Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven

Bron: Didactisch model van Gelder

Student(e) Lisa Floris Mentor Yolanda, vandaag geef ik les op de dag van Els
Klas PEH16VC Datum 17 maart 2017
Stageschool De Hobbendonken Groep 4
Plaats Boxtel Aantal lln 25
Vak- vormingsgebied: Geschiedenis
Speelwerkthema / onderwerp: Identiteit

Persoonlijk leerdoel:
Hoe zorg ik ervoor dat de kinderen in de klas actief meedenken over de vragen die de kinderen uit de klas stellen?
Ik zet effectieve leraarcommunicatie in tijdens de lessen. Dit zorgt ervoor dat de les goed verloopt. (Met name grote gebaren, stem, mimiek, lichaamshouding,
oogcontact, positie in de groep.)
Ik kan met deze groep een gesprek leiden over identiteit. In dit geval een gesprek over de voorwerpen die ze mee hebben genomen.

Lesdoel(en): Evaluatie van lesdoelen:

Bij het vaststellen van het lesdoel, heb ik gebruik gemaakt van:
kerndoel 56:
De leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor
aspecten van cultureel erfgoed.
Omdat dit een nogal breed kerndoel is, heb ik de volgende tussendoelen
gepakt:
De kinderen kunnen aan het einde van de les vertellen waarom dit Ik stel de kinderen een aantal vragen. Hierbij is het de bedoeling dat de kinderen
voorwerp een onderdeel van hun identiteit is. uit kunnen leggen waarom ze het voorwerp hebben meegenomen en waarom dit
De kinderen leren elkaar beter kennen. zo belangrijk voor hen is.
De kinderen leren luisteren naar elkaar, leren met elkaar te praten Ik vraag 7 kinderen uit de klas om te vertellen wat een voorwerp van iemand
en leren met elkaar te overleggen. anders uit de klas voor persoonlijke waarde heeft.
Beginsituatie:

De les vindt plaats op vrijdagochtend. De kinderen mogen eerst even lezen als ze het klaslokaal binnenkomen. Zo probeer ik rustig te beginnen aan de
geschiedenisactiviteit.
Doordat er 25 leerlingen in de klas zitten, vinden de kinderen het moeilijk om naar elkaar te luisteren. Mijn mentor is hierdoor gaan kijken naar verschillende
werkvormen die ze kan toepassen. Ik ga zelf van een nieuwe werkvorm gebruik maken, namelijk duo's. Dit is tevens ook een coperatieve werkvorm. Tijdens deze
werkvorm zijn alle kinderen met elkaar in gesprek. Door deze werkvorm te gebruiken, werk ik aan het doel voor deze groep, namelijk het bevorderen van de
samenwerking. Alle kinderen zullen bij de groep betrokken worden. Er zal goed samengewerkt moeten woorden om elkaar beter te leren kennen.
Alle kinderen in de klas mogen hun verhaal doen. Dat vinden de kinderen in de klas leuk.

Lesverloop
Tijd Leerinhoud Didactische handelingen Leeractiviteit Materialen / Organisatie
Leraar leergedrag leerling(en)

10 minuten Inleiding Ik vertel de kinderen dat we met z'n allen in een
kring gaan zitten. Ik leg uit hoe we dit gaan
Deel 1 doen. Ik vertel de kinderen dat als ze binnen
n minuut, in stilte in de kring zitten, iedereen
een extra punt op de ClassDojo krijgt.
De kinderen luisteren naar de uitleg en gaan vervolgens aan Voorwerpen van de
de slag met het aan de kant zetten van de tafels en stoelen. kinderen.
Zitten de kinderen binnen n minuut, in stilte in de kring, Mijn eigen voorwerp.
dan krijgt iedereen een extra punt op de ClassDojo.

Deel 2 Ik pak mijn eigen meegebrachte voorwerp erbij. De kinderen luisteren naar mijn verhaal en kijken naar mijn Voorwerpen van de
Ik vertel kort waarom dit voorwerp nou zo erg bij voorwerp. kinderen.
mij past. Als ik klaar ben met mijn verhaaltje, Ze proberen antwoord te geven op wat nou identiteit is. Mijn eigen voorwerp.
vraag ik de kinderen wat nou het woord
'identiteit' eigenlijk is.
Kern Uitleg en Ten eerste vertel ik de kinderen dat ze dadelijk De kinderen luisteren naar mijn uitleg. Op dit moment Voorwerpen van de
20 minuten gesprekken ook het verhaal achter hun eigen voorwerp mogen de kinderen even geen vragen stellen. kinderen.
voeren met mogen gaan vertellen, gekoppeld aan het Mijn eigen voorwerp.
elkaar woord identiteit. Ik geef de kinderen een aantal
aandachtspunten waar ze aan moeten denken
bij het vertellen van de verhalen. Dit zijn de
volgende aandachtspunten:
1. Waarom heb je het voorwerp
meegenomen?
2. Waarom vind je dit belangrijk?
3. Waarom is dit voorwerp een onderdeel
van jouw identiteit?

Ten tweede leg ik de werkvorm 'duo's' uit. Ik De kinderen luisteren naar mijn uitleg.
maak tweetallen en deze kinderen gaan elkaar
hun verhaal vertellen. Van deze twee verhalen,
wordt n verhaal gekozen. Vervolgens zet ik
twee tweetallen bij elkaar. De twee gekozen
verhalen worden gedeeld met elkaar. Het viertal
kiest weer n verhaal uit. Hier doen ze dan
nog even niks mee.

Vervolgens geef ik aan dat de tweetallen mogen De kinderen gaan hun persoonlijke verhaal vertellen, dat
beginnen. Ik zet een timer, dus wanneer de hoort bij de door henzelf meegebrachte voorwerp.
timer afgaat, is iedereen stil. Daarna maak ik Als de timer afgaat, zijn de kinderen stil.
viertallen en gaan we verder met de opdracht.

Als de timer is afgegaan, vraag ik de kinderen De kinderen luisteren naar diegene die aan het woord is. Uit
weer op hun plaats in de kring te gaan zitten. alle groepjes wordt er n verhaal verteld door n persoon.
De kinderen geven antwoord op mijn vragen.
Slot Evaluatie Ik bedank de kinderen voor alle verhalen en De kinderen die ik kies uit de klas vertellen in het kort een Voorwerpen van de
15 minuten vertel hen dat ik het bijzonder vindt dat ze dit verhaal van iemand naar wie hij/ zij geluisterd heeft. De rest kinderen.
hebben willen delen met de klas. Nu vraag ik van de klas is stil en luisteren naar diegene die aan het Mijn eigen voorwerp.
nog zeven kinderen uit de klas in het kort woord is.
iemand zijn verhaal te vertellen. Zo kijk ik of de
kinderen goed naar elkaar hebben geluisterd.

Ik vraag aan elke groep hoe de samenwerking De kinderen leggen uit hoe de samenwerking is verlopen.
is verlopen. Dit mogen ze beschrijven in n
woord. Zo nodig vraag ik door op het antwoord
of ik vraag om eventuele toelichting.
Persoonlijke reflectie
Zelf vond ik het best spannend om deze activiteit te gaan geven. De kinderen hebben normaal geen geschiedenis. Ook
vinden de kinderen het lastig om zo lang naar elkaar te luisteren. Ik was benieuwd hoe dat deze les zou gaan. Gelukkig
is dat allemaal goed uitgepakt. Ik denk dat ik voor de goede werkvorm heb gekozen. De kinderen waren allemaal
betrokken bij de les en hebben allemaal hun verhaal kunnen doen.
Ik had in het begin wel op een andere manier de kring moeten beginnen. Ik liet namelijk de kinderen de klas verbouwen
tot een kring. Wanneer alle kinderen zaten, liet ik hen pas hun voorwerpen pakken. Dit had ik beter in een keer kunnen
doen, zodat er maar n keer een onrustmoment ontstaat.
Tijdens de activiteit liep ik door de klas, zodat ik bij iedereen een stukje verhaal heb kunnen horen. Zo voelt niemand
zich achtergesteld.

Feedback mentor (inclusief handtekening)

Datum: