijzing bereikt haar hoogtepunt rond
2040. De grijze druk zal dan 51% zijn, dat is bijna het dubbele van nu (Nationale
Atlas Volksgezondheid, 2014).
4.1.2 Wat is overgewicht?
Nationaal Kompas Volksgezondheid (2014B) zegt overgewicht en ernstig
overgewicht (obesitas) zijn abnormale of buitensporige opeenhopingen van vet
die de gezondheid kunnen benvloeden. Om te bepalen of iemand overgewicht
heeft, wordt meestal de body mass index (BMI) gebruikt. Deze is gebaseerd op de
verhouding tussen lengte en gewicht. Het gewicht in kilos wordt gedeeld door de
lengte in meters in het kwadraat, kg/m. Deze maat wordt ook wel de queteletindex genoemd en is de meest gebruikte methode om overgewicht te meten. Een
volwassenen met overgewicht heeft een BMI tussen de 25 en 29.9, een BMI vanaf
30 wordt obesitas genoemd (Sant & Heim, 2010).
Verder geven de huidplooidikte en de buikomvang ook een goede indicatie voor
de hoeveelheid opgeslagen vet. Alleen bij ouderen is de BMI niet eenvoudig te
meten, vanwege verandering van lichaamslengte, lichaamssamenstelling en
vetverdeling over het lichaam. De hoeveelheid onderhuids vet op de ledematen
neemt vaak af, terwijl de hoeveelheid vet bij de buik toeneemt (Nationaal
Kompas Volksgezondheid, 2014B). De buikomvang bij ouderen meten is een
betere methoden dan het meten van de BMI.

15

De prevalentie van ouderen met overgewicht stijgt, in 2014 had 61,7% van de
ouderen van 65 tot 75 jaar overgewicht. Tegenover 54,9% bij de groep ouderen
van 75 jaar of ouder (CBS, 2016). Door de vergrijzing in Nederland komen er
steeds meer ouderen bij, de vergrijzing bereikt haar hoogtepunt rond 2040.
Volgens de bevolkingsprognose van het Centraal Bureau voor de Statistiek telt
Nederland in 2040 4,8 miljoen 65-plussers, tegen 3,0 miljoen nu (Duin &
Stoeldraijer, 2014). Dit betekent dat als het percentage overgewicht onder
ouderen niet verder zal toenemen tegen de ontwikkeling van de laatste jaren in
het aantal ouderen met overgewicht uitkomt op ruim 2,8 miljoen in 2040.
4.1.3Wat zijn de gevolgen van overgewicht?
Het hebben van overgewicht kan leiden tot verschillende ziekten en
aandoeningen, zowel fysiek als psychisch. Naarmate de body mass index (BMI) of
de buikomvang toeneemt, wordt het risico hierop groter. Met name het risico op
diabetes mellitus type 2 en hart- en vaatziekten (Gezondheidsraad, 2010). In de
praktijk van een ditist worden veelal patinten met diabetes mellitus type 2,
hoog cholesterol en een hoge bloeddruk gezien, wat uiteindelijk bijdraagt aan
hart- en vaatziekten (Opstal, 2016).
Andere gezondheidsrisicos zijn verschillende soorten kanker, zoals: dikke darm-,
slokdarm-, alvleesklier-, galblaas-, baarmoeder-, borst-, eierstok- en
prostaatkanker. Naast de verschillende soorten kanker hebben mensen met
overgewicht een verhoogd risico op aandoeningen van de galblaas,
bewegingsstelsel (artrose) en ademhalingswegen (Gezondheidsraad, 2010).
Naast de fysieke gevolgen zijn er ook psychosociale gevolgen van overgewicht.
Het Nationaal Kompas Volksgezondheid (2014)C zegt dat mensen met
overgewicht meer risico lopen op psychosociale problemen, stigmatisering en
discriminatie. Ook hebben zij vaker last van angststoornissen en depressies.

4.2 Wat is gezond eten?


'De hoofdoorzaak van gewichtsstijging, en dus van overgewicht en uiteindelijk
obesitas, is evident: een positieve energiebalans. Wanneer een persoon
meer energie inneemt dan er wordt gebruikt zal het lichaamsgewicht stijgen'
(Brug & Vischer, 2004). Overgewicht ontstaat dus door een structureel
calorieoverschot. Dit overschot komt veelal bij ouderen voor die hetzelfde
eetpatroon als vroeger aanhouden maar tegelijkertijd minder in beweging zijn.
Doordat oudere mensen over het algemeen steeds minder bewegen, neemt de
hoeveelheid spierweefsel af. De basale stofwisseling daalt hierdoor per 10 jaar
met 2 2,9 % (Breedveld & Peters, z.d.). Het lichaam verbruikt door minder te
bewegen dus minder energie. De energiebehoefte neemt af met een hogere
leeftijd. Zodra de ouder het zelfde eetpatroon blijft aanhouden als voorheen zal
deze, zelf een calorieoverschot creren, deze extra energie wordt opgeslagen als
lichaamsvet. Overmatig lichaamsvet staat weer gelijk aan overgewicht.
Het lichaam heeft energie nodig om goed te kunnen blijven functioneren. Om
goed te kunnen blijven functioneren is het van belang dat de ouderen de juiste
16

verhouding eiwit, koolhydraten en vetten binnen krijgen. De juiste verhouding


tussen vetten, koolhydraten en eiwitten is afhankelijk van het huidige gewicht,
lengte, leeftijd, activiteitsniveau en geslacht van de desbetreffende oudere
(Voedingscentrum, z.d.). Afhankelijk van wat een oudere voor doel heeft wordt
de totale caloriebehoefte bepaald. Er zijn 3 mogelijk doelen, afvallen, op gewicht
blijven, aankomen. Er is sprake van een gezond evenwicht tussen de 3
componenten eiwit, koolhydraten en vetten als er 0.8 gram eiwit per kg gewicht
gegeten wordt. Er wordt tevens aangeraden om 40% van het aantal calorien te
gebruiken voor koolhydraten. De overige calorien mogen uitbesteed worden aan
vet (Mens en gezondheid, 2015). Een gevarieerde dieet is van groot belang voor
de gezondheid van ouderen. Een voorbeeld van een gevarieerd dieet is de schijf
van 5, deze wordt ook door een ditist aanbevolen (Opstal, 2016).

Op de wereld bestaan er 5 blue zones gebieden, in deze gebieden is de


levensverwachting 7 jaar hoger met 12 jaar meer gezonde levensverwachting. Er
komt maar 1/5 van de kankers voor en 1/6 van het aantal hart- en vaatziekten
(Doninck, 2016). De gebieden waar het om gaat zijn: Ikaria (Griekenland), Loma
Linda (US), Sardinia (Italie), Okinawa (Japan), Nicoya (Costa Rica) (BlueZones,
2016).

De mensen in deze gebieden leven volgens 9 gewoontes die bevorderlijk zijn om


gezonder en langer te kunnen leven. Deze gewoontes zijn: natuurlijk bewegen,
doelen blijven hebben, relax (meditatie), rode wijn, veel groenten en weinig
vlees, tot 80% van de verzadiging eten, geloof hebben/spiritueel zijn, familie
voorop stellen en verbinding en vrienden. Een aantal van deze gewoontes
hebben ook betrekking op gezond eten. Zo nuttigen de mensen in de blue zones
veelal plantaardig voedsel, en drinken zij regelmatig een glas alcohol, dit gebeurd
echter wel met mate (Doninck, 2016).

Maar wat wordt nu omschreven als gezonde voeding? De gezondheidsraad geeft


de volgende richtlijn voor gezonde voeding aan: eet volgens een meer
plantaardig en minder dierlijk voedingspatroon conform de onderstaande
richtlijnen (Gezondheidsraad, 2015).

Eet dagelijks ten minste 200 gram groente en ten minste 200 gram fruit.
Eet dagelijks ten minste 90 gram bruin brood, volkorenbrood of andere
volkorenproducten.
Eet wekelijks peulvruchten.
Eet ten minste 15 gram ongezouten noten per dag.
Neem enkele porties zuivel per dag, waaronder melk of yoghurt.
Eet een keer per week vis, bij voorkeur vette vis.
17

Drink dagelijks drie koppen thee.


Vervang geraffineerde graanproducten door volkoren producten.
Vervang boter, harde margarine en bak- en braadvet.
ten door zachte margarine, vloeibaar bak- en braadvet en plantaardige
olin.
Vervang ongefilterde door gefilterde koffie.
Beperk de consumptie van rood vlees en met name bewerkt vlees.
Drink zo min mogelijk suikerhoudende dranken.
Drink geen alcohol of in ieder geval niet meer dan n glas per dag.
Beperk de inname van keukenzout tot maximaal 6 gram per dag.
Het gebruik van voedingsstofsupplementen is niet nodig, behalve voor
mensen die tot een specifieke groep behoren waarvoor een
suppletieadvies geldt.

Het Ministerie van Volksgezondheid (2012) deed in 2010-2012 een


voedselconsumptie peiling bij 70 plussers. Voor de proef zijn er zelfstandig
wonende 70-plussers benaderd uit 15 verschillende gemeenten. Uit de genodigde
bleken er 2848 personen geschikt om mee te doen aan het onderzoek.
Uiteindelijk deden er 737 mensen mee. Van deze groep waren er 373 mannen en
366 vrouwen. Uit het onderzoek kwamen de volgende conclusies:

1 op de 4 ouderen volgt het advies op om meer vitamine D te nuttigen.

Ruim 20 procent van de mannen volgt een dieet voor een te hoge
bloeddruk, ruim 25 procent van de vrouwen doet dat ook.

De macronutrinten inname van de ondervraagde doelgroep:

18

Tabel 4: Gemiddelde bijdrage van macronutrinten aan de totale energie (Drijvers, BuurmaRethans, Rossum, Ock, 2014)

Uit de gegevens van bovenstaande tabel (tabel 4) blijkt dat de ouderen


voldoende eiwit binnen krijgen per dag, net iets te weinig koolhydraten maar wel
net voldoende vet.

Meer dan 90% van de 70 plussers at voeding met minder dan 1%


transvetzuren.

Ruim 50% van de zelfstandig wonende 70 plussers kreeg voldoende


groente per dag binnen.

Minder dan 50% procent van de ondervraagde haalde de streefwaarde


zout, fruit, voedingsvezel en verzadigde vetzuren per dag niet.

5% van de vrouwen en 10% van de mannen krijgen voldoende vitamine D


binnen per dag.

Voor een klein deel van de 70 plussers vinden er te weinig A, B2, B6 en C


vitamines in het voedsel plaats.

19

Tabel 5: Mate waarin mannen en vrouwen voldeden aan de kwantitatieve streefwaarden van de
richtlijn goede voeding (Drijvers, Buurma-Rethans, Rossum, & Ock, 2014)

4.3 Wie hebben er baat bij dat ouderen zich gezond voeden?
Een ongezonde leefstijl is vaak de oorzaak van een slechte gezondheid, ziekte en
een hoog zorggebruik. Zoals te zien is in de tabel (tabel 6), wordt 44% van de
diabetes incidentie veroorzaakt door overgewicht. De percentages van hart- en

vaatziekten door overgewicht zijn een stuk lager.


Tabel 6: Aandeel van de ziekte-incidentie dat toegewezen kan worden aan ongezond gedrag
(Panhuis-Plasmans, Luijben & Hoogenveen, 2012)

Als overgewicht helemaal uitgebannen wordt dan stijgt de gemiddelde


resterende levensverwachting voor zowel mannen als vrouwen vanaf 20 jaar met
0,8 jaar. Bij de groep 65-plussers is dit voor zowel mannen als vrouwen 0,3 jaar.
Door overgewicht lopen mensen een hoger risico op ziekten en daardoor meer
zorg en hogere zorgkosten. De zorgkosten -zoals te zien in tabel 7- voor diabetes
patinten is voor de helft toe te schrijven aan overgewicht (Panhuis-Plasmans,
Luijben & Hoogenveen, 2012).

20

Tabel 7: Bijdrage van ongezonde leefgewoonten aan de zorgkosten in 2010 (Panhuis-Plasmans et


al., 2012)

Er werd in 2010 in totaal 74,9 miljard euro uitgegeven aan zorg. Hiervan is 1,6
miljard euro uitgegeven aan ziekten als gevolg van overgewicht, wat neerkomt
op 2,2% van de totale uitgaven. Het meeste geld werd uitgegeven aan hart- en
vaatziekten, diabetes mellitus en artrose (Panhuis-Plasmans et al., 2012).
De ouderen hebben er dus baat bij om gewicht te verliezen, omdat de
levensverwachting met 0,3 jaar gemiddeld zal stijgen. De overheid heeft hier ook
baat bij omdat de zorgkosten af zullen nemen.

4.4 Hoe kunnen ouderen gemotiveerd worden om gezond te


eten?
Om te weten te komen waarom ouderen teveel calorien nuttigen en daardoor
overgewicht creren, is het belangrijk om te weten in wat voor situaties ouderen
teveel calorien nuttigen. Een groep onderzoekers van Wageningen UR Food &
Biobased Research hebben geconcludeerd dat een oudere veelal een emotie-eter
is. In het onderzoek waren er 4 doelgroepen. De eerste groep geeft aan dat zij
gezondheid en smaak belangrijk vinden bij eten (50% van de
onderzoekspopulatie) deze groep probeert af en toe ook een nieuw gerecht.
Ongeveer 25% Van de ondervraagde probeert vaak nieuw eten uit en deze groep
geniet daadwerkelijk van de maaltijd. Ongeveer 12.5% van de ondervraagde
vindt gezond en lekker eten wel belangrijk maar vindt het belangrijker om met
leuke mensen te eten dan dat het eten lekker en gezond is. De overige 12.5% is
niet genteresseerd in eten en legt geen link tussen negatieve gevoelens en eten
(Zorginstellingen, 2014).

Gedragsverandering moet plaats vinden om ouderen gezonder te laten eten. Om


ouderen te motiveren om gezond te eten kan motiverende gespreksvoering
worden toegepast. Dit is een directieve, persoonsgerichte gespreksstijl welke
gericht is op het veranderen van gewoontegedrag. De methodiek is gericht op de
eigen verantwoordelijkheid van de ouderen en de vrijheid om eigen keuzes te
21

maken. Het uitgangspunt van motiverende gespreksvoering is dat de motivatie


om te veranderen uit de patint zelf komt. De stappenreeks van voorlichting
beschrijft de stappen van de gedragsverandering van de ouderen, namelijk:
openstaan, begrijpen, willen, kunnen, doen en blijven doen. Het gedrag (doen)
kan pas tot stand komen als de voorgaande stappen goed zijn doorlopen (Burgt,
Mechelen-Gevers & Terra, 2010, p.23).
Openstaan
De eerste stap van gedragsverandering is de stap openstaan. Deze stap gaat
over het vermogen van de ouderen om aandacht te hebben voor informatie en
een gesprek over overgewicht. Het verwijst naar de bereidheid om na te denken
over de gezondheid en naar oplossingen te zoeken (Burgt et al., 2010, p. 87)
Begrijpen
Deze stap gaat over het opnemen, verwerken en onthouden van de informatie.
De informatie die gegeven wordt, stelt de ouderen in staat om de situatie te
begrijpen en het beter aan te kunnen (Burgt et al., 2010, p.106).
Willen
Als de ouderen openstaat om zijn overgewichtsprobleem te onderzoeken en
begrijpt wat er aan de hand is, komt de stap willen. Er zijn drie factoren die deze
stap bepalen, namelijk: attitude (A), sociale invloed (S) en eigen effectiviteit (E).
Attitude gaat over afwegingen en opvattingen, hoe belangrijk vindt de ouderen
het om zijn overgewichtsprobleem aan te pakken en hoe kijkt hij/zij tegen de
aanpak aan. Sociale invloed geeft de steun en druk uit de directe omgeving van
de ouderen weer. De eigen effectiviteit verwijst naar het vertrouwen dat de
ouderen in zichzelf heeft om af te kunnen vallen. Het ASE-model bepaalt samen
of de bereidheid om af te vallen ook werkelijk tot stand komt (Burgt et al., 2010,
p. 136).
Kunnen
De stap kunnen gaat over het vermogen om thuis gezond te gaan eten om
gewicht te verliezen. Hiervoor heeft de ouderen specifieke vaardigheden nodig.
Welke worden onderscheiden in: (handelings)vaardigheden en praktische
problemen of barrires. Handelingsvaardigheden zijn het kunnen bereiden van
gezonde voeding en praktische problemen kunnen problemen zijn bij het
uitvoeren. Gebrek aan geld, materialen e.d. kunnen hierin meespelen (Burgt et
al., 2010, p. 152).
Doen
Bij deze stap voert de ouderen zijn voornemen om gezond te eten om af te vallen
thuis uit. Hij/zij past de vaardigheden die zijn geleerd thuis toe (Burgt et al., 2010,
p. 162).
Blijven doen
Deze stap gaat over het volhouden van dagelijks gezond eten om af te vallen.
Het vereist meer dan alleen herhaling, factoren die hierbij een rol spelen zijn: wel
of niet volhouden, korte- en langetermijndoelen, voordelen van gewicht verliezen,
22

omgaan met praktische problemen, gedrag in het dagelijks leven toepassen en


het terug vallen in oud gedrag en opnieuw beginnen (Burgt et al., 2010, p. 181).
Onderzoek wijst dus uit dat motiverende gespreksvoering goed werkt om iemand
te overtuigen. De Groot en KULTIFA (2006) concluderen in recent onderzoek dat
Spelend leren werk. Er is dan ook gekozen om de workshop op een speelse
manier in te richten.

23

5.Werkvorm workshop
5.1 Beschrijving werkvorm
Het onderwerp van de workshop is gekozen aan de hand van het artikel over
Overgewicht van ouderen een steeds groter probleem. Voordat er gekozen is
voor dit onderwerp zijn er afwegingen gemaakt over welk onderwerp er het best
een workshop gemaakt kon worden. De doelstelling is om ouderen door middel
van een workshop bewust te maken over overgewicht .
De workshop zal als volgt worden vormgegeven. Als eerste wordt toegelicht door
wie de
workshop gegeven wordt, welk onderwerp gekozen is en waarom er voor dit
onderwerp
gekozen is. De workshop zal in de vorm zijn van het spel Weerwolven met als
doelstelling om de doelgroep ervan te overtuigen dat gezonde voeding erg
belangrijk is en dat veel mensen overlijden aan hart en vaatziekten als gevolg
van overgewicht.
Er is gekozen om op een speelse wijzen de doelgroep te overtuigen. Hierdoor is
ervoor gekozen om het spel Weerwolven te gebruiken als leidraad van de
workshop. Het verhaal wat bij het spel verteld word zal ervoor zorgen dat de
ouderen overtuigd worden dat gezond eten bijdraagt aan de verminderde kans
op overgewicht.
De doelgroep van de workshop zijn ouderen, tijdens de workshop worden de
deelnemende studenten gevraagd om zich in te leven in ouderen. Verder kan de
workshop ook van toepassing zijn op de studenten zelf, misschien maakt het hun
wel bewust dat ze gezonder moeten gaan eten.
De workshop wordt gegeven door 3 studenten van Gezondheidszorg technologie
en n studente van verpleegkunde, deze studenten volgen allemaal de minor
Active Ageing. Om er achter te komen wat de beste manier is om ouderen te
motiveren om gezond te eten is er onderzoek gepleegd. Daarbij is er onderzoek
gedaan naar de verwante onderdelen omtrent deze workshop. Door de opgedane
kennis tijdens dit onderzoek wordt er verwacht dat er voldoende
kennisoverdracht kan plaats vinden.

5.2 Programma workshop


Inleiding:
- Verhaaltje over overgewicht
o Oorzaken noemen
o Risicos noemen
Spel:
- Weerwolven (Overgewicht)
Afsluiting
24

25

5.3 Uitwerking Workshop


5.3.1 Inleiding spel
De workshop zal als volgt verlopen, alle deelnemers krijgen een spel kaartje
daarop staat welk personage ze zijn. Het is de bedoeling dat deelnemer zich
inleeft in het desbetreffende personage. Hierbij wordt van de deelnemers hun
inlevingsvermogen op de proef gesteld. Inlevingsvermogen is het vermogen je te
kunnen verplaatsen in een ander en de gevoelens en gedachten van de ander te
begrijpen, ook wanneer je zelf deze gevoelens niet zou ervaren in deze situatie.
We spreken ook wel van empathie(De Vos, z.j.). Op alle kaartjes die uitgedeeld
worden zal korte instructie staan over de desbetreffende personage.
Verhaal
Er heerst een vloek op verzorgingstehuis Avans. Sinds familie Dikke hun
grootouders in het verzorgingstehuis hebben gestopt heerst de vloek rond
meerdere ouderen die in het verzorgingstehuis zijn komen wonen. S nachts
wanneer iedereen slaapt gaan de ouderen met overgewicht zich vol eten met
voedsel, het komt wel eens voor dat ze betrapt worden door een ouderen die
toevallig een glaasje water wilde hebben. Als je ze jouw betrappen zal de vloek
op je overslaan.
De vloek start langzaam op maar je voelt je opeens wat zwaarder en hebt de
neiging om je helemaal vol te stoppen met eten. Dit leidt in een nacht tot een
overlaad van voedsel dat ze naar binnen werken. De volgende ochtend besluit
het personeel dat je naar de voedingsdeskundige toe moet. Dit betekent dat
iedereen die af is naar Jeffrey en Suzanne mag gaan.

26

5.3.2 Personages:
Ouderen met overgewicht (Weerwolven)
Medische informatie:
Ouderen met een BMI hoger dan 25 behoren tot deze groep. Deze ouderen
hebben een verhoogde kans op onder andere diabetes en hart- en vaatziekten.
Naast de individuele ongemakken kosten deze groep ouderen veel geld voor de
maatschappij.
Ouderen met een BMI tussen de 18,5 en 25 hebben een gezond gewicht. Dit
houdt in dat ze aan de hand van hun BMI geen verhoogde kans hebben op onder
andere diabetes en hart- en vaatziektes.
Spel informatie:
De ouderen met overgewicht mogen 's nachts wakker worden en iemand
aanwijzen die 's morgens de overwicht vloek zal hebben en dan af is. Zij doen dit
natuurlijk in volledige stilte zodat niemand hen kan identificeren.
Ouderen zonder overgewicht (Gewone burgers)
Zij mogen 's nachts niets doen. Overdag lijkt iedereen een ouderen zonder
overwicht te zijn. Overdag helpen zij met het stemmen op een ouderen met
overgewicht. Stemmen de burgers verkeerd, dan raakt een onschuldige 40kg
kwijt aan gewicht waardoor er ondergewicht kan ontstaan en de persoon naar het
ziekenhuis zal moeten en dus uit het spel ligt.
Psycholoog (Ziener)
Medische informatie:
Een psycholoog is een professioneel deskundige op het gebied van het innerlijke
leven (denken, voelen en streven) en het gedrag van de mens. Een psycholoog
kan proberen te achterhalen hoe het zo ver is gekomen dat mensen overgewicht
hebben. Vaak komt de overmatige energie-inname in vergelijking met het geringe
energieverbruik ergens vandaan.
Spelinformatie:
Mag 's nachts een kaart inzien van een inwoner. De psycholoog kan zich
'ontmaskeren' als hij een ouderen met overgewicht heeft gezien. Daarvoor nog
niet, want dan wordt hij waarschijnlijk verslonden door de ouderen met
overgewicht. Het is dan natuurlijk aan de rest om te geloven of diegene echt een
Psycholoog is of niet.
Ditist (Heks)
Medische informatie:
Een ditist valt onder de paramedische beroepen en is een specialist op het
gebied van voeding in relatie tot ziekte. Een ditist helpt patinten door een op
maat gemaakt voedings- of dieetadvies te geven. Door het behandelen met een
dieet kan de ditist de lichamelijke gezondheid bevorderen. Ook heeft de ditist
kennis van het gedrag bij voeding en kan een ditist de patint/clint begeleiden
en stimuleren bij het volgen van het dieet.
Spelinformatie
De ditist heeft twee opties: een dieet wat de vloek veroorzaakt. De ditist kan
elke nacht kiezen om n dieet te gebruiken of niets doen. Met het dieet wat de
vloek veroorzaakt kan ze bovenop de burger die de vloek heeft gekregen van de
ouderen nog een slachtoffer maken.
27

Gastric bypass chirurg (maagverkleining) (Jager)


Medische informatie:
Bij een gastric bypass wordt de maag kleiner gemaakt en het
spijsverteringskanaal gedeeltelijk omgeleid. Een gactric bypass word uitgevoerd
door de maag-, darm- en leverchirurg, ook wel gastro-enterologische chirurg of
GE-chirurg. Deze chirurg doet operaties aan het spijsverteringsgestel.

28

Spelinformatie:
Als de chirurg sterft, reikt hij uit naar zijn scalpel en kan in een laatste
wanhoopsdaad nog een maagverkleining operatie doen om iemand redden van
overgewicht. Dit kan 's morgens zijn als hij ontdekt dat hij sterft, maar ook
wanneer de ouderen besluiten hem te verbranden.
Leefstijlcoach (stiekeme meisje)
Medische informatie:
De Leefstijlcoach is een coach die gespecialiseerd is in gedragsverandering,
waarbij bewegen, voeding- en gedragsverandering het middel zijn om
gezondheid te bevorderen. De Leefstijlcoach is in staat om mensen te coachen,
te adviseren en te begeleiden naar een gezonde leefstijl.
Spel informatie:
Zij mag tussen haar vingers door kijken als de ouderen met overgewicht iemand
de vloek geven. Alle deelnemers moeten dus hun handen voor hun ogen houden.
Dit moet natuurlijk zo heimelijk mogelijk zijn, want als de ouderen met
overgewicht het merken, kunnen ze de leefstijlcoach vermoorden, zodat zij
niemand meer verdacht kan maken. Tussen haar vingers zien mag omdat het
anders te makkelijk is voor de ouderen met overgewicht.
Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (burgemeester)
Basis informatie
De minister draagt in de eerste plaats de zorg voor de volksgezondheid. Dit
betreft onder andere het beleid met van bijvoorbeeld ziekenhuizen,
geneesmiddelen en huisartsen. Verder is de minister verantwoordelijk voor het
preventiebeleid, de preventieve gezondheidszorg, de publieke gezondheid en de
voedselveiligheid. Ook het welzijnsbeleid zoals: de ouderenzorg, het jeugdbeleid,
het sociaal-cultureel werk, de verslaafdenzorg en de maatschappelijke
dienstverlening, behoort tot het taakveld. Daarnaast is de minister
verantwoordelijk voor het beleid ten aanzien van de sport.
Spel informatie
Overdag kan er door "verkiezingen" een minister van gezondheidszorg gekozen
worden. Die zal het gesprek leiden. De minister van gezondheidszorg krijgt een
extra stem, en als de stemmen op wie dood moet 50-50 zijn, dan zijn de twee
stemmen van de minister gezondheidszorg doorslaggevend. Dit kan ervoor
zorgen dat er niet eindeloos geargumenteerd wordt. Als de minister van
gezondheidszorg vermoord wordt, kan hij, terwijl hij zijn laatste ademtocht
uitblaast, nog een opvolger benoemen.
5.3.3 Het spel
De spelvoorbereiding
Iemand uit de workshop groep wordt aangesteld als spelleider. De spelleider
speelt zelf niet mee, maar geeft slechts aanwijzingen aan de spelers. De
spelleider laat het verzorgingstehuis inslapen als de nacht is aangebroken. Alle
spelers laten dan hun hoofd hangen en sluiten de ogen. Daarna roept de
spelleider achtereenvolgens (alleen) die karakters op, die in het spel voorkomen.
Dat gaat als volgt.
Normale fase (van de eerste nacht)
1. De spelleider roept de Psycholoog (ziener).

29

Hij zegt: "De Psycholoog wordt wakker en wijst een speler aan wiens identiteit zij
wil ontdekken."
De spelleider laat de psycholoog de karakterkaart van die speler zien.
Hij zegt: "De psycholoog valt in slaap."
De psycholoog sluit haar ogen.

30

2. De spelleider roept de oudere met overgewicht.


Hij zegt: "De oudere met overgewicht worden wakker, kijken elkaar aan en kiezen
een nieuw slachtoffer".
Oudere met overgewicht (en niemand anders) heffen hun hoofd op, openen hun
ogen, kijken elkaar aan en kiezen een slachtoffer.
(Nu mag de Leefstijlcoach stiekem kijken naar de oudere met overgewicht, door
haar ogen
een fractie te openen. Ze mag hier echter ook vanaf zien. Als ze betrapt wordt,
mogen de
ouderen met overgewicht van gedachten veranderen, waardoor het Leefstijlcoach
het volgende slachtoffer wordt in plaats van de eerder aangewezen burger.)
De spelleider zegt: "De ouderen met overgewicht gaan weer slapen.
3. De spelleider roept de Ditist.
Hij zegt: "De Ditist wordt wakker. Ik ga het slachtoffer aanwijzen.
Zal de Ditist haar vergif gebruiken? De spelleider wijst de Ditist aan, wie het
volgende slachtoffer van de ouderen met overgewicht is. De Ditist hoeft haar
kracht niet in een bepaalde beurt te gebruiken. Als de Ditist besluit om haar
dieet te gebruiken, geeft ze dit bij de spelleider aan door een duim omlaag te
doen voor een dieet.
De spelleider maakt het resultaat pas de volgende morgen bekend.
4. De spelleider maakt de ouderen wakker.
Op aangeven van de spelleider, doet iedere speler de ogen open. Nu noemt de
spelleider de speler
of spelers die gedurende de nacht het slachtoffer van de ouderen met
overgewicht en de Ditist zijn geworden.
- Die spelers tonen hun karakterkaarten, en ze zijn nu uit het spel. Ze
mogen op geen enkele manier met de andere spelers communiceren.
- In het spel voor gevorderden kan het volgende gelden:
o Als een van de slachtoffers de chirurg is, mag deze wraak nemen, en
direct een speler van zijn keuze vermoorden.
o Als een van de slachtoffers de minister gezondheidszorg is, benoemt
deze direct zijn opvolger.
5. De ouderen uiten en bespreken hun verdenkingen.
De spelleider initieert de discussie. Een verdacht geluid in de nacht, vreemd
gedrag van een van
de spelers, of misschien stemt een van de ouderen steeds op dezelfde wijze...
Dit zijn allemaal aanwijzingen, die ertoe kunnen leiden, dat men iemand ervan
verdenkt, dat hij
een ouderen met overgewicht is.
Gedurende deze fase is het belangrijk om te begrijpen, dat de spelers
soms verschillende doelen
hebben!
- Alle ouderen proberen ouderen met overgewicht te ontmaskeren en de
anderen zover te krijgen, dat ze tegen hem stemmen;
- De ouderen met overgewicht proberen zich voor te doen als ouderen;
- De psycholoog en het onschuldige meisje moeten de andere ouderen zien
te helpen, zonder hun eigen leven te verliezen;
Iedereen kan zich als een ander voordoen. Dit gegeven is het hart van het spel.
Gebruik je talent,
bluf of vertel de waarheid, maar zorg bovenal dat je geloofwaardig blijft!
En: laat nooit je karakterkaart aan iemand zien!
6. Het verzorgingstehuis stemt.
De spelers moeten een speler uitschakelen, waarvan ze denken, dat hij/zij een
ouderen met overgewicht is. Als de spelleider tot drie heeft geteld, wijst elke
31

speler met een vinger naar een speler, die ze willen elimineren. De speler met de
meeste stemmen is uit het spel. De stem van de minister gezondheidszorg telt
dubbel. Als de stemming onbeslist is, wijst de minister gezondheidszorg het
slachtoffer aan. De gelimineerde speler laat zijn karakterkaart zien en is uit het
spel. Hij mag tot het spel is afgelopen met niemand communiceren.

32

7. Het verzorgingstehuis slaapt.


De spelleider laat het verzorgingstehuis weer inslapen. De spelers sluiten
wederom hun ogen.
Spelers, die uit het spel zijn, moeten naar de voedingsdeskundige toe waar ze
terwijl het spel doorgaat oefeningen krijgen om uit te voeren.
Na stap 7 begin je weer bij 1.
Het winnen
- De ouderen winnen, zodra ze de laatste weerwolf hebben uitgeschakeld.
- De ouderen met overgewicht winnen, zodra ze de laatste ouderen hebben
verslonden.
Overzicht Spelverloop
De dikke ouderen van de Wever
Normale Fase
1. De psycholoog
2. De ouderen met overgewicht
(leefstijlcoach)
3. De Ditist
4. Het verzorgingstehuis ontwaakt en
constateert
5. Het verzorgingstehuis beraadslaagt
(kiest evt. minister gezondheidszorg)
6. Het verzorgingstehuis stemt
7. Het verzorgingstehuis slaapt weer in
Volgende normale fase

Tabel 8 Overzicht spelverloop

33

6. Procesbeschrijving
In dit hoofdstuk is de samenwerking beschreven binnen de workshopgroep. Voor
het proces naar de workshop toe is er een planning gemaakt en zijn er afspraken
gemaakt betreft de samenwerking. Daarnaast zijn in dit hoofdstuk de notulen,
taakverdeling en persoonlijke leerdoelen terug te vinden.

6.1 Samenwerking
Om een goede samenwerking te waarborgen zijn er verschillende afspraken
gemaakt:
1) Indien een groepslid 15 minuten na de afgesproken tijd aankomt, wordt er
koffie gehaald voor alle groepsleden.
2) Indien een groepslid bij een afgesproken bijeenkomst niet aanwezig kan
zijn wordt dit minimaal n dag van te voren verteld aan de groepsleden.
3) Indien er een groepslid niet aanwezig kon zijn bij een afgesproken
bijeenkomst, notuleren de overige groepsleden wat er besproken is en
mailen dit naar het afwezige groepslid.
4) Indien een groepslid niet komt opdagen bij een afgesproken bijeenkomst
zonder dit op tijd mede te delen, wordt er getrakteerd op Tony Chocolonely
(puur/ melk karamel zeezout).

6.2 Planning
De workshop moet binnen 8 weken opgezet worden. Er is daarom met behulp van
Excel een planning gemaakt. Deze planning is een leidraad voor het opstellen
van de workshop

Tabel 9: Planning

34

6.3 Persoonlijke leerdoelen inclusief eindevaluatie


Ieder lid uit de workshopgroep heeft twee individuele leerdoelen opgesteld. Deze
staan weergegeven in het plan van aanpak, hoofdstuk 2. De opgestelde doelen
worden nagestreefd tijdens de voorbereiding van de workshop en tijdens de
workshop zelf. Na de uitvoering van de workshop kan bepaald worden of deze
doelstellingen behaald zijn.

6.4 Taakverdeling
Voor een goede taakverdeling voor onder andere een soepele communicatie
(intern en extern) zijn er binnen de projectgroep verschillende taken verdeeld.
Contactpersoon Suzanne Eikholt
Notulist Pien van Dijk

6.5 Notulen
Vanuit de lessen van Inge Logghe en bijeenkomsten van de workshopgroep, zijn
aantekeningen/ notulen gemaakt. Zo is alles duidelijk gedocumenteerd en later
gemakkelijk terug te vinden. De notulen staan weergegeven in de bijlagen.

35

7. Conclusie en aanbevelingen
De vraagstelling die centraal staat in dit project luidt:
Hoe kan je ouderen overtuigen gezonder te eten waardoor
overgewicht verminderd?
Gedragsverandering moet plaats vinden om ouderen gezonder te laten eten. Om
ouderen te motiveren om gezond te eten kan motiverende gespreksvoering
worden toegepast. Dit is een directieve, persoonsgerichte gespreksstijl welke
gericht is op het veranderen van gewoontegedrag. De methodiek is gericht op de
eigen verantwoordelijkheid van de ouderen en de vrijheid om eigen keuzes te
maken. Het uitgangspunt van motiverende gespreksvoering is dat de motivatie
om te veranderen uit de patint zelf komt. De stappenreeks van voorlichting
beschrijft de stappen van de gedragsverandering van de ouderen, namelijk:
openstaan, begrijpen, willen, kunnen, doen en blijven doen. Het gedrag (doen)
kan pas tot stand komen als de voorgaande stappen goed zijn doorlopen (Burgt,
Mechelen-Gevers & Terra, 2010, p.23). De ouderen zullen door deze motiverende
gespreksvoering gestimuleerd worden om gezonder te eten. Tijdens de workshop
is ervoor gekozen om dit in een speelse manier uit te voeren

7.1 Aanbevelingen
Aan de ouderen wordt aanbeveelt om de richtlijnen van het voedingscentrum te
volgen. Het voedingscentrum raadt aan:

Eet dagelijks ten minste 200 gram groente en ten minste 200 gram fruit.
Eet dagelijks ten minste 90 gram bruin brood, volkorenbrood of andere
volkorenproducten.
Eet wekelijks peulvruchten.
Eet ten minste 15 gram ongezouten noten per dag.
Neem enkele porties zuivel per dag, waaronder melk of yoghurt.
Eet een keer per week vis, bij voorkeur vette vis.
Drink dagelijks drie koppen thee.
Vervang geraffineerde graanproducten door volkoren producten.
Vervang boter, harde margarine en bak- en braadvet.
ten door zachte margarine, vloeibaar bak- en braadvet en plantaardige
olin.
Vervang ongefilterde door gefilterde koffie.
Beperk de consumptie van rood vlees en met name bewerkt vlees.
Drink zo min mogelijk suikerhoudende dranken.
Drink geen alcohol of in ieder geval niet meer dan n glas per dag.
Beperk de inname van keukenzout tot maximaal 6 gram per dag.
Het gebruik van voedingsstofsupplementen is niet nodig, behalve voor
mensen die tot een specifieke groep behoren waarvoor een
suppletieadvies geldt

Aan de ouderen wordt tevens aangeraden om een gemiddelde verhouding eiwit,


koolhydraten en vet te eten een goede verhouding is: 0.8 gram x het gewicht aan

36

eiwit, 40 procent van de totale calorie behoefte wordt besteed aan koolhydraten
de overige calorien zijn vet.
Aan verschillende zorgprofessionals worden verschillende punten aangeraden,
aan dietiste wordt aangeraden om goed te oefen met het voeren van
motiverende gesprekken. Tijdens het oefenen van deze gespreksvoering is het
belangrijk om de 5 punten van motiverende gespreksvoering in te zetten.

37

8. Bibliografie
Binsbergen, J. J. van, & Schols, J. M. G. A., Groot, C.P.G.M. de (2013). Voeding van
ouderen. In P.A.E.
Jansen (Red.). Het geriatrie formularium. (pp. 64-82). Houten: Bohn Stafleu
van Loghum
BlueZones (z.d.). Explorations. Geraadpleegd op 11 maart, van
https://www.bluezones.com/about-blue-zones/explorations/
Breedveld, B., Peters, S., (z.d.). Factsheet ouderen en voeding. Geraadpleegd op
10 maart, van
http://www.voedingscentrum.nl/factsheetouderen
Brug, J., Vischer, T.L.S. (2004). Determinanten van overgewicht. Bijblijven. 20,
353-360
Burgt, M. van den, Mechelen-Gevers, E. van, Terra, B. (2010).
Patintenvoorlichting door
verpleegkundigen. De stappen naar zelfmanagement. Amsterdam: Elsevier
gezondheidszorg.
Centraal Bureau voor de Statistiek (2012). Steeds meer overgewicht.
Geraadpleegd op 3 maart 2016,
van http://www.cbs.nl/nl-nl/menu/themas/gezondheidwelzijn/publicaties/artikelen/archief/2012/2012-3651-wm.htm
Centraal Bureau voor de Statistiek (2016). Leefstijl en (preventief)
gezondheidsonderzoek;
Persoonskenmerken. Geraadpleegd op 4 maart, van
http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/?
VW=T&DM=SLNL&PA=83021NED&D1=17-23&D2=0-13,3742&D3=0&D4=l&HD=150430-1349&HDR=T&STB=G1,G2,G3
Doninck, L. van (2016). College Blue Zones. Breda: Avans Hogeschool.
Drijvers, J., Buurma-Rethans, E., Rossum, C. van, Ock, M. (2014). Resultaten
Nederlandse
Voedselconsumptiepeiling 2010-2012. De voeding van zelfstandig wonende
ouderen. Voeding Nu, 1 (2), 12-14.
Duin, C., Stoeldraijer, L. (2014). Bevolkingstrends 2014. Bevolkingsprognose
2014-2060: groei door
migratie. Den Haag: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Gezondheidskrant (2011). Tailleomtrek voorspelt kans op overlijden aan
hartziekte ouderen.
Geraadpleegd op 4 maart 2016, van
http://www.gezondheidskrant.nl/35341/tailleomtrek-voorspelt-kans-opoverlijden-aan-hartziekte-ouderen/
Gezondheidsraad (2010). Voor dik en dun. Preventie van overgewicht en obesitas
en het risico op
eetstoornissen. Den Haag: Gezondheidsraad
Gezondheidsraad (2015). Richtlijn goede voeding 2015. Den Haag:
Gezondheidsraad.
38

Heim, N., Snijder, M.B., Deeg, D.J.H., Seidell, J.C., Visser, M. (2008). Obesity in
older adults is
associated with an increased prevalence and incidence of pain. Obesity,
16, 2510-2517.
Mens en gezondheid (2015). Macronutrinten. Geraadpleegd op 29 maart, van
http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/gezonde-voeding/161270macronutrienten-een- practische-benadering.html
Ministerie van Volksgezondheid (2012). Voedselconsumptiepeiling ouderen 70
jaar en ouder.
Houten: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.
Nationaal Kompas Volksgezondheid (2014)A. Wie behoort tot de doelgroep
ouderen? Geraadpleegd
op 3 maart 2016, van http://www.nationaalkompas.nl/preventie/gericht-opdoelgroepen/ouderen/wie-behoort-tot-de-doelgroep-ouderen/
Nationaal Kompas Volksgezondheid (2014)B. Overgewicht: Hoe wordt het
gemeten? Geraadpleegd op
4 maart 2016, van
http://www.nationaalkompas.nl/gezondheidsdeterminanten/persoonsgebon
den/overgewicht/wat-is-overgewicht-en-hoe-meet-je-het/
Nationaal Kompas Volksgezondheid (2014)C. Wat zijn de mogelijke
gezondheidsgevolgen van
overgewicht. Geraadpleegd op 15 maart 2016, van
http://www.nationaalkompas.nl/gezondheidsdeterminanten/persoonsgebon
den/overgewicht/wat-zijn-de-mogelijke-gezondheidsgevolgen-vanovergewicht/
Nationale Atlas Volksgezondheid (2014). Toenemende grijze druk. Geraadpleegd
op 14 maart 2016,
van http://www.zorgatlas.nl/beinvloedendefactoren/demografie/levensfase/prognose-grijze-druk-per-gemeente/
Nederlands Instituut voor Sport & Bewegen (2015). Overgewicht. Geraadpleegd
op 1 maart 2016,
van http://www.nisb.nl/weten/kennisgebieden/overgewicht.html
Opstal, E. van (2016). Interview met een ditist. Breda: Avans Hogeschool.
Optimale gezondheid (2015). Gezonde gewoontes om veroudering tegen te gaan.
Geraadpleegd op
10 maart 2016, van http://www.optimalegezondheid.com/gezondegewoontes-om-veroudering-tegen-te-gaan/
Panhuis Plasmans, M. in t, Luijben, G., Hoogenveen, R. (2012). Zorgkosten van
ongezond gedrag.
Houten: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.
Pluijm, S.M.F., Visser, M., Puts, M.T.E., Dik, M.G., Schalk, B.W.M., Schoor, N.M. van,
Schaap, L.A., Bosscher, R.J., Deeg, D.J.H. (2006). Ongezonde leefstijl in de
loop van het leven: samenhang met lichamelijke achteruitgang op oudere
leeftijd. Tijdschrift Gerontologie en Geriatrie. 37 (6). P. 283-295
Proper, K. I., Bakker, I., Van Overbeek, K., Verheijden, M. W., & van Mechelen, W.
(2006). De
effectiviteit van interventies ter stimulering van gezonde voeding. TBV
Tijdschrift voor Bedrijfs-en Verzekeringsgeneeskunde,14(6), 285-292.
39

Sant, N., & Heim, N. (2010). Overgewicht van ouderen een steeds groter
probleem. Geraadpleegd van
http://www.kennislink.nl/publicaties/overgewicht-van-ouderen-een-steedsgroter-probleem
Tak, E., Kuiper, R., Chorus, A., & Hopman-Rock, M. (2013). Prevention of onset and
progression of
basic ADL disability by physical activity in community dwelling older adults:
a meta-analysis. Ageing research reviews, 12(1), 329-338.
Voedingscentrum (z.d.). Energie. Geraadpleegd op 10 maart2016, van
http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/energie.aspx
Zorginstellingen (2014). Oudere is vooral een emotie-eter. Geraadpleegd op 10
maart 2016, van
http://www.zorginstellingen.nl/nieuws/emotie-eter-19172
999 Games (z.d.). Weerwolven van Wakkerdam [Handleiding Spel]. Geraadpleegd
op 10 maart 2016,
van http://www.999games.nl/de-weerwolven-van-wakkerdam.html
Vos, T. de. (z.d.). Inlevingsvermogen. Geraadpleegd op 10 maart 2016,
van http://www.opvoedadvies.nl/inlevingsvermogen.htm

40

9. Bijlagen
9.1 Notulen
Notulen 1 februari 2016 startbijeenkomst
6. Workshop is n van de twee innovatie opdrachten
7. Het gaat om kennis overbrengen
8. Onderwerp zelf kiezen met je groep. Met onderbouwing van het thema:
o Eindgebruiker
o Bronnen
o Literatuuronderzoek
9. Duur workshop: 35 minuten.
10.
Opdrachten per week staan op blackboard.
11.
Komende week:
o Onderwerp + mediabericht ( nu afgelopen 5 jaar), dit is de
aanleiding.
12.
Wat er verder gedaan moet worden:
o Handboek schrijven
o Plan van aanpak maken
o 2 leerdoelen per persoon opstellen en hier aan werken tijdens de
voorbereiding en uitvoering van de workshop.
Notulen 17 februari 2016
Elke vrijdag om 9 uur s ochtends moeten de gegeven opdrachten
ingeleverd zijn
Voor vrijdag 26 februari dient het plan van aanpak ingeleverd te worden. in
het plan van aanpak komt de gevonden literatuur, leerdoelen en de
taakverdeling.
Formuleer doelen SMART
Het handboek wordt beoordeeld (40% van je punt). De procesbeschrijving
(persoonlijke leerdoelen, samenwerken, inhoud en bronvermelding).
Tijdens de workshop wordt je beoordeeld op je inhoud presentatie
vaardigheid, innovatievermogen (60%).
Breng in relatie tot positief ouder worden.
Als je iemand laat inleven in een rol: moet je diegene tools geven om zich
te kunnen inleven.
Herkansen kan in periode 4.
Notulen 22 februari 2016
Plan van aanpak afmaken
o Persoonlijke leerdoelen
o Bronnen
o Onderwerp afbakenen
Eind van de les:
41

o Zoekstrategie
o 10 artikelen gevonden waarvan 5 wetenschappelijk.
Voorbereidende opdracht volgende week:
o 1 wetenschappelijk artikel generaliseren vertaalslag maken naar
deel van de workshop.
! Alles moet terugkomen in het handboek.

Notulen 29 maart 2016


Weerwolven als vormgeving van de workshop
Onderwerp overgewicht
o Regering persoon dikke ouderen kosten veel geld
o Ditisten die te maken hebben met ouderen met overgewicht
o Vloek over overgewicht
o Ouderen activeren/ motiveren om gezonder te eten
o Gezonder eten meer effect op afvallen dan meer bewegen
o Wat vinden we gezond eten?
o Overgewicht leidt vaak tot hart- en vaatziekten
o Waarom mogen ouderen niet ongezond eten?
o Hoe veranderen we eetgedrag van ouderen?
o Hoe overtuig je iemand om gezonder te eten?
o Motiverende gespreksvormen
o Waarom brengen we overgewicht onder de aandacht?
Doelgroep: ouderen.
Artikelen
o Waarom hebben ze overgewicht
o Bewegingsprogrammas
Mogelijke doelstelling: ouderen activeren voor gezonder eten, om
overgewicht te voorkomen of verminderen, waardoor minder kans op
overlijden aan hart- en vaatziekten.

42

9.2 Interview ditist Evelien van Opstal


Voor de innovatieve opdracht van de minor Active Ageing over gezonde voeding
bij ouderen om gewicht te verliezen, hebben we Evelien van Opstal als
ervaringsdeskundige geraadpleegd. Zij is als ditist werkzaam bij Dito, wat staat
voor Ditisten in Tilburg en omstreken.
Waar komt u interesse voor gezonde voeding vandaan?
Op de HAVO vond ik voeding een interessant onderwerp bij het vak Biologie, pas
toen ben ik me er steeds meer in gaan interesseren en daardoor de keuze
gemaakt om Voeding en Ditetiek te gaan studeren.
Komt u veel ouderen in de praktijk tegen met overgewicht?
Ja die kom ik veel tegen, vaak komen ze niet voor hun uiterlijk, maar om
medische redenen.
Hebben deze ouderen vaak ook chronische ziektes zoals hart- en vaatziekten,
diabetes etc. die veroorzaakt worden door overgewicht?
Ja, de grootste groep van de ouderen wordt doorgestuurd door een
praktijkondersteuner i.v.m. diabetes, verhoogd cholesterol, hoge bloeddruk etc.
Weten deze ouderen wat gezonde voeding is?
Ja, dat weten ze vaak wel. Maar er komen teveel ongezonde tussendoortjes bij.
De basisvoeding van ouderen is vaak al best goed, maar je hebt altijd
uitzonderingen
Wat vindt u gezonde voeding voor ouderen?
Ik houd vooral de richtlijnen gezonde voeding aan, in principe zijn dit de
hoeveelheden volgens de Schijf van vijf, en dan het liefst met advies voor
magere producten etc.
Raadt u ouderen aan om voedingssupplementen te gebruiken?
Nee, ik probeer het altijd op te lossen door een volwaardige voeding te adviseren.
In principe moeten we vrijwel alle ouderen (en vrouwen vanaf 50 jaar) extra vit. D
adviseren, maar dit wordt in de praktijk te weinig gedaan. Een multivitamine zou
ik alleen adviseren als iemand echt veel producten niet binnenkrijgt (bijv. groente
en fruit) omdat iemand het niet lust of allergisch is.
Wat doet u om ouderen te motiveren om gezonder te eten?
Vertellen waarom het belangrijk is, en door de medische problemen zijn ze vaak
wel gemotiveerd.
Gebruikt u hiervoor de stappen van gedragsverandering: openstaan, begrijpen,
willen, kunnen, doen en blijven doen?

43

Wij hebben vanuit onze opleiding andere stappen van gedragsverandering.


Stages of Changes, wat ongeveer op hetzelfde neer komt. Maar dit gebruik ik niet
echt, misschien wordt het onbewust wel besproken tijdens de behandeling.

44

Ziet u dat de gevolgen van overgewicht verminderen als de ouderen afvallen?


Zeker weten. De bloedsuikers, het cholesterol, bloeddruk, conditie, klachten van
benauwdheid bij COPD kunnen enorm verbeteren.
Wordt er binnen uw praktijk multidisciplinair samengewerkt?
Ja ik werk samen met huisartsen, fysiotherapeuten, praktijkondersteuners, soms
met psychologen, Maar dit is niet bij iedereen zo. Wisselt per locatie waar ik ben,
en of de patint op eigen initiatief is gekomen, of bijvoorbeeld is verwezen door
een praktijkondersteuner/diabetesverpleegkundige.
Hoe zit het met de vergoeding voor een consult bij een ditist voor ouderen?
Vergoeding kan op 2 manieren gaan;
Reguliere begeleiding gaat vanuit de basisverzekering: er zit voor iedereen 180
minuten dieetadvisering in het basispakket, daarnaast vaak ook nog extra
minuten in het aanvullend pakket als iemand dit heeft. (dieetadvisering gaat wel
van het eigen risico af, maar ouderen zijn vaak al wel door het eigen risico heen
door medicatiegebruik of bezoek aan ziekenhuis/fysiotherapeut etc.)
Verwijzingen voor mensen met DM, CVRM of COPD gaan vaak via de ketenzorg.
Dan wordt het in principe onbeperkt vergoed, en gaat het niet van het eigen
risico af.
Heeft een ouderen met overgewicht een verwijzing nodig voor een consult?
Het liefst wel, dat eisen sommige verzekeraars. En bij de ketenzorg krijg ik een
verwijzing digitaal van de praktijkondersteuner/diabetesverpleegkundige.
Wilt u verder nog iets kwijt over het thema gezonde voeding bij ouderen?
Goed om mensen snel door te sturen wanneer iemand veel af valt zonder reden.
Vaak zien we deze groep mensen pas als ze al erg veel zijn afgevallen en
verzwakt zijn.
Ook mensen met COPD kan een ditist veel voor betekenen, zowel met
ondergewicht- als overgewicht, deze doelgroep zien we nog te weinig op ons
spreekuur, en kunnen we veel mee bereiken door eiwitrijk dieet ( het liefst in
combinatie met COPD fysio sportgroep 2 x per week)
Verzwakte mensen kunnen we laten aansterken.
Mensen met overgewicht kunnen we helpen om af te vallen op verantwoorde
manier en soms minder benauwd door verminderde buikomvang.

45

9.3 Spelkaartjes

Leefstijlcoach
(stiekeme meisje)
Als het nacht is en de ouderen met
overgewicht de normale burgers gaan
verbannen uit het spel, mag de
leefstijlcoach stiekem kijken en tijdens het
overleg als iedereen weer wakker is, de
opgedane informatie gebruiken om de
normale burgers te beschermen.
Kennis: voeding, beweging, coaching

Oudere met
overgewicht
(weerwolven)
In de nacht mogen de ouderen met
overgewicht gezamenlijk iemand van de
burgers aanwijzen en uit het spel naar e
voedingscoach toe verbannen.
Kennis: lekker eten, weinig inspanning,
alcoholgebruik,

46

Minister volksgezondheid
(burgemeester)
Door haar gezag heeft ze extra stemrecht. Wanneer er bij een
stemronde (overdag) gelijk gestemd wordt, is deze stem
doorslaggevend.
Kennis: beleid, gezondheidszorg

Gastric
bypass
chirurg
(jager)
De chirurg wil
dat de ouderen
terecht komen

maar al te graag
met overgewicht
bij de

voedingsdeskundige.
Vandaar dat de chirurg bij zijn/haar eigen vertrek uit het spel iemand
meenemen naar de voedingsdeskundige en dus mede verbannen uit het
spel
Kennis: behandeling overgewicht

Ouderen met
verantwoord gewicht
(burgers)
In de nacht slapen deze ouderen, maar
overdag proberen ze er achter te komen
wie de ouderen met overgewicht zijn en
ze naar de voedingsdeskundige te
stemmen.
Kennis: gezonde leefstijl

47

Ditist

(heks)

Iedere nacht heeft de ditist de keuze om niets


te doen, of om iemand naar de
voedingsdeskundige te sturen. Het is dus van
belang dat de ditist er snel achter komt wie
de ouderen met overgewicht zijn.
Kennis: gezonde voeding

Psycholoog

(ziener)

Iedere nacht mag de psycholoog n kaart van de medespelers inzien, zo


komt de psycholoog er achter welke ouderen er wel en geen overgewicht
hebben. Deze informatie kan overdag gebruikt worden om de ouderen
met overgewicht naar de voedingsdeskundige te sturen.
Kennis: innerlijke problematiek

48

Vous aimerez peut-être aussi