Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven

Bron: Didactisch model van Gelder

Student(e) Robin Schellekens Mentor Helge Schepens

Klas PEH16VC Datum
Stageschool Eerschot Groep 7
Plaats St. Oedenrode Aantal lln 27
Vak- vormingsgebied: Geschiedenis
Speelwerkthema / onderwerp: Nederlandse identiteit
Persoonlijk leerdoel:
- Ik ga me deze les, net als iedere les in dit kwartaal, bezig houden met het consequent omgaan met ongewenst gedrag. Dit ga ik wederom doen aan de
hand van het eerder beschreven formulier.
- Ik ga me deze les focussen op de tijdsplanning die ik heb gemaakt. Dit ga ik doen door mijn lvf uit te printen en deze bij mijn les te houden.
Lesdoel(en): Evaluatie van lesdoelen:
- Ik ga tijdens de les willekeurig aan een aantal kinderen vragen wat ze van de
Kerndoel 53 andere kinderen uit de klas hebben gehoord over het onderwerp dat zij van de
De leerlingen leren over de belangrijke personen en gebeurtenissen uit de werelderfgoedlijst hebben gekozen.
Nederlandse geschiedenis en kunnen die voorbeeldmatig verbinden met de - Ik observeer tijdens de les. Wanneer ik dit doe, weet ik of de kinderen goed
wereldgeschiedenis hebben samengewerkt. Ook weet ik welke kinderen goed kunnen samenwerken
en welke minder.
- De leerlingen kunnen aan het eind van de les minstens twee dingen
van de werelderfgoedlijst benoemen en daarbij uitleg geven.

- De kinderen kunnen deze les prettig samenwerken met elkaar

zonder constant door andere groepjes te worden afgeleid.
Beginsituatie:

Pedagogisch:
De kinderen in mijn klas zitten allemaal in de leeftijdscategorie van 10/11. In deze klas zit een meisje dat een jaar langer heeft gekleuterd en een jongen die groep 5
twee keer heeft gedaan. Dit had, in beide gevallen, geen betrekking op n specifiek vak maar was omdat, wanneer ze wel over waren gegaan, er een te grote
achterstand zou ontstaan. In de klas zitten twee kinderen met dyslexie en vijf kinderen die naar MIND gaan. MIND is een extra werkgroepje voor kinderen die extra
uitdaging aan kunnen. In de klas wordt gewerkt met 1, 2 en 3 ster kinderen, hier zijn de 3 ster kinderen sterker in de desbetreffende vakken en de 1 ster kinderen
minder sterk (hierbij wordt uitgegaan van het gemiddelde). Naar aanleiding van deze sterren wordt in instructiegroepjes gewerkt. Dit geldt voor de vakken: technisch
lezen, begrijpend lezen, spelling en rekenen. Voor spelling heeft H. ook nog een ander formulier dat zij zelf maakt per gemaakte toets.
Uit een gesprek met H. over deze klas bleek dat ik bij een groepje van vijf kinderen de touwtjes strak in handen moet nemen om te voorkomen dat er problemen
ontstaan. Dit heeft ze van tevoren gemeld omdat er in het verleden problemen waren met dit groepje tegenover niet-vaste leerkrachten. Omdat ik een niet-vaste
leerkracht ben, zou dit dus fout kunnen gaan.

Vakspecifiek:
Op mijn stageschool werken we met arrangementen. Dit verschilt per arrangement tussen aardrijkskunde, geschiedenis en natuur. Binnenkort begint een nieuw
arrangement van geschiedenis. Ook maken ze voor geschiedenis gebruik van een methode. Hierbij doorlopen ze alle tijden. In het vorige hoofdstuk waren ze bezig
met tijdvak drie, monniken en ridders. Vandaag wil ik met de kinderen een actieve les doen, aangezien zij s morgens entreetoetsen hebben.

Lesverloop
Tijd Leerinhoud Didactische handelingen Leeractiviteit Materialen / Organisatie
Leraar leergedrag leerling(en)
6 min ? Inleiding - Vertellen wat we vandaag gaan doen. - Luisteren/kijken - Digibord
- 1 liedje Lange Frans (goed opletten
straks verschillen benoemen)
10 min ? Identiteit nl - Ik verdeel de kinderen in viertallen - De kinderen gaan in groepjes bij elkaar zitten. - Laptops tablets
(een groepje van drie) en geef een - Een kind gaat naar groep 8 om de laptop of tablet te - Digibord
kind de opdracht een laptop of tablet halen.
te halen in een andere klas. - De kinderen gaan naar de site die ik op het bord
- Aan de hand van de site verschijnen heb geschreven.
de dingen die de kinderen invoeren op - Ze zetten de dingen die zij echt bij NL vinden horen
het bord. op de site.
- http://linoit.com/users/jufrobin/canvase
s/inbox
3 min De wereld - Ik vertel de kinderen waar ze heen
moeten op internet.
- Ik geef ieder groepje een werelddeel.
- Ik geef de kinderen de opdracht op de
site te bekijken wat er allemaal op
staat en wat daar voor uitleg bij
gegeven wordt. De kinderen kunnen
ook via google op zoek gaan naar
meer informatie wanneer ze iets
hebben gevonden wat ze erg
interessant vinden.
- Ik vraag willekeurig aan een aantal
kinderen wat ze zijn tegengekomen
en welke informatie daarbij hoort. Ook
vraag ik ze waarom ze dit zo
interessant vinden.
2 min Informatie - Ik vertel de kinderen dat ze in twee
ophalen minuten zoveel mogelijk informatie
moeten verzamelen door de klas rond
te lopen en aan andere kinderen te
vragen wat ze hebben gezien.
5 min Identiteit Sint- - Ik zorg dat niemand hetzelfde heeft.
Oedenrode Door rond te lopen wanneer de
kinderen aan het vergaderen zijn over
wat zij willen kiezen en ze een beetje
te sturen.
10 min Pitchen - Ik zorg voor een rustig verloop van
deze activiteit.
- Ik houd de tijd bij, de presentatie mag
maximaal een minuut duren.
3 min Afsluiting - Ik laat de kinderen stemmen
- Ik houd de scores bij op het bord, dan
wordt vanzelf de winnaar bekend.
- De kinderen volgen volgende stappen:
1. Open google
2. Type in: werelderfgoedlijst Unesco
3. Eerste link aanklikken
4. Helemaal naar beneden scrollen
5. Klik op het kaartje
6. Klik dan op toon de complete werelderfgoedlijst
- De kinderen bekijken wat er allemaal op de site
staat. Wat voor dingen kom je tegen? Herken je
iets? Staan er dingen tussen die jij bijzonder vindt?
- De kinderen lopen rond en verzamelen zoveel
mogelijk informatie door aan de andere groepjes te
vragen wat ze hebben gezien.
- De kinderen gaan in groepjes bedenken wat zij uit
hun eigen woonplaats Sint-Oedenrode op de wereld
erfgoedlijst zouden willen hebben.
- De kinderen pitchen hun idee aan de klas. Aan de
hand van een foto op Google.
- De kinderen mogen allemaal een keer stemmen,
niet op zichzelf.
Persoonlijke reflectie
Het was een drukke les. Helaas deden de laptops niet wat de bedoeling was dus heb ik alles op een andere manier moeten doen. Ik denk
dat ik zelf redelijk goed heb gehandeld in deze onverwachte situatie. Wel had ik van te voren kunnen bedenken dat dit zo zou kunnen zijn,
ik vind het jammer dat ik hier niet over na heb gedacht.

Feedback mentor (inclusief handtekening)

Datum:
Het is weer een wat vrijere les waarin groepjes kinderen samenwerken. Soms waren ze iets te luidruchtig en moest je hard praten. Je kunt
ook rustig wachten dan maar minder tijd voor iets leuks.
Gelukkig kunnen we na de meivakantie gaan werken aan methode lessen met meer structuur.
Komt goed!
Student: Docent:
Vakgebied: Stagegroep:
Klas:
Welke keuzes heb ik hier gemaakt?/ Toelichting/ onderbouwing van keuzes
(denk hierbij met name kernbegrippen uit (vak-) specifieke theorie)
Kennis over (kinderen in) de Ik heb voor de pedagogische beginsituatie gekozen om deze niet per les te maken maar voor alle lessen hetzelfde te houden
groep is nadrukkelijk
omdat het niet vakspecifiek hoeft te zijn. De groep zoals ik hem nu beschreven heb is altijd hetzelfde. De informatie die ik in de
verwerkt in de omschrijving
van de beginsituatie van de pedagogische beginsituatie heb beschreven verandert niet.
groep, zowel in
pedagogische zin (gedrag, De vakspecifieke informatie verandert daarentegen wel. Ik heb gekozen om te vertellen waar de kinderen in het vorige hoofdstuk
groepsverhoudingen,
mee bezig zijn geweest omdat ze werken aan de hand van de tien tijdvakken. Het vorige tijdvak was tijdvak drie en alles wat
groepsdynamiek) als in
didactische zin daarvoor aan bod is geweest zijn tijdvakken n en twee.
(vakspecifieke
beginsituatie).

De lesdoelen zijn Ik weet waar de kinderen mee bezig zijn geweest en mee aan de slag gaan. Ze volgen namelijk de tien tijdvakken aan de hand
afgestemd op de
van de methode. Daarnaast werkt de klas ook met arrangementen, het verschilt per periode over welk vak het gaat. In de vorige
beginsituatie. In de
formulering ervan wordt periode was dit natuur en aankomende periode is dit geschiedenis. Ik geef een les tussendoor, dit hoefde dus niet methode
zichtbaar dat kennis van gebonden te zijn. De kinderen hebben s morgens entreetoetsen, daarom geef ik een actieve les waarin ze veel mogen
vakdidactiek en leerlijnen overleggen.
op een logische manier is
verwerkt.

Werk- en
groeperingsvormen zijn
afgestemd op specifieke
kenmerken van de groep n
op specifieke kenmerken
van vakdidactiek.
Werk- en
groeperingsvormen zijn
functioneel ondersteunend
bij het behalen van de
lesdoelen.
Ik kies ervoor om de kinderen tijdens de uitleg aan elkaar rond te laten lopen. Dit doe ik omdat ze de hele ochtend stil hebben
gezeten om te werken aan de entreetoetsen. Het is voor de kinderen fijn om s middags niet constant te hoeven luisteren, maar
een beetje vrijheid hebben om te praten.
De werkvormen en groeperingsvormen werken goed bij deze les omdat wanneer de kinderen in groepjes werken en met elkaar
overleggen, ze van elkaar leren. Wanneer ze er in het groepje niet uitkomen, ben ik er om te helpen.
Ik laat ieder groepje een ander werelddeel bestuderen. Daarna lopen de kinderen rond om ook van de andere werelddelen
informatie op te doen. Wanneer ik de kinderen hierover niet met elkaar zou laten overleggen, dan zouden ze het doel van deze les
niet behalen.

Een aanzet tot Zie LVF

samenwerkend leren krijgt
op een logische wijze plek in
het lesontwerp.*

Een aanzet tot ontdekkend Zie LVF

leren krijgt op een logische
wijze plek in het
lesontwerp**

De proces- en Ik vraag tijdens de les aan willekeurige kinderen wat zij hebben geleerd van de werelderfgoedlijst en van elkaar. Na de les vraag
productdoelen worden
ik nogmaals aan de kinderen wat ze hebben geleerd en wat ze van de les vonden.
expliciet gevalueerd met
de kinderen.

De werkvormen die worden
gehanteerd bij evaluatie
zijn passend bij
vakdidactiek en sluiten aan
op specifieke kenmerken
van de groep.
Ik evalueer de les door aan de kinderen te vragen wat ze hebben geleerd deze les. Ik vertel hen dat ze geen vingers op hoeven
te steken, maar dat ik willekeurig een aantal kinderen kies die hun ervaringen vertellen. Zo kom ik erachter of de kinderen de
lesdoelen voor deze les hebben behaald. Dit past bij deze les omdat de les vlot moet doorlopen en ik zo in een korte tijd kan zien
of de kinderen op de goede weg zijn. Het past bij de groep omdat ik de groep tijdens het stellen van de vragen stilhoud. Hier zit
dus weer even een moment van rust.