Vous êtes sur la page 1sur 3

Bijlage 2 Format Toelichting lesontwerp

Student: Robin Suk Docent: Germaine Snijders


Vakgebied: Stellen Stagegroep: 5/6
Klas: PEH16VA
Welke keuzes heb ik hier gemaakt? Toelichting/ onderbouwing van keuzes
(denk hierbij met name kernbegrippen uit (vak-)
specifieke theorie)
Kennis over (kinderen in) de Aan deze les heb ik twee Ik heb voor deze kerndoelen gekozen
groep is nadrukkelijk
kerndoelen gekoppeld. omdat deze het beste aansluiten bij
verwerkt in de omschrijving
van de beginsituatie van de Het eerste kerndoel is mijn les. Wanneer je een tekst
groep, zowel in kerndoel 8: De leerlingen schrijft is het belangrijk dat het
pedagogische zin (gedrag, leren informatie en grammaticaal goed is, er weinig
groepsverhoudingen,
groepsdynamiek) als in
meningen te ordenen bij fouten zijn in hoofdletters en de
didactische zin het schrijven van een spelling correct is. Omdat de
(vakspecifieke brief, een verslag, een leerlingen niet vaak werken met
beginsituatie). formulier of een deze methode kijk ik hier niet streng
werkstuk. Zij besteden naar maar het is wel belangrijk dat
daarbij aandacht aan er extra aandacht aan wordt
zinsbouw, correcte besteed. Het belangrijkste probleem
spelling, een leesbaar bij het schrijven van een tekst, is dat
handschrift, bladspiegel, er geen gesprekspartner aanwezig is
eventueel beeldende aan wie de kinderen hun verhaal
elementen en kleur. kwijt kunnen. Dat betekent dat je als
schrijver de nodige aandacht moet
Vorm, groep 5 en 6 (als besteden aan de structuur van een
groep 3/4+): tekst. Als kinderen een
Grammaticale en schrijfopdracht krijgen, gaan ze
samengestelde vrijwel meteen aan de slag en
zinnen schrijven het verhaal in n keer af
Weinig fouten in en brengen nauwelijks verbeteringen
aanduiding van of veranderingen aan (Huizenga en
zinsgrenzen en Robbe, 2013). Daarom laat ik de
hoofdletters leerlingen hun verhaal eerst in klad
Weinig spelfouten schrijven waarna ze nog wijzigingen
kunnen toepassen voordat ze
Aanpak, groep 5 en 6: doorgaan naar de definitieve versie.
Het inzetten van
schrijfstrategien
wordt
aangemoedigd
door de leraar
waar nodig door
hem begeleid. Bij
het orinteren
komt meer
aandacht voor het
doel en publiek.
Bij het plannen
maken de
leerlingen ook een
opzet voor hun
tekst. Het
reflecteren en
reviseren heeft
betrekking op
inhoud (doel,
publiek, opbouw
van tekst) en
vorm (opbouw van
zinnen, spelling)

En kerndoel 9: De
leerlingen krijgen plezier
in het lezen en schrijven
van voor hen bestemde
verhalen, gedichten en
informatieve teksten.
Inhoud-aanbod van
teksten

Aanbod van teksten,


groep 5 en 6 (als groep
3/4+):
Passend bij deze
leeftijd
Humoristische
verhalen, verhalen
over andere
culturen
(Tule, 2017)
De lesdoelen zijn De kinderen hebben al Bij elke les die de leerlingen krijgen
afgestemd op de
vaker een stelopdracht wordt vr in de instructie de
beginsituatie. In de
formulering ervan wordt gehad. Toch herhaal ik in lesdoelen besproken. Om aan te
zichtbaar dat kennis van de les waar de leerlingen sluiten bij de andere lessen kies ik er
vakdidactiek en leerlijnen op moeten letten en aan voor om dit over te nemen. Ik vind
op een logische manier is
verwerkt.
welke doelen we gaan het ook belangrijk dat het voor de
werken. leerlingen aan het begin van de les
duidelijk is wat er van hen verwacht
wordt.
Werk- en Tijdens deze stel-les gaan De leerlingen vinden het lastig om
groeperingsvormen zijn
de leerlingen individueel tijdens het zelfstandig werken ook
afgestemd op specifieke
kenmerken van de groep n aan de slag. echt voor zichzelf te werken. Vaak
op specifieke kenmerken kletsen ze ondertussen toch met
van vakdidactiek. buurman of buurvrouw. Deze les wil
ik het zelfstandig werken gaan
bevorderen. Ik heb bewust gekozen
voor een opdracht die persoonlijk is
voor de leerlingen. Hierbij kunnen ze
dus geen hulp van een klasgenoot
vragen.
Werk- en Ik kies voor een Ik kies bij deze les voor de
groeperingsvormen zijn
individuele werkvorm. De individuele werkvorm. Waarom ik
functioneel ondersteunend
bij het behalen van de kinderen zitten in gewone hiervoor gekozen heb kun je lezen in
lesdoelen. klasopstelling. Tijdens de het vak hierboven. Ik kies ervoor om
instructie geef ik extra les te geven in gewone
uitleg over interpunctie. klasopstelling. Dit doe ik omdat ik
geen meerwaarde zie in een andere
werkopstelling. Ook zijn de
leerlingen deze opstelling gewend,
wat voor rust zorgt. Tijdens de
instructie geef ik extra uitleg om het
geheugen bij de kinderen nog even
op te frissen.
De proces- en Ik evalueer de lesdoelen Aan het einde van de les bespreek ik
productdoelen worden
door aan het begin van hoe de opdracht is gegaan, zo
expliciet gevalueerd met
de kinderen. de les de doelen te reflecteren de kinderen zelf op de
bespreken en te vragen lesdoelen. Reflectie op inhoud is
of deze duidelijk zijn. onmisbaar als je wilt dat kinderen
Tijdens de verwerking nieuwe kennis integreren in hun
loop ik rond om te persoonlijke kennisstructuur.
observeren of de (Margadant-van Arcken, 1991)
leerlingen aan de doelen Tijdens de verwerking loop ik rond,
werken. Bij het zo kan ik bij de kinderen kijken of ze
nabespreken vraag ik hoe aan de lesdoelen hebben gewerkt.
het gegaan is en mogen
enkele leerlingen hun
verhaal voorlezen.
De werkvormen die worden Tijdens de instructie en Ik kies er bewust voor om vragen te
gehanteerd bij evaluatie
nabespreking stel ik stellen. Zo houd ik de les actief en
zijn passend bij
vakdidactiek en sluiten aan vragen. Tijdens het leren de kinderen reflecteren op hun
op specifieke kenmerken observeren kijk ik of de eigen werk. Enkele leerlingen nodig
van de groep. leerlingen aan de ik uit om hun bevindingen te
kerndoelen werken, bespreken. Dit doe ik klassikaal, zo
wanneer dit niet het kunnen ander leerlingen reflecteren
geval is, herinner ik de op elkaar. Tijdens het observeren
kinderen eraan. vind ik het belangrijk om te
controleren of de leerlingen aan de
desbetreffende lesdoelen werken.
Het is belangrijk dat de leerlingen
zelf nadenken over hun fouten en
deze zelf ontdekken. Vandaar dat ik
ervoor kies om wanneer ik een fout
zie, de leerlingen aan te sporen om
deze zelf te ontdekken. Dit doe ik
door te benoemen dat de leerlingen
nog een keer moeten checken of ze
de lesdoelen hebben verwerkt in het
verhaal.
*bij tenminste 1 lesontwerp
** bij tenminste 1 lesontwerp

* Huizinga, H., & Robbe, R (2013). Basiskennis taalonderwijs. Groningen/Houten, Nederland: Noordhoff Uitgevers.

Vous aimerez peut-être aussi