Académique Documents
Professionnel Documents
Culture Documents
U SKE R
UM
CH
V
EOI PSD RFA R
A
T CKV
NS
L O U V
R E
Mona Lisa
Maker:
Leonardo da Vinci
Jaartal:
Materiaal/tech
niek:
Kunstwerk 2:
Titel:
Maker:
Jaartal:
1551
Materiaal/tech
niek:
Olieverf op linnen
Kunststroming Romantiek
:
Figuratief:
beschrijf
de
voorstelling
K2
Figuratief:
:
beschrijf
4
Geabstraheerd:
beschrijf de
voorstelling en
wijze van
abstractie
Geabstraheerd:
beschrijf de
Abstract: beschrijf
wat je ziet
Abstract: beschrijf
wat je ziet
de
voorstelling en
wijze van
abstractie
voorstelling
In het schema staan zes beeldaspecten die een rol kunnen spelen in de
vormgeving van het kunstwerk. Kies uit deze zes een of meer aspecten
die in dit werk opvallen.
2. Wat zie je: welke beeldaspecten vallen op? (Kies n of meer opties)
K1
:
Kleurgebruik
Compositie
(=
ordening)
K2
Kleurgebruik
:
Compositie
(=
ordening)
(Suggestie van)
ruimte en/of
plasticiteit
(Suggestie van)
beweging
Verwerking licht
Afmeting en/of
kader
(Suggestie van)
ruimte en/of
plasticiteit
(Suggestie van)
beweging
Verwerking licht
Afmeting en/of
kader
Kunstwerk 1: waarom/omdat :
Bij de Mona Lisa is er zeker nagedacht over de kleuren. De verschillende kleuren
verschillen niet heel erg van elkaar maar je ziet wel dat alles zo zijn eigen
5
realistische kleur heeft gekregen. Verder is er ook licht in de Mona Lisa verwerkt.
Op de voorgrond vallen vooral haar handen en gezicht op. Op de achtergrond
juist de groene kleuren en de lucht. Tot slot zie je ook een suggestie van
beweging. Links op de achtergrond zie je water dat in beweging is.
Kunstwerk 2: waarom/omdat :
Bij dit schilderij is er door de schilder duidelijk nagedacht over het kleurgebruik.
Mens, dier en landschap hebben allen realistische kleuren gekregen. Zo is de
hond gevlekt, de bomen zijn groen en de lucht is blauw. Ook is er met licht
gewerkt. Het schilderij is vooral erg donker, maar in de rechterhoek is er een
lichtpunt. De lucht en bergen komen hierdoor meer naar voren en vallen zo ook
meer op. Tot slot is er nagedacht over de compositie. Er zijn veel mensen
aanwezig in dit kunstwerk. Ieder heeft zo zijn eigen plek gekregen.
Vaak helpt het stil te staan bij zaken die het eerst opvallen. Hoe heeft de
kunstenaar dat bereikt en waarom wil hij dat onderdeel van zijn werk
accentueren? Bij patroonachtige schilderijen, waar naar geen enkele plek
aandacht wordt getrokken, spreek je van een 'overallcompositie' (= alles
omvattend).
3. Wat zie je: wordt je aandacht getrokken naar een bepaald punt?
K1
Aandacht
:
richt
zich op
n
punt: hoe
en
waardoor?
K2
Aandacht richt
:
zich op n
punt: hoe
en
waardoor?
Aandacht wordt
niet naar een
bepaald punt
getrokken
Er is sprake van
een alles
omvattende
compositie
Aandacht wordt
niet naar een
bepaald punt
getrokken
Er is sprake van
een alles
omvattende
compositie
Kunstwerk 1: waarom/omdat :
Als je de Mona Lisa ziet gaat je aandacht meteen naar het gezicht/hals en de
handen van de vrouw. De aandacht is dus vooral gericht op de vrouw op de
voorgrond. Dit komt vooral omdat daar met lichtere kleuren gewerkt is dan op
andere plekken. Deze lichtere kleuren zorgen er voor dat de vrouw het meest
opvalt.
Kunstwerk 2: waarom/omdat :
Bij dit kunstwerk is er duidelijk sprake van een alles omvattende compositie. Er is
veel gaande en veel te zien. Je aandacht gaat dus naar het kunstwerk in zijn
geheel. Er is zo veel te zien dat je niet je aandacht bij een iets kunt houden.
Vaak speelt de ruimte waarin het werk te zien of gexposeerd is een rol in
de betekenis van het kunstwerk. Dit geldt zeker voor kunstwerken die
voor een bepaalde ruimte (al dan niet in opdracht) gemaakt zijn. De wijze
van exposeren en de combinatie van kunstwerken die daardoor ontstaat,
benvloedt ook de betekenis. Een sokkel of een lijst stimuleert de
concentratie op het kunstwerk, gesoleerd van zijn omgeving.
4. Wat zie je: is de ruimte of omgeving waarin het werk is te zien van
belang?
K1
Werk
:
verbonden
met
omgeving:
omschrijf
relatie
werk/omgeving
K2
Werk
:
verbonden
met
omgeving:
omschrijf
relatie
(Reproductie)
niet
te beoordelen
Omgeving speelt
geen rol
(Reproductie)
niet
te beoordelen
Omgeving speelt
geen rol
werk/omgeving
Kunstwerk 1 en 2: waarom/omdat :
Bij beide kunstwerken speelt de omgeving geen rol naar ons idee. Toen wij in het
Louvre stonden zag de hele zaal er normaal uit. De zaal was natuurlijk wel
ingericht op kunstwerken die uit dezelfde stroming komen. Wellicht vullen de
schilderijen in de zaal elkaar aan, maar het was niet zo dat de zaal specifiek een
rol speelde bij een van de schilderijen.
Elk
materiaal
heeft
specifieke
eigenschappen.
Bij
expressief
materiaalgebruik blijven die eigenschappen zichtbaar, evenals sporen van
de manier waarop de kunstenaar heeft gewerkt. Een dergelijke werkwijze
speelt een rol in de uiteindelijke betekenis van het kunstwerk. Een
kunstenaar kan ook nastreven om de materiaaleigenschappen en het
'handschrift' onzichtbaar te maken. Het kunstwerk krijgt dan een minder
persoonlijk, objectiever karakter. Noem in het verslag het gebruikte
materiaal.
7
Op een
ongebruikelijke
manier:
beschrijf
het
uitzonderlijke
karakter
K2
Op een
:
ongebruikelijke
manier:
beschrijf
het
uitzonderlijke
karakter
Expressief
Materiaalgebruik
zonder persoonlijke
expressie
Materiaalgebruik
zonder persoonlijke
expressie
materiaalgebruik
:
omschrijf de
werkwijze
Expressief
materiaalgebruik
:
omschrijf de
werkwijze
Kunstwerk 1: waarom/omdat :
Bij de Mona Lisa zie je duidelijk welk materiaal Leonardo da Vinci heeft gebruikt,
namelijk olieverf op paneel. Ook zie je de sfumatotechniek die Leonardo da Vinci
heeft gebruikt nog goed terug bij de ogen en mondhoeken van de vrouw.
Kunstwerk 2: waarom/omdat : Ook bij dit kunstwerk zie je duidelijk welke
techniek de schilder gebruikt heeft. Ook bij dit schilderij heeft de kunstenaar
olieverf gebruikt. Dit zie je nog steeds terug in het schilderij.
Waarneming
staat
centraal:
omschrijf
de
zienswijze
K2
Waarneming
8
Naast
waarneming
ook fantasie: wat
is
niet gezien, maar
bedacht?
Naast
Alleen maar
fantasie of abstract
Alleen maar
staat
waarneming
ook fantasie:
wat is
niet gezien,
maar
bedacht?
centraal:
omschrijf de
zienswijze
fantasie of abstract
Kunstwerk 1: waarom/omdat :
Bij de Mona Lisa heeft Leonardo da Vinci goed naar zijn omgeving gekeken. Alles
wat hij geschilderd heeft lijkt op de werkelijkheid. Het landschap is precies zoals
de natuur er uitziet en de vrouw is ook tot in detail erg realistisch geschilderd.
Kunstwerk 2: waarom/omdat :
Bij dit schilderij is de achtergrond, het landschap, wel getekend naar de
waarneming. Maar op de voorgrond is niet alles helemaal naar de waarneming
getekend. De meeste mensen zijn wel realistisch getekend, maar de kunstenaar
heeft ook cupido geschilderd. Er zit dus deels fantasie in verwerkt.
De titel helpt ons vaak op weg naar de betekenis van een kunstwerk. De
titel kan verwijzen naar de voorstelling of het verhaal achter de
voorstelling. Een titel kan het werk verklaren, maar kan ook vragen
oproepen. De surrealisten gebruiken bewust vreemde titels om onze
fantasie te prikkelen. Met een titel als 'compositie' bereikt de kunstenaar
juist het tegendeel.
7. Inhoud: levert de titel een aanwijzing op voor de interpretatie van het
werk?
K1
:
Zonder titel
(of
onbekend)
K2
Zonder titel
:
(of
onbekend)
Titel verklaart
werk
Titel verklaart
werk
Kunstwerk 1: waarom/omdat :
De titel Mona Lisa is de naam van de op het schilderij afgebeelde vrouw.
Kunstwerk 2: waarom/omdat :
Bij dit kunstwerk geeft de titel een beschrijving van het schilderij.
9
(Getrouwe)
illustratie
(Eigen) opvatting
van
verhaal: welke
opvatting,
welk verhaal?
(Eigen) opvatting
van
verhaal: welke
opvatting,
welk verhaal?
van
verhaal:
welk
(soort)
verhaal?
K2
(Getrouwe)
:
Illustratie
van
verhaal:
welk
(soort)
verhaal?
Kunstwerk 1: waarom/omdat :
Helaas is hier weinig over bekend.
Kunstwerk 2: waarom/omdat :
Het schilderij heeft namelijk iets te maken met de stroming Romantiek.
Zichtbare
werkelijkheid is
onderwerp
Werk bedoeld als
provocatie
Maatschappelij
ke
werkelijkheid is
onderwerp
Werk bedoeld
als decoratie
(Privleven)
kunstenaar is
onderwerp
Werk bedoeld
als illustratie
Maatschappel
ijke
werkelijkheid
is onderwerp
Werk bedoeld
als decoratie
(Privleven)
kunstenaar is
onderwerp
Werk bedoeld
als illustratie
Kunstwerk 1: waarom/omdat :
Het schilderij was een opdracht, gegeven door Francesco del Giocondo, als
eerbetoon aan zijn vrouw.
Kunstwerk 2: waarom/omdat :
Het schilderij wil de nadruk op romantiek leggen.
11
12