Vous êtes sur la page 1sur 158

4 Materieel strafrecht: het strafbare

feit

4 Materieel strafrecht: het


strafbare feit
orintatievragen
1 a Wat weet je al van het strafrecht? Welke strafbare feiten ken
je. Maak een lijst van strafbare feiten die je kent. Noem
minimaal tien strafbare feiten.

10

b Zoek de strafbare feiten die je bij a hebt opgeschreven op in


de wettenbundel en noteer achter elk strafbaar feit het
bijbehorende wetsartikel.

2 a Strafrecht kom je in de media vaak tegen. Zoek twee


(kranten)artikelen of artikelen van websites als
Nu.nl op waarin strafrecht het onderwerp is.

b Vat het artikel kort in eigen woorden samen.

04_257976_Legal Profile_Chapter_04.indd 1 29/09/16 3:05 PM


NU Juridisch
c Leg uit waarom het gevonden artikel met strafrecht te maken heeft.

74 Noordhoff Uitgevers bv

04_257976_Legal Profile_Chapter_04.indd 2 29/09/16 3:05 PM


3 In dit hoofdstuk maak je kennis met strafuitsluitingsgronden.
Strafuitsluitingsgronden zijn redenen waardoor iemand die
een strafbaar feit heeft gepleegd toch geen straf krijgt.
Bedenk een situatie waarbij iemand een strafbaar feit heeft
gepleegd, maar volgens jou toch niet gestraft moet worden.

4.1 theorievragen
1
Wat is strafrecht?
Jordy heeft een gevangenisstraf gekregen vanwege zware
mishandeling. Daarnaast heeft de rechter bepaald dat de
dader schadevergoeding moet betalen aan het slachtoffer.
Noem drie doelen die met het straffen van Jordy worden
nagestreefd.

2
2

Omcirkel het juiste antwoord. Wat is juist?

A De straffen die opgelegd kunnen worden als een verdachte


een strafbaar feit pleegt, vallen onder het formeel strafrecht.
3
B Het zwijgrecht van de verdachte valt onder het materieel
strafrecht.
C Art. 261 Sr waarin belediging strafbaar is gesteld, valt onder
het materieel strafrecht.
D Art. 27 Sv waarin het begrip verdachte staat omschreven,
4
valt onder het materieel strafrecht.

Noem twee taken van een officier van justitie.

Wat is juist? Er kunnen meerdere antwoorden juist zijn.

a In
het
Wetb
oek van Strafvordering staan regels over het juist onjuist
verloop van de procedure in het strafrecht.

b In het Wetboek van Strafrecht staat beschreven
welke bevoegdheden politie en justitie hebben bij

de opsporing van strafbare feiten.
c In het Wetboek van Strafvordering staat

omschreven welke straf een verdachte van een
strafbaar feit kan krijgen.

Noordhoff Uitgevers bv 75
juist onjuist

d In het Wetboek van Strafrecht staan de strafbepalingen en de straffen.


e In het Wetboek van Strafvordering staan de rechten van de verdachte.

5 a Wat is het verschil tussen formeel en materieel strafrecht?

b In welk wetboek vind je het materieel en formeel strafrecht?

4.2
Het strafbare feit
1
Uit welke drie onderdelen bestaat bijna elke strafbepaling?

2 3

Zoek de volgende wetsartikelen op en schrijf van elk artikel


de delictsomschrijving, de kwalificatie en de sanctienorm
op.

artikel delictsomschrijving kwalificatie sanctienorm


Art. 237 lid 1 Sr.
Art. 242 Sr.
Art. 461 Sr.
Art. 453 Sr.

3 Omcirkel het juiste antwoord. Wat is juist?

A Een verdachte is strafbaar als hij alle bestanddelen van de


delictsomschrijving heeft vervuld en als zijn handelen
wederrechtelijk en verwijtbaar is.
B Een verdachte is strafbaar als hij enkele bestanddelen van
de delictsomschrijving heeft vervuld en als zijn handelen
wederrechtelijk en verwijtbaar is.
C Een verdachte is strafbaar als hij alle bestanddelen van de
delictsomschrijving heeft vervuld, maar het maakt niet uit
of de verdachte schuld heeft aan het strafbare feit.
D Een verdachte is strafbaar als hij alle bestanddelen van de
delictsomschrijving heeft vervuld en hij verwijtbaar heeft
gehandeld. Het maakt hierbij niet uit of zijn gedrag
wederrechtelijk is.

76 Noordhoff Uitgevers bv
4 a Leg met behulp van art. 287 Sr en 307 Sr uit wat
het verschil is tussen de bestanddelen opzet en
schuld. Gebruik in je uitleg een voorbeeld.

b Waarom is het verschil tussen de bestanddelen opzet en


schuld zo belangrijk?

5 In art. 300 lid 1 staat eenvoudige mishandeling strafbaar


gesteld. Echter, de delictsomschrijving van dit wetsartikel
ontbreekt. Bedenk een delictsomschrijving van eenvoudige
mishandeling. Denk er daarbij aan of je opzet of schuld een
bestanddeel laat uitmaken van de delictsomschrijving.

6 Een patint die terminaal ziek is en ondragelijke pijn lijdt,


vraagt een huisarts om euthanasie te plegen. De arts geeft de
patint, na lang nadenken en na langdurig overleg met de
patint en zijn familie, een dodelijke injectie. De patint sterft
tot opluchting van alle betrokkenen een vreedzame dood. De
arts wordt vervolgd voor moord.

a Leg uit of deze arts voldoet aan de bestanddelen van art. 289 Sr.

b Welk strafmaximum staat op overtreding van dit wetsartikel?

c Wat is de kwalificatie van dit wetsartikel?

d Vind je dat de arts moet worden gestraft? Gebruik in de


beantwoording van je vraag de woorden
delictsomschrijving, wederrechtelijk en verwijtbaar.
Noordhoff Uitgevers bv 77
7 Ilias heeft de laptop van Marije geleend. Ilias laat de
laptop per ongeluk uit zijn handen vallen. Marije doet
aangifte van vernieling.

a In welk wetsartikel staat vernieling omschreven?

b Wat is de sanctienorm van dit artikel?

c Voldoet het gedrag van Ilias aan alle bestanddelen van de


delictsomschrijving of moet hij volgens jou vrijgesproken
worden van vernieling? Motiveer je antwoord.

4.3 Het element wederrechtelijkheid en


de rechtvaardigingsgronden
1 Welke van de volgende strafuitsluitingsgronden is een

rechtvaardigingsgrond? Kruis het juiste antwoord aan.

juist onjui
st
a Psychische overmacht

b Noodweerexces
c Noodweer
d Ontoerekeningsvatbaarheid
e Bevoegd gegeven ambtelijk bevel
f Afwezigheid van alle schuld
g Ontbreken van materile
wederrechtelijkheid
h Overmacht in de zin van
noodtoestand
i Onbevoegd gegeven ambtelijk bevel
j Wettelijk voorschrift

2 Omcirkel het juiste antwoord. Om een geldig beroep op


noodweer te kunnen doen, moet het handelen van de
verdachte proportioneel zijn. Wat betekent dit?

A De verdachte moet het juiste middel voor zijn


verdediging kiezen.
B De verdachte moet direct op een wederrechtelijke
aanranding reageren. C De verdachte mag niet te ver
gaan in zijn verdediging.
D De verdachte moet een opsporingsambtenaar zijn om
een geldig beroep op noodweer te kunnen doen.

78 Noordhoff Uitgevers bv
3 Een opsporingsambtenaar betrapt een inbreker terwijl hij,
na een woninginbraak te hebben gepleegd, over een
schutting klimt. De inbreker slaat op de vlucht
en de opsporingsambtenaar zet de achtervolging in. Om te
voorkomen dat de inbreker vlucht, besluit de
opsporingsambtenaar de inbreker in zijn been te schieten.
De opsporingsambtenaar moet zich enige tijd later voor de
rechter verantwoorden, want de inbreker heeft aangifte van
poging tot doodslag gedaan. De opsporingsambtenaar
beroept zich op noodweer.

a Noem de vijf voorwaarden voor noodweer.

b Leg met behulp van de voorwaarden voor


noodweer uit of de opsporingsambtenaar een
geslaagd beroep op noodweer kan doen.

4 Marc is taxichauffeur. Tijdens een rit wordt een van zijn


klanten onwel. De taxichauffeur ziet dat het ernstig is en
rijdt naar het ziekenhuis. Om snel bij het ziekenhuis te
komen negeert de taxichauffeur een stoplicht dat op rood
staat. Hij wordt geflitst en enige tijd later krijgt hij een
boete. Op welke rechtvaardigingsgrond zal de taxichauffeur
zich in dit geval kunnen beroepen?

A Noodweer.
B Overmacht in de zin van
noodtoestand. C Wettelijk
voorschrift.
D Bevoegd gegeven ambtelijk bevel.

5 Een lid van een arrestatieteam heeft op bevel van de


officier van justitie en met toestemming van de rechter-
commissaris een deur van een woning vernield om zo
een verdachte te kunnen aanhouden. De eigenaar van
de woning heeft aangifte gedaan van vernieling. Op
grond van welke rechtvaardigingsgrond zal de
opsporingsambtenaar worden ontslagen van alle
rechtsvervolging? Licht je antwoord toe.

Noordhoff Uitgevers bv 79
6 Koppel de juiste definitie aan het juiste begrip door ze met een lijntje te verbinden.
Bevoegd gegeven ambtelijk Rechtvaardigingsgrond die ervoor
zorgt dat een
bevel verdachte niet strafbaar is als hij handelt
in het kader van de uitvoering van een
wettelijk voorschrift.
Noodweer Rechtvaardigingsgrond die ervoor zorgt
dat een verdachte niet strafbaar is als hij
handelt in het kader van de opvolging
van een ambtelijk bevel.
Uitvoering van een wettelijk Rechtvaardigingsgrond die
ervoor zorgt dat een voorschrift verdachte niet strafbaar is
omdat hij handelt vanuit de
geest van de wet (gedachte achter de wet).
Overmacht in de zin van Rechtvaardigingsgrond die
ervoor zorgt dat je niet noodtoestand strafbaar bent
doordat een morele/maatschappelijke
plicht belangrijker is dan de plicht om
je aan de wet te houden. Met andere
woorden: Je bent niet strafbaar als een

Het element verwijtbaarheid en de schulduitsluitingsgronden


4.4 Wat is het verschil tussen ontoerekenbaarheid en
psychische overmacht?
1

2 Marc betrapt midden in de nacht een inbreker in zijn huis.


De inbreker valt hem aan. Door de schrik en hevige paniek
die door de inbreker die hem aanvalt wordt veroorzaakt,
pakt Marc een keukenmes en doodt hij de inbreker met
zestien messteken. Het is duidelijk dat Marc veel te ver is
doorgeschoten in zijn
zelfverdediging. Zelf kan Marc zich het incident maar
nauwelijks herinneren. Hij verkeert in hevige shock. Op welke
strafuitsluitingsgrond zal Marc zich beroepen?

A Noodweer.
B Noodweerexces.
C Psychische
overmacht. D

04_257976_Legal Profile_Chapter_04.indd 80 29/09/16 3:05 PM


O
n
t
o
e
r
e
k
e
n
b
a
a
r
h
e
i
d
.

80 Noordhoff Uitgevers bv

04_257976_Legal Profile_Chapter_04.indd 81 29/09/16 3:05 PM


3 Leg uit of een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt
aan alle bestanddelen van een delictsomschrijving, maar
een geslaagd beroep op een rechtvaardigings- of
schulduitsluitingsgrond doet, wordt vrijgesproken.

4 Koppel de juiste definitie aan het juiste begrip door ze met een lijntje te verbinden.

Ontoerekeningsvatbaarheid Schulduitsluitingsgrond die ervoor zorgt dat


een verdachte
niet strafbaar is doordat sprake is van een van buiten komende druk
waar hij redelijkerwijs geen weerstand aan kan bieden. Hiervan is
bijvoorbeeld sprake als iemand onder bedreiging wordt gedwongen een
strafbaar feit te plegen.
Psychische Schulduitsluitingsgrond die ervoor zorgt dat
overmacht een
verdachte niet strafbaar is doordat hij lijdt aan
een gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke
stoornis van zijn geestvermogens en onder
invloed van deze stoornis een strafbaar feit
pleegt waardoor de strafbare gedraging niet
aan hem kan worden toegerekend.
Noodweerexces
Schulduitsluitingsgrond die ervoor zorgt dat
een verdachte niet strafbaar is omdat hij een
bevel opvolgt van iemand die niet bevoegd was
Onbevoegd dit bevel te geven.
gegeven ambtelijk Schulduitsluitingsgrond die ervoor zorgt dat
bevel een verdachte niet strafbaar is omdat een
5 verdachte,voor
Somora is op Schiphol opgepakt die zich
hetinsmokkelen
een noodweersituatie
van
cocane door het slikken van bolletjes. Ter terechtzitting heeft
bevindt, door de paniek die een aanval
veroorzaakt,
wordt bewezen dat Somora te ver gaat
het strafbare feitin zijn
onder
(zelf)verdediging.
hevige druk heeft gepleegd. Somora werd door
criminelen bedreigd. Daarnaast had Somora geen geld
meer om in het levensonderhoud van haar pasgeboren
baby te voorzien, waardoor zij geen andere uitweg meer
zag dan het tegen betaling smokkelen van drugs.
Omcirkel het juiste antwoord.Op welke
schulduitsluitingsgrond kan Somora zich in dit geval
beroepen?

A
Ontoerekenbaarh
eid. B
Noodweerexces.
C Afwezigheid van alle
schuld. D Psychische
overmacht.

6 Lees de volgende casus over de strafzaak tegen Arie en beantwoord de vragen.


Tijdens de behandeling van een strafzaak wordt bewezen
verklaard dat de 47-jarige Arie zich schuldig heeft gemaakt
aan verkrachting van een minderjarig kind. De advocaat
heeft tijdens de strafzaak bepleit dat Arie
ontoerekeningsvatbaar is omdat hij lijdt aan een ernstige
psychische stoornis. De rechter gaat mee in het pleidooi van
Noordhoff Uitgevers bv 81
a Hoe zal de einduitspraak van de rechter luiden?

b Leg uit wat dat voor de verdachte betekent? Zal de


verdachte gelijk weer op vrije voeten zijn?

individuele opdrachten
1 Lees de volgende casus over Busra en beantwoord de
vragen.

Busra is haar fietssleutel kwijtgeraakt. Om haar fiets


mee naar huis te kunnen nemen, is zij bezig haar slot
door te zagen. Na een half uur is haar slot doorgezaagd
en fietst zij weg. Op dat moment wordt zij door twee
agenten aangehouden voor diefstal van de fiets.

a In welk artikel is diefstal strafbaar gesteld?

b Noteer de delictsomschrijving van diefstal.

c Verdeel de delictsomschrijving van diefstal in bestanddelen.

d Geef per bestanddeel aan of Busra hieraan voldoet.

04_257976_Legal Profile_Chapter_04.indd 8 2 29/09/16 3:05 PM


82 Noordhoff Uitgevers bv

04_257976_Legal Profile_Chapter_04.indd 8 3 29/09/16 3:05 PM


e Noteer je conclusie. Is Busra strafbaar voor diefstal?

2 Evert wordt vervolgd voor het illegaal telen van wiet in


zijn huurwoning. Evert wordt onder andere beschuldigd
van het stelen van elektriciteit, omdat hij heeft
gefraudeerd met de meterkast en daardoor niet voor zijn
stroomverbruik heeft betaald. De advocaat bepleit dat in
deze zaak niet is voldaan aan de
delictsomschrijving van diefstal (art. 310 Sr) omdat
elektriciteit geen goed is. Zoek op internet naar het
elektriciteitsarrest en leg uit of het verbruiken van
elektriciteit zonder hiervoor te betalen, voldoet aan de
bestanddelen van diefstal.

3 Lees de casus over Hasieb en beantwoord de vragen.

Hasieb heeft een hekel aan zijn buurman en wil hem


daarom vermoorden. Hij heeft daarom een plan bedacht.
Hij bakt een taart en doet daarin een dodelijke
hoeveelheid vergif. Hij laat de taart vervolgens bij zijn
buurman bezorgen. De buurman bedankt vriendelijk,
maar heeft geen trek in de taart. Zijn vrouw en kinderen

a Kan Hasieb succesvol vervolgd worden voor moord op


de vrouw en kinderen van zijn buurman? Bespreek in je
antwoord alle bestanddelen van de delictsomschrijving.

b Stel dat de advocaat zegt dat Hasieb niet de bedoeling


had om de vrouw en kinderen van de buurman te doden,
maar dat het zijn opzet was om de buurman te doden en
het hierdoor dus niet zijn opzet was de vrouw en kinderen
te doden. Leg uit of je vindt of er sprake is van opzet.
Noordhoff Uitgevers bv 83
4 Lees het artikel hierna en beantwoord de vragen.

Juweliersvrouw Deurne niet vervolgd na dood overvallers


probeerde het kantoor binnen te
De juweliersvrouw in Deurne, die twee komen. De vrouw schoot vier keer,
overvallers doodschoot, zal niet strafrechtelijk waarvan een keer door de
worden vervolgd. Zij mocht zich uit noodweer afgesloten deur, in de richting waarvan
verdedigen. Haar man wordt wel vervolgd zij dacht dat de overvallers zich
voor het verboden bezit van een vuurwapen. bevonden.
Vuurwapens en munitie vormen een De overval inclusief de dodelijke
onaanvaardbaar risico. Tegen het bezit van schoten gebeurde in 1 minuut en 11
vuurwapens moet streng worden opgetreden. seconden. In het strafrechtelijk
onderzoek is gebruikgemaakt van de
Dat zijn de uitkomsten van het verklaringen van het juweliersechtpaar,
strafrechtelijk onderzoek naar de de camerabeelden, technisch
overval op de juwelierszaak in onderzoek en deskundigen. Het
Deurne op 28 maart 2014. Zowel de echtpaar
nabestaanden van de overvallers als
het juweliersechtpaar zijn door het
Openbaar Ministerie (OM) van deze
beslissingen op de hoogte gebracht.

Geschopt en geslagen
Op de dag van de overval kwamen
twee mannen even na half zes de
juwelierszaak binnen. Een van hen
spoot traangas in de richting van het
gezicht van de juweliers. De andere
overvaller pakte na binnenkomst een
vuurwapen met geluiddemper uit een
tas. De juwelier raakte met deze
tweede overvaller in gevecht.
Hij is door beide overvallers
geschopt en geslagen en had
bloeduitstortingen op zijn rug,
bovenarmen, bekken, bovenbenen,
gezicht en schouder. De
schoenafdruk van een van de
overvallers stond op zijn rug en
gezicht.

In het kantoorgedeelte van de winkel


zag de vrouw op de
bewakingscameras de overval
gebeuren. Zij hoorde roepen: Ik
schiet je kapot, ik schiet je dood. Zij
pakte een vuurwapen en probeerde
de deur tussen de winkel en het
kantoor dicht te houden.

De vrouw hoorde en voelde dat


achter de deur een worsteling gaande
was. Een van de overvallers
is na de overval aangemerkt als getraumatiseerd. Zij heeft na een
verdachte van een dubbele doodslag. eerdere overval in 2010 opnieuw een
posttraumatische stressstoornis,
Noodweer waar zij voor wordt behandeld. Zij
De strafzaak tegen de man is eerder lijdt onder de gebeurtenis
geseponeerd omdat niet is gebleken en moet verder leven met de
van strafrechtelijke betrokkenheid bij wetenschap dat zij twee jonge
dit feit. De fatale schoten werden mensen heeft gedood. Een openbare
gelost door de vrouw. Naar het terechtzitting zal haar herstel
oordeel van het OM was in haar ernstig belemmeren. De strafzaak
geval sprake van noodweer. Zij tegen haar is geseponeeerd.
moest zich wel verdedigen tegen een
ogenblikkelijke wederrechtelijke Nabestaanden
aanranding met buitensporig geweld Het OM beseft dat door een sepot de
door de bewapende overvallers. nabestaanden van de overvallers de
Haar actieve interventie was mogelijkheid wordt ontnomen om het
gewenst en toegestaan ter woord te voeren op een terechtzitting.
onmiddellijke verdediging van En hoewel het OM dat belang
zichzelf en haar man. onderschrijft, ziet het evenwel
daarin niet een doorslaggevende
Het OM is belast met de opsporing reden om de zaak aan te brengen bij
en vervolging van strafbare feiten. de rechtbank.
Daarbij hoort ook de afweging of
zaken aan de rechter moeten Bezit vuurwapen
worden Het verboden wapenbezit van het
voorgelegd. Nu het OM van juweliersechtpaar wordt door het
oordeel is dat er sprake is van een OM hoog opgenomen. Vuurwapens
evidente situatie van noodweer, is en munitie vormen een
het niet opportuun de zaak aan de onaanvaardbaar risico voor de
rechter voor te leggen. Daarbij is veiligheid van mensen. Daar moet
ook meegewogen dat de vrouw dan ook streng tegen worden
door de gebeurtenissen ernstig is opgetreden. Het OM komt tot de
conclusie dat

84 Noordhoff Uitgevers bv
een vervolging van de vrouw voor het ter verdediging is een vorm van
bezit van het eigenrichting
vuurwapen niet passend is. Zij is door alle waartegen een sterk signaal moet worden
feiten en gevolgen al voldoende getroffen. afgegeven. In deze afweging speelt ook
mee dat de man, anders dan de vrouw,
Dat geldt in mindere mate voor de man. een strafblad heeft.
Hij heeft zich bewapend nadat hij is Daarom zal de man voor het verboden
overvallen in 2010. De juwelier wilde zich wapenbezit
Bron:
beschermen tegen toekomstige worden gedagvaard voor de rechter.
overvallen. Hij heeft zich met alle risicos
van
dien bewapend. Het bezit van een
a Leg uit of het Openbaar Ministerie vindt dat er sprake is
vuurwapen
van noodweer ten aanzien van de doodslag van de twee
overvallers door de juweliersvrouw. Bespreek in je
antwoord alle voorwaarden voor een geldig beroep op
noodweer.

b Wat betekent seponeren?

c Wat is het gevolg voor de juweliersvrouw van het feit dat


het Openbaar Ministerie besluit deze zaak te seponeren?

d Waarom besluit het Openbaar Ministerie in deze zaak tot


een sepot voor de doodslag van de overvallers?

5 Een verdachte wordt opgepakt voor het opzettelijk invoeren


van drugs. De drugs waren verstopt in koffers met een
dubbele bodem. De verdachte verklaarde dat hij de koffers
van een vriend had geleend en hij dus niet strafbaar kan zijn.
Na onderzoek van de politie bleek dat de koffers op het
moment dat ze leeg waren een behoorlijk zwaar gewicht
hadden. Als je logisch zou nadenken, zou je dus kunnen
bedenken dat er iets niet klopt. Bovendien hadden de koffers
opvallend dikke deksels en bodems. De verdachte reageerde
daarop met de mededing dat hij de koffers niet had
gecontroleerd. Hij vertrouwde zijn vriend namelijk.

Noordhoff Uitgevers bv 85
De verdachte wordt vervolgd voor het opzettelijk invoeren van
drugs. De advocaat van de man beweert dat het bestanddeel
opzet ontbreekt. Hij zegt namelijk dat
de man helemaal niet wist dat er drugs in de koffers zaten
en dat er daarom geen sprake van opzet kan zijn. De
advocaat bepleit daarom vrijspraak.

Leg uit of je vindt dat er in dit geval sprake is van


voorwaardelijke opzet en of de verdachte dus strafbaar is
voor het opzettelijk invoeren van drugs? Als je de vraag
moeilijk vindt, kun je op internet zoeken naar het
aanmerkelijke kans arrest. Hierin kun je het antwoord op de
vraag vinden.

6 Lees de volgende uitspraak van de rechtbank


Groningen.
LJN: AV3055, Rechtbank Groningen ,
18/670484-05 Print uitspraak

Datum
uitspraak:
02-03-2006
Datum
publicatie:
02-03-2006
Rechtsgeb
ied: Straf
Soort procedure:
Eerste aanleg
meervoudig
Inhoudsindicatie:
Vrouw doodt haar vriend met een mes. De rechtbank
acht aannemelijk dat enerzijds aanhoudende
intimidatie en geweldstoepassing door haar vriend en
anderzijds haar geringe zelfbeeld en haar
onvermogen om de relatie te beindigen hebben
geleid tot ernstig toenemende spanningen die de
weerbaarheid van verdachte te boven gingen.
Geoordeeld wordt dat de oplopende druk heeft geleid
tot psychische drang waar verdachte geen weerstand
aan heeft kunnen bieden. Verdachte wordt ontslagen
van alle rechtsvervolging.

Uitspraak

RECHTBANK GRONINGEN
Sector

Strafrecht
86 Noordhoff Uitgevers bv
raadsvrouw: mr. S. van Gessel

vonnis van de rechtbank te Groningen, meervoudige


kamer voor strafzaken, in de zaak tegen:

[verdachte],
geboren te [plaats] op
[datum], wonende te
[plaats],
thans preventief gedetineerd in P.I. Overijssel, PIV
Zwolle te Zwolle.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op
de terechtzitting van 16 februari 2006.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd: dat

zij op of omstreeks [datum], te [plaats], in elk geval in de


gemeente [plaats], opzettelijk en al dan niet met
voorbedachten rade een man, genaamd [slachtoffer], van
het leven heeft beroofd, immers heeft verdachte met dat
opzet en al dan niet na kalm beraad en rustig overleg, die
[slachtoffer] met een mes in het hoofd en/of in de
hals(streek) en/of in de borst(streek) en/of elders in het
lichaam gestoken, tengevolge waarvan voornoemde
[slachtoffer] is overleden; art. 289 Wetboek van Strafrecht

althans, indien terzake van het vorenstaande geen


veroordeling mocht volgen, dat

zij op of omstreeks [datum], te [plaats], in elk geval in de


gemeente [plaats], aan een man, genaamd [slachtoffer],
opzettelijk en al dan niet met voorbedachten rade zwaar
lichamelijk letsel (een of meer huid- en/of steekletsels,
perforatie van de borstkas en/of van de linkerlong en/of van
het middenschot en/of
van het hartzakje en/of van het hart en/of van de
mondbodem en/of van de weke delen van de hals en/of van
het strottenhoofd en/of van de slokdarm), heeft
toegebracht, door deze opzettelijk en al dan niet na kalm
beraad en rustig overleg, met een mes in het hoofd en/of
in de hals(streek) en/of in de borst(streek) en/of elders in
het lichaam te steken, terwijl dat feit de dood van die
[slachtoffer] ten gevolge heeft gehad;
art. 303 lid 2 Wetboek van Strafrecht

althans, indien terzake van het vorenstaande geen


veroordeling mocht volgen, dat

zij op of omstreeks [datum], te [plaats], in elk geval in de


gemeente [plaats], opzettelijk en al dan niet met
voorbedachten rade, mishandelend een man, te weten
[slachtoffer], opzettelijk en al dan niet na kalm beraad en
rustig overleg, met een mes in het hoofd en/of in de
hals(streek) en/of in de borst(streek) en/of elders in het
lichaam heeft gestoken, waardoor die [slachtoffer] letsel
en/of pijn heeft ondervonden, terwijl dat feit de dood van die
[slachtoffer] ten gevolge heeft gehad; art. 301 lid 3 Wetboek
van Strafrecht

Noordhoff Uitgevers bv 87
Bewezenverklar
ing
Bewijsoverwegi
ng
Verdachte heeft (aanvankelijk) betoogd, dat zij het
slachtoffer met een mes heeft gestoken, maar dat het
niet haar bedoeling was om het slachtoffer te doden.
Uit het sectieverslag d.d. 17 augustus 2005 blijkt dat
er 13 steekletsels zijn waargenomen, waarvan 11
oppervlakkige wonden en 2 diepe wonden, te weten
n in het hoofd en de hals(-streek) en n in de
borst(-streek). Uit
de aard van de handelingen, te weten het met een mes
met lang snijblad diep insteken in het lichaam van het
slachtoffer in de richting van het hoofd, hals
(-streek) en het hart, volgt dat verdachte zich willens
en wetens heeft blootgesteld aan de aanmerkelijke
kans dat haar handelingen de dood van het slachtoffer
tot gevolg zouden hebben, zodat sprake is geweest van
opzet, gericht op de levensberoving.

De rechtbank acht aldus wettig en overtuigend bewezen


dat de verdachte het primair ten laste gelegde heeft
begaan, met dien verstande dat:

zij op [datum], te [plaats], opzettelijk een man, genaamd


[slachtoffer], van het leven heeft beroofd, immers heeft
verdachte met dat opzet, die [slachtoffer] met een mes in
het hoofd en in de hals(-streek) en in de borst(-streek) en
elders in het lichaam gestoken, tengevolge waarvan
voornoemde [slachtoffer] is overleden;

De rechtbank acht niet bewezen hetgeen primair meer of


anders is ten laste gelegd. De verdachte moet hiervan
worden vrijgesproken.

Kwalificatie

Hetgeen de rechtbank als bewezen heeft


aangenomen levert het volgende strafbare feit op:

doodslag.

Strafbaarheid van de verdachte

Ten aanzien van de strafbaarheid van de verdachte heeft


de rechtbank gelet op de rapportage d.d. 9 januari 2006,
opgemaakt door B.T. Takkenkamp, psychiater, en de
rapportage d.d. 2 februari 2006, opgemaakt door G. de
Bruijn, psycholoog-psychotherapeut. In voormelde
rapporten is, zakelijk
weergegeven, onder meer geconcludeerd dat er bij
verdachte sprake is van een ziekelijke stoornis der
geestvermogens in de vorm van een posttraumatische
stressstoornis en alcoholafhankelijkheid (in remissie), dat
tijdens het plegen van het delict dissociatieve
verschijnselen aanwezig waren, dat er sprake is van een
gebrekkige ontwikkeling in de zin van geringe
weerbaarheid en een laag zelfgevoel en dat de ziekelijke
storing en gebrekkige ontwikkeling van dien aard zijn dat
hetgeen aan verdachte is ten laste gelegd slechts in
verminderde mate aan haar kan worden toegerekend. De
rechtbank kan zich met deze conclusies verenigen en
neemt deze over.

Hoewel (gedeeltelijke) ontoerekenbaarheid en psychische


overmacht in elkaar kunnen overvloeien, is het rechtens
een andere vraag of er ten tijde van het strafbaar
handelen door verdachte sprake is geweest van
psychische overmacht. De rechtbank overweegt
hieromtrent ambtshalve het navolgende.

88 Noordhoff Uitgevers bv
Van psychische overmacht kan worden gesproken indien
de verdachte in een zodanige toestand van psychische
drang verkeerde dat zij niet anders kon of behoorde te
handelen dan zij heeft gedaan. Daarbij dient in
ogenschouw te worden genomen de mate van drang, de
vraag of weerstand tegen die drang redelijkerwijs kon
worden gevergd en of anders handelen redelijkerwijs tot
de mogelijkheden behoorde.

Op grond van de stukken, waaronder het


maatregelrapport van de Reclassering Nederland d.d. 12
januari 2006 alsmede de verklaring van verdachte ter
terechtzitting stelt de rechtbank vast, dat het leven van
verdachte reeds vanaf jonge leeftijd wordt gekenmerkt
door een aaneenschakeling van krenkingen, (seksueel)
misbruik, mishandelingen en gewelddadigheden. Uit
voornoemde rapportage komt naar voren dat verdachte
opgroeide in een sociaal isolement en dat zij op de
lagere school veelvuldig werd gepest. Thuis werd zij
door haar vader tussen haar 7e en 15e jaar seksueel
misbruikt. Haar moeder, die weet had van het misbruik,
heeft haar daartegen niet beschermd. Op 17-jarige
leeftijd ging verdachte samenwonen met haar partner,
het latere slachtoffer. Door
hem werd zij gedurende een jarenlange weliswaar
onderbroken relatie gentimideerd, bedreigd met de
dood en geestelijk en lichamelijk, waaronder ook
seksueel, mishandeld. Het slachtoffer controleerde en
beheerste (ook vanuit de gevangenis) het leven van
verdachte op zodanige (gewelddadige) wijze dat zij geen
rele mogelijkheid zag om de relatie met het slachtoffer
te beindigen. De rechtbank acht het aannemelijk dat
enerzijds de aanhoudende intimidatie en het
daadwerkelijk toepassen van geweld en anderzijds het
geringe zelfbeeld en de door verdachte gehanteerde
falende oplossingsstrategien, hoofdzakelijk bestaande
uit een vlucht in alcohol, hebben geleid tot ernstig
toenemende spanningen die de weerbaarheid van
verdachte te boven gingen.

Voorts betrekt de rechtbank in haar oordeel dat


verdachte zwanger was geworden van, naar zij
veronderstelt, een andere man. Verdachte leefde onder
een voortdurend toenemende druk nu de zwangerschap
zichtbaar begon te worden en het slachtoffer haar had
bezworen haar en haar ongeboren kind te doden. De
weerbaarheid van verdachte is ten gevolge van haar
zwangerschap verder beperkt. Takkenkamp heeft
daarover (onder meer ook) ter terechtzitting verklaard,
zakelijk weergegeven:

Mijns inziens is ook de zwangerschap van betrokkene


van invloed geweest op haar psyche en strafbaar
handelen. Het is een ervaringsfeit dat vrouwen in de
zwangerschap soms mentaal kwetsbaarder en labiel
kunnen zijn door lichamelijke en hormonale
veranderingen en perspectieven in hun leven. Voorts is
het aannemelijk, dat het feit dat betrokkene 18 weken
zwanger was van een andere man voor haar de
dreiging heeft vergroot. Het werd immers
moeilijker de zwangerschap verborgen te houden en als
het latere slachtoffer er achter zou komen dat
betrokkene zwanger was dan zou haar leven en het leven
van haar ongeboren kind een gevaar kunnen lopen.

Op grond van deze overwegingen acht de rechtbank


aannemelijk dat verdachte bij het plegen van het strafbaar
feit onder sterke psychische drang heeft gehandeld. Ten
aanzien van de vraag of het bestaan van voormelde
psychische drang tot het oordeel moet leiden dat de
verdachte niet anders kon of behoorde te handelen dan zij
heeft gedaan, overweegt de rechtbank het volgende.

Noordhoff Uitgevers bv 89
Blijkens de conclusies van Takkenkamp en De Bruijn in
voormelde psychiatrische en psychologische rapporten
zou verdachte zich zeer langdurig hebben kunnen
beheersen, maar door haar vorenvermelde verleden met
krenkingen, seksueel misbruik, mishandelingen en
bedreigingen stond ze onder dusdanig grote druk, dat het
stuwmeer vol liep. Het voortdurende agressieve gedrag
van het slachtoffer op [data] en de van hem uitgaande
dreiging voor verdachte en haar ongeboren kind hebben
in toenemende
mate de druk doen oplopen. Uiteindelijk heeft dat op
[datum] geleid tot een bewustzijnsvernauwing.

Ter terechtzitting heeft verdachte die


bewustzijnsvernauwing (nogmaals) beschreven als
een klik in haar hoofd, als een soort koker.

Takkenkamp verklaart hieromtrent ter terechtzitting,


zakelijk weergegeven:

Betrokkene beschrijft een situatie van dissociatie ofwel


een forse mate van bewustzijnsvernauwing. Dit zou bij
betrokkene met een klik zijn ontstaan op het moment dat
ze met de hond de woning in kwam en ze het latere
slachtoffer hoorde schelden. De bewustzijnsvernauwing
zou vervolgens in de periode vanaf het plegen van het
strafbaar feit tot het moment dat betrokkene op
het politiebureau hoorde dat het slachtoffer was
overleden, geleidelijk zijn verdwenen. Het verhaal van
betrokkene is consequent en plausibel. Dissociatie is een
verstoring van de gewoonlijk gentegreerde functies van
het bewustzijn. Iemand gaat als het ware over op een
primitiever niveau in zijn brein. De beheersing of het
psychische weerstandsvermogen valt geheel of
gedeeltelijk weg. Op dat moment is de gewetensfunctie
beperkt en kan men geen rationele beslissingen nemen.

In zijn voormeld psychiatrisch rapport heeft


Takkenkamp bovendien overwogen, zakelijk
weergegeven:

De zwangerschap van betrokkene kan ertoe hebben


geleid dat de beheersing van primitievere impulsen,
zoals woede, minder werd en dat angst wat sterker
werd gevoeld.

De officier van justitie heeft kort gezegd nog naar


voren gebracht, dat verdachte zich zelf in de situatie
heeft gebracht van een gewelddadige relatie en een
zwangerschap van een andere man dan van het (latere)
slachtoffer.
Verdachte zou zoals zij ook in een eerder stadium had
gedaan hebben kunnen vluchten en/of hulp kunnen

04_257976_Legal Profile_Chapter_04.indd 91 29/09/16 3:05 PM


zoeken, althans een andere oplossing kunnen zoeken
dan het doodsteken van het slachtoffer.

Indien en voor zover de officier van justitie met het


voorgaande heeft willen betogen dat verdachte zich willens
en wetens in een situatie heeft begeven waarin het
optreden van een hevige gemoedsbeweging voorspelbaar
was, overweegt
de rechtbank dienaangaande dat een en ander niet de
mogelijkheid uitsluit dat niettemin werd gehandeld onder
invloed van een drang waaraan verdachte (redelijkerwijs)
geen weerstand kon bieden. Bij de vraag of verdachte
onder
de gegeven omstandigheden reeds in een (veel) vroeger
stadium weerstand had moeten bieden tegen
bovenvermelde psychische drang acht de rechtbank
eveneens het voormelde patroon in het leven van
verdachte van doorslaggevend

90 Noordhoff Uitgevers bv

04_257976_Legal Profile_Chapter_04.indd 90 29/09/16 3:05 PM


belang. Takkenkamp heeft in dat verband ter terechtzitting
bevestigd dat die voorgeschiedenis van verdachte met
misbruik en geweld maakt, dat het voor haar moeilijk was
om bij het latere slachtoffer weg te gaan. Ook De Bruijn
heeft in zijn voormelde rapportage naar voren gebracht,
zakelijk weergegeven:

Haar weerbaarheid is, gevoed door een laag zelfgevoel,


gering. Zij kon haar wil niet voldoende duidelijk maken.
Onderzochte is van mening dat weggaan van haar
partner zinloos geweest zou zijn gezien de eerdere
bedreigingen dat hij haar, haar kind en haar familie iets
zou aandoen. Deze angst was sterker dan haar wilskracht
zich aan hem te onttrekken.

De rechtbank komt anders dan de officier van justitie


mede op grond van voormelde conclusies van voormelde
deskundigen tot het oordeel dat de verdachte in een
zodanige toestand van psychische drang verkeerde dat zij
redelijkerwijs niet anders kon of behoorde te handelen dan
zij heeft gedaan. Er is aldus sprake van psychische
overmacht, zodat de verdachte niet strafbaar is. Verdachte
zal worden ontslagen van alle rechtsvervolging.

Teruggave

De rechtbank is van oordeel dat het


inbeslaggenomene, te weten
- kleding van verdachte, te weten een blauwe
spijkerbroek, grijs shirt, geel fleece jack, zwarte
damesstring, zwarte damesslip, Azuri shirt
wit/zwart;
- gedrukte stukken en andere bescheiden van
verdachte, te weten groene agenda;
- gedrukte stukken en andere bescheiden van
verdachte, te weten zwart schrift;
- overige goederen, te weten een zilverkleurig
telefoontoestel LG van wijlen [slachtoffer];
- 13 gedrukte stukken en andere bescheiden, te weten
wenskaarten van wijlen [slachtoffer];
moeten worden teruggegeven aan de

onderscheiden rechthebbenden. Vordering van de

benadeelde partij

Als benadeelde partij heeft zich voor de terechtzitting


schriftelijk in het strafproces gevoegd mevrouw [naam
benadeelde partij], wonende te [plaats en adres].

De vordering van de benadeelde partij kan alleen


worden toegewezen respectievelijk de
schadevergoedingsmaatregel kan alleen worden
opgelegd als de verdachte wegens het
schadeveroorzakende feit wordt veroordeeld.
Aangezien aan de verdachte geen straf of maatregel
wordt opgelegd, noch sprake is van toepassing van art.
9a Sr, zal de rechtbank bepalen dat de benadeelde
partij in haar vordering niet-ontvankelijk is.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De rechtbank heeft gelet op artikel 287 van het Wetboek

van Strafrecht. Beslissing

De rechtbank:

Noordhoff Uitgevers bv 91
Verklaart het primair ten laste gelegde wettig en
overtuigend bewezen zoals hierboven is aangegeven, te
kwalificeren als voormeld en verklaart het
bewezenverklaarde strafbaar.

Verklaart de verdachte voor het primair


bewezenverklaarde niet strafbaar en ontslaat de
verdachte terzake van alle rechtsvervolging.

Verklaart het primair meer of anders ten laste gelegde


niet bewezen en spreekt de verdachte daarvan vrij.

Heft het bevel tot voorlopige hechtenis op met ingang

van 2 maart 2006. Gelast de teruggave van:


- kleding van [naam veroordeelde], te weten een blauwe spijkerbroek, grijs
shirt, geel fleece jack, zwarte damesstring, zwarte
damesslip, Azuri shirt wit/ zwart;
- gedrukte stukken en andere bescheiden van [naam
veroordeelde], te weten groene agenda;
- gedrukte stukken en andere bescheiden van [naam
veroordeelde], te weten zwart schrift;
- overige goederen, te weten een zilverkleurig
telefoontoestel LG van wijlen [slachtoffer];
- 13 gedrukte stukken en andere bescheiden, te weten
wenskaarten van wijlen [slachtoffer]; aan de
onderscheiden rechthebbenden.

Beslissing op de vordering van de benadeelde


partij

Verklaart de benadeelde partij mevrouw [naam


benadeelde partij], wonende te [plaats], in haar vordering
niet-ontvankelijk. Bepaalt dat de benadeelde partij haar
vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan
aanbrengen. Bepaalt dat de benadeelde partij en de
veroordeelde ieder de eigen kosten dragen.
Dit vonnis is aldus gewezen door mrs. M.W. de Jonge,
voorzitter, F. Sijens en M.M. Beije, in tegenwoordigheid
van mr. F.E.J. Goffin als griffier en uitgesproken ter
openbare terechtzitting van 2 maart 2006.

Bron: http://uitspraken.rechtspraak.nl

a Maak een korte samenvatting van deze uitspraak.

04_257976_Legal Profile_Chapter_04.indd 9 2 29/09/16 3:05 PM


92 Noordhoff Uitgevers bv

04_257976_Legal Profile_Chapter_04.indd 93 29/09/16 3:05 PM


b Leg uit of de verdachte in deze zaak alle bestanddelen van
de delictsomschrijving van doodslag heeft vervuld. Noem
hierbij het wetsartikel waarin doodslag strafbaar is
gesteld.

c Wat is de einduitspraak van de rechter?

d Leg uit van welke strafuitsluitingsgrond in deze zaak


sprake is.

e Ben jij het eens met de uitspraak van de rechter?

groepsopdrachten
1 Verdeel de klas in groepjes van twee personen. Bereid
met jouw tweetal een presentatie voor over een van de
strafuitsluitingsgronden. Kies daarbij uit: noodweer,
overmacht in de zin van noodtoestand, bevoegd gegeven
ambtelijk bevel, wettelijk voorschrift, ontbreken van
materile wederrechtelijkheid,
ontoerekeningsvatbaarheid, psychische overmacht,
noodweerexces, onbevoegd gegeven ambtelijk bevel en
afwezigheid van alle schuld.

a Maak bij de presentatie gebruik van powerpoint (maximaal 3 dias).


b Geef in de presentatie de uitleg van de
strafuitsluitingsgrond aan de hand van de definitie ervan.
Leg de strafuitsluitingsgrond wel in eigen woorden uit.
c Maak bij je uitleg gebruik van ten minste n voorbeeld. Probeer hierbij zelf een
voorbeeld te bedenken.
d Maak bij de uitleg waar mogelijk gebruik van
wetsartikelen.
e Zoek een gerechtelijke uitspraak op waarin de
strafuitsluitingsgrond wordt uitgelegd. Vertel aan de
klas kort waar de uitspraak over gaat en hoe de
betreffende strafuitsluitingsgrond in de gekozen zaak
een rol speelde.
f Schrijf je presentatie eerst (aan de hand van steekwoorden) uit.

Noordhoff Uitgevers bv 93
g Zorg ervoor dat de andere studenten in de klas
bruikbare aantekeningen van de presentatie kunnen
maken, zodat zij die aantekeningen kunnen gebruiken
om voor de toets te leren. Maak dus een duidelijke
powerpointpresentatie en controleer of de gevonden
informatie klopt.

2 Maak in tweetallen een quiz over het hoofdstuk. Bedenk


hierbij minimaal tien multiplechoicevragen over het
hoofdstuk. Bij de vragen geef je steeds drie of vier
antwoordmogelijkheden.

tip > Je kunt de quiz ook maken met de volgende website:


create.kahoot.it.
Op deze site kun je de quiz zo maken dat je hem aan de rest van de klas kunt
voorleggen. <

3 In tweetallen.
Stel, je werkt bij het Juridisch Loket. Op een dag komt een
winkelier bij jou aan de balie. Hij is opticien en heeft een
boete gekregen omdat hij in strijd met de plaatselijke
verordening van de gemeente Amsterdam een klant na
sluitingstijd heeft geholpen. De opticien vindt de boete
onterecht, want er was sprake van een spoedgeval. De klant
die de opticien na sluitingstijd had geholpen, was zijn bril
verloren en was zeer slechtziend. De opticien vond het zeer
onverantwoord om de man zonder nieuwe bril de deur uit te
sturen, want dan zouden er ongelukken
kunnen gebeuren. Vandaar dat de opticien bewust de
winkeltijdenverordening had overtreden.

a Schrijf het gesprek met de opticien uit in een script. In


het gesprek hoor je de opticien aan en geef je aan dat je
binnen drie dagen per e-mail advies zult geven over de
situatie.
b De docent kan je de volgende les vragen het gesprek in de klas voor te doen.
c Schrijf de opticien een e-mail waarin je hem adviseert en
hem uitlegt op welke strafuitsluitingsgrond hij een
beroep kan doen. Geef in de e-mail ook aan of het
aanvechten van de boete kans van slagen heeft. Maak in
je e-mail gebruik van minimaal een wetsartikel.
94 Noordhoff Uitgevers bv
4 Materieel strafrecht: het strafbare feit

Test jezelf
1 a Wat is het verschil tussen formeel en
materieel strafrecht?

b In welk wetboek vind je het materieel en


formeel strafrecht?

2 Wat is juist?

juist onjui
st
a Art. 326 Sr valt onder het formeel strafrecht.

b Art. 256 Sr valt onder het materieel strafrecht.
c Art. 67 Sv valt onder het formeel strafrecht.
d Art. 3 Opiumwet valt onder het formeel
strafrecht.
e Art. 26 Wet wapens en munitie valt onder het
materieel strafrecht.

3 Leg uit of een verdachte altijd strafbaar is als hij alle


bestanddelen van een delictsomschrijving heeft
vervuld.

4 Lees het artikel hierma en beantwoord de vragen.

Zeldzaam wetsartikel gebruikt tegen uiteenjagen


van raadsvergadering AZC-protest Geldermalsen
Vijf mensen staan terecht voor verstoring, maandag en dinsdag moeten
in december 2015, van een raadsvergadering verantwoorden. Zij deden volgens
in Geldermalsen het Openbaar Ministerie op 16
december mee aan de rellen in
Negen jaar cel, of 82.000 boete. Geldermalsen die een
Dat is de maximumstraf voor het raadsvergadering over de mogelijke
vergrijp waarvoor vijf mensen uit opvang van 1.500 asielzoekers ruw
Geldermalsen en omgeving zich deze verstoorden. Zo ruw dat de
vergadering moest worden
afgebroken. Een unicum in
Nederland.

04_257976_Legal Profile_Chapter_04.indd 9 5 29/09/16 3:05 PM


Noordhoff Uitgevers bv 95

04_257976_Legal Profile_Chapter_04.indd 9 6 29/09/16 3:05 PM


NU Juridisch

a Wat is de delictsomschrijving, kwalificatie en sanctienorm van art. 124 Sr?

b In welk wetsartikel kun je de categorien van geldboetes vinden?

5 Wat ontbreekt er in art. 300 lid Sr?

A
Delictsomschrijvin
g. B Kwalificatie.
C Sanctienorm.

6 Lees de volgende casus over Sjors en beantwoord de vraag.

Sjors heeft zijn fiets bij het centraal station op de


verkeerde plek geparkeerd. De fiets is op grond van
een bestuursdwangbesluit door de ambtenaren van de
gemeente meegenomen naar de fietsenopslag waar
Sjors zijn fiets tegen betaling van 20 weer op kan
halen. Aangekomen bij het fietsdepot ziet Sjors zijn
fiets staan. Hij besluit niet om op de ambtenaren van
de gemeente te wachten en pakt zijn fiets en verlaat

Leg uit of in deze situatie aan alle bestanddelen van


diefstal is voldaan. Noem het relevante wetsartikel.

7 Leg uit waarom in het Enkhuizer doodslag-arrest sprake was van voorwaardelijke
opzet.
96 Noordhoff Uitgevers bv
4 Materieel strafrecht: het strafbare feit

8 Schrijf achter onderstaande


strafuitsluitingsgronden of het een
rechtvaardigingsgrond of een
schulduitsluitingsgrond betreft.

strafuitsluitingsgrond rechtvaardigingsgrond schulduitsluitingsgrond


Onbevoegd gegeven

ambtelijk bevel Noodweer

Wettelijk

voorschrift

Noodweerexce

Overmacht in de zin van

noodtoestand Psychische

overmacht

Ontoerekenbaarheid

Bevoegd gegeven ambtelijk bevel

Ontbreken van materile


wederrechtelijkheid
Afwezigheid van alle schuld

9 Yassin werkt als vakkenvuller in de Albert Heijn. Op een dag


betrapt hij een man op heterdaad op diefstal van een blikje
bier. Hij spreekt de man aan, maar deze reageert agressief.
Er ontstaat een vechtpartij. Yassin is niet bang want hij is
een geoefend kickbokser. Yassin slaat de man met acht flinke
klappen rechtstreeks het ziekenhuis in. De man doet
aangifte en Yassin wordt vervolgd voor mishandeling. Leg uit
of Yassin in dit geval een geldig beroep op noodweer kan
doen.

10 Een arrestatieteam trapt in de uitoefening van hun taak een


deur van een woning in om een verdachte in opdracht van de
officier van justitie te arresteren. De bewoner doet aangifte
van vernieling. Op grond van welke strafuitsluitingsgrond
zullen de leden van het arrestatieteam worden ontslagen van
alle rechtsvervolging? Omcirkel het juiste antwoord.

A Onbevoegd gegeven ambtelijk bevel.


B Overmacht in de zin van
noodtoestand. C Noodweer.
D Wettelijk voorschrift.

Noordhoff Uitgevers bv 97
NU Juridisch

11 Lees de volgende casus over de huisarts en beantwoord de vragen.

Een huisarts besluit een patint te helpen bij zelfdoding.


De patint lijdt onmenselijk zwaar en zal binnen
afzienbare tijd overlijden aan zijn ziekte. De huisarts ziet
geen andere mogelijkheid dan de patint een dodelijke
injectie te geven. De huisarts is zorgvuldig geweest en
heeft de juiste procedures gevolgd. Toch wordt de

a Leg uit of het handelen van de huisarts aan de


bestanddelen van de delictsomschrijving van
moord voldoet.

b Leg uit op welke strafuitsluitingsgrond de huisarts een beroep kan doen.

12 Omcirkel het juiste antwoord. Hoe luidt de uitspraak van de


rechter als een verdachte niet strafbaar door de rechter
wordt geacht, doordat hij een strafbaar feit pleegde dat het
gevolg was van de opvolging van een onbevoegd gegeven
ambtelijk bevel?

A Vrijspraak.
B Ontslag van alle
rechtsvervolging. C
Oplegging van een straf.
D Oplegging van een maatregel.

13 Leg met behulp van een voorbeeld uit wat noodweerexces inhoudt.
98 Noordhoff Uitgevers bv
4 Materieel strafrecht: het strafbare feit

14 Lees de volgende casus over de verdachte van een


zedendelict en beantwoord de vragen.

Tijdens een onderzoek ter terechtzitting komt vast te


staan dat een verdachte een zedendelict heeft gepleegd.
Echter, psychiaters die onderzoek naar de
geestvermogens van de verdachte hebben gedaan,
stellen vast dat de verdachte lijdt aan een ernstige vorm
van schizofrenie waardoor hij het zedendelict zou

a Van welke strafuitsluitingsgrond is in dit geval sprake?

b Is dit een rechtvaardigingsgrond of een schulduitsluitingsgrond?

c Hoe zal de uitspraak van de rechter luiden? Zal hij


een straf of maatregel opleggen?

15 Wat is het verschil tussen ontoerekeningsvatbaarheid en psychische overmacht?

16 Laura wordt jarenlang bedreigd en gestalkt door haar ex-


vriend. Ze is erg bang voor hem want hij dreigt haar te
mishandelen. Deze dreiging is reel omdat Laura al een paar
keer door hem in elkaar geslagen is. Op een dag wordt Laura
weer door haar ex-vriend achtervolgd. Laura is bang en
vanwege die angst heeft Laura altijd een busje traangas bij
zich. Op een gegeven moment is haar ex-vriend vlakbij. Laura
is zo bang dat ze, zonder dat ze aangevallen wordt, het busje
traangas in het gezicht van haar ex-vriend spuit. Hij doet
vervolgens aangifte van mishandeling. Op welke
strafuitsluitingsgrond kan Laura zich in dit geval beroepen.

A Noodweer.
B Noodweerexces.
C Psychische overmacht.
D Afwezigheid van alle schuld.
Noordhoff Uitgevers bv 99
NU Juridisch

5 Materieel strafrecht: poging,


deelnemingsvormen en de
straffen
orintatievragen
1 In het vorige hoofdstuk heb je al kennisgemaakt met
het strafrecht.

a Schrijf nog eens kort op waar het rechtsgebied strafrecht over gaat.

b Hoe was het ook alweer. Wat is het verschil tussen


materieel en formeel strafrecht?

c Noem minimaal vijf instanties waar je stage kunt lopen


die te maken hebben met het rechtsgebied strafrecht.

d Bedenk wat de werkzaamheden voor een juridisch


administratief medewerker, die bij een dergelijke
instantie stage loopt, kunnen zijn.

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 100 29/09/16 3:04 PM


5 Materieel strafrecht: poging, deelnemingsvormen en de straffen

100 Noordhoff Uitgevers bv

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 101 29/09/16 3:04 PM


2 In dit hoofdstuk leer je onder andere welke straffen en
maatregelen er zijn. Wat weet je al van straffen?

a Schrijf ten minste drie verschillende straffen op die een


dader van een strafbaar feit kan krijgen.

b Zoek in het Wetboek van Strafrecht op wat de maximale


gevangenisstraf op diefstal, moord, mishandeling, meineed
en verkrachting is. Vermeld steeds het wetsartikel waarin
je het antwoord hebt gevonden.

1 Diefstal

2 Moord

3 Mishandeling

4 Meineed

5 Verkrachting

3 Voor moord kun je in Nederland een levenslange gevangenisstraf krijgen.

a Zoek op internet een voorbeeld van een rechtszaak


waarin een dader levenslang opgelegd heeft gekregen en
vat deze zaak samen. Je mag ook een krantenartikel
gebruiken waarin de rechtszaak wordt beschreven.

b Wat is jouw mening over de levenslange gevangenisstraf? Ben je voor of tegen?


Schrijf zowel argumenten die pleiten voor een levenslange
gevangenisstraf als de argumenten tegen levenslang op.
Noordhoff Uitgevers
bv 101
c Verdeel de klas in groepjes van vier en discussieer over

de volgende stelling: De levenslange gevangenisstraf

moet worden afgeschaft.

4 a Wat vind je in zijn algemeenheid van de strafmaat in


Nederland? Zijn de straffen naar jouw idee hoog genoeg?

b Doe een klein onderzoekje naar de strafmaat in Nederland. Zoek


daarbij op welke straf een dader van een winkeldiefstal heeft
gekregen. Vind je de straf hoog genoeg?

c Doe hetzelfde voor iemand die is gestraft voor het telen


van wiet door middel van een wietplantage.

d Zoek ten slotte op welke straf een dader van verkrachting


en/of mishandeling heeft gekregen. Vind je de straf hoog
genoeg?

tip > Rechtszaken die je als voorbeeld bij b, c en d kunt gebruiken, kun je
zoeken op www. rechtspraak.nl. <

5.1
theorievragen
1
Wanneer geldt de Nederlandse strafwet?
Omcirkel het juiste antwoord. Op grond van welk beginsel
geldt de Nederlandse strafwet als een Italiaan in Nederland
wordt vervolgd voor diefstal van een aansteker uit een
souvenirwinkel in Amsterdam?

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 1 0 2 29/09/16 3:04 PM


A naliteitsbeginsel. B
Territorialiteitsbegi
P nsel. C
e Universaliteitsbegin
r sel. D
s Legaliteitsbeginsel.
o

102 Noordhoff Uitgevers bv

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 1 0 3 29/09/16 3:04 PM


2 Leg uit wat het legaliteitsbeginsel inhoudt. Noem het relevante wetsartikel.

3 Stel dat in het kader van een hardere aanpak van


mensensmokkelaars het strafmaximum op
mensensmokkel van maximaal vier jaar naar zes jaar
wordt verhoogd. Deze wetswijziging is ingegaan op 1
januari 2016.

a Maxime wordt op 15 december 2015 aangehouden


voor het plegen van mensensmokkel en op 25 januari
2016 voor de rechter gebracht. Van welk
strafmaximum zal de rechter dan moeten uitgaan?
Motiveer je antwoord.

b Welk beginsel heb je bij de beantwoording van de vorige vraag gebruikt?

c Stel dat het strafmaximum op 1 januari 2016 niet met


twee jaar werd verhoogd, maar met een jaar werd
verlaagd. Welk strafmaximum zou de rechter dan op
Maxime moeten toepassen? Noem het relevante
wetsartikel en motiveer je antwoord.

4 Omcirkel het juiste antwoord. Op grond van welk beginsel


geldt de Nederlandse strafwet als een Nederlander bij de
arrondissementsrechtbank van Amsterdam wordt vervolgd
voor het hebben van seks met minderjarigen tijdens zijn
vakantie in Thailand?

A
Personaliteitsbegins
el. B
Territorialiteitsbegi
nsel. C
Universaliteitsbegin
sel. D
Legaliteitsbeginsel.

5 Omcirkel het juiste antwoord. Op grond van welk


beginsel geldt de Nederlandse strafwet als een Duitser
die zich in Belgi schuldig heeft gemaakt aan
mensensmokkel voor de Nederlandse rechter wordt
vervolgd?

A
Personaliteitsbegins
el. B
Territorialiteitsbegi
nsel. C
Universaliteitsbegin
sel. D
Legaliteitsbeginsel.

103
Noordhoff Uitgevers
bv
6 De Amerikaan Butch is met zijn vrienden in een Nederlands
vliegtuig onderweg naar Amsterdam voor zijn vrijgezellenfeest.
Tijdens de vlucht loopt het door overmatig alcoholgebruik nogal
uit de hand. Butch maakt zich schuldig aan diefstal van twee
blikjes bier. Aangekomen op Schiphol wordt Butch
aangehouden. Leg met behulp van een wetsartikel uit op grond
van welk beginsel Butch in Nederland mag worden vervolgd.

5.2
1
Poging en voorbereiding
Omcirkel het juiste antwoord. Wat is de maximale
gevangenisstraf op poging tot diefstal met geweld?

A Maximaal
vier jaar. B
2 Maximaal zes
jaar.
C Maximaal
negen jaar. D
Maximaal twaalf
jaar.

a Wat zijn de voorwaarden/eisen voor een strafbare poging?


Noem het relevante wetsartikel.

b Aiman en Frans willen een gewapende overval op een supermarkt plegen. Ze


hebben
hun bivakmutsen al opgezet en hun vuurwapens al in de aanslag.
Op het moment dat Aiman en Frans de supermarkt binnengaan,
worden ze opgeschrikt door een gealarmeerde eenheid van de
politie. Aiman en Frans slaan op de vlucht. Enige tijd later worden
ze aangehouden op verdenking van poging tot diefstal met
geweld. Leg aan de hand van de voorwaarden voor poging uit of
Aiman en Frans strafbaar zijn voor poging tot diefstal met
geweld.
104 Noordhoff Uitgevers bv
c Welke straf kunnen de verdachten in dit geval
maximaal krijgen? Licht je antwoord toe met behulp
van wetsartikelen.

3 Henk wil zakenman Veenstra vermoorden. Hij heeft een


vuurwapen aangeschaft en een vluchtauto met gestolen
kentekenplaten geregeld. Op een middag zit Henk voor het
huis van Veenstra te posten om hem op te wachten, zodat hij
het vuur op hem kan openen.
Veenstra ziet de auto staan en vertrouwt het niet. Hij belt de
politie. Henk wordt aangehouden voor poging tot moord en
bekent zijn plannen. Beoordeel op grond van de criteria voor
poging of er sprake is van een strafbare poging.

4 Omcirkel het juiste antwoord. Wat is de maximale straf op


voorbereiding van een diefstal op grond van art. 310 Sr?

A Maximaal een
jaar. B
Maximaal twee
jaar. C
Maximaal vier
jaar.
D Voorbereiding van diefstal op grond van art. 310 Sr
is niet strafbaar.

5 Omcirkel het juiste antwoord. Wat is de maximale


gevangenisstraf op het voorbereiden van een
moordaanslag?

A Maximaal tien jaar.


B Maximaal
twintig jaar. C
Maximaal dertig
jaar.
D Maximaal levenslange gevangenisstraf.

6 Lees art. 46 lid 1 Sr.

a Vertaal de tekst van art. 46 lid 1 Sr in eigen woorden en


beschrijf welke eisen er aan een strafbare voorbereiding
van een misdrijf worden gesteld.
105
Noordhoff Uitgevers
bv
b Lees art. 46 lid 2 en 3 Sr en beschrijf wat aangegeven wordt
over de strafmaat met betrekking tot een strafbare
voorbereidingshandeling.

c Leg uit hoeveel gevangenisstraf je kunt krijgen voor


voorbereiding van brandstichting waarbij sprake is van
levensgevaar voor personen. Maak bij de beantwoording
van de vraag gebruik van wetsartikelen.

5.3 Deelnemingsvormen
1 Leg uit wat het verschil is tussen medeplegen en
medeplichtigheid.

2
Zoek bij elke deelnemingsvorm de juiste omschrijving en
verbind de omschrijving met het juiste begrip door middel
van een lijntje.
Medepleg Deelnemingsvorm waarbij meer daders een
en strafbaar feit
plegen, maar waarbij een van de daders een
duidelijk ondergeschikte rol heeft.
Medeplichtigheid Deelnemingsvorm waarbij iemand
opzettelijk wordt
aangezet om een strafbaar feit te plegen.
Doen Deelnemingsvorm waarbij meer daders een
plegen strafbaar feit
plegen en daarbij een gelijkwaardige rol
Uitlokki Deelnemingsvorm
vervullen. waarbij meer daders een
ng strafbaar feit
plegen, maar waarbij de bedenker van het misdrijf
wel strafbaar is, maar de uitvoerder niet. De
bedenker gebruikt als het ware iemand om een
strafbaar feit voor hem te laten plegen zonder dat
diegene dat weet.

106 Noordhoff Uitgevers bv


3 Jarno is eigenaar van een groot marketingbureau. Omdat de
concurrentie in deze branche erg groot is, betaalt hij een
werknemer van zijn grootste concurrent 5.000 om
bedrijfsgeheimen te stelen. De werknemer twijfelt eerst,
maar kan de verleiding van het grote geld uiteindelijk niet
weerstaan en vervult de opdracht. Op grond waarvan is
Jarno strafbaar? Omcirkel het juiste antwoord.

A Doen plegen.
B
Medeplichtighei
d. C
Medeplegen.
D Uitlokking.

4 a Leg met behulp van wetsartikelen uit wat de maximale


gevangenisstraf is die een medeplichtige aan verkrachting
kan krijgen.

b Leg uit of een medeplichtige aan een overtreding


strafbaar is. Noem het relevante wetsartikel.

5 Steven en Joost zijn van plan een gewapende overval op een


uitzendbureau te plegen. Echter, ze weten niet waar de kluis
staat. Gelukkig werkt hun vriend Han als schoonmaker bij
het uitzendbureau. Hij vertelt hun waar de kluis staat en hoe
ze daar kunnen komen. Op grond waarvan is Han strafbaar?
Omcirkel het juiste antwoord.

A Han is strafbaar op grond van medeplegen.


B Han is strafbaar op grond van
medeplichtigheid. C Han is strafbaar
op grond van uitlokking.
D Han is strafbaar op grond van doen plegen.

6 a Leg uit wanneer je strafbaar bent op grond van medeplegen.

b Bedenk zelf een voorbeeld van medeplegen.


Noordhoff Uitgevers
bv 107
7 Vier broers maken het plan om een gewapende bankoverval
te plegen. Het plan is dat drie broers de bank binnengaan en
daarbij het personeel onder schot houden en het geld stelen.
De vierde broer blijft bij de deur van de bank staan en zorgt
ervoor dat er niemand binnenkomt. Hij kan de anderen
waarschuwen als er politie aankomt. De overval wordt
precies volgens plan uitgevoerd, maar tijdens het vluchten
worden de overvallers in hun auto aangehouden. Op grond
waarvan is de broer die bij de deur bleef staan strafbaar?
Geef ook een korte toelichting op je antwoord.

A Hij is strafbaar op grond van medeplegen.


B Hij is strafbaar op grond van
medeplichtigheid. C Hij is strafbaar
op grond van uitlokking.
D Hij is strafbaar op grond van doen plegen.
8

Wat is het verschil tussen uitlokking en doen plegen?


5.4
1

Sancties in het strafrecht


a Noem drie strafdoelen.

b Wat is het verschil tussen speciale preventie en generale preventie?

c Noem twee redenen waarom een rechter de


mogelijkheid heeft om een maatregel aan een
dader van een strafbaar feit op te leggen.

d Wat is het doel van de maatregel schadevergoeding?


e Wat is het doel van de maatregel TBS met dwangverpleging?

108 Noordhoff Uitgevers bv


2 Een dader van een strafbaar feit wordt veroordeeld tot een
gevangenisstraf van twee jaar waarvan een jaar voorwaardelijk
met een proeftijd van twee jaar. De zes maanden die de verdachte
al in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, wordt van zijn straf
afgetrokken. Hoe lang moet deze verdachte de gevangenis in?
Omcirkel het juiste antwoord.

A Drie
maanden. B
Zes
maanden.
C Negen
maanden. D
Twaalf
maanden. E
Anderhalf jaar.
F Twee jaar.

3 Marijne zit een gevangenisstraf van 15 jaar uit. Leg uit


na hoeveel jaar Marijne voorwaardelijk in vrijheid wordt
gesteld. Noem het relevante wetsartikel.

4 Zoek in de wet op hoe hoog een geldboete van de zesde categorie is per januari
2016.

5 Bekijk de onderstaande straffen en maatregelen en schrijf


erachter of het een straf of maatregel betreft.

straf maatregel

Plaatsing in een
inrichting voor
stelselmatige daders.
Verbeurdverklaring
. Taakstraf.
Gevangeniss
traf.
Ontneming.
Hechtenis.
Schadevergoeding.
Uit ambt zetten verdachte.
Plaatsing in een psychiatrisch
ziekenhuis. Geldboete.
TBS.
Onttrekking aan het
verkeer.
Vrijheidsbeperkende
maatregel.

6 Leg uit wat de maatregel plaatsing in een inrichting


voor stelselmatige daders inhoudt.

Noordhoff Uitgevers
bv 109
7 Leg uit of een verdachte die wordt vervolgd voor
vernieling (art. 350 Sr) zowel een straf als een maatregel
opgelegd kan krijgen.

8 De politie heeft in de haven van Rotterdam een container vol


cocane in beslag genomen. De verdachte zal deze drugs
niet meer terug krijgen. Van welke maatregel is hier sprake.
Omcirkel het juiste antwoord.

A
Ontneming
.B
Geldboete.
C Onttrekking aan het
verkeer. D
Schadevergoeding.

individuele opdrachten
1 a Lees het artikel hierna en beantwoord de vragen.

Nederlanders vast in Argentini voor


drugssmokkel
AMSTERDAM De Argentijnse politie heeft In juni werd ook al een Nederlander
twee Nederlanders, een 18-jarig model uit het die 113 bolletjes had geslikt op het
Zuid- Amerikaanse land en haar Surinaamse vliegveld aangehouden, waarna het
vriend aangehouden voor drugssmokkel. De onderzoek dat tot de recente
groep arrestaties leidde startte.
zou van plan zijn geweest vijf kilo cocane
naar Nederland te smokkelen.

Dat melden Argentijnse media.

De Nederlanders werden op de
luchthaven van de Argentijnse
hoofdstad Buenos Aires, Ezeiza,
aangehouden.

11 Noordhoff Uitgevers
0 bv

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 110 29/09/16 3:04 PM


Drugsbende hoofdstad aangehouden omdat zij
De Surinamer en zijn vriendin van plan zou zijn drugs te smokkelen.
werden in een woning in Buenos In Spanje werden anderhalf jaar
Aires opgepakt. De Argentijnse geleden twee Argentijnse modellen
justitie vermoedt dat de Surinamer aangehouden voor eenzelfde
aan het hoofd staat van de vergrijp. Volgens recente cijfers van
drugsbende. Het narcomodel, het ministerie van Buitenlandse
Daiana Antivero, zou optreden als Zaken in Den Haag zitten in
vertaalster. De leeftijden van de Argentini 34 Nederlanders vast voor
Nederlanders en de Surinamer zijn een drugsdelict.
onbekend.
Vorig jaar werd ook al een Bron: nu.nl 14 juli 2011
Colombiaans model in de Argentijnse

a Geef aan op grond van welk beginsel de Nederlandse


wet geldt voor de twee aangehouden Nederlandse
verdachten.

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 111 29/09/16 3:04 PM


b Denk je dat in dit geval ook een wet van een ander land geldt?

c Wat denk je dat er moet gebeuren als justitie in Nederland deze verdachte wil
vervolgen?

2 Lees de volgende casus over Kevin en beantwoord de vraag.

Op een dag loopt Kevin over straat. Hij wordt


aangesproken door een man die hem een aantal
laptops tegen een zeer aantrekkelijke prijs wil
verkopen.
Kevin heeft daar wel oren naar en spreekt met de man af in
het park om de koopovereenkomst te sluiten. Echter, na de
afspraak te hebben gemaakt, denkt Kevin er nog eens over
na en komt tot de conclusie dat hij de zaak niet helemaal
vertrouwt. Hij vermoedt dat de man hem wil oplichten.
Kevin schakelt de politie in. Op het moment dat de man in
het park aankomt om de koopovereenkomst te sluiten,
wordt hij aangehouden door de politie. Het vermoeden van
Kevin bleek te kloppen. De dozen waar laptops in zouden
moeten zitten, zijn gevuld met zand in plaats van laptops.

Leg uit of jij vindt dat hier sprake is van poging tot
oplichting. Bespreek alle voorwaarden van poging en
noem een relevant wetsartikel.

3 Lees de volgende casus over het bemanningslid en beantwoord de vragen.

Een bemanningslid van een schip dat vanuit Colombia


naar Nederland vaart, smokkelt cocane door dat in
zijn scheepshut te verstoppen. Tijdens de overtocht
raakt de portemonnee van de kapitein zoek. De
kapitein neemt daarom het besluit om alle hutten van
de bemanningsleden te doorzoeken. Het bemanningslid
is bang dat de drugs worden gevonden dus biecht hij
aan de kapitein op dat hij de drugs Nederland binnen
wilde smokkelen. Eenmaal
in Nederland wordt het bemanningslid vervolgd voor
Noordhoff Uitgevers
bv 111
a Op welke voorwaarde voor strafbare poging beroept het bemanningslid zich?
Noem het bijbehorende wetsartikel.

b Wat vind je van het verweer van het bemanningslid? Ben je het met hem eens?

c Leg met behulp van de voorwaarden voor poging uit of hier


sprake is van poging tot drugssmokkel.

4 Lees het artikel over Volkert van der G. en beantwoord de vragen.

Volkert van der G. komt voorwaardelijk vrij


Volkert van der G., de moordenaar van Voorwaarden vrijlating
Pim Fortuyn, komt op 2 mei Aan de voorwaardelijke
voorwaardelijk vrij. Dan zit twee derde invrijheidstelling is wel een aantal
van zijn straf erop. Dat heeft voorwaarden verbonden. Van der
staatssecretaris Fred Teeven zojuist
G. moet zich wekelijks melden bij
bekendgemaakt. Van der G. werd in 2003
de reclassering en krijgt een
veroordeeld tot achttien jaar cel wegens
locatieverbod: hij mag zich niet
de moord op Pim Fortuyn.
in de woonplaatsen van het
slachtoffer en de nabestaanden
Het Openbaar Ministerie ziet geen
begeven Rotterdam, Haarlem en
reden tot uitstel of afstel van zijn
Hilversum. Ook krijgt hij een
voorwaardelijke invrijheidsstelling.
enkelband en mag hij geen contact
Van der G. heeft geen psychische
hebben met nabestaanden of media.
stoornis, zo oordeelt het OM. De kans
Daarnaast is hem verplichte
op herhaling wordt laag ingeschat, in
begeleiding opgelegd van een
tegenstelling tot eerder onderzoek.
psycholoog of een psychiater.
Ook Teeven ziet geen reden tot uitstel
of afstel.
Bron: nrc.nl

11 Noordhoff Uitgevers
2 bv

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 112 29/09/16 3:04 PM


a Volkert van der G. heeft 18 jaar gevangenisstraf gekregen
voor de moord op Pim Fortuyn. Na hoeveel jaar van zijn straf
te hebben uitgezeten zal Volkert van der G. voorwaardelijk
worden vrijgelaten?

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 11 3 29/09/16 3:04 PM


b Aan welke voorwaarden moet Volkert van de G. zich
houden nadat hij voorwaardelijk in vrijheid is
gesteld?

c Leg uit of je het ermee eens bent dat Volkert van der G.
vervroegd voorwaardelijk in vrijheid is gesteld.

5 Lees het artikel over Holleeder en beantwoord de vragen.

Holleeder moet bijna 18 miljoen terugbetalen


HAARLEM Willem Holleeder is vrijdagIn januari van dit jaar zat die straf erop en kwam veroordeeld tot het betalen
van 17,9 miljoen euro,hij vrij. De miljoenenvordering heeft justitie in een die hij van onder andere wijlen Willem
Endstraaparte procedure gedaan.
heeft afgeperst.
De afgeperste miljoenen liet Holleeder op
De rechtbank in Haarlem vindt dat vaststaat datrekeningen van bedrijven van Jan Dirk Paarlberg Holleeder op
enig moment over dit geld heeftzetten. Paarlberg is veroordeeld tot 4 jaar cel voor beschikt, ook al heeft hij het
op rekeningen vanhet witwassen van dit geld. Zijn zaak is nog niet zakenman Jan Dirk Paarlberg laten
zetten.onherroepelijk. Justitie bereidt ook tegen Paarlberg
een pluk ze-zaak voor.
Holleeder werd in januari 2006 opgepakt en
vervolgens veroordeeld tot 9 jaar gevangenisstrafBron: Nu.nl 13 juli 2012 voor de afpersingspraktijken.

a Gaat dit artikel over een straf of een maatregel?

b Geef aan om welke straf of maatregel het in dit artikel gaat.

c Wat is het doel van deze straf of maatregel?


Noordhoff Uitgevers
bv 113
d Wat wordt in dit artikel bedoeld met een pluk ze-
zaak?

6 Lees het artikel over de overval op een Nijmeegse juwelier en beantwoord de


vraag.

Een 25-jarige Amsterdammer is woensdagDe Amsterdammer zou de vluchtscooter hebben vrijgesproken van het
medeplegen van de overvalgeregeld en deze naar Nijmegen hebben gebracht, op een Nijmeegse juwelier. De
rechtbank achttemaar dat achtte de rechtbank niet bewezen. Het niet bewezen dat de man een rol had in de
overval.OM had 3 jaar cel tegen de man geist, waarvan een
half jaar voorwaardelijk.
De juwelier werd in april 2011 overvallen door twee
als bouwvakkers vermomde mannen en belanddeBron: 30 oktober 2013 na een worsteling in een put. Daarbij
liep hij een
gedeeltelijke dwarslaesie op, waardoor hij blijvend invalide is.

Leg uit of het regelen van een scooter volgens jou onder
medeplegen valt.

groepsopdrachten
1 Lees het arrest hierna en beantwoord daarna de
vragen.

LJN: AE1632, Rechtbank Middelburg ,


12/006818-01
Print uitspraak
Datum 17-04-2002
uitspraak: 17-04-2002
Datum Straf
publicatie: Eerste aanleg
Rechtsgebied: meervoudig
Soort procedure:
Uitspraak

RECHTBANK
MIDDELBURG
Sector strafrecht
meervoudige kamer

Parketnummer: 12/006818-
01 Datum uitspraak: 17
april 2002 Tegenspraak

VONNIS

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 11 4 29/09/16 3:04 PM


114 Noordhoff Uitgevers bv

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 11 5 29/09/16 3:04 PM


van de rechtbank Middelburg, meervoudige kamer
voor strafzaken, in de strafzaak tegen:

Verdachte,
geboren op [geboortedatum] te
[geboorteplaats], wonende
ter terechtzitting verschenen.

Als raadsman van de verdachte is ter terechtzitting


verschenen mr. E.G.M. Smit, advocaat te Middelburg.

Onderzoek van de zaak

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op


de terechtzitting van 4 april 2002.

De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van


de officier van justitie mr. H.I. den Hartog en van hetgeen
door en/of namens de verdachte naar voren is gebracht.
De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte
ter zake van het ten laste gelegde zal worden
veroordeeld tot een werkstraf voor de duur van 120 uren
subsidiair 60 dagen hechtenis.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen vermeld


staat in de inleidende dagvaarding, zoals ter
terechtzitting op vordering van de officier van justitie
gewijzigd.
De tekst van de (gewijzigde)

tenlastelegging luidt als volgt. Aan

verdachte wordt ten laste gelegd dat:

hij op of omstreeks 02 juni 2001 te Middelburg hoogst,


althans aanmerkelijk onvoorzichtig en/of onachtzaam en/of
nalatig het slachtoffer (een verstandelijk gehandicapte
vrouw van toen 44 jaar) in een te heet bad heeft gezet,
althans geholpen door terwijl hij als zorgmedewerker
werkzaam was bij het woonhuis op de [plaats van het
misdrijf], waar het slachtoffer woonde,
- de thermostaat van de badkraan van het bad op de
heetst mogelijke temperatuur (ongeveer 55 graden
Celsius) te draaien om het bad met heet water
schoon te maken en/of
- (vervolgens) na te laten om de thermostaat van de
badkraan terug te draaien naar de normale/gebruikelijke
stand (van ongeveer 36 graden Celsius) en/of
- (vervolgens) water met een temperatuur van ongeveer
55 graden Celsius, althans met een (veel) hogere
temperatuur dan geschikt om in te baden in het bad
heeft laten lopen en/of
- (vervolgens) na te laten de temperatuur van het
badwater te controleren en/of
- (vervolgens) het slachtoffer in dat bad te plaatsen en/of
- dat slachtoffer enkele minuten, althans enige tijd in dat bad te laten zitten

115
Noordhoff Uitgevers
bv
waardoor het aan zijn schuld te wijten is geweest dat
het slachtoffer zodanig letsel (brandwonden leidend tot
een shocklong en/of longontsteking en/of
nierafwijkingen en/of stuwing van talrijke organen,
althans multiorgan failure op basis van verwikkelingen
bij brandwonden) heeft bekomen, dat deze op 8 juni
2001 aan de gevolgen daarvan is overleden;
art. 307 Wetboek van

Strafrecht

Bewezenverklaring

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat


de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan met
dien verstande dat:

hij op 02 juni 2001 te Middelburg aanmerkelijk onachtzaam


en nalatig slachtoffer (een verstandelijk gehandicapte
vrouw van toen 44 jaar) in een te heet bad heeft gezet, door
verdachte terwijl hij als zorgmedewerker werkzaam was bij
het [plaats van het misdrijf], waar het slachtoffer woonde,
- de thermostaat van de badkraan van het bad op de
heetst mogelijke temperatuur (ongeveer 55 graden
Celsius) te draaien om het bad met heet water
schoon te maken en
- vervolgens na te laten om de thermostaat van de
badkraan terug te draaien naar de
normale/gebruikelijke stand (van ongeveer 36 graden
Celsius) en
- vervolgens water met een temperatuur van ongeveer
55 graden Celsius, in het bad te laten lopen en
- vervolgens na te laten de temperatuur van het badwater te controleren en
- vervolgens het slachtoffer in dat bad te plaatsen en
- dat slachtoffer enige tijd in dat bad te laten zitten
waardoor het aan zijn schuld te wijten is geweest dat
het slachtoffer zodanig letsel (brandwonden leidend
tot een multiorgan failure op basis van
verwikkelingen bij brandwonden) heeft bekomen, dat
deze op 8 juni 2001 aan de gevolgen daarvan is
overleden.

Hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste


gelegd dan hier bewezen is verklaard, is niet bewezen.
De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten


voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring
verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is
de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging.

Bewijsvoering
De rechtbank grondt haar overtuiging dat de verdachte
het bewezenverklaarde heeft begaan op de feiten en
omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en
die reden geven tot de bewezenverklaring.

De bewijsmiddelen zullen in die gevallen waarin de wet


aanvulling van het vonnis met de bewijsmiddelen vereist
in een aan dit vonnis gehechte bijlage worden opgenomen.

116 Noordhoff Uitgevers bv


Nadere bewijsoverweging

De rechtbank gaat op basis van de beschikbare


bewijsmiddelen uit van de volgende feitelijke
toedracht. Verdachte was op datum ongeval als
zorgmedewerker in dienst van een stichting voor, onder
andere, meervoudig gehandicaptenzorg. Hij heeft op 2
juni 2001 in het stichtingshuis waar het meervoudig
gehandicapte slachtoffer woonde het bad gereinigd met
heet water. Hij heeft de thermostaatknop van de kraan
daartoe op de hoogste stand gezet. Die kraan kende
een blokkering bij 38 graden Celsius, maar deze
functioneerde niet. Na het reinigen heeft verdachte het
bad gevuld met een laag water van 10 20 centimeter.
De thermostaatknop was door hem niet teruggedraaid.
De watertemperatuur bedroeg daardoor (ongeveer) 55
graden Celsius. Vervolgens heeft hij samen met een
andere zorgmedewerker het
slachtoffer in bad geplaatst. Hij noch zijn collega heeft de
temperatuur van het badwater eerst gecontroleerd. Na
enkele minuten merkte verdachte dat het vel van de
voeten van het slachtoffer losliet en dat haar enkels en
billen rood waren gekleurd. Het slachtoffer heeft niet op
voor verdachte herkenbare wijze pijnsignalen afgegeven.
Het slachtoffer is daarna uit bad gehaald en medisch
verzorgd. Het slachtoffer is op 8 juni 2001 overleden.

Door de verdediging is vrijspraak bepleit op twee


gronden:
a er is geen sprake van schuld in de zin van artikel 307
Wetboek van Strafrecht; b voor verdachte was
onvoldoende voorzienbaar dat de dood van het slachtoffer
het gevolg zou kunnen zijn van de aan hem verweten
handelingen; oorzakelijk verband tussen die handelingen
en de dood ontbreekt daarom.

Ad a: schuld
Een protocol voor het baden van meervoudig
gehandicapten bestond destijds niet bij de stichting. Als
vast gebruik bij de stichting en hen die beroepshalve zorg
verlenen kan echter worden aangemerkt het na reiniging
van een bad terugdraaien van de thermostaatknop naar
een veilige stand en het handmatig voelen van de
watertemperatuur voordat de zorgbehoevende in het bad
wordt gelaten. Dit vaste gebruik zal de rechtbank verder
aanduiden als: de norm.

Verdachte heeft niet conform de norm gehandeld: hij heeft


de thermostaatkraan niet teruggezet naar een veilige
stand en hij heeft de temperatuur van het badwater niet
handmatig gevoeld.

Het niet handelen conform de norm bergt het ernstige,


voorzienbare, risico in zich van verbranding van degene
die gebaad wordt. Gelet op dat mogelijke, ernstige, gevolg
moet aan het handelen conform de norm bijzonder grote
waarde worden toegekend.

De oorzaak van de handelwijze van verdachte moet


gezocht worden in onachtzaamheid, gelijk ook de
Inspectie voor de Gezondheidszorg heeft
geconcludeerd. Deze onachtzaamheid is op zich zelve
niet te kwalificeren in termen van ernstig of minder
ernstig. De ernst van de onachtzaamheid wordt
bepaald door de vereiste mate van zorgvuldigheid bij
het naleven van de norm. Aangegeven is reeds dat en
waarom aan het naleven van die norm bijzonder grote
waarde moet worden toegekend. Van verdachte mocht
op
grond daarvan een bijzonder hoge mate van
zorgvuldigheid verwacht worden.

Noordhoff Uitgevers
bv 117
Die heeft hij niet betoond, getuige het feit van de
vastgestelde normschending. Verdachtes
onachtzaamheid moet dan ook, gelet op de hoge mate
van vereiste zorgvuldigheid, als aanmerkelijk nalatig
worden aangemerkt.

Daaraan doet niet af dat uit het dossier in het bijzonder


uit het rapport van de Inspectie voor de Gezondheidszorg
blijkt dat een fout zoals verdachte die heeft gemaakt wel
vaker wordt gemaakt. Dat enkele gegeven vermindert de
vereiste mate van zorgvuldigheid niet.

Verdachte heeft nog betoogd dat hij als gevolg van de


gebrekkige overdracht niet wist dat het slachtoffer niet
of verminderd pijngevoelig was en/of pijn niet kenbaar
uitte of kon uiten alsmede een verhoogde
huidgevoeligheid had. Als hij een en ander wel geweten
zou hebben zou hij, aldus verdachte, extra alert hebben
kunnen zijn.

De rechtbank laat dienaangaande in het midden of het


slachtoffer niet of verminderd pijngevoelig was, niet of
verminderd in staat was om pijn te uiten en een
verhoogde huidgevoeligheid kende. Feit is dat het
slachtoffer geen voor verdachte herkenbare pijnsignalen
heeft afgegeven. Was daarvan wel sprake geweest dan
zou verdachte ongetwijfeld eerder hebben ingegrepen
en zou de afloop van het ongeval mogelijk minder
dramatisch zijn geweest dan thans het geval is geweest.
Verdachtes schuld wordt echter door de afwezigheid
van kenbare pijnsignalen en de eventuele aanwezigheid
van een verhoogde huidgevoeligheid niet verminderd of
opgeheven omdat de norm geldt onafhankelijk van de
vraag of een zorgbehoevende een pijnsignaal kan
afgeven en een verhoogde huidgevoeligheid heeft. De
norm is immers, mede, gericht op het voorkmen van
pijn en/of huidaantasting.

Ad b: oorzakelijk verband
Beoordeeld dient te worden of de dood van het
slachtoffer redelijkerwijs kan worden toegerekend aan
de aan verdachte verweten gedragingen.
Verdachte heeft aangevoerd dat het slachtoffer reeds voor
het ongeval ernstige huidaandoeningen had. Hij heeft
deze aandoeningen aangemerkt als brandwonden en
gesteld dat het overlijden mede het gevolg is geweest van
deze oude brandwonden en om die reden niet
voorzienbaar was voor verdachte.

Het sectierapport constateert een verbranding van 10


tot 15% van het lichaamsoppervlak. Het rapport
vermeldt geen oude brandwonden. Kennelijk is de door
de deskundige vastgestelde verbranding derhalve
geheel aan te merken als door te heet baden
veroorzaakte verbranding.

Indien echter al zou moeten worden aangenomen


dat een deel van deze verbranding (mede) is
ontstaan door een ter plaatse verhoogde
huidgevoeligheid dan geldt dat de normovertreding
nog steeds is aan te
merken als de rechtens relevante oorzaak van ook dat
deel van de verbranding omdat die verbranding
redelijkerwijs kan worden toegerekend aan de
normschending.

Het sectierapport constateert dat bij het slachtoffer


sprake is geweest van diverse verwikkelingen: shock long,
longontsteking, zware, bleke nieren en stuwing van
talrijke organen. Het rapport vermeld verder, zakelijk
samengevat:

118 Noordhoff Uitgevers bv


Die verwikkelingen waren de oorzaak van het intreden van
de dood. De verwikkelingen passen in het beeld van een
multiorgan failure op basis van verwikkelingen bij
brandwonden. Voor een andere oorzaak voor het intreden
van de dood werd geen aanwijzing gevonden.
Deze constateringen rechtvaardigen de conclusie dat de
dood is ingetreden als gevolg van de aan verdachte
verweten gedragingen.

Strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de


strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluit, zodat
dit strafbaar is.

Het bewezenverklaarde levert het

navolgende strafbare feit op. Aan zijn schuld

de dood van een ander te wijten zijn

Strafbaarheid van de verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de


strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte
is dus strafbaar.

Motivering van de op te leggen sanctie(s)

Bij het bepalen van de op te leggen straf heeft de


rechtbank rekening gehouden met het volgende:
- de ernst van het feit en de omstandigheden, waaronder dit is begaan;
- de persoon van de verdachte.

Voor wat betreft de ernst van het feit en de


omstandigheden, waaronder dit is begaan, heeft de
rechtbank in het bijzonder het volgende in
aanmerking genomen.
Verdachte was niet geschoold in de zorg en had daarin
geen ervaring. Niettemin kon hij na een inwerkperiode
van drie dagen, die bestond uit het meelopen op een
afdeling van [woonhuis], onmiddellijk als oproepkracht
beginnen. Hij werkte als zorgmedewerker en was
volledig en zelfstandig (en dus ook alln)
verantwoordelijk voor de zorg voor een wooneenheid
van verstandelijk (en vaak tevens lichamelijk)
gehandicapte clinten. In de woorden van de
zorgmanager was verdachte met zijn ervaring (van
effectief
nog geen drie maanden) gerechtigd om in zeer zware
huizen te worden ingezet. Het woonhuis in de [plaats van
het misdrijf], alwaar het slachtoffer woonde, was een
dergelijke zeer zware eenheid.
Verdachte heeft verklaard zich bezwaard te voelen door
zijn onbedrevenheid. Hij had inmiddels besloten om een
verpleegkundige opleiding te gaan volgen. Bepaalde
specifieke medische verrichtingen, zoals bijvoorbeeld
het geven van sondevoeding, heeft hij geweigerd te
doen zonder deze nadere opleiding.

Verdachte heeft in de maanden waarin hij als


oproepkracht werkzaam was in ten minste 23
verschillende woonhuizen gewerkt. Hij moest in elk
nieuw huis de situatie in die woning in zich op nemen en
zich verdiepen in de bewoners en hun specifieke
zorgplannen. Voor dienstoverdracht bestond geen
protocol.

Noordhoff Uitgevers
bv 119
Verdachte heeft verklaard dat hij altijd eerder op zijn werk
aanwezig probeerde te zijn om zodoende wat tijd te hebben
om met de af te lossen medewerker nog een en ander te
kunnen bespreken, zodat hij niet uitsluitend op de
schriftelijke informatie was aangewezen. In dit geval is dat
buiten zijn toedoen mislukt. Hij was op 2 juni 2001 tien
minuten te laat gearriveerd door een misverstand met
betrekking tot het adres waar hij zich moest vervoegen.

Bij binnenkomst werd verdachte geconfronteerd met het


ochtendspitsuur van onder andere opstaan, baden,
aankleden en voeden van de clinten. Aldaar was de
collega die hij af moest lossen aanwezig en nog druk
bezig. Van een rustige overdracht van de dienst was
geen sprake.

Verdachte is in deze hectische situatie meteen aan de


slag gegaan met het baden van clinten.
Dit was voor hem, gelet op zijn gebrek aan
ervaring hiermee, niet de routineklus die het
voor een ervaren kracht is.

Hij heeft eerst het door een eerder gebade clint


vervuilde bad gereinigd door het bad op aanwijzing van
een collega met heet water uit te spoelen. Hij is daarna
vergeten de thermostaatkraan van de heetste stand, te
weten 55 graden Celsius terug te zetten naar 38 graden
Celsius. Verdachte heeft tussendoor geprobeerd van een
collega informatie te verkrijgen over het huis en haar
bewoners. Hij heeft daarna het bad gevuld met ongeveer
10 20 cm water.
Vervolgens was de aandacht van verdachte gericht op
het in bad helpen van het slachtoffer. Hij had beide
handen nodig om haar te ondersteunen en in het bad te
krijgen. Daarbij heeft hij vergeten het badwater te
controleren.

De geschetste werkomstandigheden worden gekenmerkt


door gebrekkige voorzieningen c.q. hulpmiddelen en door
grote werkdruk voor een relatief onervaren medewerker
als verdachte. Hierin ligt besloten dat een fout met
ernstige gevolgen snel is gemaakt.

Gelet op de omstandigheden waaronder die fout is


gemaakt, zoals hierboven overwogen, en gelet op het feit
dat de verdachte zeer zwaar onder het incident lijdt, zal
de rechtbank bepalen dat geen straf of maatregel zal
worden opgelegd.

Voor wat betreft de persoon van de verdachte heeft de


rechtbank in het bijzonder gelet op:
- het op naam van de verdachte staand
uittreksel uit het Algemeen
Documentatieregister d.d. 7 augustus 2001;

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 121 29/09/16 3:04 PM


- het over de verdachte uitgebrachte voorlichtingsrapport
d.d. 24 oktober 2001 van de Stichting Reclassering
Nederland, Ressort Den Haag, unit Middelburg.

Op grond van het bovenstaande acht de rechtbank


oplegging van een straf of maatregel niet passend en
geboden.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 9a en 307 van het


Wetboek van Strafrecht.

120 Noordhoff Uitgevers bv

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 120 29/09/16 3:04 PM


DE BESLISSING

De rechtbank beslist als volgt.

Zij verklaart bewezen dat de verdachte het ten laste


gelegde, zoals hierboven omschreven heeft begaan.

Zij verklaart niet bewezen hetgeen ter zake meer of


anders ten laste is gelegd en spreekt de verdachte
daarvan vrij.

Zij bepaalt dat het bewezenverklaarde het hierboven


vermelde strafbare feit oplevert.

Zij verklaart de verdachte te dier zake strafbaar.

Zij bepaalt dat geen straf of maatregel


wordt opgelegd. Dit vonnis is gewezen
door:
mr. W.P.M. ter Berg, voorzitter,
mrs. R.C.M. Reinarz en A.M.P. Gaakeer, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. B. Jansen als griffier en

a Geef in het kort en in eigen woorden aan wat er gebeurd is: de toedracht (t.l.l.).
Noordhoff Uitgevers
bv 121
b Om welk wetsartikel(en) gaat het (kwalificatie, delictsomschrijving en sanctie)?

c Is de verdachte gestraft? Zo ja, wat is de hoogte van de straf? Noem het


relevante wetsartikel.

d Vind je de straf terecht? Leg uit. Een uitgebreide motivering


waarom je het wel of niet eens bent met de rechter.

e Doe alsof jij advocaat van deze verdachte bent en schrijf een pleidooi.

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 1 2 2 29/09/16 3:04 PM


122 Noordhoff Uitgevers bv

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 1 2 3 29/09/16 3:04 PM


f Draag je pleidooi voor in de klas. Probeer het pleidooi overtuigend te brengen.

2 Verdeel de klas in groepjes van twee personen. Bereid


met jouw tweetal een presentatie voor over een van
de volgende onderwerpen:
Personaliteitsbeginsel/territorialiteitsbeginsel en
universaliteitsbeginsel - Poging en voorbereiding
Medeplegen en medeplichtigheid
Doen plegen en uitlokken
Straffen
Maatregelen

Maak bij de presentatie gebruik van powerpoint


(maximaal 3 dias).

a Geef in de presentatie de uitleg van het gekozen


onderwerp aan de hand van de definities van de diverse
begrippen. Geef hierbij uitleg in eigen woorden.

b Maak bij je uitleg gebruik van ten minste een voorbeeld.


Probeer hierbij zelf een voorbeeld te bedenken.

c Maak bij de uitleg waar mogelijk gebruik van wetsartikelen.

d Zoek een gerechtelijke uitspraak op waarin je onderwerp


voorkomt. Vertel aan de klas kort waar de uitspraak over
gaat en hoe de uitgelegde begrippen in de gekozen zaak
een rol speelden.

e Schrijf je presentatie eerst (aan de hand van steekwoorden) uit.

f Zorg ervoor dat de andere studenten in de klas


bruikbare aantekeningen van de presentatie kunnen
maken, zodat zij die aantekeningen kunnen gebruiken
om voor de toets te leren. Maak dus een duidelijke
powerpointpresentatie en controleer of de gevonden
informatie klopt.

3 Maak voor deze opdracht drietallen. Lees de volgende


passage uit een gerechtelijke uitspraak.
Op 22 februari 2011 te 14.05 uur komt er een melding
binnen bij de meldkamer van de politie dat er in een
tweetal autos wordt ingebroken. Op dezelfde dag wordt
er door aangever [aangever 1] , namens Ballast Nedam
Infra BV, aangifte gedaan van diefstal uit een blauwe
Volkswagen Passat met kenteken [kenteken] en door
aangever [aangever 2] , namens Leaseplan Nederland,
wordt aangifte gedaan van diefstal uit een grijze
Volkswagen Passat met kenteken [kenteken]. Bij beide
autos is een ruit ingeslagen en een navigatiesysteem
weggenomen.
Getuige [getuige] ziet drie personen bij de autos op de
parkeerplaats aan de Ringwade te Nieuwegein. En
persoon stapt uit een blauwe Volkswagen Passat met een
plastic tas in zijn handen. Vervolgens loopt een van de drie
personen naar een andere geparkeerde auto en slaat de

123
Noordhoff Uitgevers
bv
uit dat de drie personen in de tram zijn gestapt. Getuige
[getuige] geeft het volgende signalement door van de drie
personen: Marokkaanse jongens, tussen de 20 en 30 jaar,
met een licht getinte huidskleur. De eerste verdachte
heeft een stevig postuur, draagt een zwarte jas en draagt
een plastic tas bij het lopen naar de tram. De tweede
verdachte heeft een normaal postuur en draagt een
zwarte jas en een blauwe spijkerbroek. De derde
verdachte heeft een slank postuur en draagt een baseball
cap op zijn hoofd.
De politie laat de tram vlak voor de tramhalte
Kanaleneiland Zuid stil zetten. Dit is de eerstvolgende
halte na tramhalte Transferium.

Op het moment dat de tram stilstaat, ziet verbalisant


[verbalisant] drie Marokkaanse jongens achter in de
achterste wagon van de tram zitten. Hij ziet dat de drie
jongens opstaan en naar het middelste deel van de wagon
lopen. Twee jongens gaan weer zitten en de derde
jongen, met een petje op zijn hoofd, loopt naar het
voorste gedeelte van de achterste wagon. De twee
jongens die zijn gaan zitten, zijn aan het hijgen.
Vervolgens gaan de tramdeuren open en houdt de politie
de drie verdachten aan.

Verbalisant [verbalisant 2] ziet drie jongens die voldoen


aan het opgegeven signalement en ziet tevens dat de
jongen met het petje een bezweet gezicht heeft. Het valt
op dat de drie jongens niet bij elkaar in de tram zitten,
maar verspreid van elkaar, terwijl de getuige ze alle drie
tegelijk in de tram had zien stappen.
De aangehouden verdachten zijn [medeverdachte 1],
[medeverdachte 2] en [verdachte]. Verdachte
[medeverdachte 1] heeft een petje op.

In de tram worden twee navigatiesystemen aangetroffen


in een plastic tas.
Dit blijken de navigatiesystemen te zijn die uit de
Volkswagen Passat met het kenteken [kenteken] en uit
de Volkswagen Passat met het kenteken [kenteken] zijn
weggenomen. In de tram lag op de grond gereedschap,
waaronder een boor waarvan ambtshalve bekend is dat
deze voor auto-inbraken gebruikt wordt. Verder is een
zwart gele nijptang en een plastic flesje aangetroffen.
Bij navraag van wie deze aangetroffen spullen zijn,
wijst een zich eveneens in de tram bevindende vrouw
in de richting van de zojuist aangehouden verdachten.
Op camerabeelden van Connexxion is te zien dat bij de
tramhalte Transferium vier personen naar de tram toe
rennen en de tram instappen. Drie van hen worden
herkend als zijnde verdachten [verdachte],
[medeverdachte 1] en [medeverdachte 2]. Bij het
instappen gaan de drie verdachten bij elkaar zitten op
de klapstoeltjes. [medeverdachte 2] lijkt vlak voor het
instappen iets over
te pakken van [verdachte]. In de tram wisselen twee van
hen, waarschijnlijk [medeverdachte 2] en [medeverdachte
1] van jas.
Voorafgaand aan de auto-inbraken zijn verdachten
[verdachte], [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] in
het bijzijn van elkaar gesignaleerd bij de tramhalte 5
mei plein. Op camerabeelden is te zien dat zij spreken
met elkaar.

Aanvullende overwegingen
Verdachte verklaart alleen in de tram te zijn gestapt.
Voorts verklaart verdachte dat hij geen enkele
betrokkenheid heeft bij de ten laste gelegde feiten. Gelet
op het feit dat verdachte en de twee medeverdachten
gezamenlijk gesignaleerd

124 Noordhoff Uitgevers bv


zijn bij de tramhalte 5 mei plein en dat zij op de halte
Transferium samen de tram instappen, in de tram bij
elkaar blijven zitten maar opsplitsen op het moment
dat de politie de tram stil zet, acht de rechtbank de
verklaring van verdachte niet geloofwaardig.

Bron: http://uitspraken.rechtspraak.nl

Aanvullende informatie:
Justitile documentatie (strafblad): Verdachte
is in de afgelopen vijf jaar al eerder
veroordeeld voor vermogensdelicten (onder
andere diefstal en inbraak).
Verdachte ontkent dat hij het strafbare feit heeft begaan.
Verdachte heeft al drie maanden in
voorlopige hechtenis doorgebracht.
De verdachte is 24 jaar. Hij geeft aan een
moeilijke jeugd te hebben gehad. Zijn ouders
zijn overleden door een auto- ongeluk toen hij
vijf was. Hij heeft sindsdien altijd in
weeshuizen gewoond. Sinds zijn zestiende is
hij op het slechte pad en is hij steeds in
aanraking met justitie geweest. Hij heeft al
meer malen in de gevangenis gezeten.

Stel jullie zijn rechter bij de meervoudige kamer.

a Bedenk met je drie groepsleden (de


meervoudige strafkamer kent immers drie
rechters) een straf voor de verdachte.

b Schrijf jullie uitspraak op. Geef hierbij aan


welke argumenten jullie hiervoor hebben.

c Vergelijk jullie straf met de andere groepjes (rechters).

4 Zoek op www.rechtspraak.nl een uitspraak


waarin een verdachte wordt veroordeeld voor
het telen van wiet door middel van een
hennepplantage.

a Geef aan hoeveel straf de verdachte in een


dergelijke zaak heeft gekregen.
125
Noordhoff Uitgevers
bv
NU Juridisch

b Ben je het eens met de opgelegde straf of zou je een


hogere of lagere straf opleggen? Motiveer jouw
antwoord.

c Vergelijk de uitspraak die jij hebt gevonden met die van je


klasgenoten. Werd in de andere uitspraken een
soortgelijke straf opgelegd? Als er verschil tussen de
opgelegde straffen zit, probeer dan door de uitspraken te
lezen te verklaren waar het verschil in straf vandaan
komt.

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 1 2 6 29/09/16 3:04 PM


126 Noordhoff Uitgevers bv

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 1 2 7 29/09/16 3:04 PM


5 Materieel strafrecht: poging, deelnemingsvormen en de straffen

Test
jezelf
1 Omcirkel het juiste antwoord. Op grond van welk beginsel
geldt de Nederlandse strafwetgeving als een Syrische
vluchteling in de Albert Heijn in Lelystad een brood steelt?

A Het legaliteitsbeginsel.
B Het
nationaliteitsbeginsel.
C Het
territorialiteitsbeginse
l. D Het
universaliteitsbeginsel
.

2 Leg uit op grond van welk beginsel de Nederlandse


strafwet geldt op het moment dat in Nederland een Belg
wordt aangehouden die in Parijs een aanslag heeft
gepleegd. Noem ook het relevante wetsartikel.

3 Doordat uitingen van smaad en laster op internet toenemen en


ernstiger worden, besluit de Tweede Kamer de straffen hierop
met een jaar te verhogen. De wet met deze verhoogde
strafmaat treedt op 1 oktober 2016 in werking. Op 15
november 2016 wordt een zaak met betrekking tot smaad en
laster behandeld. Deze zaak heeft betrekking op uitingen die
in augustus 2016 op social media zijn geplaatst.

a Leg uit welk strafmaximum de rechter bij het bepalen van de straf zal hanteren.

b Welk beginsel heb je nodig om het antwoord op vraag


a te vinden en in welk wetsartikel vind je dit terug?

4 Omcirkel het juiste antwoord. Van welk van de onderstaande


misdrijven is ook de voorbereiding ervan strafbaar?

A
Mishandelin
g. B Diefstal.
C
Brandstichtin
g. D
Oplichting.

Noordhoff Uitgevers bv 127


NU Juridisch

5 Lees de volgende casus over Nourdin en Eva en beantwoord de vragen.

Nourdin en Eva zijn van plan om een rijke zakenman te


ontvoeren. Ze hebben hiervoor alvast hun garage
omgebouwd tot gevangenis waar ze de zakenman kunnen
verbergen. Ze hebben ter voorbereiding op de ontvoering
ook een busje gehuurd en handboeien gekocht. Daarnaast
hebben ze de zakenman wekenlang gevolgd en van zijn
dagelijkse routine uitgebreide verslagen gemaakt, op
grond waarvan ze een plan hebben gemaakt waarin de
ontvoering tot in detail wordt uitgewerkt. Op de dag van de
ontvoering worden Eva en Nourdin bij een

a Leg met behulp van de voorwaarden voor poging uit of Eva


en Nourdin met succes kunnen worden vervolgd voor het
medeplegen van een poging tot ontvoering. Maak bij de
beantwoording van de vraag gebruik van wetsartikelen.

b Leg met behulp van de voorwaarden voor voorbereiding uit


of Eva en Nourdin strafbaar zijn voor het medeplegen van
een strafbare voorbereiding tot ontvoering. Maak bij de
beantwoording van de vraag gebruik van wetsartikelen.

6 Jetse is van plan om een gewapende overval op een


tankstation te plegen. Op het moment dat hij het
tankstation is binnengegaan, bedenkt hij zich en verlaat
hij het tankstation. Aan welke voorwaarde voor strafbare
poging is in dit geval niet voldaan? Omcirkel het juiste
antwoord.

A Begin van de
uitvoering. B Geen
vrijwillige terugtred.
C Opzet.

7 a Leg met behulp van wetsartikelen uit wat de maximale


gevangenisstraf is op poging tot diefstal uit een woning.
128 Noordhoff Uitgevers bv
5 Materieel strafrecht: poging, deelnemingsvormen en de straffen

b Leg met behulp van wetsartikelen uit wat de maximale


gevangenisstraf is op de voorbereiding van een liquidatie.

8 Jorrick is van plan om brand in een schoolgebouw te stichten.


Zijn vriend Nico is op de hoogte van zijn plan en brengt hem
naar de school. Samen forceren Nico en Jorrick de deur van
het schoolgebouw, waarop Jorrick de school binnengaat en de
brand aansteekt. Nico wacht in de auto. Wat is de rol van
Nico in dit geval? Omcirkel het juiste antwoord.

A Hij is medepleger.
B Hij is
medeplichtige. C
Hij is doen
pleger.
D Hij is uitlokker.

9 a Noem twee verschillen tussen medeplegen en medeplichtigheid?

b Wat is het verschil tussen doen plegen en uitlokken?

10 Pobi gaat met het vliegtuig op vakantie naar China. Een


vriendin vraagt hem een tas voor haar mee te nemen en
aan haar neef in China te overhandigen. Pobi vindt dat
geen probleem. Voor de zekerheid kijkt hij nog even in de
tas, maar ziet niks bijzonders: wat kleren en twee foto-
albums. Pobi komt niet ver, want hij wordt op Shiphol bij de
douane aangehouden. Wat blijkt, zijn vriendin heeft in een
dubbele bodem van de tas een pond cocane verstopt. Pobi
die van niks wist, is woedend op zijn vriendin en geeft haar
aan en vertelt het hele verhaal aan de recherche. Van welke
deelnemingsvorm is in deze casus sprake? Omcirkel het
juiste antwoord.

A Medeplegen.
B
Medeplichtighei
d. C Uitlokking.
D Doen plegen.

Noordhoff Uitgevers
bv 129
NU Juridisch

11 Omcirkel het juiste antwoord. Welk van onderstaande


antwoordmogelijkheden is een maatregel?

A Uit ambt zetten verdachte.


B Plaatsing in een inrichting voor
stelselmatige daders. C Taakstraf.
D Hechtenis.

12 Kobus zit een gevangenisstraf van 18 jaar uit. Leg uit na


hoeveel jaar Kobus voorwaardelijk in vrijheid wordt
gesteld. Noem het relevante wetsartikel.

13 Omcirkel het juiste antwoord. Welke van onderstaande


antwoordmogelijkheden is een straf?

A Verbeurdverklaring.
B Onttrekking aan het
verkeer. C
Schadevergoeding.
D TBS.

14 Klaas is drugshandelaar en is gepakt. Naast zijn straf heeft


justitie hem veroordeeld tot het betalen van 100.000. Dit
moet hij betalen omdat dat de winst is die
hij met zijn handel heeft gemaakt. Daarnaast is het
materiaal waaruit zijn drugslaboratorium bestond in beslag
genomen. Leg uit welke twee maatregelen aan Klaas zijn
opgelegd.

15 Een notaris heeft geld van de derdenrekening verduisterd.


Benoem welke straf hij heeft gekregen als hij zijn beroep
niet meer mag uitoefenen.

16 Lees de volgende casus over Han en beantwoord de vraag.

Han wordt vervolgd voor dood door schuld. Han heeft


doordat hij niet goed oplette een 45-jarige vrouw met zijn
auto aangereden. De vrouw is overleden. Han is erg
begaan met de nabestaanden van het slachtoffer. Hij heeft
excuses gemaakt en de nabestaanden hebben hem
vergeven. Daarnaast is hij, doordat hij vreselijk spijt heeft,
een stichting gestart die verkeersslachtoffers moet

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 131 29/09/16 3:04 PM


130 Noordhoff Uitgevers bv

05_257976_Legal Profile_Chapter_05.indd 130 29/09/16 3:04 PM


5 Materieel strafrecht: poging, deelnemingsvormen en de straffen

Welke mogelijkheid geeft art. 9a Sr de rechter bij het


bepalen van een straf?

17 Robert is veroordeeld voor diefstal. De rechter heeft hem de


volgende straf opgelegd: zes maanden gevangenisstraf
waarvan twee maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van
twee jaar met aftrek van de twee maanden die hij in voorarrest
heeft doorgebracht. Hoelang is de gevangenisstraf die Robert
op dit moment werkelijk moet uitzitten?

A Zes
maanden. B
Vijf maanden.
C Vier
maanden. D
Drie maanden.
E Twee
maanden. F
Een maand.
131
Noordhoff Uitgevers
bv
6 Het formeel strafrecht

6 Het formeel strafrecht


orintatievragen
1 Lees Werken in de praktijk aan het begin van het hoofdstuk.

a Patrick loopt stage bij een advocatenkantoor. Noem vijf


andere instanties waar je stage kunt lopen en te maken kunt
krijgen met het strafrecht.

b Wat weet je al van het strafproces? Noem minimaal zeven


personen die je in een procedure/rechtszaak in het
strafrecht tegen kunt komen.

2 Welke rechten van de verdachte ken je al. Probeer zonder


het hoofdstuk te lezen een aantal rechten van de verdachte
op te schrijven.

06_257976_Legal Profile_Chapter_06.indd 133 29/09/16 3:03 PM


NU Juridisch
3 Wat weet je al van dwangmiddelen? Welke bevoegdheden
hebben politie en justitie om een verdachte op te sporen?
Met andere woorden welke middelen kunnen politie en
justitie gebruiken om een verdachte op te sporen. Noem er
vijf.

132 Noordhoff Uitgevers bv

06_257976_Legal Profile_Chapter_06.indd 132 29/09/16 3:03 PM


theorievragen
6.1 De verdachte
1 Omcirkel het juiste antwoord. In welke rechtsbronnen kun je
het formeel strafrecht vinden? Er kunnen meerdere
antwoorden juist zijn.

A Het EVRM.
B De gewoonte.
C De jurisprudentie.
D Het wetboek van strafvordering.
2
Beoordeel de volgende stellingen en omcirkel het juiste
antwoord:

I Een verdachte is altijd tot antwoorden verplicht, anders


pleegt hij meineed en dat is een strafbaar feit.

II Om een persoon als verdachte te kunnen aanmerken, moet


je zeker weten dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan
enig strafbaar feit. Dat blijkt duidelijk uit art. 27 Sv.

A Stelling I is juist, stelling


II is onjuist. B Stelling I is
3
onjuist, stelling II is juist. C
Beide stellingen zijn onjuist.
D Beide stellingen zijn juist.

Welke wettelijke regels moeten zorgen voor een


4
onafhankelijke rechter?

Welke van de onderstaande rechten zijn rechten van de


verdachte?

a Zwijgplicht.
b Recht op rechtsbijstand van een advocaat.
5
c Recht op behandeling van de strafzaak binnen een redelijke termijn.
d Recht op een onafhankelijke en onpartijdige rechter.
e Altijd recht op een door de overheid betaalde advocaat.
f Recht op inzage in de processtukken.
g Recht op ondervraging van het slachtoffer.

Een rechter die een politierechter-zaak moet behandelen,


komt erachter dat hij samen met de verdachte in het bestuur
van de plaatselijke voetbalclub zit. Leg uit wat de rechter
kan doen als hij de schijn van partijdigheid wil voorkomen.
Noem het wetsartikel waar je je antwoord hebt gevonden.
133
Noordhoff Uitgevers
bv
6 Een verdachte is onschuldig totdat het tegendeel door de
rechter bewezen wordt verklaard. Een verdachte hoeft
niet zelf te bewijzen dat hij onschuldig is.

Omcirkel het juiste antwoord. Welk recht van de verdachte


komt hier tot uitdrukking?

A Het recht op inzage in het dossier.


B Het recht op behandeling binnen
redelijke termijn. C Ne bis in idem.
D Onschuldpresumptie.
7
Een agente, net klaar met haar nachtdienst, is op haar fiets
onderweg naar huis. Bijna bij haar huis aangekomen, ziet zij
een man rondjes om een auto heen lopen. De agente vindt
dat verdacht en besluit even te wachten en te kijken wat de
man gaat doen. Opeens hoort de agente glasgerinkel en hoort
zij het autoalarm afgaan. Is deze man aan te merken als
verdachte? Zo ja, op welk moment? Noem bij beantwoording
van de vraag het relevante wetsartikel en de criteria van de
verdachte.

Leg uit wat een verdachte kan doen als hij, voordat het
strafproces begint, constateert dat de rechter
bevooroordeeld is omdat hij de week voordat het proces
zou beginnen, geluncht heeft met een van de
getuigendeskundigen. Omcirkel het juiste antwoord.

A De verdachte kan de rechter wraken.


B De verdachte kan de officier niet ontvankelijk laten
6.2 verklaren.
C De verdachte kan verzoeken de zaak opnieuw te laten
1 behandelen.
D De verdachte kan naar de Hoge Raad stappen om
hiertegen in verzet te komen.

De dwangmiddelen staandehouding en aanhouding


Leg uit wat de verschillen zijn tussen staande houden,
aanhouden op heterdaad en aanhouden buiten heterdaad.

06_257976_Legal Profile_Chapter_06.indd 1 3 4 29/09/16 3:03 PM


134 Noordhoff Uitgevers bv

06_257976_Legal Profile_Chapter_06.indd 1 3 5 29/09/16 3:03 PM


2 Een agent ziet tijdens zijn dienst een man lopen. Hij herkent
de man van videobeelden waarop te zien was dat hij twee
dagen eerder een gewapende overval had gepleegd. De
agent besluit de man direct in de boeien te slaan en mee te
nemen naar het politiebureau. Leg uit of de aanhouding
rechtmatig is.

3 Omcirkel het juiste antwoord. Een opsporingsambtenaar


vordert van een groep hangjongeren hun legitimatiebewijs,
omdat zij verdacht worden van het vernielen van een
bushokje. Wat is juist?

A In dit geval is sprake van staandehouding.


B In dit geval is sprake van aanhouding op
heterdaad.
C In dit geval is sprake van aanhouding buiten
heterdaad.

4 a Lees art. 128 Sv en leg uit wat het begrip heterdaad inhoudt.

b De politie krijgt een melding van een echtelijke ruzie


waarbij een man zijn vrouw ernstig heeft mishandeld. De
politie gaat erop af en treft de vrouw in de woning aan
met een gebroken neus. Ze vertelt dat haar man haar
heeft geslagen. De politie besluit in de buurt van de
woning naar de man op zoek te gaan en na een uur
zoeken treffen agenten de man aan in een nabij de woning
gelegen park.
Ze houden de verdachte van mishandeling aan. Leg uit of
deze verdachte op of buiten heterdaad is aangehouden.

c Waarom is het van belang om vast te stellen dat


sprake is van ontdekking op heterdaad?
Noordhoff Uitgevers
bv 135
5 Een beveiliger van een particulier beveiligingsbedrijf is s
nachts aan het surveilleren bij een bedrijventerrein. Op dat
moment ziet hij een verdacht persoon over een hek klimmen
en een plaats betreden waarbij een bord verboden toegang
staat. Wat is juist? Omcirkel het juiste antwoord.

A De beveiliger mag de verdachte staande houden,


want er is sprake van ontdekking op heterdaad.
B De beveiliger mag de verdachte aanhouden, want er is
sprake van ontdekking op heterdaad.
C De beveiliger mag de verdachte fouilleren, want er is
sprake van ontdekking op heterdaad.
D De beveiliger kan niets doen, want de persoon is niet aan
te merken als verdachte.
E De beveiliger kan niets anders doen dan de politie bellen,
want alleen de politie mag dwangmiddelen als
6
aanhouding, staandehouding en fouillering toepassen.

Leg uit of een verdachte van het plegen van


straatschenderij (art. 424 Sr) buiten heterdaad kan worden
aangehouden.
7

Omcirkel het juiste antwoord. Een verdachte wordt


gearresteerd voor rijden onder invloed. Wat is juist?

A In dit geval is sprake van staandehouding.


6.3 B In dit geval is sprake van aanhouding op heterdaad.
C In dit geval is sprake van aanhouding buiten heterdaad.

1
De dwangmiddelen ophouden voor verhoor,
inverzekeringstelling en voorlopige hechtenis
Daan is om 12:00 uur in de middag aangehouden. Vervolgens is
hij in verzekering gesteld. De inverzekeringstelling is niet
verlengd want daarna werd Daan direct in bewaring genomen.
Hoelang heeft Daan in totaal maximaal vastgezeten als hij na de
bewaring in vrijheid is gesteld? Omcirkel het juiste antwoord.

2 A 14 dagen en zes uur.


B 17 dagen en
negen uur. C 20
dagen en zes uur.
D 17 dagen en zes uur.

a Leg uit wanneer een verdachte aan de voorwaarden voor


voorlopige hechtenis voldoet. Noem het relevante
wetsartikel.
136 Noordhoff Uitgevers bv
b Noem de gronden voor voorlopige hechtenis. Noem het
wetsartikel waarin je de gronden voor voorlopige hechtenis
kunt terugvinden.

3 Maurice is tijdens het uitgaan vanwege openbare


dronkenschap en straatschenderij midden in de nacht (om
02:00 uur) aangehouden. Maurice wordt opgehouden
voor onderzoek en brengt daarin de maximale tijd door. Daarna
wordt hij weer vrij gelaten. Om hoe laat staat Maurice weer
buiten?

A 15:00 uur.
B 08:00 uur.
C 09:00 uur.
D 14:00 uur.

4 Herman is alcohol- en drugsverslaafde. Om in zijn


verslavingsbehoefte te voorzien pleegt hij regelmatig
winkeldiefstallen. Hier is hij de laatste jaren wel vijf keer voor
veroordeeld. Op een gegeven moment wordt hij wederom
betrapt tijdens de diefstal van enkele flessen wijn. Hij wordt
aangehouden, opgehouden voor verhoor, in verzekering gesteld
en in bewaring genomen.

a Op welk moment begint de voorlopige hechtenis voor Herman?

b Leg uit of aan de voorwaarden voor voorlopige hechtenis uit art. 67 Sv is voldaan.

c Leg uit of aan de gronden voor voorlopige hechtenis uit art. 67a Sv is voldaan.

d Leg uit of er ernstige bezwaren tegen Herman zijn.

e Stel je bent raadsman van Herman en je moet hem bijstaan


tijdens de voorgeleiding voor de raadkamer van de
rechtbank waarbij beslist moet worden of hij na de
bewaring nog dertig dagen gevangen moet worden
gehouden. Wat zouden jouw argumenten zijn om de
gevangenhouding tegen te houden?
Noordhoff Uitgevers
bv 137
5 Omcirkel het juiste antwoord. Hoelang heeft een verdachte
maximaal vastgezeten als hij tot en met de
gevangenhouding in voorarrest heeft gezeten? Let op:
na de inverzekeringstelling is de verdachte gelijk in
bewaring genomen. De inverzekeringstelling is niet
verlengd.

A 110 dagen en 15 uur.


B 107 dagen en 15 uur.
C 80 dagen en 15 uur.
6
D 104 dagen en 15 uur.

Wie beslist over de toepassing van de volgende


dwangmiddelen? Schrijf je antwoord achter het
dwangmiddel.

a Aanhouding buiten heterdaad.

b Ophouden voor verhoor.

c Inverzekeringstelling.

d Bewaring.
7
e Gevangenhouding.

Zoek in de Algemene wet op het binnentreden op of een


opsporingsambtenaar zonder toestemming van de
6.4
bewoner een woning mag betreden.
1

De procedure in het strafrecht


Omcirkel het juiste antwoord. Door wie wordt leidinggegeven
aan het opsporingsonderzoek?

2 A Door de politie.
B Door de officier van justitie.
C Door de rechter-commissaris.
D Door de raadkamer van de rechtbank.

Het strafproces bestaat uit een opsporingsonderzoek en een


onderzoek ter terechtzitting dat gevolgd wordt door uitspraak
en vonnis van de rechter en mogelijk een straf die door de
officier van justitie ten uitvoer moet worden gelegd. Beschrijf
wat er in het opsporingsonderzoek en het onderzoek ter
terechtzitting gebeurt.
138 Noordhoff Uitgevers bv
3 Omcirkel het juiste antwoord. Wie houdt toezicht op
het verloop van het opsporingsonderzoek?

A De Raad voor de
Rechtspraak. B De
officier van justitie.
C De rechter-commissaris.
D De raadkamer van de rechtbank.

4 Leg uit wat het opportuniteitsbeginsel betekent?

5 Omcirkel het juiste antwoord. Hoe noem je het gedeelte van


de dagvaarding waarin staat omschreven waarvan de
verdachtewordt beschuldigd?

A Een proces
verbaal. B Het
requisitoir.
C De
tenlastelegging.
D Het vonnis.

6 a Noem twee functies van een dagvaarding.

b Aan wie moet de dagvaarding worden betekend?


Motiveer je antwoord met behulp van een wetsartikel.

c Geef met behulp van een wetsartikel aan of een


dagvaarding geldig is betekend, als de verdachte niet
thuis is en de meerderjarige broer van de verdachte
opendoet en de dagvaarding in ontvangst neemt en
verklaart de dagvaarding aan de verdachte te
overhandigen.

7 De officier van justitie heeft het opsporingsonderzoek


afgerond, maar te weinig bewijs tegen de verdachte
gevonden om hem verder te vervolgen. Hij laat aan de
verdachte door middel van een brief weten de zaak te
seponeren. Van welk soort sepot is in dit geval sprake?
Omcirkel het juiste antwoord.
A Een technisch
sepot. B Een
transactie.
C Een voorwaardelijk
sepot. D Een
beleidssepot.

Noordhoff Uitgevers
bv 139
6.5
Het onderzoek ter terechtzitting
1
Zet in de juiste volgorde.

a De rechter neemt het dossier door met de verdachte.


b Laatste woord van de verdachte.
c Bode roept de zaak uit.
d De officier van justitie houdt het requisitoir.
e De officier van justitie leest de tenlastelegging voor.
f De advocaat houdt zijn pleidooi.

2
Wie heeft het laatste woord tijdens het onderzoek ter
terechtzitting?

Hoe noem je het betoog van de officier van justitie


waarin hij een straf voor de verdachte eist?

A Pleidooi.
B
Tenlasteleggin
4 g. C
Requisitoir.
D Uitroeping

Wat vindt eerder plaats tijdens het onderzoek ter


5 terechtzitting, het requisitoir of het pleidooi van de raadsman?

Wie schrijft een verslag van de zitting en beschrijft wat er


allemaal gebeurt en gezegd wordt tijdens de zitting?

A De bode.
6 B De officier van
justitie. C De
rechter.
D De griffier.

6.6 Welk recht geeft art. 302 Sv aan een slachtoffer?

De beslissing van de rechter


Omcirkel de juiste antwoorden. Welke van de
onderstaande vragen zijn formele vragen?

A Is de rechter bevoegd?

06_257976_Legal Profile_Chapter_06.indd 141 29/09/16 3:03 PM


B vert de bewezenverklaring een
strafbaar feit op? C Is de verdachte
L strafbaar?
e D Is de officier van justitie ontvankelijk?

140 Noordhoff Uitgevers bv

06_257976_Legal Profile_Chapter_06.indd 140 29/09/16 3:03 PM


2 Wat is het verschil tussen materile en formele vragen?

3 Door welke rechter worden onderstaande strafbare


feiten behandeld? Motiveer steeds je antwoord.

a Een openbare dronkenschap.

b Een winkeldiefstal.

c Een poging tot moord.

d Een eenvoudige mishandeling.

e Burengerucht waardoor de nachtrust wordt verstoord.

f Een gewapende overval.

4 Omcirkel de juiste antwoorden. Welke van de


onderstaande vragen zijn materile vragen?

A Is de verdachte
strafbaar? B Is de
dagvaarding geldig?
C Is het bewezen dat het ten laste gelegde feit door de
verdachte is begaan? D Zijn er redenen voor schorsing
van de vervolging?

5 a Wat betekent niet-ontvankelijkheid van de officier van justitie?


Noordhoff Uitgevers
bv 141
b Noem minimaal vijf gevallen wanneer de officier van
justitie niet-ontvankelijk is?

6 a Een van de materiele vragen luidt als volgt: Is de


verdachte strafbaar? Leg uit wat de rechter bij deze
vraag moet vaststellen.

b Hoe luidt de uitspraak van de rechter als hij constateert dat


de verdachte niet strafbaar is.

7 a Hoe luidt de uitspraak van de rechter als een verdachte


die jonger dan 12 jaar is voor de rechter wordt
gebracht?

b Hoe luidt de uitspraak van de rechter als de


bewezenverklaring geen strafbaar feit oplevert?

individuele opdrachten
1 Lees de volgende casus over de man met de plastic tas en
beantwoord de vragen.

Agenten zien op straat een man lopen. Zij vinden dat hij
zich zenuwachtig gedraagt. De man heeft een plastic tas
bij zich. De agenten lopen naar de man toe en vragen
hem wat er in de tas zit. De man vertelt de agenten dat
er boeken in de tas zitten. De agenten vragen vervolgens
hoe de man aan de boeken komt. De man antwoordt dat

a Leg uit op welk moment de man is aan te merken als


verdachte. Is dit op het moment dat de agenten hem
aanspreken of daarna? Licht je antwoord toe met behulp

06_257976_Legal Profile_Chapter_06.indd 1 4 2 29/09/16 3:03 PM


van een wetsartikel en met behulp van de criteria van
de verdachte.

142 Noordhoff Uitgevers bv

06_257976_Legal Profile_Chapter_06.indd 1 4 3 29/09/16 3:03 PM


b Lees art. 29 Sv en beschrijf wat het begrip cautie inhoudt?

c Vind je dat de verklaring die de man geeft, mag meetellen voor het bewijs.
Motiveer je antwoord.

2 a Lees het artikel hierna en leg uit of je altijd je legitimatie bij je moet dragen.

b Op grond van welk dwangmiddel kan een opsporingsambtenaar


jou vragen je legitimatiebewijs te tonen? Noem het wetsartikel
waar dit dwangmiddel in wordt uitgelegd.

c Mag een beveiliger die een winkeldief op heterdaad heeft


betrapt een verdachte staande houden en inzage in zijn
legitimatiebewijs vorderen?

Geen ID-kaart bij je? Vraag agent even mee te lopen


Binnenland Je bent formeel niet verplicht om
een ID-kaart bij je te dragen. In
ANP Nederland hebben we namelijk een
Ruim 20.000 mensen hebben vorig
jaar in Nederland een boete
gekregen omdat ze geen
identiteitsbewijs bij zich hadden of
zich weigerden te legitimeren. Vooral
jongeren (18-30 jaar) worden vaak
op de bon geslingerd. Zij kregen 4,5
keer vaker een boete dan
dertigplussers.

Maar hoe werkt het nou precies met


die identificatieplicht?
Wanneer moet je je ID-kaart laten
zien en wanneer ga je op de bon?
toonplicht, geen draagplicht. Die boetes als eerste af hoeveel mensen
keuze is bewust gemaakt, omdat er protest hadden aangetekend tegen hun
sinds de Tweede Wereldoorlog veel bon. Het gebeurt vaak dat mensen in de
weerstand is tegen het verplicht bij buurt wonen
je dragen van een persoonsbewijs, en geen identiteitskaart bij zich
zegt jurist Vincent Bhre van hebben. Je kunt dan gewoon zeggen:
Privacy First. Tijdens de oorlog was loop maar even mee, dan laat ik m
iedereen verplicht zich te kunnen thuis zien. Zo werkt de toonplicht
identificeren. namelijk.
Bhre vroeg zich vanochtend bij het
horen van het nieuws over het aantal Bron: nos.nl 11 december 2015

Noordhoff Uitgevers
bv 143
3 Lees de volgende casus over Mike en beantwoord de vragen.

Mike is tijdens een uitgaansavond aangehouden op


verdenking van zware mishandeling. Hij heeft tijdens een
vechtpartij de 21-jarige Yassin een gebroken kaak
geslagen. Op beelden van de beveiligingscamera is
duidelijk te zien
dat het Mike is die de klap uitdeelt en daarnaast zijn
er getuigen die Mike aanwijzen als de dader van de
mishandeling.
Drie dagen na de aanhouding wordt Mike voorgeleid
voor de rechter- commissaris, waarbij moet worden
besloten of hij nog 14 dagen kan worden vastgehouden.
De officier van justitie wil graag dat Mike tot aan de

a Hoelang kan Mike maximaal worden opgehouden voor


verhoor? Motiveer je antwoord.

b Hoe noem je het dwangmiddel waarbij Mike na


ophouding voor verhoor drie dagen kan worden
vastgehouden?

c Wie beslist over dat dwangmiddel?

d Hoe noem je het dwangmiddel waarbij Mike voorafgaand


aan de zitting 14 dagen kan worden vastgehouden?

e Zijn er in deze casus ernstige bezwaren tegen verdachte Mike? Motiveer je


antwoord.

f Is in deze casus aan de voorwaarden voor voorlopige


hechtenis voldaan? Leg je antwoord uit en noem het
bijbehorende wetsartikel.
144 Noordhoff Uitgevers bv
g Is in deze casus aan de gronden voor voorlopige
hechtenis voldaan? Leg je antwoord uit en noem het
bijbehorende wetsartikel.

4 Lees de volgende casus over Jim en maak de opdracht.

Jim is vijf weken geleden aangehouden voor het


handelen in cocane. Vanwege deze verdenking is hij drie
dagen op het politiebureau vastgehouden. Jim heeft het
feit altijd ontkend. Vorige week heeft hij een brief van de
officier van justitie gekregen waarin stond dat de zaak
vanwege gebrek aan bewijs is geseponeerd. Jim vraag

Stel je voor dat jij juridisch medewerker bij het Juridisch


Loket bent en Jim moet uitleggen wat deze brief betekent.
Schrijf het adviesgesprek met Jim en maak hiervan een
script. Wijs Jim ook op de mogelijkheid om
schadevergoeding te eisen vanwege het feit dat hij ten
onrechte in verzekering is gesteld. Zoek op internet ook de
hoogte van de schadevergoeding op.

5 Marianne heeft doordat ze in hevige geldnood zat tijdens


haar bijbaan bij een supermarkt geld uit de kassalade
gestolen. Marianne moet zich hiervoor bij de politierechter
verantwoorden. Marianne heeft een advocaat in de arm
genomen. Het is de advocaat bij wie jij stage loopt.
Marianne is nog nooit met justitie in aanraking geweest en
is erg zenuwachtig voor de zitting. Ze heeft daarom aan de

Noordhoff Uitgevers
bv 145
advocaat gevraagd om haar te informeren over hoe het
onderzoek ter terechtzitting verloopt. De advocaat heeft jou
gevraagd om Marianne per brief te informeren over het
verloop van een strafzaak. Schrijf op een apart vel papier een
formele brief aan Marianne waarin je uitlegt hoe een zitting
verloopt, waarbij haar strafzaak mondeling behandeld wordt.

6 Kaoutar wordt vervolgd voor vernieling van een bushalte.

a Leg uit welke rechter absoluut bevoegd is om deze zaak te behandelen.

b Leg met behulp van wetsartikelen uit hoe de beslissing


van de rechter zal luiden als de vernieling zeven jaar
geleden heeft plaatsgevonden.

groepsopdrachten
1 Maak een informatieve folder over de rechten van de
verdachte. De folder is bedoeld om bij het Juridisch Loket
mee te geven aan een persoon die van een strafbaar feit
wordt verdacht en die nauwelijks kennis van het strafrecht
heeft. In de folder staan in elk geval de rechten van de
verdachte uitgelegd. Daarnaast staan dwangmiddelen als
aanhouden, staande houden en fouilleren in de folder
uitgelegd.

2 Lees de volgende casus over Peter en maak de opdracht.

De 35-jarige Peter, woonachtig in Amsterdam, moet voor de


meervoudige kamer van de rechtbank in Amsterdam
verschijnen op verdenking van een gewapende overval.
Peter heeft een benzinestation beroofd door de caissire
onder bedreiging van een vuurwapen te dwingen hem het
geld uit de kassalade te overhandigen. De dagvaarding is
aan Peter in persoon betekend. Er is geen
strafuitsluitingsgrond, maar Peter heeft wel een strafblad
waarop staat dat
hij de afgelopen vijf jaar twee keer eerder een overval
heeft gepleegd. Tijdens het onderzoek ter

a Stel je voor dat jullie rechter zijn. Overleg in tweetallen over de uitspraak.

b Schrijf vervolgens de uitspraak en doorloop daarbij alle


acht vragen van het beslissingsmodel van de rechter.
Geef bij de beantwoording van elke vraag een zo
uitgebreid mogelijke toelichting.
146 Noordhoff Uitgevers bv
c Om te zien welke straf je kunt opleggen, is het de
bedoeling dat je op www. rechtspraak.nl een
vergelijkbare uitspraak vindt. Zorg ervoor dat je
duidelijk uitlegt waarom je de verdachte de door jullie
gekozen straf oplegt.

tip > Lees voor je de vraag gaat beantwoorden eerst paragraaf


6.6 nog eens door. <

3 a Bedenk in tweetallen tien multiplechoicevragen over


dit hoofdstuk.
b Maak bij de vragen een antwoordblad, waarbij je steeds
bij elke vraag uitleg geeft over waarom een bepaald
antwoord juist is.
c Leg je vragen voor aan een ander groepje en andersom.
d Bespreek de vragen na met het andere tweetal en geef
elkaar uitleg over de theorie die bij de vragen hoort.

Noordhoff Uitgevers
bv 147
NU Juridisch

Test jezelf
1 Lees de volgende casus over de gewapende overval en beantwoord de vragen.

In Rotterdam-Oost heeft zojuist een gewapende


overval plaatsgevonden. De politie is op zoek naar
twee verdachten van Zuid-Europese afkomst. De
verdachten praatten, volgens getuigen, Italiaans met
elkaar ten tijde van de overval en zijn weggereden in

a Leg uit of twee Italiaanse toeristen, die niets met de


overval te maken hadden en die aan het signalement
van de verdachten voldeden en in dezelfde buurt ten
tijde van de overval in een soortgelijke auto rondreden,
als verdachten
konden worden aangemerkt. Noem bij de beantwoording
van de vraag het juiste wetsartikel en bespreek alle
voorwaarden van een verdachte.

b Maakt het feit dat de aangehouden verdachten


achteraf bezien niets met de overval te maken hadden
en toevallig daar in de buurt waren uit voor de
beantwoording van de vorige vraag?

2 Een verdachte heeft een aantal rechten. Koppel de


onderstaande rechten van de verdachte aan de juiste
omschrijving door het trekken van een lijntje.

Recht om processtukken Het recht van een verdachte


waarbij hij recht heeft op een in te zien niet vooringenomen
rechter.
Recht op een Recht van de verdachte waarbij is bepaald
dat de verdachte onpartijdige rechter geen antwoord hoeft te
geven op vragen die gedurende een
strafrechtelijk onderzoek aan hem worden
gesteld.
Recht op een De verdachte heeft er recht op dat hij
voor onschuldig onafhankelijke rechter wordt gehouden
totdat het tegendeel door een
onafhankelijke en onpartijdige rechter is
vastgesteld.
Recht op Het recht van een verdachte op een
rechter die vrij van onschuldpresumptie
overheidsinvloed kan beslissen.

06_257976_Legal Profile_Chapter_06.indd 149 29/09/16 3:03 PM


148 Noordhoff Uitgevers bv

06_257976_Legal Profile_Chapter_06.indd 148 29/09/16 3:03 PM


6 Het formeel strafrecht

3 Jeroen zijn fiets is gestolen. Hij heeft de verdachte goed


gezien en heeft hem herkend. Het is een zwerver die altijd
in de buurt rondhangt. Omdat Jeroen niet verwacht dat de
politie zijn aangifte hoge prioriteit gaat geven, gaat hij
twee dagen na de diefstal zelf op zoek naar de verdachte.
Het duurt niet lang of hij heeft de verdachte gevonden.
Jeroen besluit de verdachte zelf aan te houden en de politie
daarna te informeren. Is deze handelswijze van Jeroen
juist? Motiveer je antwoord met behulp van een
wetsartikel.

4 Beoordeel de volgende stellingen en geef aan of ze juist of onjuist zijn.

juist onjuist
a Iedereen is bevoegd een verdachte, die een
strafbaar feit heeft gepleegd bij ontdekking
daarvan op heterdaad, staande te houden.
b Ook burgers mogen een verdachte die een
strafbaar feit heeft gepleegd bij betrapping
op heterdaad aanhouden.
c Buiten ontdekking op heterdaad is alleen de
politie bevoegd om een verdachte aan te
houden. Machtiging van de officier van
justitie is hiervoor niet nodig.
d Een verdachte van openbare
dronkenschap mag buiten heterdaad en

met toestemming van de officier van
justitie worden aangehouden.
e Om een verdachte staande te kunnen houden is
een verdenking
niet
nodig.

5 Leg uit hoeveel dagen een verdachte maximaal in


hechtenis heeft verbleven als hij na de inbewaringstelling
wordt vrijgelaten.

6 Omcirkel het juiste antwoord. Binnen welke termijn dient


een verdachte te worden voorgeleid aan de rechter-
commissaris als hij is aangehouden, is opgehouden voor
verhoor en in verzekering is gesteld?

A Binnen drie dagen.


B Binnen drie dagen en
negen uur. C Binnen drie
dagen en 15 uur.
D Binnen 14 dagen.

149
Noordhoff Uitgevers
bv
NU Juridisch

7 Noem de voorwaarden en gronden op basis waarvan een


verdachte in voorlopige hechtenis kan worden genomen.

8 Lees de volgende casus over Wietse en beantwoord de vragen.

Wietse is aangehouden voor verduistering. Er ligt een


stevige verdenking tegen hem, want er zijn diverse
getuigen die verklaren dat Wietse zich schuldig heeft
gemaakt aan verduistering. Omdat de officier van
justitie bang is dat Wietse
op de vlucht zal slaan om zo aan zijn vervolging te

a Leg met behulp van de voorwaarden en gronden voor


voorlopige hechtenis uit of Wietse in bewaring kan worden
genomen. Maak bij de beantwoording van je vraag gebruik
van wetsartikelen.

b Zal de rechter-commissaris bewaring bevelen als hij de


verwachting heeft dat Wietse geen gevangenisstraf,
maar een taakstraf opgelegd zal krijgen? Motiveer je
antwoord met behulp van een wetsartikel.

9 Omcirkel het juiste antwoord. Welke functionaris houdt


toezicht op het verloop van het opsporingsonderzoek en beslist
over zware dwangmiddelen?

A De officier van justitie.


B De rechter-
commissaris. C De
raadkamer.
D De kantonrechter.

10 a Noem twee functies van een dagvaarding.

06_257976_Legal Profile_Chapter_06.indd 151 29/09/16 3:03 PM


2

150 Noordhoff Uitgevers bv

06_257976_Legal Profile_Chapter_06.indd 150 29/09/16 3:03 PM


6 Het formeel strafrecht

b Leg uit hoe een dagvaarding aan een verdachte moet worden
betekend. Noem bij de beantwoording van je vraag een
wetsartikel.

11 Omcirkel het juiste antwoord. Hoe noem je de beslissing van


de officier van justitie om af te zien van verdere vervolging
van een verdachte doordat er gebrek aan bewijs is?

A Beleidssepot.
B Voorwaardelijk
sepot. C
Technisch sepot.
D Vrijspraak.
E Ontslag van alle rechtsvervolging.

12 Beschrijf het verloop van het onderzoek ter terechtzitting.


Gebruik in je beschrijving in elk geval de volgende woorden:
pleidooi, requisitoir, vonnis, tenlastelegging, bode, laatste
woord verdachte.

13 Omcirkel het juiste antwoord. Bij welke vraag uit het


beslissingsmodel van de rechter (art. 348 Sv en art. 350
Sv) zal het onderzoek ter terechtzitting stranden als het
feit waarvan de verdachte wordt beschuldigd verjaard is?

A Is de dagvaarding
geldig? B Is de
rechter bevoegd?
C Is de officier van justitie ontvankelijk?
D Zijn er redenen voor schorsing van de vervolging?
14 a Leg uit of een verdachte definitief van strafvervolging
af is als tijdens het onderzoek ter terechtzitting de
dagvaarding nietig wordt verklaard.

151
Noordhoff Uitgevers
bv
NU Juridisch

b Noem ten minste vier gronden voor niet-ontvankelijkheid van de officier van
justitie.

15 Geef van onderstaande strafbare feiten aan door welke


rechter(s) de zaak zal worden behandeld. Kies uit
meervoudige kamer, politierechter, kantonrechter
gerechtshof en Hoge Raad.

zaak meervoudige politierechter kantonrechter hoge raad


kamer gerechtshof

Cassatie in
een
moordzaak
Een winkeldiefstal

Openbare

dronkenschap

Verkrachting

Hoger beroep
in een
zedenzaak
Een eenvoudige
mishandelingsz
aak waarbij het
slachtoffer
nauwelijks
letsel had

16 a Wie geeft leiding aan het


opsporingsonderzoek?

b Leg uit wat het opportuniteitsbeginsel


betekent.
17 a Hoe zal de einduitspraak van de rechter luiden als het
bewezenverklaarde feit geen strafbaar feit oplevert?

b Hoe luidt de einduitspraak van de rechter als vast komt te


staan dat een verdachte niet strafbaar is omdat hij het
strafbaar feit vanwege overmacht had gepleegd?

152 Noordhoff Uitgevers bv

Vous aimerez peut-être aussi