Vous êtes sur la page 1sur 1

Protectionisme belemmert economische groei

Prof. Dr. Jochemsen reageerde in het RD van 2-6-2010 op mijn kritiek op


ontwikkelingshulp. Zijn reactie had sterker kunnen zijn als hij de moeite had genomen in
te gaan op mijn bezwaren tegen ontwikkelingshulp. Hij verwijst gemakshalve naar prof.
Hoebink, die al mijn bezwaren zou hebben weerlegd. Dat is echter bepaald niet het
geval. Prof. Hoebink maakt publicaties van critici van ontwikkelingshulp steevast met de
grond gelijk. Dat is iets anders dan het overtuigend beargumenteren waarom
ontwikkelingshulp de effectiefste vorm van armoedebestrijding zou zijn.
Jochemsen vergoeilijkt de tegenvallende resultaten van hulp door te stellen dat
macro-economische groei van ontwikkelingslanden geen direct doel is. Toch is geen enkel
land er ooit in geslaagd de armoede terug te dringen zonder economische groei.

Protectionisme
In mijn vorige artikel heb ik daarom gepleit voor het opheffen van de
handelsbelemmeringen van de rijke landen, omdat alleen al het protectionisme van de
EU naar schatting 6600 mensen per dag de hongerdood doet sterven. Het eenzijdig
opheffen van de door ons opgeworpen handelsbelemmeringen zou de
ontwikkelingslanden dus enorm kunnen helpen. Ik zie niet in waarop prof. Dr. Jochemsen
dat standpunt afdoet als “hypocriet” en “niet eerlijk”.
Het klopt dat westerse landen soms een protectionistisch beleid hebben gevoerd,
maar in tegenstelling tot wat Prof. Dr. Jochemsen denkt, zijn we daar juist niet rijk van
geworden. Protectionisme betekent een hoog prijspeil op de thuismarkt en een laag
concurrentievermogen op de wereldmarkt. Dat hoge prijspeil kan enkel voor een zeer
kleine groep van producenten op korte termijn een voordeeltje betekenen, maar de
overgrote groep van consumenten wordt erdoor benadeeld. De hoge prijs op de
wereldmarkt betekent echter ook voor die kleine groep van de binnenlandse producenten
dat hun export daalt. De econoom Messerlin heeft berekend dat alle handelsbarrières in
de EU jaarlijks een verlies van 5 tot 7 procent aan welvaartsderving voor haar burgers
veroorzaken. Opheffing van onze handelsbarrières is dus niet alleen voor
ontwikkelingslanden gunstig, maar ook voor de EU zelf.

Vrijhandel
Er is in de geschiedenis geen enkel geval bekend van een land met een gestage
economische groei op lange termijn zonder dat het zijn markt opende.
Ontwikkelingslanden die het primaat hebben gegeven aan de markt en de particuliere
sector, hebben steevast hogere groei bereikt dan landen die dat niet deden. In landen als
China en Singapore is na de tweede wereldoorlog de armoede het meest spectaculair
teruggedrongen. Hun succes is uitdrukkelijk niet te danken aan ontwikkelingsgelden,
maar aan het in praktijk brengen van vrijhandelsbeginselen.
Ontwikkelingswerkers hebben ongetwijfeld de beste bedoelingen. Toch is dat niet
genoeg; het gaat om de resultaten, en die zijn zeer pover. De armen zijn veel beter
geholpen met “neoliberale” vrijhandel.

Arjan Deij is beheerder van de website slankeoverheid.nl.

Vous aimerez peut-être aussi