Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven

Bron: Didactisch model van Gelder

Student(e)
Niels van Kemenade
Klas
B
Stageschool Basisschool de Boschuil
Plaats
Eindhoven
Vak- vormingsgebied: Taal
Speelwerkthema / onderwerp: Thema, letter

Mentor
Datum
Groep
Aantal lln

Tine den Blanken-Snyers

10-3-2015
1/2B
25

Persoonlijk leerdoel: Ik ben duidelijker voor de kinderen, in de zin van wat wel en niet kan. Ik wil dat de kinderen tijdens mijn lessen alleen op mij gefocust zijn. Ik heb
de kinderen dus goed in de gaten zodat ik ze erop kan aanspreken. Ik wil dat ik direct handel naar een voor de les ongepaste situatie.
Lesdoel(en): Productdoel: Kerndoel 11: De leerlingen leren een aantal taalkundige
principes en regels. Zij kunnen in een zin het onderwerp, het werkwoordelijk gezegde en
delen van dat gezegde onderscheiden. De leerlingen kennen:
- Regels voor het spellen van werkwoorden;
- Regels voor het spellen van andere woorden dan werkwoorden;
- Regels voor het gebruik van leestekens.

Evaluatie van lesdoelen: Productdoel: De kinderen (van groep 2,

en enkelen van groep 1) waren in staat om de klanken in
verschillende woorden te onderscheiden. De kinderen waren in staat
om zelf woorden te bedenken met die klank erin. De kinderen
konden visueel en auditief analyseren. Procesdoel: In het begin van
de les ging dit zeker goed, naar mate de les vorderde ging het wat
minder.

De kinderen kunnen reageren op en spelen met een bepaald klankpatroon in woorden. De

kinderen kunnen klankeenheden onderscheiden.
Procesdoel: De kinderen proberen stil te zijn wanneer ik of iemand anders aan het woord is.
Beginsituatie:
- voorkennis en kunde: De kinderen zullen al eerder met deze klank/letter te maken hebben gehad.
- betrokkenheid: Ik verwacht een grote betrokkenheid, omdat de kinderen het een en ander kunnen doen.
- relevante actualiteit: Het gaat om een klank/letter die centraal staat tijdens dit thema.
- didactisch instrumentarium: De kinderen hebben al eerder met de materialen gewerkt.
Wanneer het te lang alleen maar luisteren is, worden sommige kinderen erg onrustig. Zij gaan dan andere kinderen vervelen tijdens de les. Ik verwacht dat de
betrokkenheid groot is, maar ik zal er voor moeten zorgen dat het niet te onrustig wordt.

Lesverloop
Tijd

Leerinhoud Didactische handelingen

Leraar
+/- 5-7 min. Introduceren Ik start de les met het uitdelen van een klein papiertje, de kinderen
mogen daarop iets tekenen, niet te moeilijk (zon, wolk, boom, etc.).
Na het tekenen leggen de kinderen het blaadje voor zich neer. Ik laat
wat voorwerpen zien en vraag aan de kinderen of ze al een idee
hebben met welke letter/klank we te maken hebben dit keer?
+/- 10-15
min.

+/- 5 min.

Kern

Slot

Leeractiviteit
leergedrag leerling(en)
De kinderen gaan na wat ze zullen
gaan tekenen en tekenen het op het
blaadje met potlood. Daarna leggen de
kinderen het blaadje voor zich neer op
de grond. De kinderen gaan daarna na
of ze al iets weten over de klank die
centraal komt te staan tijdens dit thema.
De kinderen klappen mee, soms zullen
ze een beurt krijgen om het individueel
te proberen. Ze zullen actief mee
moeten doen. Daarna gaan ze na, waar
staat de klank? Dit doen ze ook
individueel bij hun naam. Daarna
mogen de kinderen per 3 tal een
voorwerp kiezen uit de klas en in de
kring leggen. De klank moet natuurlijk
in het voorwerp zitten.

We beginnen met het hakken (auditieve analyse) en plakken

(auditieve synthese) van de voorwerpen die ik heb meegenomen.
We kijken of we de klank er in terug zien. Zien we de klank dan aan
het begin (beginrijm), in het midden of aan het eind (eindrijm)?
Daarna gaan we de namen van de kinderen af, zit de klank in jouw
naam? En waar dan? Daarna mogen ze hun tekening pakken, we
maken weer een rondje. Zit de klank in jouw tekening? En waar zit
deze dan eventueel? Als laatste mogen de kinderen allemaal 1
voorwerp uit de klas pakken waar deze klank in zit. Ik doe dat met
steeds 3 kinderen tegelijkertijd, anders wordt het te druk en gaan er
problemen ontstaan. Daarna krijgen ze van mij een werkblad met
allemaal tekeningetjes. Ze mogen de tekening inkleuren als de klank Ten slotte krijgen de kinderen een
erin zit. Zit de klank in het begin (beginrijm) of aan het einde
werkblad met allemaal tekeningetjes,
(eindrijm)?
de kinderen maken deze allen.
Tot slot bespreken we even welke tekeningen je in zou moeten
hebben gekleurd. We herhalen even kort wat we gedaan hebben.
Daarna evalueren we de les, wat vonden jullie ervan?

De kinderen gaan na of ze het werkblad

goed hebben gemaakt, daarna gaan ze
na hoe ze de les vonden en ze hebben
gewerkt.

Materialen / Organisatie
De kinderen zitten in de
kring, ze hebben ieder een
blaadje en een potlood
nodig.

De kinderen zitten in de
kring, ze hebben een
voorwerp bij zich.
Ook krijgen de kinderen
een werkblad en mogen
deze aan een tafel gaan
maken.

Persoonlijke reflectie:
De kinderen luisterden in het begin van de les erg goed, iets later wilde R. wat meer gaan praten/lopen. Ik denk dat ik daar iets korter op
had mogen zitten met het reageren. Het tekenen van een simpele tekening verliep goed, maar toen we de tekening gingen bespreken met
elkaar werd het wat rumoeriger. Ik had iets meer voor de stilte moeten zorgen op dat moment, de kinderen moesten nog maar even hun
aandacht erbij te houden. Daarna gingen de kinderen aan de slag, dit verliep rustig. Ik liep ondertussen rond om te kijken hoe het ging/om
kinderen te helpen. Ik denk dat de kinderen het een leuke les hebben gevonden!

Feedback mentor (inclusief handtekening)

Datum: