Vous êtes sur la page 1sur 119

De mantelzorger

Afstudeeronderzoek HBO-Verpleegkunde
...

Mantelzorg
Een onderzoek naar een vaste werkwijze voor het
vroegtijdig signaleren van overbelasting van de
mantelzorger

Product:
Onderzoeksverslag afstudeerfase
HBO-Verpleegkundige
Gelegenheid: 2e gelegenheid
Auteur/student: Marloes de Korte
Studentnummer: 2072374
Groep: 24DB afstuderen gr 2
Studiejaar: Studiejaar 2016 2017
Afstudeerfase

Organisatie:
Buurtzorg Nederland
Locatie Helmond West
Opdrachtgever: Team Buurtzorg Nederland Helmond West
Contactpersoon: Marian Brekelmans

Onderwijsinstelling:
Avans Hogeschool s Hertogenbosch
Begeleider: Rita Bos
Beoordelaar 1: Judith Teunissen
Beoordelaar 2: Rita Bos
Studenten peergroep: Michelle van Kuijk
Hannah Brouwers
Joyce Cornelissen
Rachel Pieterse

2
Voorwoord

Geachte lezer,

Voor u ligt het onderzoeksverslag dat is voortgekomen uit mijn praktijkgerichte onderzoek
voor de opleiding HBO-Verpleegkunde, aan Avans Hogeschool te s-Hertogenbosch. Het
afstudeerproject is uitgevoerd in opdracht van Buurtzorg Nederland, team Helmond West.
Binnen dit team heeft gedurende twintig weken zowel mijn praktijkgericht onderzoek als mijn
afstudeerstage plaatsgevonden.

Gedurende het onderzoek heb ik ondersteuning gehad van diverse personen. Dit voorwoord
wil ik graag gebruiken om enkele personen te bedanken. Allereerst wil ik mijn docent Rita
Bos bedanken voor de prettige begeleiding tijdens het schrijven van dit verslag. Daarnaast
wil ik mijn peergroep en medestudenten bedanken voor de steun en hulp. Vervolgens wil ik
graag mijn ouders, vriend en vriendinnen bedanken voor de steun tijdens deze drukke
periode. Tot slot wil ik de opdrachtgever en de zorgverleners van Buurtzorg Helmond West
bedanken voor deelname aan het onderzoek en de fijne samenwerking gedurende deze
periode.

Ik wens u veel leesplezier.

Marloes de Korte,

Nuenen, 18 augustus 2017

3
Samenvatting

Aanleiding
Buurtzorg Nederland wil graag aandacht besteden aan de mantelzorger om overbelasting te
voorkomen. Op deze manier wordt de mantelzorger zelf niet hulpbehoevend en kan de
zorgvrager zo lang mogelijk thuis blijven wonen. Binnen het team Helmond West ontbreken
afspraken en een vaste werkstructuur omtrent het vroegtijdig signaleren. Een vaste
werkstructuur binnen het team is wenselijk om onduidelijkheden binnen het team te
voorkomen en overbelasting van de mantelzorger vroegtijdig te signaleren.

Methode
Dit onderzoek betrof een kwalitatieve onderzoeksmethode. Het onderzoek is uitgevoerd door
middel van semigestructureerde interviews onder negen vaste zorgverleners. Vervolgens
heeft een literatuurstudie plaatsgevonden om te onderzoeken wat de literatuur beschrijft over
dit onderwerp.

Resultaten
Uit de resultaten kwam naar voren dat de zorgverleners overbelasting signaleren door
gebruik te maken van de eigen observaties of door een gesprek aan te gaan met de
mantelzorger. Er wordt geen gebruik gemaakt van een meetinstrument, met als oorzaak dat
zij niet op de hoogte waren van dergelijke meetinstrumenten en niet wisten waar deze
instrumenten te vinden zijn. In vergelijking met de literatuur blijken de zorgverleners niet tot
de volledige kennis te beschikken over de risicofactoren en signalen van overbelasting.
Daarentegen erkennen zij wel het belang van het vroegtijdig signaleren.
De zorgverleners zouden graag gebruik maken van meetinstrument Caregiver Strain Index
(CSI) en hebben behoefte aan onderlinge afspraken zodat zij dezelfde werkwijze hanteren
met betrekking tot het vroegtijdig signaleren.

Discussie
Door het toepassen van meerdere methodes heeft er datatriangulatie plaatsgevonden.
Hierdoor is de betrouwbaarheid van het onderzoek vergroot, wat de datatriangulatie een
sterk punt in het onderzoek maakt. Vervolgens hebben alle zorgverleners deelgenomen aan
het onderzoek, wat heeft gezorgd voor volledige respons en daardoor voldoende data. Een
minder sterk punt is het feit dat de topiclijst door tijdnood niet is beoordeeld door een expert
waardoor de inhoudsvaliditeit niet optimaal is vergroot.

4
Conclusie
Er kan worden geconcludeerd dat de huidige werkwijze van team Helmond West met
betrekking tot het vroegtijdig signaleren van overbelasting bij de mantelzorger, niet voldoet
aan de werkwijze volgens de literatuur. Daarnaast beschikt het team niet over volledige
kennis tot de risicofactoren en het herkennen van signalen met betrekking tot overbelasting.
Om een vaste werkwijze te creren dienen de zorgverleners over volledige kennis te
beschikken met betrekking tot overbelasting van de mantelzorger en gebruik te maken van
het meetinstrument CSI en de steungebieden in het Buurtzorg Informatie Systeem (BIS).

5
Abstract
Reason
When a caregiver is overloaded he or she can get in need of care themselves. Due to illness,
the caregiver cannot nurse the patient and problems start stacking up. This research is
carried out for Buurtzorg Nederland and is focused on how team Helmond West can signal
overloading of caregivers and prevent them getting in need of care themselves. The research
answered the following question: How can the nurses of Buurtzorg location Helmond West
create a proper and permanent work structure with regard to early signaling of overload at
the caregiver?

Method
In this research a qualitative research method is used. A literature study is conducted to
describe the desired situation. The primary research is done by semi structured interviews
held with the main caregivers. The interviews are analyzed and worked out in a codebook.

Results
Study shows that the nurses of team Helmond West have enough knowledge about the
subject informal care but lacks knowledge about the subject overloading of the caregivers
and the tools that can be used to signal overloading. Not knowing about the tools will result in
the nurses not using the tools. Literature study states that the caregiver has to be involved
during the intake of the patient, also the team has to use the given tools to make overloading
of a caregiver objective.

Discussion
During the study, the data triangulation method is used in order to increase the validity of the
research. The current situation is compared to the desired situation. This comparison
resulted in similarities but also big differences. One of the main points of improvements of
this research is to set a deadline for responding on the membercheck. This is not done
during the study and not all respondents have send in their response. This may have
influence on the validity.

Conclusion
The nurses have enough knowledge about the subject informal care and the need of early
signaling of overloading. On the other hand, knowledge of overloading of caregivers and the
tools that can be used to foresee overloading. During the intake of the patient the nurses also
need to take time for the caregivers so it is known where help or support is needed to keep
one step ahead. This information needs to be documented on BIS. Using tools gives an

6
objective view of the pressure on the caregiver and helps to forecast which caregivers are
the most vulnerable.

7
Inhoud
Voorwoord ............................................................................................................................. 3
Samenvatting ........................................................................................................................ 4
Abstract ................................................................................................................................. 6
1. Inleiding .........................................................................................................................10
1.1. Doelstelling en probleemstelling .........................................................................13
1.2. Vraagstelling .......................................................................................................14
Leeswijzer ............................................................................................................................15
2. Methode ........................................................................................................................16
2.1. Methode literatuuronderzoek ..............................................................................16
2.1.1. Inclusie- en exclusiecriteria ..........................................................................16
2.1.2. Zoektermen .................................................................................................18
2.1.3. Databanken .................................................................................................18
2.1.4. Zoekproces ..................................................................................................19
2.1.5. Selectie literatuur .........................................................................................19
2.2. Praktijkgericht onderzoek ....................................................................................20
2.2.1. Onderzoeksdesign .......................................................................................20
2.2.2. Setting praktijkgericht onderzoek .................................................................21
2.2.3. Onderzoekspopulatie ...................................................................................22
2.2.4. Informed consent .........................................................................................23
2.2.5. Dataverzameling ..........................................................................................23
2.2.6. Betrouwbaarheid en validiteit .......................................................................25
2.2.7. Data-analyse ...............................................................................................26
3. Resultaten .....................................................................................................................27
3.1. Deelvraag 1 ........................................................................................................27
3.2. Deelvraag 2 ........................................................................................................28
3.3. Deelvraag 3 ........................................................................................................30
3.4. Deelvraag 4 ........................................................................................................30
3.5. Deelvraag 5 ........................................................................................................32
3.6. Deelvraag 6 ........................................................................................................34
4. Discussie .......................................................................................................................36
4.1. Methode .............................................................................................................36
4.1.1. Literatuurstudie ............................................................................................36
4.1.2. Interviews ....................................................................................................37
4.1.3. Setting praktijkgericht onderzoek .................................................................38
4.2. Resultaten in vergelijking met de literatuur..........................................................38

8
5. Conclusie ......................................................................................................................40
6. Aanbevelingen ..............................................................................................................41
7. Referentielijst ................................................................................................................42
8. Bijlage ...........................................................................................................................45
Bijlage 1 Informed consent.............................................................................................46
Bijlage 2 Overzicht gevonden literatuur ..........................................................................48
Bijlage 3 Topiclijst ..........................................................................................................51
Bijlage 4 feedbackformulier ............................................................................................52
Bijlage 5 Reflectieverslag professioneel gedrag .............................................................54
Bijlage 6 Codeboek ........................................................................................................57
Bijlage 7 Samenvatting interviews, membercheck..........................................................77
Interview #1 ...................................................................................................................77
Interview #2 ...................................................................................................................79
Interview #3 ...................................................................................................................81
Interview #4 ...................................................................................................................82
Interview #5 ...................................................................................................................83
Interview #6 ...................................................................................................................84
Interview #7 ...................................................................................................................85
Interview #8 ...................................................................................................................86
Interview #9 ...................................................................................................................87
Bijlage 8 Transcribeerde interviews ...............................................................................88
Interview #1 ...................................................................................................................88
Interview #2 ...................................................................................................................92
Interview #3 ...................................................................................................................96
Interview# 4 ...................................................................................................................99
Interview# 5 .................................................................................................................102
Interview #6 .................................................................................................................105
Interview #7 .................................................................................................................110
Interview #8 .................................................................................................................114
Interview #9 .................................................................................................................117

9
1. Inleiding

In dit hoofdstuk wordt de aanleiding en achtergrond van het onderzoek beschreven.


Daarnaast worden begrippen gedefinieerd. Ook wordt de doelstelling, de probleemanalyse
en de onderzoeksvraag van het onderzoek beschreven.

Door toenemende vergrijzing, de wens zelfstandig te kunnen blijven wonen en de invoering


van de nieuwe Zorgverzekeringswet in 2015, is de rol van wijkverpleegkundigen en de
mantelzorger veranderd. De veranderingen voor de wijkverpleegkundige bevinden zich op
onder andere het gebied van indicatiestelling en zorgtoewijzing. De indicatiestelling en de
zorgtoewijzing worden verricht door de wijkverpleegkundige (V&VN, 2014). Indicatiestelling
is het bepalen wat de individuele clint nodig heeft. Zorgtoewijzing betekent het bepalen wie
de zorg uitvoert (V&VN, 2014). De wijkverpleegkundige houdt zich tijdens het indiceren aan
het normenkader. Dit kader beschrijft aan welke eisen verpleegkundigen moeten voldoen
wanneer zij extramurale verpleging en verzorging indiceren en organiseren (V&VN, 2014).
Een van deze normen is het indiceren en organiseren van zorg gericht op het versterken van
eigen regie en zelfredzaamheid van clinten en het clintensysteem. Om de eigen regie en
de zelfredzaamheid te versterken zijn kennis van de sociale kaart en voorzieningen in de
buurt nodig. Ook is overleg en afstemming met de clint en het clintensysteem noodzakelijk
(V&VN, 2014). Naast de zorgprofessional wordt er dus ook bekeken wat het sociale netwerk,
de mantelzorger, van de clint kan betekenen in de zorg voor de clint (V&VN, 2014).
Mantelzorgers zijn daarmee in toenemende mate onmisbaar geworden om de vraag naar
thuiszorg uit de samenleving op te vangen (Beneken, 2004). De stijging van mantelzorgers
gaat mede gepaard met de toenemende vergrijzing en de wens zelfstandig te kunnen blijven
wonen. Door de eerdergenoemde aanleidingen stijgt de zorgvraag in de thuiszorg en mede
toename van de zorgkosten (Mezzo, 2016). Om de zorgkosten te onderdrukken geeft de Wet
Maatschappelijke Ondersteuning ook wel de WMO genoemd, vanaf 2015 als uitgangspunt
dat mensen bij hulpvragen eerst een beroep moeten doen op het eigen netwerk voor de
nodige ondersteuning (Zorg verandert, z.d.). Hierbij ondersteunen de wijkverpleegkundigen.

Mantelzorg is zorg die vrijwillig, langdurig en onbetaald wordt verleend aan personen uit het
sociale netwerk die vrij ernstig fysieke, verstandelijke of psychische beperkingen hebben (In
voor zorg, z.d.). Dit kan een partner, ouder, kind of een ander familielid zijn, maar ook een
vriend of kennis. Mantelzorgers zijn vaker vrouw dan man. De grootste groep is tussen de 35
en 65 jaar (In voor zorg, z.d.). Er wordt van mantelzorg gesproken als er tenminste acht uur
per week of langer dan drie maanden zorg wordt gegeven (Van Haaren, & Van Halem,
2016).

10
Mantelzorgers dienen onderscheiden te worden van vrijwilligers, mantelzorg is geen
vrijwilligerszorg. Een mantelzorger kiest er niet voor om iemand te verzorgen, dit vloeit voort
uit een emotionele of sociale band die zij hebben met de zorgvrager (Mezzo, 2017).
Vrijwilligers kiezen ervoor om onbetaald te zorgen, er hoeft geen sprake te zijn van een
sociale of emotionele band. Een vrijwilliger kan op eigen initiatief stoppen met zorgen, een
mantelzorger kan dit niet (In voor zorg, z.d.).

De bereidheid om voor elkaar te zorgen blijkt uit de cijfers van Mezzo (2016) groot. Maar
liefst een op de drie volwassenen in Nederland gaf in 2014 mantelzorg, dat zijn ruim 4
miljoen mantelzorgers. Van deze mantelzorgers geeft ruim 3,5 miljoen langdurig en 730.000
intensieve hulp. Daarbij voelen ruim 400.000 mantelzorgers zich overbelast, dat is 1 op de
10 mantelzorgers (Mezzo, 2016). Wanneer een mantelzorger overbelast is, kan hij of zij zelf
ziek worden en de zorgtaken voor de zorgvrager niet meer uitvoeren (Hendriks, Van Hest, &
Van Nieuwkuijk, 2011). Uit een onderzoek van Korte Verhoef en Teunisen (2009), waar
meer dan 500 thuiszorgmedewerkers aan hebben deelgenomen, gaf 76% van de
ondervraagde medewerkers aan dat overbelasting van de mantelzorger de belangrijkste
reden is voor opname van de clint in het ziekenhuis (Verdonschot, 2014). Toenemende
belasting van de mantelzorger gaat dan ook niet zonder problemen. Zij kunnen problematiek
ervaren op diverse gebieden, waaronder; fysieke, psychische, financile en relationele
problematiek (Kolmer, 2004). Diverse groepen mantelzorgers hebben een verhoogd risico op
overbelasting. Dit zijn onder andere mantelzorgers die een huisgenoot of terminale patint
verzorgen, lange tijd intensieve hulpverlenen, of jonge mantelzorgers en oudere
mantelzorgers die zelf gezondheidsproblemen hebben (Hendriks, et al., 2011). Een
mantelzorger raakt niet zomaar overbelast. Vaak neemt de zorg geleidelijk toe en wordt het
lastiger om bepaalde zaken te combineren, zoals de mantelzorg in combinatie met het eigen
gezin, het werk of het sociale leven. Het wordt zwaar wanneer de zorgverlening niet meer te
plannen is en men als mantelzorger continu aanwezig moet zijn. Er is sprake van
overbelasting wanneer de mantelzorger ervaart dat de zorg te veel op zijn of haar schouders
komt te rusten, dat de eigen zelfstandigheid in de knel raakt en de zorgverlening ten koste
gaat van de eigen gezondheid en conflicten oplevert op het werk of de thuissituatie (In voor
zorg, z.d.). Vaak volgen hierdoor spanningsklachten en andere gezondheidsklachten zoals
hoofdpijn, vermoeidheid, rusteloosheid en slaapproblemen. Ook kan overbelasting leiden tot
overspannenheid en depressiviteit met als gevolg dat de mantelzorger zelf ziek wordt
(Hendriks, et al., 2011).

11
Desondanks zegt het begrip overbelasting weinig over wat er daadwerkelijk met de
overbelaste mantelzorger aan de hand is. Dat maakt het extra moeilijk om een gericht beleid
te ontwikkelen om overbelasting te voorkomen (De Boer, Iedema, & Timmermans, 2005).

Om te voorkomen dat de mantelzorger de zorgtaken voor de zorgvrager niet meer kan


blijven uitvoeren en zelf hulpbehoevend wordt, wil Buurtzorg Nederland graag aandacht
besteden aan de mantelzorger (De Blok, & Pool, 2010). Buurtzorg Nederland is een
thuiszorgorganisatie die werkt met zelfsturende teams (Buurtzorg, 2017). Een belangrijke
opdracht voor de wijkverpleegkundigen en de wijkziekenverzorgenden binnen Buurtzorg
Nederland is beschikbaar en bereikbaar zijn voor mantelzorgers (Pool, & Mast, 2011).
Daarnaast hebben de verpleegkundigen de taak om de mantelzorger in een vroeg stadium
op te sporen, het risico op (over)belasting te signaleren en de mantelzorger te ondersteunen.
Zo verbetert de zorg aan het zieke familielid of naaste (V&VN, 2011).

Verpleegkundigen bij Buurtzorg Nederland werken met het Buurtzorg Informatie Systeem
(BIS) waarin dossiers van clinten worden aangemaakt. Alle informatie rondom een clint is
hierin terug te vinden. Deze dossiers bevatten onder meer een assessment met als te
beoordelen steungebied het onderwerp mantelzorg. Dit bevat interventies die gekozen
kunnen worden om de zorg te plannen en uit te voeren als dit gebied aangemerkt wordt als
actueel probleem (Buurtzorg, 2017).
Het beleid bij Buurtzorg Nederland is dat bij een intake de situatie van de clint in kaart wordt
gebracht met de mogelijkheden van de mantelzorgers. Deze informatie kan in het BIS
worden verwerkt. Het systeem is gebaseerd op het Omaha systeem, een
classificatiesysteem voor het zorgplan, met vier domeinen waarbinnen aandachtsgebieden
worden onderscheiden: het omgevingsdomein, het psychologisch domein, het fysiologisch
domein en het gezondheidsdomein (Buurtzorg, 2017). Bij de intake kunnen signalen en
symptomen tot de (on)mogelijkheden van de mantelzorger in kaart worden gebracht. Ter
ondersteuning hiervan kan er gebruik worden gemaakt van meetinstrumenten om
overbelasting in kaart te brengen. Buurtzorg heeft als meetinstrumenten de Self Rated
Burden en de Caregiver Strain Index (CSI) in het BIS opgenomen (Buurtzorg, 2017). De Self
Rated Burden is een meetinstrument wat de ervaren belasting van de mantelzorger uitdrukt
in een getal tussen de 0 en de 100. De belasting kan ook worden uitgedrukt in een getal
tussen de 0 en de 10. Het getal 0 geeft aan dat de mantelzorger op dit moment geen
belasting ervaart tijdens de zorg, het getal 100 geeft aan dat de mantelzorger erg veel
belasting ervaart tijdens de zorg (Van Exel, N.J.A., Scholte op Reimer, W.J.M., Brouwer,
W.B.F., Van den Berg, B., Koopmanschap M.A., & Van den Bos, G.A.M., 2004).

12
De Caregiver Strain Index (CSI) is een meetinstrument waarmee overbelasting door
mantelzorg gemeten kan worden. Het is een wetenschappelijk gevalideerd instrument en is
ontwikkeld in de Verenigde Staten van Amerika in 1983 door B. Robinson. De CSI is een van
de meest gebruikte (internationale) meetinstrumenten om overbelasting bij mantelzorgers te
meten (Lamain, Hooimeijer, Visser, & Bennekom, 2011). De CSI is een vragenlijst die dertien
vragen omvat en met ja of nee kunnen worden beantwoord. Een score van zeven of hoger
betekent overbelasting (Expertisecentrum Mantelzorg, z.d.). Het invullen van de vragenlijst
neemt ongeveer 5 minuten in beslag. Met behulp van de CSI wordt overbelasting snel
duidelijk, zowel de zorgverlener als de mantelzorger worden op deze manier bewust van de
situatie (Lamain, et al., 2011).

1.1. Doelstelling en probleemstelling


Buurtzorg Nederland wil graag aandacht besteden aan de mantelzorger om overbelasting te
voorkomen zodat de mantelzorger zelf niet hulpbehoevend wordt en de zorgvrager zo lang
mogelijk thuis kan blijven wonen. Een belangrijke opdracht voor de wijkverpleegkundigen en
de wijkziekenverzorgenden binnen Buurtzorg Nederland is dan ook beschikbaar en
bereikbaar te zijn voor mantelzorgers (Pool, et al., 2011). Om vervelende gevolgen van
overbelasting te voorkomen is het van belang dit in een zo vroeg mogelijk stadium te
onderkennen.

Om in een zo vroeg mogelijk stadium overbelasting te herkennen biedt Buurtzorg Nederland,


zoals eerder beschreven, de zelfsturende teams diverse tools aan. Wat er niet wordt
aangeboden is een vaste werkstructuur in het gebruik van de meetinstrumenten en het
vroegtijdig signaleren van overbelasting. Ieder team heeft de vrijheid dit met de eigen
teamleden te bepalen en hierover afspraken te maken. Per zelfsturend team wordt
overbelasting op een andere manier gesignaleerd, wat niet per se vroegtijdig is (Buurtzorg,
2017). Het team Buurtzorg Helmond West bestaat uit negen gediplomeerde zorgverleners
waarvan vier wijkverpleegkundigen, vier verpleegkundigen in de wijk en een
wijkziekenverzorgende. Binnen het team ontbreken afspraken en een vaste werkstructuur
omtrent het vroegtijdig signaleren. Of de zorgverleners bij Buurtzorg team Helmond West op
dit moment gebruik maken van de aangeboden meetinstrumenten en op welke wijze zij
vroegtijdig signaleren van overbelasting is nog niet bekend. De vraag naar een vaste
werkstructuur binnen het team is wenselijk om onduidelijkheden binnen het team te
voorkomen en overbelasting van de mantelzorger vroegtijdig te signaleren.

13
Het doel van dit onderzoek is meer inzicht te verkrijgen in de huidige werkwijze waarop het
team Helmond West vroegtijdig overbelasting van de mantelzorger signaleert. Daarnaast
wordt er met behulp van dit onderzoek de wenselijke aspecten en de kennis betreft de
mantelzorger en overbelasting binnen het team onderzocht. Er wordt geen onderscheid
gemaakt tussen verschillende mantelzorgers, dit onderzoek richt zich op alle mantelzorgers
binnen de setting.

Aan de hand van de resultaten zullen aanbevelingen gedaan worden om zo de kwaliteit van
vroegtijdig signaleren te verbeteren en mogelijk een vaste werkstructuur te creren.

1.2. Vraagstelling
De vraagstelling van het onderzoek luidt als volgt:
Hoe kunnen de verpleegkundigen binnen Buurtzorg team Helmond West een vaste
werkstructuur creren met betrekking tot het vroegtijdig signaleren van overbelasting bij de
mantelzorger?

Om het onderzoek te structureren zijn de volgende deelvragen opgesteld:


1. Hoe wordt er op dit moment door het team overbelasting van de mantelzorger
gesignaleerd?
2. Bezitten de verpleegkundigen binnen het team de juiste kennis van overbelasting en
mantelzorgers?
3. Erkennen de verpleegkundigen binnen het team het belang bij het vroegtijdig
signaleren van overbelasting?
4. Maakt het team gebruik van de aangeboden tools, weten zij deze te vinden en hoe
deze te gebruiken?
5. Wat zegt de literatuur over het vroegtijdig signaleren van overbelasting bij de
mantelzorger?
6. Wat zijn wenselijke aspecten binnen het team in relatie tot het vroegtijdig signaleren
van overbelasting?

14
Leeswijzer
Volgend op de inleiding, volgt een beschrijving van de methode in hoofdstuk twee. In de
methode is de zoektocht naar literatuur beschreven. Vervolgens komt het praktijkgericht
onderzoek aanbod. Hier wordt de setting- en onderzoekspopulatie toegelicht, welke
onderzoekstrategie is toegepast en hoe de dataverzameling en data-analyse is uitgevoerd.
In hoofdstuk drie worden de onderzoeksresultaten weergegeven. Vervolgens worden in
hoofdstuk vier de sterke en zwakke punten van het onderzoek toegelicht in de discussie. In
hoofdstuk vijf wordt de conclusie van het hoofdstuk beschreven, gevolgd door de
aanbevelingen in hoofdstuk zes. Tot slot wordt de referentielijst weergegeven in hoofdstuk
zeven en de bijlagen in hoofdstuk acht.

15
2. Methode

In dit hoofdstuk wordt de methode en zoekstrategie van het literatuuronderzoek beschreven.


Daarbij worden de in- en exclusiecriteria, de zoektermen en de zoekopdrachten benoemd.
Vervolgens wordt de methode van het praktijkonderzoek beschreven.

2.1. Methode literatuuronderzoek


Voorafgaand aan het praktijkgericht onderzoek heeft er een literatuuronderzoek
plaatsgevonden. Een literatuurstudie biedt een basis van kennis en theorien die door
verscheidene deskundigen geaccepteerd worden (De Jong, et al., 2012). Deze paragraaf
beschrijft deze zoektocht naar relevante literatuur. Dit literatuuronderzoek geeft antwoord op
deelvraag vijf: Wat zegt de literatuur over het vroegtijdig signaleren van overbelasting bij de
mantelzorger?. De zoektermen en de criteria zijn gebaseerd op de vooraf opgestelde hoofd-
en deelvragen. Er is gezocht naar literatuur in verschillende databanken via de website van
Avans, waaruit een selectie van relevante artikelen heeft plaats gevonden.

2.1.1. In- en exclusiecriteria


Om op een efficinte manier de juiste literatuur te vinden en de zoekresultaten te
specificeren zijn er diverse in- en exclusiecriteria opgesteld waaraan de literatuur moet
voldoen. Voor het beoordelen van de artikelen is het belangrijk dat deze zijn geschreven in
een taal die goed beheerst wordt. Om deze reden is er als criteria gekozen voor Nederlands-
en Engelstalige artikelen. Daarnaast is er rekening gehouden dat artikelen actuele
ontwikkelingen betreffen en is er gekozen voor literatuur die tussen 2004 en 2017 dateren.

16
Tabel 1. In- en exclusiecriteria.

Inclusiecriteria Exclusiecriteria
Nederlandse artikelen Artikelen tegen betaling
Engelstalige artikelen Literatuur ouder dan 2004
Free Full-tekst artikelen Literatuur in een andere taal dan
Nederlands en Engels.
Abstract beschikbaar
Literatuur uitgegeven tussen 2004 en
2017
Literatuur wat betrekking heeft op
(over)belasting van de mantelzorger, het
vroegtijdig signaleren, cijfers en
statistieken betreft mantelzorg en
meetinstrumenten m.b.t. (over)belasting.

Onderzoeksrapporten, protocollen en
richtlijnen die betrekking hebben op het
vroegtijdig signaleren van overbelasting
bij de mantelzorger.

17
2.1.2. Zoektermen
Er zijn zoektermen opgesteld om gericht en specifiek naar data te kunnen zoeken in de
verschillende databanken. Er is gekozen voor zowel Nederlands- als Engelstalige
zoektermen In de onderstaande tabel worden de gehanteerde zoektermen weergegeven.

Tabel 2. Zoektermen.
Nederlandstalige zoektermen Engelstalige zoektermen
Mantelzorg Caregiving
Mantelzorger Caregiver
Signaleren Signaling
Vroegtijdig Early
Overbelast Overloaded
Overbelasting Overload
Preventieve Prevention
Meetinstrumenten Measuring
Thuiszorg Home care
Ondersteuning Support
Self Rated Burden
Caregiver Strain Index (CSI)

2.1.3. Databanken
Er is via de website van Avans naar literatuur gezocht in de databanken, SpringerLink, Invert
en Cinahl. Voor SpringerLink is gekozen omdat deze databank full-tekst artikelen bevat uit
tijdschriften, boeken en naslagwerken op verschillende wetenschapsgebieden. Invert, Index
van de Nederlandstalige Verpleegkundige Tijdschriftenliteratuur, is een databank met
beschrijvingen van artikelen uit Nederlandstalige tijdschriftenartikelen op het gebied van
verpleegkunde. Behalve een beschrijving van artikelen uit Nederlandstalige verpleegkundige
tijdschriften bevat Invert ook de mededelingenbladen van beroepsverenigingen (Cox, De
Louw, Verhoef, & Kuiper, 2012). Cinahl, Cumulative Index to Nursing and Allied Health
Literature, is een index die internationale literatuur bevat op verpleegkundig en paramedisch
gebied. Cinahl wordt beschouwd als de meest geschikte database voor verpleegkundige en
paramedische beroepen (Cox, et al., (2012).

Naast de literatuur uit de beschreven databanken is er bij het zoeken naar informatie ook
gebruik gemaakt van diverse zoekmachines. Er is gebruik gemaakt van zoekmachines
Google en Google Scholar. Daarnaast is er naar informatie gezocht in het BIS, het Buurtzorg

18
Informatie Systeem en de leeromgeving van Buurtzorg Nederland. Tot slot heeft de
opdrachtgever literatuur aangeboden met betrekking tot Buurtzorg Nederland in de vorm van
een boek en de begeleiding docent in de vorm van een internetdocument.

2.1.4. Zoekproces
Om optimale zoekresultaten te krijgen is er tijdens de zoektocht gebruik gemaakt van de
booleaanse operator AND. Er is gezocht door de zoektermen te combineren met de
booleaanse operator AND. Met deze zoekstrategie zijn zoektermen met betrekking tot de
mantelzorger, (over)belasting van de mantelzorger en het vroegtijdig signaleren van
(over)belasting gekoppeld met de booleaanse operator AND. Door meerdere zoektermen
met AND te combineren zoekt de databank naar artikelen en/-of documenten die beide
zoektermen bevatten. De zoektocht is op deze manier toegepast omdat het zoekresultaat op
deze manier wordt vergroot (Cox, et al., 2012). Per zoektocht is er ook gebruik gemaakt van
de filter 2004 2017, waardoor de meest recente artikelen gevonden worden.
Ook is er gebruik gemaakt van de filters Nederlands- en Engelstalige full-teksten, zodat de
gevonden artikelen in zijn geheel gratis en begrijpelijk gelezen konden worden. Tot slot is er
sensitief gezocht naar literatuur. Sensitief zoeken is breed gericht en levert zo veel mogelijk
publicaties over een bepaald onderwerp op (Cox, et al., 2012). Er is hiervoor gekozen omdat
er bij deze zoekmethode in een korte tijd zo veel mogelijk artikelen worden getraceerd (Cox,
et al., 2012). Tabel 3 geef weer hoe de zoektocht in SpringerLink heeft plaatsgevonden,
tabel 4 weergeeft de zoektocht in Invert en tabel 7 de zoektocht in Cinahl. De zoektocht in de
zoekmachine Google wordt weergegeven in tabel 5 en tabel 6 geeft de zoekmachine Google
Scholar weer. Als laatste geeft tabel 8 de aangedragen literatuur door de opdrachtgever
weer en tabel 9 de aangedragen literatuur door de begeleidend docent. De tabellen zijn terug
te vinden in bijlage 2 overzicht gevonden literatuur.

2.1.5. Selectie literatuur


Er is gezocht naar literatuur die betrekking heeft op (over)belasting van de mantelzorger,
cijfers en statistieken rondom mantelzorg, het (vroegtijdig) signaleren van (over)belasting bij
de mantelzorger en het vroegtijdig signaleren van overbelasting met behulp van
meetinstrumenten. Tijdens de zoektocht zijn relevante artikelen voor het beantwoorden van
deelvraag vijf geselecteerd en is er gebruik gemaakt van zoektabellen. Deze tabellen geven
de gebruikte databanken weer, met de daarin gebruikte zoektermen en de gevonden
bronnen. Om te beoordelen of de artikelen relevant waren is als eerste gekeken naar de in-
en exclusiecriteria en vervolgens naar de titel. Daarna is er een selectie gemaakt op basis
van de samenvatting, waarna de overgebleven relevante artikelen het volledige artikel is
gelezen.

19
2.2. Praktijkgericht onderzoek
In deze paragraaf wordt aan de hand van diverse sub paragrafen het praktijkgericht
onderzoek beschreven, welk type onderzoek dat is gebruikt en op welke manier het
onderzoek is uitgevoerd. Het praktijkgericht onderzoek geeft antwoord op deelvragen een,
twee, drie, vier en zes:
Hoe wordt er op dit moment door het team overbelasting
van de mantelzorger gesignaleerd?

Bezitten de verpleegkundigen binnen het team de juiste


kennis van overbelasting en mantelzorgers?

Erkennen de verpleegkundigen binnen het team het


belang bij het vroegtijdig signaleren van overbelasting?

Maakt het team gebruik van de aangeboden tools,


weten zij deze te vinden en hoe deze te gebruiken?

Wat zijn wenselijke aspecten binnen het team in relatie


tot het vroegtijdig signaleren van overbelasting?

De verschillende paragrafen beschrijven het onderzoeksdesign, de setting, de


onderzoekspopulatie, het informed consent, de betrouwbaarheid en validiteit, gevolgd door
een beschrijving van de dataverzameling en data-analyse.

2.2.1. Onderzoeksdesign
Aan de hand van de opgestelde onderzoeksvraag is er gekozen voor een kwalitatief
onderzoek. Bij kwalitatief onderzoek wordt de aandacht gericht op ervaringen en belevingen
van de deelnemers aan het onderzoek (De Jong, et al., 2012). Daarnaast richt kwalitatief
onderzoek zich op de aard of eigenschap van het probleem en niet op de mate waarin het
probleem voorkomt (De Jong, et al., 2012). Er is gekozen voor kwalitatief onderzoek om
inzicht te verkrijgen in de kennis die de zorgverleners bezitten omtrent de (over)belaste
mantelzorger, de werkwijze betreft het signaleren van overbelasting en de wensen voor een
vaste werkstructuur. Door middel van het onderzoek is er inzicht verkregen in de kennis,
vaardigheden, werkwijzen, wensen en attitudes van de zorgverleners binnen team Helmond
West. Dit inzicht is verkregen door middel van het uitvoeren van semigestructureerde
interviews.

20
Daarnaast betreft het onderzoek een dwarsdoorsnedeonderzoek. Een
dwarsdoorsnedeonderzoek richt zich op een bepaald moment in de tijd. Er is sprake van
maar n meetmoment gedurende het onderzoek (De Jong et al., 2012). Onder de
deelnemers aan het onderzoek, heeft dan ook maar n meetmoment plaats gevonden, door
middel van semigestructureerde interviews.

2.2.2. Setting praktijkgericht onderzoek


Het praktijkgerichte onderzoek heeft plaatsgevonden binnen de thuiszorgorganisatie
Buurtzorg Nederland en betrof het team Helmond West. Het onderzoek liep gedurende de
periode februari tot en met juni 2017. Dit onderzoek is uitgevoerd in opdracht van de
wijkverpleegkundige binnen het team. Team Helmond West is het enige team wat deelneemt
aan het onderzoek. Andere teams van Buurtzorg Nederland zijn uitgesloten, omdat het
onderzoek zich specifiek richt op de situatie van team Helmond West en er geen tijd
beschikbaar was om op een grotere schaal onderzoek te doen.

Het team is werkzaam in regio Helmond West en verleent op dit moment zorg bij veertig
clinten. De zorg die aan de clinten wordt verleend bestaat zowel uit hoog-, midden- als
laagcomplexe zorg en varieert van kort- tot langdurige zorg. Er is gedurende het onderzoek
geen onderzoek verricht naar de mantelzorgpopulatie. Het team wenst een vaste
werkstructuur betreft het vroegtijdig signaleren, ongeacht het type mantelzorger.

21
2.2.3. Onderzoekspopulatie
Onder de onderzoekspopulatie worden alle personen verstaan waarop het onderzoek zich
richt. De onderzoekspopulatie vormt het domein waarbinnen het onderzoek zich afspeelt (De
Jong, et al., 2012). Tijdens het onderzoek heeft de mogelijkheid zich voorgedaan de gehele
groep vaste zorgverleners binnen team Helmond West te onderzoeken. Zij voldeden allen
aan de vooraf opgestelde inclusiecriteria. Door deze mogelijkheid is er geen gebruik
gemaakt van een steekproef. Een steekproef houdt in dat er een selectie wordt gemaakt
van deelnemers voor het onderzoek (De Jong, et al., 2012).

De onderzoekspopulatie tijdens het onderzoek bestond uit de vaste zorgverleners werkzaam


binnen het team Buurtzorg Helmond West. De oproepkrachten zijn niet meegenomen in het
onderzoek. De oproepkrachten bestaan uit vier verpleegkundigen die in het verleden in het
team hebben gewerkt. Zij vallen enkel in wanneer er niet voldoende vaste zorgverleners zijn
om een volledige planning te realiseren. Doordat er een samenwerking plaatsvindt met de
oproepkrachten, werkt het team niet met Zelfstandige Zonder Personeel, oftewel ZZPers.
Verdere in- en exclusiecriteria staan weergegeven in tabel 10.

Het vaste team bestaat uit negen gediplomeerde zorgverleners waarvan vier vrouwelijke
wijkverpleegkundigen, vier vrouwelijke verpleegkundigen in de wijk en een mannelijke
wijkziekenverzorgende. De leeftijd van het team varieert tussen de vierentwintig en de
achtenvijftig jaar. Daarbij varieert de werkervaring van de zorgverleners ongeveer tussen de
een en veertig jaar. Enkele zorgverleners hebben de werkervaring buiten Buurtzorg
Nederland opgedaan, gezien het team Helmond West pas zeven jaar bestaat.

Voor aanvang van het onderzoek werden de zorgverleners genformeerd over het doel van
het onderzoek door middel van mondelinge toelichting tijdens een van de
teamvergaderingen. Vervolgens is deze informatie nogmaals gedeeld op het Buurtweb. Het
Buurtweb is een platform waar de zorgverleners met elkaar kunnen communiceren
(Buurtzorg, 2017).

Tabel 10. In- en exclusiecriteria onderzoekspopulatie


Inclusiecriteria Exclusiecriteria
Vaste zorgverleners binnen team Helmond Oproepkrachten
West.
Gediplomeerd. Niet gediplomeerd.
Tekenen informed consent. Niet tekenen informed consent.

22
2.2.4. Informed consent
Voor dit onderzoek werd opgestart is het onderzoeksplan voorgelegd aan, en beoordeeld
door, de beoordelende docenten van de opleiding en de opdrachtgever. Daarnaast is het
onderzoeksplan gepresenteerd tijdens de teamvergadering aan de vaste zorgverleners
binnen het team.

De desbetreffende zorgverleners zijn voor het onderzoek goed genformeerd over de aard,
de doelstelling en de doeleinden van het onderzoek. Voor deelname aan het onderzoek
dienden zij schriftelijke toestemming te verlenen door middel van het informed consent. Deze
is terug te vinden in bijlage 1.

Het informed consent is een belangrijke voorwaarde voor de toelaatbaarheid van


wetenschappelijk onderzoek waarbij proefpersonen, met name patinten betrokken zijn. De
persoon in kwestie moet in volledige vrijheid en op basis van voldoende informatie kunnen
kiezen voor deelname aan het onderzoek (De Jong, et al., 2012). Voor dit onderzoek was
geen informed consent noodzakelijk omdat er geen patinten en/of mantelzorgers zijn
benaderd. Het informed consent is toegepast omdat dit door de opdrachtgever als wenselijk
werd beschouwd. Daarnaast werden de zorgvragers door middel van het informed consent
nogmaals genformeerd over het onderzoek en kon het als bewijs worden gezien voor
deelname aan het onderzoek.

2.2.5. Dataverzameling
De gegevens van dit onderzoek zijn verzameld door middel van een literatuuronderzoek en
semigestructureerde interviews. Door dat er meerdere bronnen zijn gebruikt en zijn
vergeleken voor de gegevensverzameling, spreekt men van datatriangulatie (De Jong, et al.,
2012). De dataverzameling van het onderzoek wordt per sub paragraaf verder toegelicht.

2.2.5.1. Literatuuronderzoek
Om deelvraag vijf te kunnen beantwoorden is er een literatuuronderzoek uitgevoerd. Hoe het
literatuuronderzoek is uitgevoerd is al eerder beschreven in paragraaf 2.1. Methode
literatuuronderzoek.

23
2.2.5.2. Interviews
Voor dit onderzoek is er is door middel van semigestructureerde interviews informatie
verkregen. De tijdslimiet voor de interviews betrof ongeveer vijfenveertig minuten en had als
doel antwoord te verkrijgen op deelvragen een, twee, drie, vier en zes.

Een interview is een gespreksvorm waarin n persoon, in dit geval de onderzoeker, zich
beperkt tot het stellen van vragen en de ondervraagde die vragen beantwoordt (De Jong, et
al., 2012). Bij een semigestructureerd interview ligt de structuur van het gesprek niet vast en
heeft de interviewer meer dan alleen een beginvraag (De Jong, et al., 2012). Tijdens het
interview bepaalt de onderzoeker de themas, de ondervraagden zijn hierin vrij in de manier
van antwoorden en is er ruimte voor eigen themas van de ondervraagden (De Jong, et al.,
2012). Er is gekozen voor een semigestructureerd interview omdat het gesprek plaats vindt
enkel tussen de onderzoeker en de ondervraagde. De ondervraagde kan zijn of haar mening
uiten en knelpunten aangeven bij een onafhankelijk persoon, in dit geval de onderzoeker.
Deze manier zorgde ervoor dat de ondervraagde vrijuit kon praten, wat resulteerde in meer
kwalitatieve data. Daarnaast wordt er door deze manier van interviewen structuur
aangebracht in het gesprek, wat meer duidelijkheid gaf (De Jong et al., 2012).

Voorafgaand aan het houden van de interviews zijn er vragen opgesteld door middel van een
topiclijst. De topiclijst is gebaseerd op het literatuuronderzoek en op de, hoofd- en
deelvragen. De topiclijst is voorafgaand aan de interviews beoordeeld door de peergroep en
aangepast op de door hen gegeven feedback. De topiclijst is voorafgaand niet beoordeeld
door de opdrachtgever, omdat deze deelnam aan de interviews. Op deze manier is er
voorkomen dat de opdrachtgever wenselijke antwoorden gaf.

Aan de hand van de opgestelde topics werden er open vragen geformuleerd. De opgestelde
vragen hebben inzicht gegeven in hoeverre de informanten inzicht hebben in de kennis die
de zorgverleners bezitten omtrent de (over)belaste mantelzorger, de huidige werkwijze
betreft het signaleren van overbelasting en de wensen voor een vaste werkstructuur. De
opgestelde topics met bijhorende vragen zijn terug te vinden in bijlage 3.

Alle negen zorgverleners hebben toestemming verleend voor deelname aan het onderzoek
door middel van het informed consent. Middels het informed consent is het doel van het
interview voorafgaand nogmaals duidelijk aan de ondervraagde gecommuniceerd en zijn de
vragen duidelijk gesteld. Op deze manier is er voorkomen dat de informant een verkeerde
voorstelling had van het doel (De Jong, et al., 2012). De interviews hebben plaats gevonden
op het kantoor van Buurtzorg Helmond West, waardoor er rekening is gehouden met de

24
ecologische validiteit. Dit houdt in dat de interviews plaats hebben gevonden in een
vertrouwde omgeving (Dingemans, 2015). De interviews werden opgenomen met behulp van
een geluidsrecorder, ook hiervoor is toestemming gevraagd aan de ondervraagde met
behulp van het informed consent.

Na het onderzoek is er membercheck uitgevoerd, hierbij is een korte samenvatting gemaakt


van de interviews en ter controle teruggestuurd naar de ondervraagden. Op deze manier
konden de ondervraagden vaststellen of de onderzoeker de verkregen informatie goed heeft
begrepen (De Jong, et al., 2012).

2.2.6. Betrouwbaarheid en validiteit


Om de kwaliteit van het onderzoek te kunnen waarborgen moest het meetinstrument voldoen
aan de eisen van betrouwbaarheid en validiteit. Onder de term betrouwbaarheid wordt ook
wel herhaalbaarheid verstaan. Onder de term validiteit verstaat men, of men meet wat men
wil meten (De Jong, et al., 2012).

Om de inhoudsvaliditeit van het semigestructureerde interview te vergroten is de topiclijst


opgesteld met behulp van het literatuuronderzoek. Daarnaast is de topiclijst beoordeeld door
de peergroep en voorzien van feedback. Door tijdnood is de topiclijst niet beoordeeld door
een expert en dus niet beoordeeld naar hen expertise valide, hierdoor is de inhoudsvaliditeit
niet optimaal vergroot. Vervolgens werd de betrouwbaarheid en de validiteit van het
onderzoek vergroot door het gebruik van meerdere bronnen, oftewel datatriangulatie (De
Jong, et al., 2012).

Om de geloofwaardigheid en verifieerbaarheid te vergroten tijdens dit onderzoek is er na het


afnemen van de interviews membercheck uitgevoerd. Zoals eerder beschreven is hierbij een
korte samenvatting gemaakt van de interviews en ter controle teruggestuurd naar de
ondervraagden. Hierdoor kregen de ondervraagden de kans om te reageren op de analyse
van de gegevens (Cox, et al., 2012). De membercheck werd bereikt door een samenvatting
van het interviews via de mail naar de ondervraagden te sturen. Voor een samenvatting is
gekozen omdat op deze manier de ondervraagden niet werden belast met lange transcripten
en er op deze manier meer reacties werden verwacht.

25
In een kwalitatief onderzoek geeft verifieerbaarheid de mate aan waarin resultaten en/of
uitspraken bevestigd worden door anderen (Cox, et al., 2012). In dit onderzoek is de
verifieerbaarheid toegepast doormiddel van het opnemen van de interviews met behulp van
een geluidsrecorder en zoals eerder benoemd membercheck. Dit heeft de kans op
vertekening verkleind. Naar de verifieerbaarheid werd ook de inhoudscontrole bevestigd door
de membercheck.

Als laatste is er rekening gehouden met de plausibiliteit, dit houdt in hoe consistent de
gegevens en bevindingen zijn (Cox, et al., 2012). Cox (2012) geeft aan dat met behulp van
geluidsrecorders, letterlijk uittypen van interviews, triangulatie en membercheck de
plausibiliteit wordt verhoogd.

2.2.7. Data-analyse
Na het verzamelen van de gegevens, zijn deze geanalyseerd om uiteindelijk tot een
antwoord te kunnen komen op de deelvragen. Data analyseren is een cyclisch proces
waarbij de data continu geanalyseerd wordt, er wordt constant gereflecteerd, waargenomen
en opnieuw teruggegaan naar eerder geanalyseerd materiaal (De Jong, et al., 2012).
Deze paragraaf beschrijft de manier van data-analyse die tijdens dit onderzoek is toegepast.

2.2.7.1. Literatuuronderzoek
Zoals eerder benoemd, is er een literatuuronderzoek uitgevoerd om antwoord te verkrijgen
op deelvraag vijf. De literatuur die is verzameld is in eigen woorden tot een antwoord
geformuleerd.

2.2.7.2. Interviews
Na het afnemen van de semigestructureerde interviews zijn de interviews getranscribeerd en
gecodeerd. Het transcriberen van de interviews is verbatim (letterlijk) toegepast. Letterlijke
transcriptie is een vorm waarbij al wat gezegd wordt op een opname, inclusief herhalingen,
stotteren en tussenwerpsels, wordt uitgeschreven in een document (Swaen, 2013).

Na het transcriberen is het transcript doorgelezen, waardoor een globaal overzicht van de
verzamelde data werd verkregen. Vervolgens is er gestart met de gedetailleerde analyse.
Hierbij werd de uitgetypte tekst gecodeerd. Dit werd gedaan door als eerst open te coderen,
hierbij zijn aan belangrijke en relevante uitspraken codes toegewezen. Vervolgens is er
axiaal gecodeerd, hierbij zijn fragmenten met dezelfde code vergeleken en samengevoegd
tot n categorie (Swaen, 2013). Door middel van het coderen is er een overzicht in de vorm
van een codeboek ontstaan, deze is terug de vinden in bijlage 5. De verkregen informatie is
gebruikt voor het beantwoorden van deelvragen een, twee, drie, vier en zes.

26
3. Resultaten

Dit hoofdstuk beschrijft de uitkomsten van de interviews die uitgevoerd zijn. De gegevens zijn
afkomstig van de negen zorgverleners die hebben deelgenomen aan het onderzoek. De
resultaten worden weergegeven aan de hand van de deelvragen en themas die tijdens de
analyse naar voren zijn gekomen.

Meetinstrument
Zoals eerder beschreven biedt Buurtzorg Nederland meetinstrumenten aan ter
ondersteuning om overbelasting van de mantelzorger in kaart te brengen. Tijdens het
interview is enkel de Caregiver Strain Index (CSI) aanbod gekomen. In de resultaten kan het
meetinstrument gelezen worden als de Caregiver Strain Index.

3.1. Deelvraag 1
Hoe wordt er op dit moment door het team overbelasting van de mantelzorger
gesignaleerd?.

Aan de zorgverleners is gevraagd op welke manier zij (over)belasting van de mantelzorger


signaleren.

Aangaan van een gesprek


Uit de interviews kwam naar voren dat de vijf zorgverleners een gesprek aan gaan met de
mantelzorger om (over)belasting van de mantelzorger in kaart te brengen.
Hierbij vragen de zorgverleners hoe het met de mantelzorger gaat en signaleren zij op de
reactie die de mantelzorger teruggeeft. Daarbij vinden de zorgverleners zelf dat er te weinig
gesprekken worden aangeknoopt met de mantelzorger in verband met tijdnood.

Respondent #2: Maar vaak is er ook nog een partner die je dan eigenlijk, soms wel een
beetje vergeet omdat je zoveel bezig bent met de clint en dat is wel jammer.

27
Eigen observaties
Daarnaast kwam er naar voren dat de twee zorgverleners de eigen observaties gebruiken
om de fysieke en psychische klachten van de mantelzorger te signaleren. Daarnaast weten
niet alle zorgverleners op welke wijze te signaleren, gezien de dergelijke situatie voor
sommige nieuw is. Vervolgens kwam er ook naar voren dat er niet tijdig wordt gesignaleerd,
wanneer er wel degelijk sprake is van overbelasting.

Respondent #4: Nou ik denk zelf dat ik signaleer als het eigenlijk al, nou ja te laat is, als het
eigenlijk de mantelzorger al een beetje te veel is.

Meetinstrument
Tot slot kwam er naar voren dat acht zorgverleners geen gebruik maken van een
meetinstrument om (over)belasting van de mantelzorger te signaleren. Met als oorzaak dat
zij niet op de hoogte waren van dergelijke instrumenten en niet wisten waar deze
instrumenten te vinden zijn.

3.2. Deelvraag 2
Bezitten de verpleegkundigen binnen het team de juiste kennis van
overbelasting en mantelzorgers?

Aan de zorgverleners is gevraagd wat zij verstaan onder de begrippen mantelzorg en


overbelasting.

Mantelzorg
Leveren van zorg.
Uit de interviews kwam naar voren dat alle negen zorgverleners de mantelzorger zien, als
een persoon die zorg levert. Daarvan gaf de meerderheid aan dat deze zorg voornamelijk
bestaat uit lichamelijk gerelateerde zorg, zoals ondersteuning van de algemene dagelijkse
levensverrichtingen (adl) en uit niet lichamelijk gerelateerde zorg, zoals ondersteuning
bieden in de huishoudelijke taken. De kleine minderheid geeft aan dat de zorg die de
mantelzorger levert, ook bestaat uit begeleiding en emotionele ondersteuning.

Daarnaast gaf n zorgverleners aan, dat het worden van mantelzorger geen bewuste keus
is, maar dat de taak je wordt toebedeeld.

Respondent #1: Gedwongen of ongedwongen, de taak wordt je toegedeeld.


Het komt op je pad.

28
Naasten in de omgeving
Uit de interviews kwam naar voren dat de meerderheid van de zorgverleners aangeeft dat de
mantelzorger voornamelijk zorgt voor een familielid, kennis of naaste uit de omgeving.

Overbelasting
Klachten
Twee zorgverleners geven aan dat er sprake is van overbelasting wanneer mantelzorgers
klachten beginnen te uiten. Daarbij geven zes zorgverleners aan, dat mantelzorgers bij
overbelasting vaak lichamelijke klachten uiten. Hiervan geeft de minderheid aan, dat
overbelasting ook tot uiting kan komen door middel van psychische klachten.

Respondent #3: Ik denk vooral als mensen zelf signalen af gaan geven, ik ben zo moe of ik
moet er s nachts zoveel uit.

Respondent #6: Want dan merk je dat je niet meer goed slaapt, snel huilt, dat je snel
gerriteerd bent, snel in een andere stemming raakt, dat je gaat haasten, je hart slaat op hol of
nou ja allemaal zulke dingen.

Zorgverleners
Uit de interviews kwam naar voren dat de kleine minderheid aangaf dat er sprake is van
overbelasting, wanneer er zorg ingeschakeld moet worden voor de zorgvrager om de
mantelzorger te ontlasten. Daarbij geeft n zorgverlener aan dat er pas sprake is van
overbelasting wanneer dit gesignaleerd wordt door de zorgverleners.

Respondent #1: Vaak worden wij ook pas in zorg geroepen als de mantelzorger
overbelast is.

Respondent #3: Ik denk dat er overbelasting is wanneer ik het signaleer, wanneer ik denk
nou die persoon of partner is overbelast.

Het verlenen van zorg


Twee zorgverleners geven aan dat er sprake is van overbelasting wanneer een mantelzorger
niet meer in staat is de zorg aan een ander te verlenen. Daarbij geven de zorgverleners als
reden dat dit het gevolg is van toename van de zorg en te weinig vrije tijd. Vervolgens kwam
er bij de twee zorgverleners naar voren dat overbelasting het gevolg is van grenzen
verleggen, hierbij wordt de draaglast groter dan de draagkracht.

29
3.3. Deelvraag 3
Erkennen de verpleegkundigen binnen het team het belang bij het vroegtijdig
signaleren van overbelasting?

Aan de zorgverleners is gevraagd of zij het belangrijk vinden om vroegtijdig overbelasting


van de mantelzorger te signaleren.

Uit het interview kwam naar voren dat alle zorgverleners het belangrijk vinden om vroegtijdig
overbelasting te signaleren. Zij gaven als reden dat wanneer de mantelzorger niet overbelast
is, deze de zorgtaken uit kan blijven voeren. Daarbij geven de zorgverleners aan dat het
belangrijk is de gezondheid van de mantelzorger te behouden en men zuinig op de
mantelzorger moet zijn. Als laatste geeft een van de zorgverleners aan, dat het signaleren
van belang is om de draagkracht te behouden en te vergroten.

Respondent #5: Ja, ik denk zeker wel dat het heel belangrijk is om vroegtijdig te signaleren
omdat je anders de kans loopt dat mensen de zorg niet meer kunnen bieden die zij op dat
moment bieden.

3.4. Deelvraag 4
Maakt het team gebruik van de aangeboden tools, weten zij deze te vinden en
hoe deze te gebruiken?

Aan de zorgverleners is gevraagd of zij bij het signaleren van overbelasting, gebruik maken
van een meetinstrument. Vervolgens is er gevraagd of zij de meetinstrumenten weten te
vinden en hoe deze te gebruiken.

Meetinstrument niet bekend


Uit de interviews kwam naar voren dat acht zorgverleners, geen gebruik maken van een
meetinstrument. Deze zorgverleners zijn niet bekend met het meetinstrument. Daarbij wordt
door een kleine minderheid benoemd, dat de aangeboden meetinstrumenten moeilijk
vindbaar zijn.

Respondent #2: Voor de overbelaste mantelzorger? Nee, dat wist ik niet.

30
Meetinstrument bekend
Het meetinstrument is onder twee zorgverleners bekend. Een zorgverlener heeft in het
verleden gebruik gemaakt van het meetinstrument. De zorgverlener geeft aan door gebruik
te maken van een meetinstrument men doelgerichte vragen kan stellen en een nulmeting
gecreerd kan worden. Daarnaast worden observaties objectief en eventuele (over)belasting
zichtbaar. Een zorgverlener, geeft in tegenstelling tot de meerderheid aan, dat het
meetinstrument makkelijk vindbaar is, al is de Engelstalige titel verwarrend. Daarnaast
zouden zij het meetinstrument meer bekendheid willen geven, zodat deze vaker wordt
toegepast.

Tot slot geeft een enkele zorgverlener aan bekend te zijn met meetinstrumenten die
betrekking hebben tot het signaleren van overbelasting, maar hier geen gebruik van te
maken. De zorgverlener geeft aan (over)belasting te signaleren door gebruik te maken van
eigen intutie. Daarnaast werd het gebruik van vele meetinstrumenten als knelpunt ervaren.

Respondent #6: Ja, ik wist wel dat die erop stond, maar omdat we al zoveel instrumenten
moeten gebruiken en moeten meten.

31
3.5. Deelvraag 5
Wat zegt de literatuur over het vroegtijdig signaleren van overbelasting bij de
mantelzorger?

Volgens de richtlijnen van het IKNL (2009), Integraal Kankercentrum Nederland, hebben
zorgverleners een belangrijke taak bij het signaleren van problemen en knelpunten bij
mantelzorgers die zorg verlenen aan hun zieke naasten (Kuyper, Hesselmann, & Prins,
2009). Naarmate de belasting voor de mantelzorger toeneemt, wordt het signaleren steeds
belangrijker. Naast het signaleren van problemen en knelpunten dienen zorgverleners de
risicofactoren voor (over)belasting te herkennen en vroegtijdig (over)belasting van
mantelzorgers te signaleren (Verdonschot, 2014).

Volgens Expertisecentrum Mantelzorg (z.d.), kan overbelasting zich uiten in zowel


lichamelijke als psychische klachten. Het is daarom belangrijk niet alleen een gesprek aan te
gaan met de mantelzorger, maar ook de volgende signalen als zorgverlener op te merken:
Lichamelijke klachten; zoals hoofdpijn, buikpijn, hyperventilatie, pijn in de nek,
schouders of rug, duizeligheid, vermoeidheid, slechte eetlust of juist vraatzucht;
Psychische klachten: schaamte en schuldgevoelens, concentratieproblemen,
vergeetachtigheid, lusteloosheid, slaapproblemen, snel gemotioneerd raken of
piekeren;
Gedragsmatige klachten: rusteloosheid, chaotisch, onverdraagzaamheid,
agressiviteit, verwaarloosd uiterlijk, meer drinken en roken, gebruik van kalmerende
of stimulerende middelen.

Mantelzorgers blijken in de aanwezigheid van de zorgvrager dikwijls een positief gekleurd


beeld te geven van hun eigen situatie. Dit gebeurt om de zorgvrager te sparen. Mede
hierdoor vermijden zorgverleners uit angst, regelmatig een gesprek met de mantelzorger om
verstoring in de communicatie tussen de mantelzorger en zorgvrager te voorkomen (Kuyper,
et al., 2009). Dit is een valkuil voor de zorgverleners, juist hierdoor komen de mantelzorgers
alleen te staan met hun problematiek. Vaak wordt er door de zorgverleners niet gerealiseerd
dat het bij dit gesprek niet alleen gaat om meer inzicht te krijgen in diens belevingswereld.
Het is ook mogelijk om bepaalde onderwerpen die besproken worden, voor te stellen,
eventueel ook met de zorgvrager te bespreken (Kuyper, et al., 2009). Hierop volgend
adviseert het IKNL (2009) om een eerste inschatting te maken van de zorgbelasting, met
behulp van de screeningsvragenlijst. Het IKNL adviseert de Ervaren druk door informele
zorg, oftewel de EDIZ. EDIZ is een vragenlijst die overbelasting van de mantelzorger in
kaart brengt en is vergelijkbaar met de CSI (Kuyper, et al., 2009). Vaak is het moeilijk voor

32
mantelzorgers een antwoord te geven op de vraag of de zorg te zwaar is. Daarbij is het
moeilijk aan te geven wanneer die grens overschreden wordt en de zorg te zwaar wordt.
Meetinstrumenten zoals de EDIZ en de CSI geven een objectief beeld van de belasting die
de mantelzorger ervaart (Verdonschot, 2014).

Volgens Visser Meily, Van Heugten, & Lning (2005) en Luttik (2016) is het meten van
(over)belasting met een meetinstrument van belang om te voorspellen welke mantelzorgers
risico lopen op overbelasting. Daarnaast kunnen er met een meetinstrument overbelaste
mantelzorgers worden opgespoord en kan de gegeven steun en professionele begeleiding
worden gevalueerd. Het meetinstrument kan al vlak na het intakegesprek worden ingezet.
Tijdens het intakegesprek is het belangrijk dat het gesprek niet alleen gericht wordt op de
clint, maar ook op de mantelzorger (Cromwijk, 2010). Vaak is dit de echtgenoot of partner,
die bijvoorbeeld helpt bij het wassen en aankleden, en/of een zoon of dochter die mee gaat
naar ziekenhuisafspraken (Luttik, 2016). Wanneer de zorgverlener de mantelzorger op een
actieve manier benadert, getuigt dit van waardering en erkenning, wat al een belangrijke
vorm van sociale steun kan zijn om stress en overbelasting te voorkomen (Cromwijk, 2010).

Daarnaast hebben mantelzorgers behoefte aan professionele ondersteuning. Zij vinden


goede communicatie met de zorgverleners, informatie over de behandeling, praktische
informatie en gegevens over de bereikbaarheid erg belangrijk (Verdonschot, 2014). Wanneer
een mantelzorger overbelast is, kan hij of zij zelf ziek worden en de zorgtaken voor de
zorgvrager niet meer uitvoeren. Overbelasting van de mantelzorger is een van de
belangrijkste oorzaken voor verplaatsing van de zorgvrager naar een zorginstelling
(Verdonschot, 2014). Daarnaast kan overbelasting leiden tot ontspoorde mantelzorg.
Ontspoorde mantelzorg is goed bedoelde, maar uit de hand gelopen zorg. Ontspoorde
mantelzorg betreft zorg voor een naaste, die door onmacht, onkunde of overbelasting
omslaat in slechte zorg (Expertisecentrum mantelzorg, z.d.).

33
3.6. Deelvraag 6
Wat zijn wenselijke aspecten binnen het team in relatie tot het vroegtijdig
signaleren van overbelasting?

Aan de zorgverleners is gevraagd, wenselijke aspecten binnen het team rondom het
signaleren van overbelasting toe te lichten.

Inzet meetinstrument
Acht zorgverleners geven aan dat de inzet van het meetinstrument wenselijk is. Vijf daarvan
willen het meetinstrument standaard inzetten. De meningen zijn verdeeld over hoe en
wanneer men dit meetinstrument in wil zetten. De meerderheid zou het meetinstrument
tweemaal per jaar, tijdens de zorgevaluaties, af willen nemen, de minderheid eenmaal per
drie maanden.

Respondent #4: Ja, dat is misschien wel handig om in te zetten. Jawel, dat zou ik zeker
handig vinden, ik denk dat wel iets standaards zou kunnen zijn als er mantelzorg is bij een
clint om deze vragenlijst dan een keer in de zoveel tijd een keer door te nemen met de
mantelzorger van goh hoe staat het ervoor.

Daarnaast kwam er uit het interview naar voren dat drie zorgverleners niet standaard gebruik
wil maken van het meetinstrument. Zij geven aan dat er per situatie moet worden beoordeeld
of het meetinstrument dient te worden ingezet.

Respondent #9: Ja, als je dingen signaleert denk ik. Als het verder loopt vind ik dat niet zo
nodig.

Gebruik meetinstrument
De meningen van de zorgverleners lopen uiteen als het gaat over hoe en door wie het
meetinstrument moet worden afgenomen. Als het gaat om wie worden de persoonlijk
begeleider en de zorgverlener die dicht bij de mantelzorger staat benoemd. Een kleine
meerderheid geeft de voorkeur aan de zorgverlener die dichtbij de mantelzorger staat.

Respondent #6: Nou ik vind wel dat dat diegene moet zijn die daar het meeste komt.

Een kleine minderheid geeft aan, het meetinstrument individueel en afgezonderd van de
clint af te nemen. Op deze manier hoeft de mantelzorger zich niet bezwaard te voelen
tegenover de clint.

34
Tot slot geven de zorgverleners aan graag uitleg te willen krijgen over het meetinstrument
tijdens het teamoverleg. Op deze manier hopen ze het meetinstrument meer bekendheid te
geven zodat het vaker wordt ingezet.

Zorgplan
Uit de interviews komt naar voren dat de minderheid van de zorgverleners graag de
mantelzorger benoemt in het zorgplan, gevolgd door extra tijd voor de mantelzorger.
Echter dient de mantelzorger al tijdens het intakegesprek in het zorgplan te worden
benoemd. Hierdoor blijkt dit niet geheel duidelijk te zijn voor de zorgvragers.

Mantelzorger bespreken tijdens clintenbespreking


Uit de interviews komt naar voren dat twee zorgverleners niet alleen de clint, maar ook
graag de mantelzorger willen bespreken tijdens de clintenvergadering. Daarnaast geven de
zorgverleners aan op deze manier eerder actie te willen ondernemen op de (over)belasting
van de mantelzorger.

Respondent #6: Binnen het team ehm ja dat wij misschien toch wat meer bespreekbaar
maken bij de teamvergaderingen. Niet alleen de clint bespreken maar ook dat we echt
zeggen hoe staat het nu met de mantelzorger.

Werkstructuur
Drie zorgverleners geven aan dat een vaste werkstructuur, protocol en afspraken rondom het
vroegtijdig signaleren van overbelasting wenselijk is. Daarbij vinden zij het belangrijk dat de
zorgverleners op n lijn zitten en zich aan de gemaakte afspraken houden.

Respondent #9: Dat we allemaal op een lijn zitten. En dat we wel afspraken maken hoe
we met bepaalde situaties om gaan.

35
4. Discussie

In dit hoofdstuk wordt de discussie weergegeven. Er wordt gereflecteerd op de gebruikte


methode en de gemaakte keuzes voor dit onderzoek. Vervolgens worden de resultaten
vergeleken met de literatuur.

4.1. Methode
Het onderzoek is aan de hand van een kwalitatieve onderzoeksmethode uitgevoerd. Door
middel van semigestructureerde interviews is er een duidelijk beeld van de huidige werkwijze
en kennis verkregen. Daarbij zijn ook de knelpunten en de wenselijke situatie van de
zorgverleners met behulp van de interviews naar voren gekomen. Middels de literatuurstudie
is een beeld verkregen van de wenselijke situatie volgens de literatuur. Vervolgens kon
hierdoor de situatie uit de praktijk met de wenselijke situatie volgens de literatuur worden
vergeleken. Door het toepassen van deze methodes heeft er datatriangulatie
plaatsgevonden en zijn er voldoende gegevens verzameld om de hoofdvraag te kunnen
beantwoorden. Datatriangulatie vergroot de betrouwbaarheid van het onderzoek (De Jong, et
al., 2012).

4.1.1. Literatuurstudie
Om zoveel mogelijk relevante literatuur te verkrijgen is ervoor gekozen om zowel
Nederlands- als Engelstalige zoektermen te gebruiken. Er is mede gekozen voor
Engelstalige literatuur, omdat er in andere landen ook (over)belaste mantelzorgers zijn en
hier ook onderzoeken naar zijn gedaan. De Engelstalige artikelen lagen in n lijn met de
Nederlandstalige artikelen, waardoor de validiteit van de resultaten is vergroot.
Voor de zoektocht naar literatuur is er gebruik gemaakt van de sensitieve zoekmethode.
Sensitief zoeken is breed gericht en levert zo veel mogelijk publicaties over een bepaald
onderwerp op (Cox, et al., 2012). Er is hiervoor gekozen omdat er bij deze zoekmethode in
een korte tijd zo veel mogelijk artikelen worden getraceerd (Cox, et al., 2012). Een nadeel
van deze methode is dat er ook veel niet-relevante resultaten gevonden worden. In eerste
instantie is er weinig relevante informatie gevonden specifiek gericht op de werkwijze betreft
het vroegtijdig signaleren van (over)belasting bij de mantelzorger. Hierdoor zou het
verstandiger zijn geweest om de specifieke zoekmethode toe te passen. Deze zoekmethode
is zeer gericht, doordat meerdere trefwoorden worden gecombineerd met booleaanse
operatoren. Het levert minder resultaten op, maar toont ook aanzienlijk minder overbodig of
niet-relevante resultaten (Cox, et al., 2012). Later in de literatuurzoektocht is de specifieke
zoekmethode dan ook gedeeltelijk toegepast. In verband met tijdnood zijn er niet zoveel

36
relevante artikelen gevonden betreft de werkwijze als verwacht. Echter heeft dit geen
vertekend beeld opgeleverd omdat de artikelen die zijn gevonden, specifiek gericht waren op
het vroegtijdig signaleren van (over)belasting bij de mantelzorger.

4.1.2. Interviews
Voorafgaand aan de interviews is er middels het informed consent, nogmaals duidelijk het
doel van het interview aan de ondervraagde gecommuniceerd en zijn de vragen tijdens het
interview duidelijk gesteld. Op deze manier is er voorkomen dat de informant een verkeerde
voorstelling had van het doel en hierdoor de vragen niet begreep (De Jong, et al., 2012). De
interviews hebben plaats gevonden op het kantoor van Buurtzorg Helmond West, waardoor
er rekening is gehouden met de ecologische validiteit. Dit houdt in dat de interviews plaats
hebben gevonden in een vertrouwde omgeving (Dingemans, 2015). Een nadeel van deze
omgeving is dat andere collegas ongevraagd en onverwacht binnen kunnen komen,
waardoor de genterviewde mogelijk andere antwoorden geeft dan wanneer deze alleen zou
zijn. Deze situatie heeft zich tijdens dit onderzoek niet voorgedaan. In het vervolg is het
verstandiger de interviews in een afgesloten ruimte af te nemen.

De interviews zijn afgenomen middels een topiclijst waarin topics en vragen vastgesteld
waren. De topiclijst is gebaseerd op het literatuuronderzoek en de hoofd- en deelvragen. De
topiclijst is voorafgaand aan de interviews beoordeeld door de peergroep en aangepast op
de door hen gegeven feedback. De topiclijst is voorafgaand niet beoordeeld door de
opdrachtgever, omdat deze deelnam aan de interviews. Op deze manier is er voorkomen dat
de opdrachtgever wenselijke antwoorden gaf. Door tijdnood is de topiclijst niet beoordeeld
door een expert op validiteit, hierdoor is de inhoudsvaliditeit niet optimaal vergroot. De
topiclijst heeft ertoe geleid dat er dezelfde vragen werden gesteld tijdens de interviews.
Daarbij was er ook ruimte om door te vragen naar de meningen en ervaringen van de
zorgverleners, wat meer kwalitatieve gegevens heeft opgeleverd (De Jong, et al., 2012).

Om de geloofwaardigheid van de resultaten te vergroten is er membercheck toegepast (De


Jong, et al., 2012). Dit is gedaan door een korte samenvatting van de interviews ter controle
terug te sturen naar de ondervraagden. Op deze manier konden de ondervraagden
vaststellen of de onderzoeker de verkregen informatie goed heeft begrepen (De Jong, et al.,
2012). Er is geen datum voor respons afgesproken, wat als een zwak punt kan worden
gezien. Hierdoor heeft n ondervraagde niet tijdig gereageerd. Dit heeft verder geen invloed
gehad op de validiteit van het onderzoek.

37
4.1.3. Setting praktijkgericht onderzoek
Team Helmond West is het enige team wat deelnam aan dit onderzoek. Andere teams zijn
uitgesloten omdat de opdracht zich specifiek richtte op de situatie van team Helmond West.
Daarnaast was er geen tijd beschikbaar om op een grotere schaal onderzoek te doen.
Doordat er geen andere teams zijn meegenomen in het onderzoek, is het niet bekend of de
uitkomst en aanbevelingen ook toepasbaar zijn voor andere teams.

4.2. Resultaten in vergelijking met de literatuur


In deze paragraaf worden de resultaten van het praktijkgerichte onderzoek vergeleken met
de literatuur.

Het doel van het praktijkgericht onderzoek is het verkrijgen van inzicht in de huidige
werkwijze waarop het team Helmond West vroegtijdig overbelasting van de mantelzorger
signaleert. Daarnaast is het praktijkgerichte onderzoek opgezet om inzicht te krijgen in de
wenselijke aspecten en de kennis betreft de mantelzorger en overbelasting binnen het team.

De zorgverleners zien een mantelzorger als een persoon die zorg levert. Deze zorg bestaat
volgens de zorgverleners voornamelijk uit lichamelijk gerelateerde zorg. Gedeeltelijk komt dit
antwoord overeen met de literatuur. Volgens de literatuur is mantelzorg, zorg die vrijwillig,
langdurig en onbetaald wordt verleend aan personen uit het sociale netwerk die vrij ernstig
fysieke, verstandelijke of psychische beperkingen hebben (In voor zorg, z.d.). Een belangrijk
aspect is dat de mantelzorger er niet voor kiest om voor iemand te zorgen, maar dit
voortvloeit uit een emotionele of sociale band die zij hebben met de zorgvrager (Mezzo,
2017). Daarnaast spreekt men van mantelzorg als er tenminste acht uur per week of langer
dan drie maanden zorg wordt gegeven (Van Haaren, et al., 2016), dit is niet benoemd door
de zorgverleners.

Uit de resultaten blijkt dat een mantelzorger overbelast is wanneer deze de zorgtaken voor
de zorgvrager niet meer uit kan voeren en lichamelijke klachten uit. Een kleine minderheid
gaf aan dat de mantelzorger bij overbelasting ook psychische klachten kan uiten. Volgens de
literatuur kan overbelasting zich uiten in zowel lichamelijke als psychische klachten
(Expertisecentrum Mantelzorg (z.d.). Er sprake van overbelasting wanneer de mantelzorger
ervaart dat de zorg te veel op zijn of haar schouders komt te rusten, dat de eigen
zelfstandigheid in de knel raakt en de zorgverlening ten koste gaat van de eigen gezondheid
en conflicten oplevert op het werk of de thuissituatie (In voor zorg, z.d.). Vaak volgen
hierdoor spanningsklachten en andere gezondheidsklachten zoals hoofdpijn, vermoeidheid,
rusteloosheid en slaapproblemen. Ook kan overbelasting leiden tot overspannenheid en

38
depressiviteit met als gevolg dat de mantelzorger zelf ziek wordt (Hendriks, et al., 2011).
Volgens het IKNL (2009) hebben de zorgverleners een belangrijke taak bij het signaleren
van problemen en knelpunten bij mantelzorgers. Daarnaast dienen zij risicofactoren voor
(over)belasting te herkennen en vroegtijdig (over)belasting van mantelzorgers te signaleren
(Verdonschot, 2014).
Vroegtijdige signalering van overbelasting zou bevorderd worden als de kennis van de
zorgverleners binnen team Helmond West, vergroot wordt met betrekking tot de
risicofactoren en het herkennen van (over)belasting van de mantelzorger.

Het meten van (over)belasting met een meetinstrument is van belang om te voorspellen
welke mantelzorgers risico lopen op overbelasting. Daarnaast kunnen overbelaste
mantelzorgers met behulp van een meetinstrument worden opgespoord (Luttik, 2016).
Daarnaast geeft een meetinstrument een objectief beeld van de belasting die de
mantelzorger ervaart (Verdonschot, 2014). Vervolgens kan er met behulp van het objectieve
beeld een gesprek worden aangegaan met de (over)belaste mantelzorger.
Uit de resultaten blijkt dat er binnen team Helmond West geen gebruik wordt gemaakt van
meetinstrumenten om overbelaste mantelzorgers op te sporen. Ook hier zou het
bevorderend zijn als de kennis van de zorgverleners wordt vergroot met betrekking tot het
nut van het meetinstrument en het implementeren hiervan. Daarnaast komt er naar voren dat
de zorgverleners overbelasting signaleren door middel van eigen observaties en hier op
volgend niet altijd een gesprek aangaan met de mantelzorger wegens tijdgebrek.

Tot slot geeft een aantal zorgverleners aan de mantelzorger te willen benoemen in het
zorgdossier van de clint. Het beleid bij Buurtzorg Nederland is dat er bij een intakegesprek
de situatie van de clint in kaart wordt gebracht met de mogelijkheden van de mantelzorgers.
Deze informatie kan in het BIS worden verwerkt. Hieruit is de concluderen dat de kennis met
betrekking tot het BIS niet volledig is.

39
5. Conclusie
In dit hoofdstuk wordt middels de verkregen informatie antwoord gegeven op de
geformuleerde hoofdvraag.

De hoofdvraag van dit onderzoek luidde als volgt:


Hoe kunnen de verpleegkundigen binnen Buurtzorg team Helmond West een vaste
werkstructuur creren met betrekking tot het vroegtijdig signaleren van overbelasting bij de
mantelzorger?

Door over de volledige kennis te beschikken met betrekking tot de mantelzorger en


overbelasting, gebruik te maken van meetinstrument CSI en van de steungebieden in het
BIS, kunnen de zorgverleners binnen Buurtzorg team Helmond West een vaste
werkstructuur creren met betrekking tot het vroegtijdig signaleren van overbelasting bij de
mantelzorger.

Op basis van het uitgevoerde onderzoek kan geconcludeerd worden dat de zorgverleners
binnen het team Helmond West niet over volledige kennis beschikken tot de riscofactoren en
het herkennen van signalen met betrekking tot (over)belasting van de mantelzorger. Wel
erkennen de zorgverleners het belang van vroegtijdig signaleren en herkennen zij een
mantelzorger. De huidige werkwijze van team Helmond West met betrekking tot het
vroegtijdig signaleren voldoet niet aan de werkwijze volgens de literatuur. Om een vaste
werkwijze te creren met betrekking tot het vroegtijdig signaleren van overbelasting van de
mantelzorger is het belangrijk dat de zorgverleners beschikken over de juiste kennis tot de
risicofactoren. Ook is het belangrijk dat zij signalen van overbelasting van de mantelzorger
leren herkennen. Daarnaast is het gebruik van het meetinstrument CSI noodzakelijk. Een
gesprek inzake de overbelasting is nodig wanneer uit het meetinstrument blijkt dat de
mantelzorger overbelast is, of blijkt dat er kans op overbelasting is. Op dit moment wordt er
geen gebruik gemaakt van het meetinstrument, omdat de meerderheid van het team niet van
het bestaan wist. Vervolgens wordt er niet voldoende aandacht besteedt aan de
mantelzorger tijdens het intakegesprek en zijn de zorgverleners niet voldoende op de hoogte
van de steungebieden in het BIS. Hierdoor worden de mogelijkheden van de mantelzorger
niet voldoende geregistreerd in het BIS. Voor een vaste werkwijze is het daarmee ook
noodzakelijk dat de zorgverleners beschikken over de juiste kennis met betrekking tot de
steungebieden in het BIS.
Tot slot dienen de zorgverleners voor een vaste werkwijze met elkaar afspraken te maken
omtrent het signaleren en deze vast te leggen in een protocol.

40
6. Aanbevelingen
In dit hoofdstuk worden een aantal aanbevelingen gedaan die gebaseerd zijn op de
resultaten en de conclusie van dit onderzoek.

Aanbevelingen voor Buurtzorg team Helmond West:

Er wordt aanbevolen om de kennis binnen het team te vergroten tot de riscofactoren


van overbelasting van de mantelzorger en het herkennen van signalen met
betrekking tot (over)belasting van de mantelzorger.
Daarnaast wordt er aanbevolen het mantelzorgbeleid van Buurtzorg Nederland
binnen het team te herhalen. Hierbij kan gedacht worden aan het volgen van
workshops met betrekking tot het onderwerp mantelzorg op de Buurtzorgcongressen.
Vervolgens wordt aanbevolen de mantelzorger bij het intakegesprek te betrekken en
gebruik te maken van de steungebieden in het Buurtzorg Informatie Systeem (BIS).
Noteer daarnaast bevindingen in het zorgdossier en bespreek de mantelzorger
tijdens de clintenvergaderingen.
Het is noodzakelijk om het meetinstrument CSI te implementeren in de dagelijkse
praktijk. Er wordt hierbij aanbevolen een werkprotocol op te stellen.
Tot slot wordt aanbevolen om het onderwerp mantelzorg op te nemen in het jaarplan.

Aanbevelingen voor een vervolgonderzoek:

Er wordt aanbevolen een vervolgonderzoek uit te voeren naar de momenten en


frequentie van het gebruik van het meetinstrument 'CSI'. Deze uitkomsten kunnen
mede worden toegepast in de vaste werkstructuur.
In een mogelijk vervolgonderzoek wordt aanbevolen de interviews in een afgesloten
ruimte af te nemen en een deadline voor de membercheck te stellen.

41
7. Referentielijst

Beneken, D. (2004). Mantelzorg conceptueel verhelderd: Een uitdaging voor beleid,


praktijk en gezondheidsonderwijs in de toekomst. Onderwijs en gezondheidszorg, 28
(2), 231-235. doi: 10.1007/BF03071419

Buurtzorg. (2017). Mantelzorgbeleid. Geraadpleegd op 23 februari 2017, van


https://www.buurtzorgweb.nl/Documenten/Organisatie.aspx

Cox, K., Louw, D., Verhoef, J., & Kuiper C. (2012). Evidence-Based Pratice voor
verpleegkundigen. Methodiek en toepassing. Den Haag: Uitgeverij Boom Lemma.

Cromwijk, R. (2010). Methodebeschrijving Preventie ondersteuning mantelzorg. Databank


Effectieve sociale interventies. Movisie. Geraadpleegd op 25 april 2017, van
https://www.movisie.nl/sites/default/files/alfresco_files/Methodebeschrijving%20Preventiev
e%20ondersteuningmantelzorg%20%5bMOV-180291-0.2%5d.pdf

De Blok, J., & Pool, A. (2010). Buurtzorg: Menselijkheid boven bureaucratie. Den Haag:
Uitgeverij Boom Lemma

De Boer, A., Iedema, J., & Timmermans, J. (2005). De mantelval. Geraadpleegd op 23


februari 2017, van
https://books.google.nl/books?hl=nl&lr=&id=NdUiTS0yADIC&oi=fnd&pg=PA7&dq=overbel
asting+mantelzorg&ots=nZw0QJc4XC&sig=pVUL7MYaa1Nc1u5-
stXXfusmyEU#v=onepage&q&f=true

De Jong, A., Vandenbroele, H., Van der Arend, A., Glorieux, M., De Maesschalck, L., Vande
Moortel, J., ... Visser, M. (2012). Inleiding wetenschappelijk onderzoek voor het
gezondheidsonderwijs. Amsterdam: Reed Business.

Dingemans, K. (2015). Validiteit in interviews. Geraadpleegd op 6 Maart 2017, van


https://www.scribbr.nl/onderzoeksmethoden/validiteit-in-interviews/

Expertisecentrum Mantelzorg. (z.d.). Caregiver Strain Index (CSI). Geraadpleegd op 25 april


2017, van http://www.expertisecentrummantelzorg.nl/em/instrument-caregiver-strain-
index.html

Expertisecentrum Mantelzorg. (z.d.). Mantelzorgers ondersteunen. Geraadpleegd op 25 april


2017, van http://www.expertisecentrummantelzorg.nl/em/professionals-welzijn-
mantelzorgers-ondersteunen.html

Hendriks, L., Van Hest, A., & Van Nieuwkuijk R. (2011). Overbelasting valkuil voor
mantelzorgers. Voor mantelzorgers. Geraadpleegd op 23 februari 2017 van:
https://www.mantelzorgverlicht.nl/userdata/mnieuws/mnieuws11.pdf

Hermans, M., Scherpenzeel, R., & Wentzel, W. (2015). Ontspoorde mantelzorg signaleren
en aanpakken. Geron, 17, 11-13. doi:10.1007/s40718-015-0028-0

In voor zorg. (z.d.) Toolkit mantelzorg. Geraadpleegd op 1 juli 2017, van


http://www.invoorzorg.nl/docs/ivz/professionals/Toolkit_Mantelzorg.pdf

42
Kolmer, D.B., Den Buijs, C., Bongers, I.M.B., & Garretsen, H.F.L. (2004). Het hart van de
zorg laten kloppen. Mantelzorgers, beroepskrachten en zorgvragers in ontmoeting.
Onderwijs en gezondheidszorg, 28(5), 99-103. doi: 10.1007/BF03071374

Kruijwijk, W. (2012). Handreiking mantelscan. Samenstelling, organisatie en risicofactoren


van een zorgnetwerk in kaart. Geraadpleegd op 25 april 2017, van
http://www.expertisecentrummantelzorg.nl/Site_EM/docs/pdf/Handreiking_mantelscan.pdf

Kuyper, M.B., Hesselmann, G.M., & Prins, J.B. (2009). Mantelzorg. Landelijke richtlijn, Versie
2.0. Geraadpleegd op 1 juli 2017, van http://www.oncoline.nl/mantelzorg

Lamain, A., Hooimeijer, M. Visser, G., & Bennekom, R. (2011). Hoe voorkomt u dat de
mantelzorger een patint wordt. Geraadpleegd op 25 april 2017, van
http://www.vilans.nl/docs/producten/toolkit-Mantelzorg%20definitief.pdf

Luttik, A. (2016). Familiezorg en verpleegkundige zorg. BijZijn-XL, 9(3), 12-17


doi: 10.1007/s12632-016-0022-3

Mezzo. (2016). Mantelzorgers in cijfers. Geraadpleegd op 18 februari 2017, van


https://www.mezzo.nl/uploads/content/file/Mantelzorg%20in%20cijfers%202016%20def%
20juli.pdf

Mezzo. (2017). Wat is mantelzorg? Geraadpleegd op 18 februari 2017, van


https://www.mezzo.nl/pagina/voor-professionals/thema-s/mantelzorg/wat-is-mantelzorg

Pool, A., & Mast, J. (2011). Eerst buurten, dan zorgen. Professioneel verplegen en verzorgen
bij Buurtzorg. Den Haag: Boom Lemma uitgevers.

Swaen, B. (2013). Transcriberen interview: 6 tips. Met voorbeeld transcript. Geraadpleegd op


20 april 2017, van https://www.scribbr.nl/onderzoeksmethoden/transcriberen-van-een-
interview-6-tips/

Van Exel, N.J.A., Scholte op Reimer, W.J.M., Brouwer, W.B.F., Van den Berg, B.,
Koopmanschap M.A., & Van den Bos, G.A.M. (2004). Instruments for assessing the
burden of informal caregiving for stroke patients in clinical practice: a comparison of CSI,
CRA, SCQ and self-rated burden. Clinical Rehabilitation, 18(2), 203-214. Geraadpleegd
27 juli 2017, van
http://web.b.ebscohost.com.ezproxy.avans.nl/ehost/detail/detail?vid=0&sid=ce79d221-
88894e999f88dedcfcdec50%40sessionmgr104&bdata=JnNpdGU9ZWhvc3QtbGl2ZQ%3d
%3d#AN=106664620&db=c8h

Van Haaren, E., & Van Halem, N. (2016). De mantelzorger, een belangrijke schakel in de
thuiszorg. BijZijn-XL, 8, 8-11. doi:10.1007/s12632-016-0073-5

Verdonschot, A. (2014). Professionele aandacht voor de mantelzorger. Pallium, 16(5)


14-16. doi: 10.1007/s12479-014-00112-5

Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland (V&VN). (2014). Normen voor indiceren en


organiseren van verpleging en verzorging in de eigen omgeving. Geraadpleegd op 11
mei 2017, van

43
http://www.venvn.nl/Portals/1/Nieuws/2014%20Documenten/20140701%20Normen%20
verpleegkundige%20indicatiestelling.pdf

Werk & mantelzorg. (2016). Feiten en cijfers mantelzorg. Geraadpleegd op 20 februari 2017,
van
https://docs.google.com/viewer?url=http%3A%2F%2Fwww.werkenmantelzorg.nl%2FUser
Files%2Ffiles%2Falgemeen%2FMaatschappelijke_ontwikkelingen__feiten__cijfers_jan_2
016.pdf

Zorg verandert. (z.d.). Mantelzorg vanaf 2015: Hoe zit dat? Geraadpleegd op 23 februari
2017, van https://www.zorgverandert.nl/mantelzorg-vanaf-2015-hoe-zit-dat

44
8. Bijlage

45
Bijlage 1 Informed consent

Beste collega,

Via deze weg vraag ik u mee te doen aan het praktijkgericht onderzoek. Het meedoen is
geheel vrijwillig, wel is uw schriftelijke toestemming nodig. Voor dat u beslist om mee te doen
aan dit onderzoek, krijgt u uitleg wat het onderzoek precies inhoudt. Op deze manier kunt u
een weloverwogen keuze maken om wel of niet mee te doen aan het onderzoek.
Lees de informatie rustig door en vraag de onderzoeker uitleg als u vragen heeft.

Dit onderzoek wordt uitgevoerd door Marloes de Korte, vierdejaars HBOVerpleegkunde


student. Dit onderzoek wordt begeleid door Rita Bos, docent Avans Hogeschool en Marian
Brekelmans, zorgverlener Buurtzorg Nederland team Helmond West.

Doel
In dit onderzoek wordt onderzocht hoe de zorgverleners van Buurtzorg Nederland binnen
team Helmond West overbelasting van de mantelzorger vroegtijdig kunnen signaleren. Op dit
moment is er geen vaste werkstructuur binnen het team omtrent het vroegtijdig signaleren.

Tijdens dit onderzoek wordt de huidige en wenselijke situatie onderzocht aan de hand van
zes deelvragen. Naar aanleiding van de resultaten zullen er aanbevelingen worden gedaan
om het vroegtijdig signaleren te optimaliseren.

Deelname onderzoek
Wanneer u mee doet met het onderzoek, wordt er eenmalig door de onderzoeker een
interview met u afgenomen. Het interview zal ongeveer vijfenveertig minuten van uw tijd in
beslag nemen. Het interview zal worden opgenomen. Na het interview zal de onderzoeker
het gesprek kort samenvatten en door u laten controleren, op deze manier ontstaan er geen
misverstanden.
De uitkomsten van het interview zullen geheel anoniem blijven. Zodra het onderzoek is
afgerond zullen de opnames worden vernietigd.

Voor- en nadelen
Uw deelname zal een bijdrage leveren aan de uitkomsten van het onderzoek. Aan de hand
van de uitkomsten zullen er aanbevelingen worden gedaan voor het team Helmond West
omtrent het vroegtijdig signaleren. Wanneer u deelneemt aan dit onderzoek, levert u een
bijdrage aan het optimaliseren omtrent het vroegtijdig signaleren van overbelasting bij de
mantelzorger binnen het team.

Mee doen vergt tijdens het interview open en eerlijke antwoorden. Op deze manier zijn de
resultaten naar waarheid. Dit kan voor sommige zorgverleners lastig zijn.

Deelname vrijwillig
U beslist zelf of u meedoet aan het onderzoek, het is geheel vrijwillig. Wanneer u mee doet
aan het onderzoek, kunt u zich altijd bedenken. U mag tijdens het onderzoek stoppen. De
gegevens die tot dat moment zijn opgenomen, zullen worden gebruikt voor het onderzoek.

46
Einde onderzoek
De onderstaande punten beschrijven wanneer u deelname aan het onderzoek stopt.
U zelf kiest om te stoppen
Als het onderzoek is afgerond
Als de onderzoeker besluit dat het beter is voor u om te stoppen
Als de onderzoeker wegens omstandigheden moet stoppen met het onderzoek

Gebruik van gegevens


Voor dit onderzoek worden de interviews opgenomen. Op deze manier kunnen de interviews
worden uitgewerkt en geanalyseerd. Wanneer het onderzoek is afgerond zullen de opnames
worden vernietigd. De gegevens blijven anoniem.

Toestemming
Bij deze verklaar ik de bovenstaande informatie te hebben gelezen en geef ik toestemming
voor deelname aan het onderzoek. Daarnaast geef ik toestemming dat het interview als
geluidsopname wordt opgenomen en dat de resultaten gebruikt worden voor het opstellen
van aanbevelingen.

Ik wil WEL/ NIET deelnemen aan het onderzoek.

Datum Handtekening deelnemer

De onderzoeker verklaard hierbij de deelnemer te hebben genformeerd, onduidelijkheden te


hebben verhelderd en eerlijke informatie te hebben gegeven omtrent het onderzoek.
De onderzoeker houdt zich aan de gemaakte afspraken en gaat vertrouwelijk om met de
gegevens en uitkomsten.

Datum Handtekening onderzoeker

Vragen?
Bij vragen kunt u contact opnemen met de onderzoeker:
Marloes de Korte
Telefoonnummer: 06 109 522 03
Email: marloes_de_korte@hotmail.com

Bedankt voor uw aandacht.

47
Bijlage 2 Overzicht gevonden literatuur

Tabel 3. Zoekopdrachten via SpringerLink.

Opdracht nr. Zoektermen Filters Aantal hits Aantal relevante artikelen


#1 Wat is een 2004- 971 Verdonschot, A. (2014). Professionele
mantelzorger 2017 aandacht voor de mantelzorger. Pallium,
16(5), 14-16.

Van Haaren, E., & Van Halem, N.


(2016). De mantelzorger, een
belangrijke schakel in de thuiszorg.
BijZijn-XL, 8, 8-11.

#2 Signaleren AND 2004- 158 Hermans, M., Scherpenzeel, R., &


overbelasting 2017 Wentzel, W. (2015). Ontspoorde
mantelzorg signaleren en aanpakken.
Geron, 17, 11-13.

Kuyper, M.B. (2006). Taken en


behoeften van de partner van een
chronisch zieke patint. Bijblijven, 22,
13-17.

Luttik, M. (2016). Familiezorg en


verpleegkundige zorg. BijZijn XL, 9(3),
12-17.

#3 Vroegtijdig AND 2004- 23 Beoordeeld, maar niet relevant voor het


signaleren AND 2017 onderzoek.
mantelzorger

#4 Vroeg signalering 2004- 33 Bruntink, R. (2008). Vroegsignalering in


in de thuiszorg. 2017 de thuiszorg. Pallium, 11(5), 24-25.

#5 Meetinstrumenten 2004- 26 Bohn Stafleu van Loghum. (2011).


overbelasting 2017 Overbelasting van mantelzorg lastig in
mantelzorg. kaart te brengen. BijZijn, 6(9), 6-6.

De Boer, A.H., Oudijk, D., Timmermans,


J.M., & Pot, A.M. (2012). Ervaren

48
belasting door mantelzorg; constructie
van de EDIZ- plus. Tijdschrift voor
Gerontologie en Geriatrie, 43(2), 77-88.

#6 Effect 2004- 6 Luttik, M. (2016). Familiezorg en


meetinstrument 2017 verpleegkundige zorg. Bijzijn XL, 9(3),
overbelasting 12-17.
mantelzorg.
#7 Zorg voor de 2004- 1986 Visser Meily, A., Van Heugten, C., &
mantelzorgers 2017 Lning, E. (2005). Zorg voor de
mantelzorgers van CVA-patinten.
Tijdschrift voor
verpleeghuisGeneeskunde, 30(4), 106-
110.

Tabel 4. Zoekopdrachten via Invert.


Opdracht Zoektermen Filters Aantal hits Aantal relevante artikelen
#1 Signaleren AND 2004- 0 -
overbelasting AND 2017
mantelzorger
#2 Vroegtijdig AND 2004- 0 -
signaleren AND 2017
overbelasting
#3 Mantelzorg AND 2004- 4 Quakelaar, E. (2010). (Dreigende)
overbelasting 2017 overbelasting mantelzorger. Nieuwsbrief
V&VN Geriatrie Verpleegkunde. 3-4.

Tabel 5. Zoekopdrachten via Google.


Opdracht Zoektermen Filters Aantal hits Aantal relevante artikelen
#1 Preventieve 2004- 175.000 Cromwijk, R. (2010). Methodebeschrijving
ondersteuning 2017 Preventie ondersteuning mantelzorg.
mantelzorger Databank Effectieve sociale interventies.
Movisie.
#2 Signaleren 2004- 7.710 Lamain, A., Hooimeijer, M. Visser, G., &
overbelasting 2017 Bennekom, R. (2011). Hoe voorkomt u dat de
mantelzorger mantelzorger een patint wordt.

Expertisecentrum Mantelzorg. (z.d.).


Mantelzorgers ondersteunen.

49
#3 Richtlijn 2004- 32.700 Kuyper, M.B., Hesselmann, G.M., & Prins, J.B.
overbelasting 2017 (2009). Mantelzorg. Landelijke richtlijn, Versie
mantelzorg 2.0

Tabel 6. Zoekopdrachten via Google Scholar.


Opdracht Zoektermen Filters Aantal hits Aantal relevante artikelen
#1 Effect 2004- 240 De Boer, A., Iedema, J., & Timmermans, J.
meetinstrument 2017 (2005). De mantelval.
overbelaste
mantelzorger.

Tabel 7. Zoekopdrachten via Cinahl.


Opdracht Zoektermen Filters Aantal hits Aantal relevante artikelen
#1 Self Rated Burden 2004- 199 Van Exel, N.J.A., Scholte op Reimer, W.J.M.,
2017 Brouwer, W.B.F., Van den Berg, B.,
Koopmanschap M.A., & Van den Bos,
G.A.M. (2004). Instruments for assessing the
burden of informal caregiving for stroke
patients in clinical practice: a comparison of
CSI, CRA, SCQ and self-rated burden.

Tabel 8. Literatuur aangeleverd door de opdrachtgever.


Opdracht Zoektermen Filters Aantal hits Aantal relevante artikelen
#1 Geen. Literatuur is 2004- - Pool, A., & Mast, J. (2011). Eerst buurten,
aangeleverd door de 2017 dan zorgen. Professioneel verplegen en
opdrachtgever. verzorgen bij Buurtzorg.

Tabel 9. Literatuur aangeleverd door de begeleidend docent.


Opdracht Zoektermen Filters Aantal hits Aantal relevante artikelen
#1 Geen. Literatuur is 2004- - Toolkit mantelzorg
aangeleverd door de 2017 In voor zorg. (z.d.) Toolkit mantelzorg.
begeleidend docent.

50
Bijlage 3 Topiclijst

Topics Vragen
Begrippen Wat versta je onder het begrip mantelzorger?
Wat versta jij onder het begrip overbelasting van de
mantelzorger?
Signaleren Hoe en wanneer signaleer jij op overbelasting?
Is vroegtijdig signaleren op overbelasting belangrijk
volgens jou?
Meetinstrument Wist je dat je op het Buurtzorgweb onder instrumenten
een meetinstrument kunt vinden speciaal ontwikkeld voor
de mantelzorger?
Zo ja, maak je hier weleens gebruik van?
Hoe vaak en wanneer dan?

Wenselijke situatie Wat is jouw wenselijke situatie omtrent het vroegtijdig


signaleren binnen het team?

51
Bijlage 4 feedbackformulier

52
53
Bijlage 5 Reflectieverslag professioneel gedrag
In dit reflectieverslag wordt er gereflecteerd op het professionele gedrag van de student, in
relatie tot de opdrachtgever, de doelgroep, de peergroep en de begeleidend docent. Om dit
reflectieverslag structuur te geven is gebruik gemaakt van het spiraalmodel van Korthagen.
Het model is een systeem waarbij men structureel en systematisch terug kan kijken op het
eigen handelen. Hiermee kan diepgaand en op een stapsgewijze manier worden
gereflecteerd op het eigen handelen (Schop, 2016).

Handelen:
Gedurende 16 weken ben ik bezig geweest met het uitvoeren van het onderzoek. Het
onderzoek heeft plaatsgevonden bij organisatie Buurtzorg Nederland, binnen team Helmond
West. Overigens was dit ook de setting van mijn afstudeerstage, waardoor de opdrachtgever
makkelijk benaderd kon worden. Tijdens het onderzoek heb ik de vaste zorgverleners binnen
het team genterviewd en de gegevens verwerkt om tot een conclusie en aanbevelingen te
komen. Het doel van dit onderzoek was om tot aanbevelingen te komen waar het team
daadwerkelijk gebruik van kan maken om de huidige situatie te verbeteren. Tijdens het
onderzoek heb ik met diverse punten rekening proberen te houden:
Voldoen aan de opdracht van de opdrachtgever.
Rekening houden met de onderzoeksdoelgroep.
Behouden en bevorderen van betrouwbaarheid en validiteit.
Gebruik maken van wetenschappelijke literatuur.
Nieuwe inzichten en kennis creren voor bruikbare aanbevelingen.
Ondersteunen van mijn peergroep.
Tijdens het proces reflecteren op mijn denken en handelen.

Gedurende deze periode is er voornamelijk in de begin- en eindfase intensief contact


geweest met de opdrachtgever betreft het onderzoek. In de midden fase is minder contact
geweest door dat ik druk ben geweest met de interviews en het uitwerken daarvan. Het
contact is voornamelijk face-to-face verlopen. De doelgroep van mijn onderzoek is niet
betrokken geweest bij de overlegmomenten met de opdrachtgever, om het geven van
wenselijke antwoorden te voorkomen. Dit is in overleg met de opdrachtgever besproken.
Daarnaast is er wekelijks contact geweest met mijn peergroep. Dit contact heeft deels via de
mail, telefoon en face-to-face plaatsgevonden. Buiten de consultaties om heb ik niet veel
contact gezocht met mijn begeleidend docent.

54
Door de feedback van mijn peergroep, docent en opdrachtgever heb ik meerdere malen
gereflecteerd op mijn denkproces en handelen. Bij een verkeerd denkspoor heb ik contact
gezocht met mijn peergroep, docent of opdrachtgever voor ondersteuning.

Terugblikken op het handelen:


Het afstudeeronderzoek in combinatie met de afstudeerstage viel mij zwaar. Ik vond het
lastig om een planning te maken en mezelf hieraan te houden. Hierdoor vond ik het lastig
tijdig de onderzoeksplannen en verslagen van iedere peer te controleren en te voorzien van
feedback. Voornamelijk vond ik dit zelf vervelender dan de leden van mijn peergroep. De
peergroep heeft hier geen hinder van ondervonden. Alle verslagen zijn alsnog voorzien van
feedback.

Ik heb zoals eerder benoemd voornamelijk in het voor- en eindstadium van het onderzoek
contact gezocht met de opdrachtgever. Gedurende de tussenperiode heb ik minder contact
gezocht met de opdrachtgever. De opdrachtgever nam deel aan het onderzoek. Ik
verwachtte dat wanneer ik haar tussentijds teveel op de hoogte stelde, dit voor een
vertekening in de resultaten zorgden. Daarbij heb ik tijdens de teamvergaderingen de
collegas op de hoogte gesteld van de vorderingen van het onderzoek, zodat zij op deze
manier alsnog werden betrokken.

Mijn opdrachtgever heeft een afwachtende houding aangenomen en mij zelfstandig laten
werken. Wanneer ik om hulp vroeg, stond ze mij te woord. Voorafgaand aan het onderzoek
zijn de gemaakte afspraken met de opdrachtgever niet op papier gezet. De afspraken zijn
niet opgenomen in het intro gespreksverslag, omdat er tijdens dit gesprek nog geen concrete
afspraken waren besproken. Het bovenstaande heeft geen negatieve gevolgen gehad voor
het onderzoek, maar het is niet verstandig geweest. Met de afspraken op papier kan men
naar de afspraken verwijzen. Voorafgaand aan het onderzoek heb ik de zorgverleners
gevraagd voor deelname aan het onderzoek. Hierbij heb ik een informed consent opgesteld
en hen deze laten ondertekenen. Op deze manier kon ik bij misverstanden terugvallen op het
ondertekend informed consent. Dit is tijdens het onderzoek niet van toepassing geweest.

Het zoeken van wetenschappelijke literatuur heb ik onderschat. Mijn verwachting was dat er
meer te vinden zou zijn wat betreft het onderwerp van het onderzoek. Ik wilde graag de
betrouwbaarheid van de literatuur waarborgen, door te zoeken op de aangeboden
databanken van Avans. Echter heb ik noodgedwongen ook literatuur moeten zoeken buiten
de aangeboden databanken. Tijdens het praktijkgericht onderzoek is het wel gelukt de
validiteit en betrouwbaarheid te waarborgen. Daarbij heb ik tevens rekening gehouden met

55
de doelgroep. Door hen passend te benaderen en het interview plaats te laten vinden in een
vertrouwde omgeving is de ecologische validiteit verhoogd (Dingemans, 2015).
Vervolgens is naar mijn idee het contact tussen mij, de opdrachtgever en de zorgverleners
op een respectvolle en zorgvuldige manier verlopen. Dit heb ik ook bevestigd gekregen van
mijn opdrachtgever. Het contact tussen mij en mijn peergroep heeft op een informele
gespreksmanier plaatsgevonden. Dit heeft geen gevolgen gehad voor mijn onderzoek.
Persoonlijk vind ik dat het werken met medestudenten op een andere (informele) manier
mag verlopen dan met de opdrachtgever. Het contact met mijn peergroep heb ik als prettig
ervaren. Tevens hebben zij mij enorm geholpen bij het vormen van dit onderzoek.

Bewust worden van essentile aspecten:


Zowel een onderzoek en een stage volgen binnen hetzelfde team had voor- en nadelen. Een
voordeel was het laagdrempelige contact met de opdrachtgever. Een nadelig effect vond ik
om het onderzoek en de stage te combineren. Ik vond het lastig om mijn grenzen aan te
geven. Enerzijds wil je bezig zijn met je onderzoek, anderzijds wil je jezelf bewijzen als
verpleegkundige op de werkvloer. Ik wilde ook niet de indruk wekken op de werkvloer dat ik
alleen maar bezig was met het onderzoek. Dit probleem heb ik aangekaart bij de
opdrachtgever. Ondanks dit gesprek bleef ik het lastig vinden een balans te vinden. Tijdens
deze periode heb ik veel steun gehad van mijn medestudenten, peergroep en docent.
Achteraf vond ik het prettig dat mijn stagebegeleider tevens de opdrachtgever was, zodat
makkelijk over beide aspecten kon worden gesproken.

Formuleren van handelingsalternatieven:


Mocht ik in mijn toekomstig beroep als verpleegkundige nogmaals een onderzoek mogen
uitvoeren neem ik zeker de bovenstaande punten mee. Wat ik voornamelijk meeneem is een
goede planning maken en het werk niet te onderschatten. Op deze manier zal ik in een
volgend onderzoek meer rust en minder druk ervaren. Wat ik hetzelfde zou blijven doen is
het communiceren met elkaar. Ik heb gemerkt dat dit voor een positief effect zorgt betreft het
onderzoek. Zo weten de anderen hoe je voor het onderzoek staat, wat begrip oplevert.
Uiteindelijk ben ik redelijk trots op het verslag.

Bron:
Schop, G. (2016). Model Korthagen. Verkregen op 31 mei 2017, van
http://reflectiesite.nl/model-korthagen/

56
Bijlage 6 Codeboek

Label Citaten interviews Open coderen Axiaal coderen


Beschrijving Mantelzorger, je bent een
mantelzorger mantelzorger als je niet Verlenen van zorg. Verlenen van zorg.
gekozen hebt om zorg te Naasten. Dicht bij de persoon
verlenen aan iemand in de staat.
naasten omgeving. Gedwongen Gedwongen zorg Gedwongen zorg
of ongedwongen, de taak wordt
je toegedeeld. Het komt op je
pad.
(Respondent 1)

Een mantelzorger is een


familielid of een kennis die
grotendeels de zorg overneemt. Familielid of kennis Familielid of kennis.
Als wij daar komen om te die de zorg
wassen en te kleden doen hun s grotendeels Verlenen van zorg.
middags iets eten, naar het toilet overneemt.
gang, en ehm.. ja de kleine
dingen.
(Respondent 2)

Een partner of een buurvrouw of


een familie lid of iemand in de Iemand die dicht bij Dicht bij de persoon
buurt die dicht bij die persoon de persoon staat. staat.
staat die voor die persoon zorgt
en dan zorgen in de brede zin Verlenen van zorg.
van het woord.
(Respondent 3)

Een mantelzorger is eigenlijk


ehm.. diegene die mee kan
helpen in de zorg bij clinten Familielid die Familielid of kennis.
zoals een partner of een broer of ondersteund bij de
een kind.. die wij ehm.. ja zorg. Verlenen van zorg.
kunnen vragen om bepaalde
taken voor een clint te doen,
zoals medicijnen uitzetten of
eten geven of.. dat soort dingen.
(Respondent 4)

Onder het begrip mantelzorger


versta ik de personen die dicht
bij een clint staan en die ehm.. Naasten Dicht bij de persoon
hem of haar ondersteunen met staat.
ehm.. met huishoudelijke taken Ondersteuning
ehm.. Persoonlijke verzorging biedt bij
ja.. dat denk ik en ook een stukje huishoudelijke Verlenen van zorg.
ehm.. ja het aanwezig zijn taken,
gewoon voor iemand, het er zijn. verzorgingstaken.
Een luisterend oor, ik denk heel Luisterend oor. Luisterend oor.
breed. Een mantelzorger hoeft
mijn optiek geen familielid te zijn.

57
Dat kan ook een buurvrouw zijn Familielid, Familielid of kennis.
of een goede Vriendin of ehm.. buurvrouw,
he, vaak wordt er gedacht, denk vriendin.
ik een mantelzorger is een
familie- lid maar volgens mij
hoeft dat helemaal niet. Maar
iemand die buiten medische Medische zorg Verlenen van zorg.
zorg om of doen ze ooit wel
eens iets medisch overnemen, Zorg leveren
doorspuiten of sonde kunnen ze
ook leren. Die gewoon de zorg
draagt, die zorgt voor een clint
of een persoon.
(Respondent 5)

Nou een mantelzorger is


iemand die voor een ander Iemand die voor de Verlenen van zorg.
zorgt. Dat kan op allerlei ander zorgt op
gebieden, dat kan verzorgend diverse gebieden.
zijn dat kan huishoudelijk zijn,
keertje mee naar de bibliotheek,
de tandarts. Maar er zijn iets van
3,6 miljoen mensen in Nederland
die zorgen voor een ander. Kan
ook voor een kind zijn. Het is
heel breed.
(Respondent 6)

Een mantelzorger is meestal Partner, kinderen, Familielid of kennis.


partner, kinderen of buren. buren.
.. ja vaak zijn het lichte
zorgtaken. Lichte zorgtaken. Verlenen van zorg.
Kleine dingen zoals de
ADL bijvoorbeeld. Wassen en
aan kleden kan maar dat gaat
al wat verder. Steunkousen
aantrekken iets simpels.. ik
vind moeilijk iemand moet
de zorg ook wel willen doen.
O: Nee, niet perse Niet perse Hulp bieden.
zorgtaken of ook een keer zorggerelateerde
een boodschap doen. taken.
R:Ja dat is ook een
mantelzorg, of ehm.. het
grasmaaien of wat dan ook
voor iemand.
(Respondent 7)

Ik denk dat een mantelzorger Veel tijd steekt in


iemand is die een heel groot het verzorgen en Verlenen van zorg
gedeelte van zijn tijd steekt in regelen van taken.
het verzorgen en het regelen
van zaken voor een familielid of Voor familielid, Familielid of kennis.
een kennis, of iemand die dicht kennis, iemand die Dicht bij de persoon
bij ze staat. dichtbij staat. staat.

58
(Respondent 8)

Ehm.. een mantelzorger vind ik Staat dicht bij de Dicht bij de persoon
inderdaad iemand die dicht bij persoon. staat.
ehm.. een clint staat en die
ehm ook mede zorgtaken op Leveren van Leveren van zorg
zich neemt. Dat hoeven geen zorgtaken.
lichamelijke zorgtaken te zijn
maar inderdaad een stuk Niet perse Hulp bieden.
begeleiding, bij iemand zijn, een lichamelijk
boodschap doen, misschien wat gerelateerd.
huishoudelijke taken. En ehm.
Dat kan of een familie lid zijn of Familielid, kennis,
een kennis of een vriendin of.. vriend. Band mee Familielid of kennis.
zo iemand. Wel waar de clint heeft.
een band mee heeft. Zo zie ik
een mantelzorger.
(Respondent 9)

Beschrijving Ik denk als mantelzorgers Mantelzorger zelf Mantelzorger zelf


overbelasting binnen te klagen tegen ons. klachten aangeeft. klachten aangeeft.
Ik denk vooral als mensen zelf
signalen af gaan geven, ik ben
zo moe of ik moet er s nachts
zoveel uit.
Vaak worden wij ook pas in zorg In zorg bij Clint in zorg bij
geroepen als de mantelzorger overbelasting. overbelasting.
overbelast is.
(Respondent 1)

Ja dat kan eigenlijk psychisch Psychisch. Psychische klachten.


zijn, dat je eigenlijk je partner Relatie veranderd. Verandering relatie.
niet meer ziet als partner, dat
vind ik eigenlijk al dat je
overbelast bent. Maar ook
lichamelijk, mensen gaan steeds Lichamelijke Lichamelijke klachten.
meer pijntjes krijgen, toch wel klachten.
last van me arm van me rug, ja
dat zijn meestal ook uitingen van
ik kan het eigenlijk niet meer
aan, het doet eigenlijk allemaal
zo zeer en ja ik trek het eigenlijk
niet meer.
Maar het is vaak het psychische Psychische Psychische klachten.
wat de mensen niet zien want ja klachten.
daar ga je toch niet over vragen,
pas echt als ze daar zelf mee
komen dan ga je daar over in
gesprek en dat, dat, daarom, ja
(Respondent 2)

Ik denk dat er overbelasting is


wanneer ik het signaleer,

59
wanneer ik denk nou die Als ik het Zorgverlener
persoon of partner is overbelast, signaleer. overbelasting
maar daarvoor is een stukje als signaleert.
de partner het zelf aan geeft.
dus ik denk dat al die Mantelzorger zelf Mantelzorger zelf
mantelzorger die zegt dat het klachten aangeeft. klachten aangeeft.
teveel wordt, denk ik dat dat
overbelasting is en zelfs als
diegene het nog niet durft te
zeggen of het nog niet in de
gaten heeft he dat ie overbelast
is.
Klachten stijve nek en pijn blijft
houden, van de stress. Lichamelijke Lichamelijke klachten.
(Respondent 3) klachten

De belasting te groot is fysiek of


mentaal. Fysieke en Lichamelijke klachten.
Te weinig vrije tijd omdat mentale klachten. Psychische klachten.
iemand continue bij een clint
moet blijven. Te weinig vrije tijd. Te weinig vrije tijd.
Bepaalde druk ervaart.
Druk door dat een kind nog
eigen werk heeft of zelf ook nog
kinderen heeft.
(Respondent 4)

ja overbelasting is dat de
mantelzorger niet meer de Niet meer in staat Niet meer in staat zorg
zorg kan verlenen die hij of zij zorg te verlenen. te verlenen.
aan die persoon verleend. En
hoe je dat signaleert, ja dat
weet ik niet. Maar goed, mijn
idee is dat de overbelasting.
Dat iemand de zorg niet meer
kan geven. Niet meer in staat Niet meer in staat zorg
Vermoeidheid.. ehm.. als het zorg te verlenen. te verlenen.
iemand is die niet in de Fysieke klachten. Lichamelijke klachten.
directe familie of in het
directe huis woont
toch iets minder vaak gaat
komen, die dan toch afbelt
van ik kan niet vandaag om
dit of dat, kan een symptoom
zijn van overbelasting.
Iemand die direct in huis
woont, daar zie je het
misschien aan dat iemand er
moe uit ziet of heel veel slaap
heeft, of het ook aangeeft. Ik Fysieke klachten. Lichamelijke klachten.
vind het heel zwaar en heel
veel. En ja.. ik ja. Ik
vind het heel lastig om te
zeggen hoe je dat heel snel
moet signaleren omdat ik het

60
zelf ook nog niet eerder aan
de hand heb gehad.
(Respondent 5)

Je zorgt voor iemand en er


sluipt steeds meer bij. Er komt Zorg stapelt zich Toename zorg.
steeds meer bij. Dit kan je, wil je op.
dit er nog ook nog bij doen. Er
komt steeds meer bij. Je stelt Grenzen Verleggen van
steeds je grenzen bij en je denkt verleggen. grenzen.
ach ja ik moet eigenlijk nog wat
bij kunnen doen nog.
Tot dat op een gegeven
moment dan ben je overbelast
en dan is het eigenlijk al te laat.
Want dan merk je dat je niet
meer goed slaapt, snel huilt, dat
je snel gerriteerd bent, snel in Fysieke klachten. Lichamelijke klachten.
een andere stemming raakt, dat Mentale klachten. Psychische klachten.
je gaat haasten, je hart slaat op
hol of nou ja allemaal zulke
dingen. Mensen gaan tegen jou
zeggen ben je niet overbelast?
Kun je nog wel slapen? Nou ja
van je omgeving krijg je het dan
ook te horen. En dan is het
eigenlijk al te laat.
Ja en mensen die vaak huilen.. Emotionele Psychische klachten.
mensen die chagrijnig zijn of die klachten.
eh.. een keer in paniek zijn. Er
zijn zoveel symptomen. Mensen
die aan de alchohol gaan.. he he
man ligt de bed ik neem nu
eens flink een paar glazen wijn.
En dat iedere dag (gelach) aan
de pimpel zitten. Ja..
(Respondent 6)

Bij overbelasting van de


mantelzorger denk ik al snel, ja Partner die 24 uur Te weinig vrije tijd.
dan denk ik eigenlijk aan een per dag zorgt.
partner of waar de clint in huis
is, en die gewoon 24 uur per dag
zorg nodig heeft. Dan kan ik me
voorstellen dat het te veel wordt
en iemand overbelast.
(Respondent 7)

Ehm.. ik denk dat, dat ehm..


twee kanten op kan gaan. Of dat Zorg te zwaar Toename zorg.
het echt te veel wordt, dat het te wordt om de
zwaar wordt voor iemand om het leveren.
nog te handelen. Of dat iemand
echt zoveel met die persoon Geen tijd meer Te weinig vrije tijd.
bezig is dat die geen tijd meer voor zichzelf en

61
heeft voor zich zelf en het daarom de zorg
daarom niet meer zo aankan. niet aan kan.
Ehm.. prikkelbaar, vermoeid,
overspannend, burn-out achtige Lichamelijke Lichamelijke klachten.
verschijnselen. klachten.
(Respondent 8)

Mijn eerste gedachte is


inderdaad toch vaak de
kinderen, omdat wij als
verpleegkundige veel
teruggegeven aan de kinderen
ehm.. en ja goed he het is
inderdaad ook de huidige
situatie dat de kinderen ook een Druk met eigen Te weinig vrije tijd.
gezin hebben of vaak werken, leven.
ver weg wonen, dus dat kan ooit
best een belasting zijn voor een
zoon of dochter.
Dus ze zei dat kan ik niet van
hun verlangen. Die hebben hun
gezin en hebben hun eigen
kinderen waar ze ook bij moeten
springen, dus nee. Dan denk je
van jeetje dat is inderdaad zo.
Mensen worden natuurlijk steeds
ouder.
(Respondent 9)
Intake- Ja daar vragen wij na, maar Niet passend Niet passend
gesprek vaak zie je dat wel. deelvragen. deelvragen.
Als iemand alleen is vraag ik is
er familie, of wie zorgt er voor de
boodschappen, vaak kom je dat
wel automatisch tegen.
(Respondent 1)

Ja je vraagt automatisch
Naar partner en Kinderen dus
ja daar kom je meestal wel
op. Maar echt het begrip
mantelzorg noem je
niet nee.. tenminste ik niet.
Ja.. je vraagt waar de
Kinderen wonen en of ze
dichtbij wonen, dan heb je al
beetje een zicht op het
sociale netwerk.
Dus ja, als je zo een beetje
De familie, de partner en de
Kinderen weet dan ehm.. heb
je wel een goed zicht.
(Respondent 2)

Ik vraag daar niet standaard


naar. Ligt een beetje aan de

62
situatie als iemand hmm..
alleen maar voor ehm.. een
injectie een keer in de week
komt dan vraag ik niet zozeer
naar de mantelzorger al zou
ik dat misschien wel doen als
het contact wat inniger zou
zijn. Maar ehm bij mensen
waar ik zie dat de partner
toch veel doet,
mensen die veel zorg nodig
hebben, dan heb ik wel de
neiging om het eerder te
vragen.
(Respondent 3)

Ehm.. ja meestal wel al in het


begin uitvragen, want dan
kun je daar natuurlijk gericht
je zorg op afstellen. Het is
denk ik, vind ik wel belangrijk
dat je vanaf het begin af aan
weet of er mantelzorgers zijn,
en zo ja wil misschien nog
niet zeggen of je van het
begin deze er al betrekt.
Maar het lijkt me wel
wenselijk. Ik denk vaak ook
wel als je op een intake gaat,
ik doe er niet zo veel, maar
als ik op een intake ga dat
ik het ook wel heel fijn vind
als er iemand meer aanwezig
is. Als er een partner een
buurvrouw of een vriendin is
die mee zorgt. Als
alleen een kopje koffie
drinken.
(Respondent 5)

Ik heb nog niet veel intakes


gedaan, maar ehm ik vraag altijd
wel standaard wie doet de
praktische zaken enz.
(Respondent 8)

Signaleren Ja vaak worden wij er bij Zorg komt bij Clint in zorg bij
van geroepen als het al te ver is.. als overbelasting. overbelasting.
overbelasting het echt niet meer gaat.
(Respondent 1)

Ja ik denk dat wij daar eigenlijk,


ja je gaat gewoon in gesprek en Aan de hand van Gesprek mantelzorger.
ik denk dat dat aan de ene kant een gesprek.
wel te weinig gebeurd, want je

63
komt voor de clint en je bent Druk met clint.
daar mee bezig en de zorg en je
probeert daar alles zo goed
mogelijk voor te regelen. Maar
vaak is er ook nog een partner Te weinig tijd voor Te weinig tijd voor de
die je dan eigenlijk, soms wel partner. mantelzorger.
een beetje vergeet omdat je
zoveel bezig bent met de clint
en dat is wel jammer.
Je probeert zo iedere keer als je
daar komt wel even te vragen
hoe
gaat het en lukt het allemaal, en
hoe gaat het over de dag en.. ja Vragen hoe het Gesprek mantelzorger.
dat doe je bij de ene meer als bij gaat.
de ander.
Echt een beetje per situatie.
Maar meestal vraag je over
Het algemeen wel hoe dat
het gaat en vaak komt het er
dan ook wel uit.
(Respondent 2)

Stukje als de partner het zelf Mantelzorger zelf Mantelzorger uit


aan geeft. klachten aangeeft. klachten.
Ja ik probeer er ook wel over in
gesprek te gaan, he van hoe Aan de hand van Gesprek mantelzorger.
gaat het , gaat het nog met de gesprek.
zorg.
Ik heb daar geen duidelijke lijst Geen Geen gebruik
voor. meetinstrument. meetinstrument.
(Respondent 3)

Nou ik denk zelf dat ik


Signaleer als het eigenlijk al, Signaleer te laat. Signaleer te laat.
nouja te laat is, als eigenlijk
de mantelzorger al
een beetje te veel is.
(Respondent 4)

Ja overbelasting is dat de
mantelzorger niet meer de
zorg kan verlenen die hij of zij
aan die persoon verleend. En
hoe je dat signaleert, ja dat Niet bekend hoe te Niet weten hoe te
weet ik niet. signaleren. signaleren.
En ja.. ik ja. Ik vind het heel
lastig om te zeggen hoe je
dat heel snel moet signaleren
omdat ik het zelf ook Nog niet eerder Situatie nog niet
nog niet eerder aan de hand meegemaakt. meegemaakt.
heb gehad.
Nu heb je eigenlijk alleen je
Eigen observaties, tenminste, Eigen observaties Eigen observaties.
we horen dat bijna niemand Geen meetinstrument.

64
in het team er mee werkt.
Dan zijn het puur je eigen
observaties waar je vanuit
gaat.
(respondent 5)

Ja en mensen die vaak


huilen.. mensen die chagrijnig Fysiek en mentale Signaleren fysieke en
zijn of die eh.. een keer in klachten. psychische klachten.
paniek zijn. Er zijn zoveel
symptomen. Mensen die aan
de alchohol gaan.. he he man
ligt de bed ik neem nu eens
flink een paar glazen wijn. En
dat iedere dag (gelach) aan
de pimpel zitten. Ja..
Nou ik denk dat als ik echt zie
dat iemand ehm.. als ik echt Overbelasting Gesprek mantelzorger.
dat gevoel heb van iemand is benoemen.
overbelast dan denk ik wel
dat ik dat ook benoem. Ja..
dan zou ik zeggen goh ik zie
dat u erg moet huilen en
heeft dat te maken dat u
misschien toch wel eens
overbelast zou kunnen zijn.
Voor de zorg naar u man
toe.. ja dan hoor je het wel..
hoop je dan.
Ja dat weet ik wel maar dat
heb ik nog nooit gebruikt van
gemaakt. Omdat ik al.. ja ik Eigen observaties. Eigen observaties.
wil niet arrogant doen, maar ik
zit al vanaf mn 18e in de
verpleging, ik heb daar een
antenne voor en als ik zoiets zie
maak ik het altijd bespreekbaar.
(Respondent 6)

Als mensen het zelf Mantelzorger zelf Mantelzorger uit


aangeven.. ehm.. klachten aangeeft. klachten.
Maar als ik een .. ja.. ik werk
nu een jaar bij buurtzorg, nog
maar een keer gedaan. Heb
ik die checklist bij Gebruik Gebruik
instrumenten doorgezocht en meetinstrument. meetinstrument.
doorgenomen met iemand
waar ik ook wel het
vermoeden had hier is
overbelasting. Maar dan
maak je het concreet omdat
je vragen hebt die met ja en
nee worden beantwoord. En
de score bepaald of er wel of
niet sprake is van overbelasting.

65
(Respondent 7)

Ehm sowieso vraag ik altijd Gesprek Gesprek mantelzorger.


wel aan partners en aan mantelzorger
kinderen als deze aanwezig zijn
hoe het met hen gaat. Probeer ik
hun wel apart te benaderen. Niet
van hoe gaat het , oh goed, Mantelzorger apart Gesprek mantelzorger.
maar hoe gaat het dan echt. En benaderen.
ehm.. ja op dat moment zelf kan
ik er niet misschien heel veel
aan doen, maar ik probeer wel
mee te denken over bepaalde
dingen.
(Respondent 8)

Ehm.. ja goed.. een reactie van


de kinderen als je iets vraagt. Reactie tijdens Gesprek mantelzorger.
. Dus ehm.. ja inderdaad de gesprek.
reactie hoe reageren ze op iets?
En dan geven ze vaak zelf wel
terug van .. ja of ie dat wel of
niet kan verwachten van
iemand.
En dan bevraag je het ook. En
dan, he dan ga je inderdaad Bevragen. Gesprek mantelzorger.
eventjes bij ze aan tafel zitten en
niet tussen het wassen door
trouwens hoe is het? Daar maak Tijd voor de Gesprek mantelzorger.
je wel eventjes tijd voor. Echt mantelzorger.
even kritisch kijken hoe gaat het
hier en is het voor u te hebben. Kritisch de situatie Beoordelen situatie.
Want zon partner, bij een zieke bekijken.
clint die is als zon mevrouw
thuis zit ook echt aan huis
gebonden 24 uur. En wij komen
natuurlijk een aantal zorg
momenten, maar de rest van de
tijd moet toch de partner het
opvangen. Dus.. ehm.. ja ik
denk dat je daar wel kritisch naar
mag kijken.
(Respondent 9)
Belang Ik denk als ik zelf het gevoel Draagkracht wordt Draagkracht vergroten.
vroegtijdig heb als wij dat zien op tijd, dat groter.
signaleren mensen hun draagkracht iets
groter wordt omdat ze het
kunnen delen met iemand.
Dat alles wat je doet, wil je
waardering hebben. Daar teer je
op, daar krijg je energie van.
Als je nergens nooit
Waardering voor krijgt wordt
het zwaar.
(Respondent 1)

66
Ja het is altijd belangrijk want
Het gaat bij hun ook om de
gezondheid en zij zijn ook Gezondheid Gezondheid behouden
gewoon een grote spil in de behouden mantelzorger,
thuiszorg. mantelzorger. zodat zorgtaken
Dan moeten we ook die in de voortgezet kunnen
gaten houden want als die ziek worden.
worden dan moeten we daar nog
meer zorg gaan leveren.
Mantelzorger is gewoon super
belangrijk. Als we daar niet Belangrijke rol in Mantelzorger is
zuinig op zijn en ze te veel laten de thuiszorg belangrijk ik de
doen is het ook niet goed. Zuinig op zijn. thuiszorg.
(Respondent 2)

Ja dat vind ik wel belangrijk Zorg uit handen Mantelzorger verleend


want wij kunnen ook wel een geven. zorg.
stukje zorg uit handen geven bij
sommige clinten door een
mantelzorger in te schakelen.
Vind ik wel belangrijk om daar Mantelzorger Mantelzorger is
op te letten ja omdat wij daar zelf belangrijk in de belangrijk ik de
als hulpverleners toch wel ja.. thuiszorg thuiszorg.
veel aan kunnen hebben.. aan
mantelzorgers.
(Respondent 4)

Ja ik denk zeker wel dat het


Heel belangrijk is om
vroegtijdig te signaleren
omdat je anders ehm. Mantelzorger de Gezondheid behouden
De kans loopt dat mensen de zorg niet meer kan mantelzorger,
zorg niet meer kunnen bieden bieden. zodat zorgtaken
die zij op dat moment voortgezet kunnen
bieden. Dat houdt dan in dat worden.
wij meer zorg moeten bieden
of dat er andere instanties
zijn die bij kunnen springen.
Het is heel belangrijk
om een mantelzorger zo
ehm..goed te houden dat ie
de zorg kan blijven bieden.
(Respondent 5)

Nou het is belangrijk voor de Mantelzorger de Gezondheid behouden


clint, want als er nog een clint zorg niet meer kan mantelzorger,
bij komt daar zit niemand op te bieden. zodat zorgtaken
wachten, twee van die zieken voortgezet kunnen
En dan denk ik ja.. het is ook worden.
voor de ja.. voor de hele
omgeving de kinderen de
kleinkinderen, voor de patint Mantelzorger tijdig Gezondheid behouden
maar voor de persoon zelf ook. ondersteund kan mantelzorger,
Is het gewoon fijn dat het op tijd worden.

67
wordt ingezien er iets mee zodat zorgtaken
gedaan wordt. Want anders dan voortgezet kunnen
ehm.. ja dan raakt de persoon worden.
helemaal overbelast en heeft ie
straks een burn out of wordt ie
zelf ziek..
(Respondent 6)

Ja ik vind wel iedereen moet op


de hoogte zijn.
(Respondent 7)

Jazeker, omdat, je kunt een boel Ellende


ellende voorkomen en deze voor voorkomen. Gezondheid behouden
zijn. Voordat het eigenlijk te laat mantelzorger,
is en het is voor alle partijen zodat zorgtaken
beter. voortgezet kunnen
(Respondent 8) worden.

Meetinstrume In principe maken wij nooit Geen gebruik Geen gebruik


nt gebruik van een meetinstrument. meetinstrument meetinstrument.
Ik heb zelf het meetinstrument
een aantal keer gebruikt in mijn
opleiding.
Maar nu ik dat zeg, vond ik het
meetinstrument meerwaarden Meerwaarden Meetinstrument geeft
hebben. Ik vond toen wel toen ik meerwaarden.
een meetinstrument afnam, dat
die mensen wel zoiets hadden
van ach ik wordt gehoord en ik
wordt gezien. Ze hebben in de
gaten zoveel dat ik doe.
Maar als je echt specifieke
vragen stelt komen er toch
andere dingen uit.
Paar clinten hadden ook echt Clinten voelen Clinten voelen zich
zoiets van oh ik ben ook in zich gehoord. gehoord door het
beeld. meetinstrument.
Ja voor de mantelzorger dat ze
waardering voelt, van ohja jullie
zien toch wel.
Ik denk wel dat het een stuk
meerwaarde geeft.
Je kijkt wel, maar de vragen
Die daar in staan behandel je Gerichte vragen. Doelgerichte vragen.
Normale wijze niet. Nee..
Daar kom je echt niet op.
Ja.. die ga je zomaar niet
vragen, het is een testje van
niks.. maar eigenlijk om het te Creert een 0 0 meting.
vergelijken voor zoveel tijd meting
later.
(Respondent 1)

68
Nee.. eigenlijk niet. Dat is Geen gebruik Geen gebruik
gewoon zelf een beetje je zicht meetinstrument meetinstrument.
er op en intutie.
Voor de overbelaste
mantelzorger? Nee dat wist ik Meetinstrument Meetinstrument niet
niet. niet bekend bekend.
Ja want als deze niet goed op
het web te vinden is..
Ja.. hij is wel lekker kort dus in Gebruiksvriendelijk Gebruiksvriendelijk.
principe is dat ook zo gedaan.
(Respondent 2)

Ik heb daar geen duidelijke lijst Geen gebruik Geen gebruik


voor. meetinstrument. meetinstrument.
Ja ik heb dat van jou recent
gehoord, maar ik was daar echt Meetinstrument Meetinstrument niet
niet van op de hoogte. Ik wist dat niet bekend. bekend.
ook niet.
Het zijn ook wel mooi 13 vragen
he.
Nee het is goed begrensd. Gebruiksvriendelijk Gebruiksvriendelijk.
Weinig tijd in beslag.
(Respondent 3)

Nee dat wist ik niet. Meetinstrument Meetinstrument niet


(Respondent 4) niet bekend. bekend.

(Nee knikkend) Nee!


(Gelach)
Ik zal het maar eerlijk Meetinstrument Meetinstrument niet
opbiechten! niet bekend. bekend.
Dat ik dat niet wist.
Ik vind het sowieso moeilijk
zoeken op het web maar dat Moeilijk vindbaar. Meetinstrument moeilijk
is een ander verhaal. Maar vindbaar.
dat vind ik toch vaak dat ik
dingen niet kan vinden.
(Respondent 5)

Ja dat weet ik wel maar dat


heb ik nog nooit gebruikt van Meetinstrument Meetinstrument WEL
gemaakt. Omdat ik al.. ja ik bekend. bekend.
wil niet arrogant doen, maar ik
zit al vanaf mn 18e in de
verpleging, ik heb daar een
antenne voor en als ik zoiets zie Eigen intutie Gebruik eigen intutie.
maak ik het altijd bespreekbaar.
Maar het kan best wel zijn dat ik
dat dan ook dingen in vergeet
omdat je dan je maakt het wel
bespreekbaar en er komt wel
iets uit. Maar omdat je dan een Meetinstrument is Meetinstrument is
meetinstrument hebt dat, dat is uitgedacht. betrouwbaar.
natuurlijk helemaal uitgedacht
van A Z en daar zitten altijd

69
dingen bij die je op dat moment Wellicht dingen Meetinstrument is
misschien over het hoofd ziet. over het hoofd zie. betrouwbaar.
Dan is het misschien toch een
goede zaak om het te
gebruiken.
Ja. , ik heb niet het idee dat
deze heel erg veel wordt
gebruikt. Dat gevoel heb ik.
Ja ik wist wel dat die er op
stond, maar omdat we al zoveel
instrumenten moeten gebruiken Veel Te veel
en moeten meten. De meetinstrumenten meetinstrumenten.
arbocheck, wonddossier check..
en en .. decubitus, gewicht,
glucose, van alles staat er op.
Maar ik denk wel dat als je dit
echt aan de hand hebt dit wel
goed is om te gebruiken.
(Respondent 6)

Maar als ik een .. ja.. ik werk nu


een jaar bij buurtzorg, nog maar
een keer gedaan. Heb ik die Meetinstrument Meetinstrument
checklist bij instrumenten bekend. bekend.
doorgezocht en doorgenomen
met iemand waar ik ook wel het Overbelasting Overbelasting concreet
vermoeden had hier is concreet maken. maken.
overbelasting. Maar dan maak je
het concreet omdat je vragen
hebt die met ja en nee worden
beantwoord. En de score
bepaald of er wel of niet sprake
is van overbelasting.
Nee dat ehm.. is wel goed te
vinden ja. Nou twijfelde ik. Ik wist Redelijk goed te Meetinstrument goed
dat die er was. vinden. vindbaar.
Ik wist dat die er was, maar ik
moest even zoeken omdat ik
als je in het overzicht kijkt
had ik hem niet helemaal
meteen, je moet even kijken
welke het nu is.
O:Oke want het is in principe
de caregiver strain index de
CSI, want ik kende de CSI
wel , maar niet de
R:Ja ik ben niet zo
Engelstalig ingesteld. Engelstalige Moeilijk Engelstalige
Ja alleen ja.. het is wel even.. benaming lastig. benaming.
wat doe je er mee. Want het
is een moment opname dus..
het kan ook een
confronterend zijn denk ik wel
met diegene die je aan tafel
hebt want ehm.. bij haar

70
waren best wel veel vragen
positief dus ze was duidelijk
overbelast. Maar ik vond het Concrete vragen Doelgerichte vragen.
wel handig dan weet je ook
waar je overpraat. In een
rapportage lees je wel eens
mevrouw is overbelast maar
dan denk ik ja.. dat is een
anders subjectief begrip als
je dat zomaar zelf denk ..
Nou ik denk wel dat het meer
bekendheid zou moeten hebben
zodat je het vaker doet. Maar.. Meer bekendheid Meer bekendheid
vast denk ik van nee ik zie het moet hebben. meetinstrument nodig.
meer als een signaleren functie
van jezelf en als je dan een
vermoeden hebt.. moet je er wel
mee bekend zijn en weten dat
het financieel enz. er ook bij zit
en dat je ..
Als je weet dat die er is en je
kent die vragen dan denk ik is Maakt het Overbelasting concreet
het wel goed om concreet te objectief. maken.
maken. Anders is het subjectief
begrip.
Ik denk dat je de vrijheid moet
hebben dat iedereen dat kan
doen.. ja..
(Respondent 7)

Nee. Dat wist ik niet. Meetinstrument Meetinstrument niet


(Respondent 8) niet bekend. bekend.

Nee dat doe ik eigenlijk niet. Niet bekend. Meetinstrument niet


Nee dat wist ik niet. bekend.
(Respondent 9)

Wenselijke Ik denk dat je dat best wel eens Eens per halfjaar Meetinstrument eens
situatie een keer per half jaar zou afnemen per half jaar afnemen.
kunnen doen. Een lijstje en dat meetinstrument.
vul ik nu in en over een half jaar
vul ik het weer in en da kijken we
is even.
Regelmatig in plannen, dat Meetinstrument Inzetten
daardoor de mantelzorger weer afnemen. meetinstrument.
meer draagkracht krijgt en
langer vol kan houden.
(Respondent 1)

En inderdaad misschien iets Inzetten Inzetten


Van een Meetinstrument. meetinstrument. meetinstrument.
Ja, of dat je het doet bij de
evaluatie, dat je er toch zicht
op hebt van goh hij wordt
toch wel iedere keer hoger

71
En ik denk dat het zeker wel Tijdens evaluatie. Meetinstrument
Voor bij de evaluatie. afnemen tijdens
(Respondent 2) zorgevaluatie.

Ik zou het wel misschien Gebruik Inzetten


makkelijk vinden. meetinstrument. meetinstrument.
En een lijst zou ik wel makkelijk
vinden.
In een team bespreking kort Teamvergadering Uitleg meetinstrument
aandacht geven aan de lijst. teamvergadering.
inderdaad bij zon evaluatie Meetinstrument Meetinstrument
want er moet toch gevalueerd afnemen tijdens afnemen tijdens
worden. evaluatie. zorgevaluatie.
iedereen die dan
verantwoordelijk is voor zijn
eigen clint kent zijn eigen clint Persoonlijk Afnemen
het best. Dan zou ik wel de begeleider meetinstrument door
verantwoordelijkheid bij die meetinstrument persoonlijk begeleider.
verpleegkundige laten en afnemen.
zeggen van bij deze meneer of
mevrouw vind ik het niet nodig.
Maar ik denk dat je dat wel
Per situatie moet bekijken
waar ga ik nu die lijst Persoonlijk Afhankelijk situatie
inzetten. Maar ik zou hem er begeleider schat inzet meetinstrument.
zeker wel bijzetten. situatie in of Persoonlijk begeleider
Bij de evaluatie bijzetten. Dat meetinstrument beoordeeld situatie.
Je dan zelf beslist of je hem nodig is.
Dan gaat gebruiken.
(Respondent 3)

Ja dat is misschien wel


Handig om in te zetten.
Jawel, dat zou ik zeker Inzet Inzetten
Handig vinden, ik denk dat meetinstrument. meetinstrument.
wel iets standaards zou
kunnen zijn als Standaard.
er mantelzorg is bij een clint
om deze vragenlijst dan een
keer in de zoveel tijd een
keer door te nemen met de
mantelzorger van goh hoe
staat het ervoor.
Ja zeker wel. Ja dat lijkt me
Wel verstandig om vroegtijdig
Te kunnen signaleren. Niet
Pas als het eigenlijk te laat
is.
Ja wij moeten sowieso een
Keer per jaar evalueren.
Maar dat zou denk ik te
weinig zijn, dat lijkt me te
weinig als je een
mantelzorger er bij betrekt.
Maar je zou ook natuurlijk af

72
kunnen spreken als je dit
inzet, om dan met de PBer af
te spreken van evalueer dit
elke 3 maanden, of stel het Meetinstrument Meetinstrument iedere
blijft heel stabiel zou je het elke 3 maanden. drie maanden
bijvoorbeeld naar een afnemen.
halfjaar kunnen schuiven.
(Respondent 4)

Ja misschien toch wel in het


zorgplan bij iedereen zetten die Mantelzorger Mantelzorger noteren
een mantelzorger of partner benoemen in het in het zorgplan.
thuis hebben dat dat wel in het zorgplan.
zorgplan komt. Van goh een
keer in de week eens een Extra tijd Extra tijd voor de
gesprekje met die. Ehm. Ja plan mantelzorger mantelzorger.
een keer per week extra tijd om gesprek.
daar nog wat tijd aan te
besteden, al is het maar dat ze
hun verhaal kwijt kunnen.
(Respondent 2)

Misschien moeten we het er met


elkaar ook vaker er over hebben. Mantelzorger Mantelzorger
En ook over ehm.. als we een bespreken binnen bespreken binnen het
clint bespreken niet alleen de het team. team.
zorg bespreken die we doen
maar ook de situatie er om heen
bekijken en daarbij dan ook de
mantelzorger bekijken.
(Respondent 3)

Ik denk dat het sowieso Meetinstrument Meetinstrument


helemaal geen kwaad kan om afnemen tijdens afnemen tijdens
ehm.. een keer in de zoveel tijd evaluatie. zorgevaluatie.
als je de zorg evalueert dat je dit
mee neemt.
(Respondent 5)

Ja je zou kunnen zeggen ik


heb hier een CSI index die
meet of u overbelast ben.
Zou u deze in willen vullen,
dan kan die het natuurlijk zelf
doen.
Nee, ik zou denk ik als ik het
gevoel heb dat het wel eens,
je hebt natuurlijk allerlei niet
pluisgevoelens in je buik en
je hoort en ziet dingen. Dan Meetinstrument bij Inzet meetinstrument
pas zou ik het vragen van wil verdenking bij verdenking
je die lijst met mij samen overbelasting. overbelasting.
invullen of zou je het zelf
willen doen.

73
Nee ik zou dat alleen maar
doen als ik het spitsen gevoel
heb van is hier iets aan de
hand waardoor ik denk dat
hierdoor wel eens een Niet standaard Meetinstrument niet
overbelasting plaats zou inzetten standaard inzetten.
kunnen vinden. Dan zou ik meetinstrument.
het doen, maar ik zou dat niet
bij iedere patint doen.
Nou ik vind wel dat dat
diegene moet zijn die daar Persoon waar de Meetinstrument door
het meeste komt. Of dat dan clint een band persoon aflaten nemen
de PB er is of de tweede dat mee heeft. waar de mantelzorger
maakt me dan niet uit maar een band mee heeft.
wel met de persoon waar de
clint een band mee heeft.
Want het moet niet zo zijn dat
iedereen daar met een
papiertje aan moet komen
wapperen. Ik denk dat het
goed is dat je een zekere relatie
hebt met de clint of partner van
de clint. Mantelzorger Mantelzorger
Binnen het team.. ehm.. ja dat binnen het team bespreken binnen het
wij misschien toch wat meer bespreken. team.
bespreekbaar maken bij de
teamvergaderingen. Niet alleen
de clint bespreken maar ook
dat we echt zeggen hoe staat
het nu met de mantelzorger.
Maar goed.. ik zou wel denk
ik, ik denk dat wij toch wel Te laat actie Eerder actie
wat meer aandacht aan ondernemen. ondernemen.
zouden kunnen besteden dat
dat toch vaak pas te laat pas
wordt ingezet zn score lijst of
risicolijst. Ja.
(Respondent 6)

ja een protocol is eigenlijk wel Protocol. Protocol omtrent


duidelijk. signaleren / vaste
Nou ik denk wel dat het meer werkwijzen.
bekendheid zou moeten hebben Meetinstrument Meer bekendheid
zodat je het vaker doet. meer bekendheid. meetinstrument.
Ik denk dat het wel handig is
sowieso om een keer door te Werkwijze binnen Vaste werkwijzen
bespreken hoe ga je daar mee het team binnen het team.
om en het toch een soort richtlijn bespreken.
te zetten .. ja. Wie doet het wel
wie doet het niet? Het is wel
beter om het concreet te
hebben.
(Respondent 7)

Ja maar ik denk wel dat ik hem

74
zou willen gebruiken. Inzet Inzetten
Ja, ik denk ook dat het heel meetinstrument. meetinstrument.
duidelijk is voor de mensen zelf.
Dat ze denken van oh ja.. maar
ik doe dat wel want ik houdt van
die persoon, dan geeft het
allemaal niet. Maar als je het
dan zwart op wit ziet hoeveel
impact dat op jou leven heeft Situatie concreet Inzetten
eigenlijk is het wel duidelijk. maken. meetinstrument.
dat je het dat meteen kan
afnemen dat je signaleert op het
stukje mantelzorger.
O: En dan tijdens een vast zorg
evaluatie moment? Plannen of.. Tijdens evaluatie Meetinstrument
R:Ja dat zou ik wel doen afnemen. afnemen tijdens
Ja in ieder geval iemand waar zorgevaluatie.
de mensen zich goed bij voelen.
En misschien ook dat niet zo Band met de clint. Meetinstrument door
zeer, dat je .. een moment pakt persoon aflaten nemen
om de zorg te evalueren maar waar de mantelzorger
daarna ook een stukje pakt om een band mee heeft.
de mantelzorg te evalueren
zonder dat de clint daar bij zit Individueel met de Meetinstrument
denk ik. Misschien voelt diegene mantelzorger. individueel afnemen
zich anders bezwaart met de mantelzorger.
misschien.
O:Oke dat neem ik zeker mee.
En zou je het dan fijn vinden om
er nog een keer uitleg over te
krijgen tijdens het teamoverleg? Uitleg Uitleg meetinstrument.
R:Ja altijd. meetinstrument.
O:Dus je zou het in ieder geval
zoals ik het begrijp fijn vinden
om te gebruiken? En dan op
vaste tijdstippen als het nodig is
misschien vaker tussen door.
R:Ja.
ja.. dat iedereen het gewoon
doet en geen genoegen neemt
met het gaat goed. Ofzo. Dat Vaste afspraken Vaste werkwijzen
iedereen wel door blijft vragen binnen het team. binnen het team.
en elkaar op de hoogte houdt
erover. En dat erover Situatie Mantelzorger noteren
gerapporteerd wordt. rapporteren. in het zorgplan.
Ja zoiets. Als je dan toch de
zorg moet evalueren dat je dat
stuk er dan ook bij pakt.
(Respondent 8)

Ja dat is misschien wel, dat kun


je best wel eens mee aan de
slag denk ik.
Ja als je dingen signaleert denk

75
ik. Als het verder loopt vind ik Meetinstrument bij Inzet meetinstrument
dat niet zo nodig. Maar als je verdenking bij verdenking
merkt van.. he dat wordt toch overbelasting. overbelasting.
wel, belast zon mantelzorger.
Zou dat best weleens. Dan zou
ik dat wel met de mantelzorger
samen invullen.
Ja.. dat ligt er aan hoe het loopt
dat is denk ik per clint anders.
Als ik denk dit heeft wel
meerwaarde zou ik het zeker Situatie per clint. Inzet meetinstrument
doen. bij verdenking
Ja, wanneer doe je dat en hoe overbelasting.
vaak. Ja.
Ehm.. dat we allemaal op een
lijn zitten. En dat .. we wel
afspraken maken hoe we met Op een lijn met Vaste werkwijzen
bepaalde situaties om gaan. Niet collegas. binnen het team.
dat de ene collega zegt van nou
weetje dan komen we s Afspraken omtrent Vaste werkwijzen
middags wel een keer extra. En de mantelzorger en binnen het team.
de ander.. er moet natuurlijk wel situatie.
kritisch naar gekeken worden
hoe we die zorg invullen.
(Respondent 9)

76
Bijlage 7 Samenvatting interviews, membercheck.

Interview #1
Begrip mantelzorg
Je bent een mantelzorger als je niet gekozen hebt om zorg te verlenen aan iemand in de
naasten omgeving. Gedwongen, ongedwongen, de taak mantelzorger wordt je toegedeeld,
het komt op je pad.

Intake
Bij het intakegesprek vraag ik naar de mantelzorger. Vaak zie je dit ook wel. Als mensen
alleen zijn vraag ik vaak naar de familie of wie er bijvoorbeeld zorgt er voor de
boodschappen.

Overbelasting
De mantelzorger moet veel doen en dat zal niet makkelijk zijn voor de mantelzorger. Ik denk
aan overbelasting wanneer de mantelzorgers beginnen te klagen tegen ons. Maar ook
wanneer mensen zelf signalen af gaan geven. Bijvoorbeeld; ik ben zo moe of ik moet er s
nachts zoveel uit.

Meetinstrument
In principe maken wij geen gebruik van een meetinstrument om overbelasting te signaleren.
Zelf heb ik het meetinstrument een aantal keer gebruikt in mijn opleiding. Ik vond het
meetinstrument meerwaarde hebben. Toen ik het meetinstrument afnam hadden de
mantelzorgers het gevoel gehoord te worden en voelden zij zich gewaardeerd. Daarnaast
komen er andere antwoorden met specifieke vragen aan de hand van het meetinstrument.

Signaleren
Voor alles wat je doet wil je waardering hebben, daar teer je op en krijg je energie van. Als je
ergens nooit waardering voor krijgt wordt het zwaar. Ik denk dat wanneer wij waardering
uitspreken naar de mantelzorger hun draagkracht groter wordt omdat ze het kunnen delen
met iemand. Vaak heeft niet iedereen in de gaten wat een mantelzorger allemaal doet.

Samenwerking
Mensen zijn vaak erg dankbaar. Als je de zorg samen kan doen en samen kan delen met de
mantelzorger is dit voor beide partijen fijn.

77
Je moet het vooral samen doen met de mantelzorgers, je moet ze als partner zien.
Misschien doen we dat te weinig.

Obstakel
Waar ik nog weleens tegen aan loop is dat de familie ver weg woont. Weinig netwerk om de
mensen heen. Maken te weinig gebruik van vrijwilligers en we hebben nog moeite om buren
en kennissen te vragen en in te schakelen.

Wenselijk
Ik denk dat we het meetinstrument een keer per half jaar kunnen afnemen, dat zou helemaal
niet verkeerd zijn. Misschien dat de mantelzorgers daardoor weer meer draagkracht krijgen
het daardoor langer volhouden. Ik denk dat het een stuk meerwaarde geeft, zo neem je echt
even tijd voor de mantelzorger. Dit gebeurt eigenlijk veel te weinig.
Op deze manier heb je ook vergelijkingsmateriaal na een half jaar.

78
Interview #2
Begrip mantelzorg
Een mantelzorger is een familielid of een kennis die grotendeels de zorg overneemt.
Wij helpen met de ADL en de mantelzorger helpt met het eten, toilet gang. Dat soort kleine
dingen.

Intake
Men vraagt automatisch naar de partner en kinderen, dus daar kom je meestal wel op. Maar
echt het begrip mantelzorger benoem ik niet.
Ik vraag waar de kinderen wonen en of ze dichtbij wonen. Op deze manier heb ik al wat
inzicht op het sociale netwerk.

Overbelasting
Klachten kunnen psychisch zijn. Je ziet je partner niet meer als partner, je relatie veranderd,
dat vind ik al overbelasting. Klachten kunnen ook lichamelijk zijn. Men gaat steeds meer
pijntjes krijgen, dat zijn meestal ook uitingen dat ze het eigenlijk niet meer aan kunnen.
Het is vaak het psychische wat de mensen niet zien, vaak vraag je daar ook niet naar. Pas al
ze daar zelf mee komen dan ga je daarover in gesprek.
Ik denk dat wij ook te weinig in gesprek gaan met de mantelzorger. Je komt voor de clint en
probeert daar alles zo goed mogelijk voor te regelen. Maar vaak is er nog een partner die
weleens wordt vergeten omdat je druk bezig bent voor de clint, wat jammer is. De zorg van
de mantelzorger kan ook worden overgedragen, een vrijwilliger kan al veel schelen.

Signaleren
Als professional houdt je zicht op de situatie. Je probeert telkens te vragen hoe het gaat en
of het allemaal lukt. Bij de een doe je dit meer als bij de ander, afhankelijk van de situatie.
Maar bij de meeste vraag je over het algemeen hoe dat het gaat, vaak volgt het antwoord
dan vanzelf.

Het is belangrijk om vroegtijdig te signaleren op overbelasting. Het gaat bij de mantelzorger


ook om de gezondheid en zij zijn een grote spil in de thuiszorg. Als de mantelzorger de zorg
niet meer aan kan en ziek wordt, moeten wij als thuiszorg nog meer zorg gaan leveren.

Meetinstrument
Niet op de hoogte van het meetinstrument, zodoende maak ik er ook geen gebruik van. Ik
maak gebruik van mijn eigen inzicht in intutie.

79
Wenselijk
In het zorgplan de mantelzorger noteren. Extra tijdplannen voor een gesprek met de
mantelzorger eens per week. Meetinstrument zou een optie kunnen zijn.

80
Interview #3

Begrip mantelzorger
Een familielid of iemand in de buurt ie dicht bij de persoon in kwestie staat en voor de
persoon zorgt in de brede zin van het woord. Dit kan de verzorging zijn, de boodschappen
maar ook de financile situatie.

Intake
Afhankelijk van de situatie vraag ik naar een mantelzorger tijdens het intakegesprek. Dit doe
ik niet standaard. Als mensen veel zorg nodig hebben zal ik dit eerder vragen.

Overbelasting
Wanneer ik het signaleer of als de persoon het zelf aangeeft overbelast te zijn. Je ziet lang
niet altijd of iemand overbelast is en wat er allemaal speelt. Daarnaast signaleer ik op
lichamelijke klachten, bijvoorbeeld een stijve nek of aanhoudende pijn, wat veroorzaakt kan
worden door overbelasting.

Signaleren
Geen duidelijke lijst om te signaleren. Signaleer nu op lichamelijke klachten en wanneer de
clint zelf klachten aangeeft. Probeer in gesprek te gaan met de mantelzorger.

Meetinstrument
Sinds kort weet ik dat er een meetinstrument is, maar daar was ik eerder niet van op de
hoogte. Mooie korte vragenlijst, neemt weinig tijd in beslag, makkelijk om te gebruiken.

Wenselijk
Meer aandacht voor de mantelzorgers. Vaker binnen het team bespreken, niet alleen de
clint maar ook de mantelzorger. Lijst zou makkelijk zijn, deze eventueel afnemen tijdens
een zorgevaluatie. De PBer (persoonlijk begeleider) laten beoordelen of het nodig is de lijst
af te nemen.

81
Interview #4
Begrip mantelzorger
Een mantelzorger is diegene die mee kan helpen in de zorg voor clinten. Dit kan
bijvoorbeeld een partner, een broer of een kind zijn. Wij kunnen hen vragen om bepaalde
taken voor een clint te doen, zoals het uitzetten van medicatie of het maken van eten.

Overbelasting
De zorg te zwaar wordt. Belasting te groot fysiek of mentaal. Te weinig vrije tijd voor zichzelf
omdat diegene continue bij de clint moet blijven. Druk door eigen werk en misschien het
eigen gezin. Mantelzorgers ervaren een bepaalde druk.

Het is belangrijk om vroegtijdig te signaleren op overbelasting. Wij hebben als hulpverleners


veel aan de mantelzorgers. Wij kunnen een stukje zorg uit handen geven door mantelzorgers
in te schakelen.

Signaleren
Ik denk dat ik zelf signaleer als het de mantelzorger al te veel is. Dit merk ik vaak in
gesprekken als mensen aangeven dat het zwaar is of emotioneel worden.

Meetinstrument
Niet op de hoogte van het meetinstrument.
Verstandig en handig om het meetinstrument in te zetten om zo vroegtijdig te signaleren.

Wenselijk
De vragenlijst eenmaal in de drie maanden af laten nemen door de pber van de clint.
Wanneer de situatie stabiel is dit verschuiven naar eenmaal per halfjaar.

82
Interview #5
Begrip mantelzorger
Persoon die dicht bij de clint staat, zorgt voor de clint en ondersteund biedt in het dagelijks
leven. Deze ondersteuning kan bestaan uit de persoonlijke verzorging, huishoudelijke taken,
maar ook een luisterend oor. Een mantelzorger is niet per se een familielid, het kan ook een
buurvrouw of een vriendin zijn.

Intake
Het is belangrijk om te weten of er een mantelzorger aanwezig is. Tijdens het intakegesprek
wordt hier dan ook naar gevraagd. De zorg kan dan ook op de mantelzorger afgestemd
worden. Het wil niet zeggen dat de mantelzorger in het begin al wordt betrokken bij de zorg,
maar dat is wel wenselijk.

Overbelasting
Ik denk aan overbelasting als de mantelzorger de zorg niet meer kan verlenen die hij of zij
aan de clint verleend. Hierbij denk ik aan vermoeidheidsklachten, iemand ziet er moe uit,
heeft veel slaap. Of als de mantelzorger zelf aangeeft de zorg zwaar te vinden. Wanneer een
mantelzorger niet in huis woont, zullen zij afbellen of minder vaak langs komen.

Het is belangrijk om vroegtijdig te signaleren, anders bestaat de kans dat de mantelzorgers


de zorg niet meer kunnen bieden aan de clint. Dat houdt in dat wij als zorgorganisatie of
andere instanties meer zorg moeten bieden aan de clint.

Meetinstrument
Niet bekend met het meetinstrument. Meetinstrumenten moeilijk vindbaar op het web.

Wenselijk
Standaard inzetten van het meetinstrument tijdens de zorgevaluaties.

83
Interview #6
Begrip mantelzorger
Er zijn ongeveer 3,6 miljoen Mantelzorgers.
Een mantelzorger is iemand die voor de ander zorgt. Dat kan op allerlei gebieden,
verzorgend, huishoudelijk, een keer mee naar de tandarts.

Overbelasting
Er sluipt steeds meer bij de zorg die je levert. Je stelt je grenzen continue bij, tot je op een
moment overbelast bent en dan is het eigenlijk al te laat. Men slaap niet meer goed, snel
emotioneel, gerriteerd, last van stemmingswisselingen. Er zijn veel symptomen. De
omgeving ziet ook vaak dat men overbelast is.

Vroegtijdig signaleren is belangrijk voor de clint. Op deze manier worden er twee zieken
voorkomen.

Signaleren
Als ik denk dat iemand overbelast is benoem ik dat. Hierbij let ik op;
Mantelzorger klachten aangeeft. Snel emotioneel, chagrijnig of paniekerig. Geen tijd meer
heeft voor zichzelf en de persoon in kwestie altijd voor laat.

Meetinstrument
Op de hoogte van het meetinstrument, maar nog niet eerder gebruikt. Er zijn al erg veel
meetinstrumenten die moeten worden gebruikt. Als ik overbelasting signaleer maak ik dit
altijd bespreekbaar. Maar het kan best zijn dat ik dingen vergeet omdat het meetinstrument
natuurlijk helemaal is uitgedacht van A-Z. Als er echt sprake is van overbelasting is dit wel
goed om te gebruiken om niks over het hoofd te zien.

Wenselijk
Wanneer men een niet pluisgevoel ervaart, de CSI-vragenlijst afnemen. De vragenlijst moet
door diegene worden afgenomen die het meeste bij de clint en mantelzorger komt.

Tijdens de teamvergaderingen niet alleen de clint bespreken, maar ook de desbetreffende


mantelzorger.

84
Interview #7
Begrip mantelzorger
Een mantelzorger is meestal de partner, de kinderen of de buren. Zij verrichten vaak lichtere
zorgtaken, zoals hulp bij de steunkousen, een boodschap doen, het grasmaaien of hulp bij
het wassen en kleden. Al gaat dat laatste al wat verder.

Overbelasting
Bij overbelasting van de mantelzorger denk ik dat de mantelzorger die 24 uur per dag voor
de clint moet zorgen. Dan kan ik me voorstellen dat dit te veel wordt en iemand overbelast
raakt.

Signaleren
Ik signaleer overbelasting wanneer de mensen het zelf aangeven. Daarnaast maak ik
gebruik van het meetinstrument. Op deze manier maak je de overbelasting concreet.

Meetinstrument
Op de hoogte van het meetinstrument. Deze al eens gebruikt. Het meetinstrument is redelijk
goed te vinden op het web. Misschien wat lastig te vinden door de Engelse benaming. Door
het meetinstrument wordt de overbelasting concreet gemaakt.
Handig in gebruik, op deze manier is het geen subjectief begrip meer.

Wenselijk
Duidelijk protocol omtrent het vroegtijdig signaleren. Bespreken binnen het team, hoe pakt
iedereen het vroegtijdig signaleren aan.
Meetinstrument zou wat meer bekendheid mogen krijgen, zodat deze vaker wordt gebruikt.
Iedereen moet de vrijheid hebben om het meetinstrument af te nemen, niet alleen de
persoonlijke begeleider.

85
Interview #8
Begrip mantelzorg
Een mantelzorger is iemand die voor een groot deel zijn tijd steekt in het verzorgen en
regelen van zaken voor een familielid, een kennis of voor iemand die dichtbij staat.

Overbelasting
Overbelasting kan twee kanten op gaan. De zorg wordt te zwaar om nog te kunnen leveren,
of iemand heeft geen tijd meer voor zichzelf en kan daarom de zorg niet meer leveren.
Diegene is vaak prikkelbaar, vermoeid, overspannend. Burn-out verschijnselen.

Ik vraag altijd aan de aanwezige partner of kinderen hoe het met hen gaat. Ik probeer hen
hierbij apart te benaderen en echt te vragen hoe dat het gaat en mee te denken over
bepaalde zaken.

Het is belangrijk om overbelasting vroegtijdig te signaleren, op deze manier kun je een boel
ellende voorkomen.

Meetinstrument
Niet op de hoogte van het meetinstrument.

Wenselijk
Het meetinstrument gebruiken, op deze manier heb je de gegevens zwart op wit en is het
zowel duidelijk voor de mantelzorger als voor ons als de zorgverlener.

Het meetinstrument tijdens de zorgevaluaties afnemen, door een persoon waar de mensen
zich goed bij voelen. Wellicht het meetinstrument afnemen waar de clint niet bij aanwezig
is, misschien voelt de mantelzorger zich anders bezwaart.

Nogmaals toelichting over het meetinstrument tijdens het teamoverleg.

Iedereen signaleert en geen genoegen neemt met het gaat goed. Blijf doorvragen en houdt
elkaar op de hoogte, rapporteer het.

86
Interview #9
Begrip mantelzorg
Een mantelzorger is een persoon die dicht bij de clint staat. Dit kan een familielid, een
kennis of een vriendin zijn waar de clint een band mee heeft.
De mantelzorger neemt zorgtaken op zich. Dit hoeven niet alleen lichamelijke zorgtaken te
zijn, dit kan ook een stuk begeleiding, boodschappen doen, diverse huishoudelijke taken of
een luisterend oor.

Overbelasting
Mijn eerste gedachte is toch dat de kinderen vaak overbelast zijn. Zij hebben in de huidige
situatie vaak ook een gezin, werken en kunnen ver weg wonen, wat een belasting kan zijn.
Daarnaast worden de mensen steeds ouder, waaronder ook de kinderen. Soms moeten de
kinderen weer bij springen bij hun eigen kinderen.

Ik signaleer overbelasting aan de hand van de reactie van de kinderen als wij iets vragen.
Hoe reageren ze op iets en wat geven zij terug?
Wanneer ik overbelasting signaleer bevraag ik het. Ik maak tijd en ga met de mantelzorger
aan tafel zitten. Dan bekijk ik kritisch de situatie.

Meetinstrument
Niet op de hoogte van het meetinstrument. Maak geen gebruik van andere
meetinstrumenten met betrekking tot signaleren.

Wenselijk
Wanneer met overbelasting vermoed, samen met de mantelzorger het meetinstrument
afnemen.
Vaste werkstructuur zodat we allemaal op een lijn zitten. Samen afspraken maken hoe we
met bepaalde situaties om moeten gaan zodat we niet van elkaar afwijken.

87
Bijlage 8 Transcribeerde interviews

Interview #1
Gegevens:
Vrouw
Wijkverpleegkundige enkel binnen buurtzorg
Leeftijdscategorie: 55 60

O = onderzoeker
R = Respondent

Voorafgaand het interview is er een informed consent toegelicht en getekend. Hierbij is ook
het doel van het interview besproken.

O: Bedankt dat je tijd vrij wilde maken. Uhm, ik wilde graag met de eerste vraag
beginnen. Net heb je nogmaals door kunnen lezen en de onderzoeksvraag dat ik ga
onderzoeken hoe jullie binnen het team vroegtijdig kunnen signaleren op
overbelasting van de mantelzorger. Nu vroeg ik mezelf af wat je onder het begrip
mantelzorg eigenlijk verstaat. (Gelach)
R: Oke.. Mantelzorger.. ehm.. je bent mantelzorger als je niet gekozen hebt om ehm..
om zorg te verlenen aan ehm iemand in de naasten omgeving.. ehm.. ja eigenlijk
gedwongen, ongedwongen, maar in ieder geval ehm, die taak wordt je toegedeeld.
Komt op je pad en ehm dat doe je dan. De een zal deze taak serieuzer nemen dan de
ander.
O: Ja..
R: Ik denk ook wel dat dat moeilijk is.. (Vragend om bevestiging)
O: Ja nouja, ja.. ik ga nu geen antwoorden
R: Nee nee nee
O: perse teruggeven maar ik ga in ieder geval dadelijk wel weer een literatuurstudie
maken en uit deze literatuurstudie ga ik kijken van goh wat is de wenselijke situatie
volgens de literatuur en wat is hier de huidige situatie.
En als je zegt van de mantelzorger ehm, vragen jullie bij het intake gesprek altijd naar
de mantelzorger of vragen jullie dat lopende wijs of..
R: .. (Langere stilte) .. Ja vragen wij daarna.. vaak zie je dat wel.. als mensen alleen zijn
dan dan.. is er familie, of, of.. wie zorgt er voor de boodschappen? Of.. wie zorgt er
voor ehm.. ja vaak kom je dat wel automatisch tegen.. nouja ooit loopt het dat
mensen het in het begin zelf kunnen en op een gegeven moment niet meer en dan
komen er vanzelf mantelzorgers hoop je dan he.
O: En ehm.. overbelasting van de mantelzorger.. wat zie jij onder overbelasting of
wanneer denk je aan overbelasting of.. ja
R: Ja.. als wij ja goed, normaal dan denk ik ehm.. die mantelzorger moet wel heel veel
doen en dat zal niet makkelijk zijn voor die mantelzorger. En wanneer denk je aan
overbelasting.. ja ik denk vaak toch wel als mantelzorgers beginnen te klagen tegen
ons.. als wij er voortaan langer komen als ze dan toch wel aangeven van het is zo
zwaar.. het valt niet altijd mee of ehm.. komt wel heel veel op mij neer. Ja ik denk toch
vooral wel als mensen zelf .. signalen af gaan geven ik ben zo moe of ik moet er s
nachts zoveel uit
O: Dus het is niet dat je bij een intake dat je dan al meteen dat vraagt.. Het is meer als
ze beginnen te klagen, dat je merkt dat ze bepaalde dingen aangeven dat je dan
denkt van goh zou die overbelast zijn?
R: Maar vaak worden wij ook pas in zorg geroepen als de mantelzorger overbelast is.
O: Mantelzorger overbelast is.. ja
R: De huisarts die heeft dan zoiets van je moet nu meer komen want de mantelzorger
heeft echt steun nodig.

88
O: En als jij nou zegt van ja.. goh.. ik denk dat diegene overbelast is, maak je dan
gebruik van een meetinstrument?
R: Nee. Ehm Ja, nee. In principe maken wij nooit gebruik, ik heb zelf het meetinstrument
een aantal keer gebruikt in mijn opleiding
O: (Hummen)
R: Maar.. dat ik nou zeg vond ik dat meerwaarden hebben.. nee ja.. goed ik vond toen
wel toen ik een meetinstrument afnam dat die mensen wel zoiets hadden van ach ik
wordt gehoord ik wordt gezien. Ik.. ze hebben het in de gaten zo veel dat ik doe.
O: Ja
R: Dat vond ik wel, dat ze dacht van god ja dat ze wat waardering kregen voor alles.
O: Dus dat ze zich gehoord voelen
R: Ja, Self Rated Burden heb ik gebruikt
O: Dus niet die op buurtzorg ehm..
R: Ja die staat ook onder instrumenten
O: Oke want daar zag ik dat ehm.. de care strain index werd gebruikt.
R: Oh welke heb ik toen? Ik weet het al niet meer.. welke. Dat zal ik even opzoeken.
O: Misschien heb ik over het hoofd gezien dat er twee meetinstrumenten zijn.
R: Volgens mij staan er twee op care giver.. nouja ooke
O: Maar deze heb ik ehm.. opgezocht.. care strain index die had ik opgezocht en die heb
op google weer ingetypt omdat hier uitleg bij zat.. en dat miste ik op het
buurtzorgweb. Er stond geen uitleg bij.
R: Nee precies
O: Dus die heb ik even opgezocht en ik dacht oh dan neem ik hem mee, misschien
weten ze de naam niet en als ze de vragen zien van ohja die heb ik wel al eens
afgenomen.
R: Ja dat zou ik even moeten kijken welke dat was. In ieder geval toen heb ik die wel
gebruikt en ehm.. paar clinten hadden ook echt zoiets van oh ik ben ook in beeld.
O: En merkte je dan dat ze meer begonnen te praten? Dat ze meer, als je bijvoorbeeld
zegt van hem.. ik vind het lichamelijk zwaar dat ze punten zeggen die ze anders niet
benoemd hadden?
R: Ja ik denk het wel
O: En dat je dan nu aan dingen denk, van goh anders merkte ze dat zelf niet.
R: Ja, ja precies, dat ze echt wel dingen aangaven van ja.. want je vraagt wel tussen
neus en lippen door van hoe gaat het nou en is het niet zwaar het gaat het nog? Maar
als je echt specifieke vragen stelt komen er toch andere dingen uit.
O: Ja.. dat vind ik ook wel het mooie want je gaat wel even zitten, je neemt wel even de
tijd niet alleen voor de clint maar ook .. voor de mantelzorger.
R: Ja voor de mantelzorger dat ze waardering voelt, van ohja jullie zien toch wel. Ja.
O: Ja.. dat we belangstelling ehm.. tonen. Ehm dan heb ik nog een vraag. Vind je het
belangrijk om vroegtijdig te signaleren en waarom dan?
R: (Stilte.. ) Ja.. dat mensen wel ik denk dat voor alles wat je doet, wil je waardering
hebben. Daar teer je op, daar krijg je energie van. Als je ergens nooit waardering voor
krijgt dan wordt het zwaar. En als wij zien wat mensen doen wat mensen doen voor
hun partner en daar waardering voor krijgen door dat wij het benoemen; zo van ja wat
goed dat u dat allemaal kan, als u er niet was hoe zou het dan zijn? .. dan ja ik denk
als ik zelf het gevoel heb als wij dat zien op tijd dan mensen hun draagkracht iets
groter wordt omdat ze het kunnen delen met iemand. Ze hebben vaak niet in de gaten
wat een mantelzorger allemaal doet.
O: Nee zeker niet. En heb je dan het idee goh als ik vroegtijdig er bij ben kan ik het aan
de hand van kleinere interventies het nog oplossen in plaats van als je er later bij bent
je grotere acties moet ondernemen? Ervaar je dat ook? Of..
R: Ja vaak worden wij er bij geroepen als het al te ver is.. als het echt niet meer gaat
door.. ehm.. ja mensen zijn vaak wel heel erg dankbaar. En vaak begin je dan aan
een grote klus die je dan ook rustig af kunt bouwen. En meer teruggeven.
O: Ja.

89
R: Ja.. ik denk als je het samen kan doen, samen die zorg kan delen met de
mantelzorger, ja dat het voor beide partijen gewoon fijn is.
O: Ja, ja. Dan heb ik eigenlijk al weer de laatste vraag die ik sowieso zou willen
behandelen. Ehm.. hoe zou het voor jou het binnen het team er uit moeten zien ehm.
De wenselijke situatie voor het vroegtijdig signaleren van overbelasting.. hoe zou je
dat graag willen zien binnen het team.
R: Ja.. ehm.. dat weet ik dus niet. Ja.. ik nee ehm.. ja wat zou wenselijk zijn?
O: Want loop je nu ergens tegen aan?
R: Ehm.. ja waar ik nu wel eens tegen aanloop is dat de familie ergens ver weg woont..
er is nog weinig netwerk he om veel mensen, familie woont ver weg of kinderen
komen ooit zelfs hier wonen om bij de kinderen (waarschijnlijk ouders) in de buurt te
wonen en dan zijn kinderen nog niet. He want die hebben het ook druk en nog niet..
we maken te weinig gebruik van vrijwilligers, we hebben nog te veel moeite om buren
te vragen of om kennissen kring in te schakelen van mensen.. en ik denk dat we daar
wel steeds meer naar toe moeten.
O: en dat is dan eigenlijk omdat je een mantelzorger in de buurt mist.. maar je loopt niet
ergens tegen aan met betrekking tot het signaleren het ervan. Niet dat je zegt van
goh ik zou een vast werkprotocol willen daarvoor of dat het ergens vast wordt
ingepland om zon lijst af te nemen of.. want ik heb nu meer het gevoel dat je zoiets
hebt van ik mis het stukje na het signaleren.. dat je dat mist..
R: Ja.. ja Nou het signaleren, misschien ook wel wat je zegt als je nou echt zon
meetinstrument afneemt of dat.. plan je regelmatig in.. dat daardoor de
mantelzorgers weer meer draagkracht krijgen en het daardoor misschien ook weer
langer volhouden. Misschien dat dat wel al heel wat doet. He. Dat je ook duidelijk
aangeeft van we komen niet alleen voor uw partner of.. maar we komen ook voor u.
O: Want zou je dat ook vanuit jullie kan fijn vinden?
R: Ja.. ik denk wel dat dat een stuk meerwaarde heeft. En nu denkt ook iedereen van ik
vraag het toch en ik zie het toch.. en ik zie toch wat ze doen, maar om echt even tijd
te nemen voor die mantelzorger, nee dat gebeurd vaak niet. Alleen in chronische
gevallen. Het gebeurd eigenlijk veel te weinig.
O: En stel dat we dat wel zouden doen, hoe zou jij dat dan voor je zien? Zou je dat
telkens tijdens een evaluatie doen of zou je daarvoor teruggaan?
R: Nou ik denk dat je dat best wel eens een keer per half jaar zou kunnen doen.. of god
ja hoe gaat het nu met u? Dat zouden wij sowieso een keer per jaar moeten doen. dat
moet meer in gebakerd worden bij ons. Dat doen we nog veel te weinig. Maar om te
zeggen van dan hebben we ook echt even oog voor de mantelzorger.. op zich zou dat
eigenlijk, denk ik nu ik hier zo over nadenk.. helemaal niet verkeerd zijn.
O: Dus dat zou wel wenselijk misschien wel zijn..
R: Ja.. om te zeggen van hoe gaat het nu met jou.. ik heb hier een lijstje en dat vul ik nu
in en over een halfjaar vul ik het weer in, en dan kijken we is even..
O: Of dat het is veranderd..
R: Ja.. dat zou goed kunnen.. dan heb je iets nodig wat je moet ondersteunen ja dan
moet je verder gaan kijken.
O: Ja omdat ik nou.. ik heb er wel over nagedacht maar omdat ik nu vooral op het stukje
signaleren wil..
R: Ja..
O: dacht ik als dat als dat alvast stabiel is dan kunnen we .. een andere stagiaire een
volgend onderzoek kijken van waar kunnen we dan de netwerken leggen.. en leg nu
wel een basis hiervoor..
R: en vaak weet je wel zo ongeveer ja.. vooral denk ik het zien van de mantelzorger en
de waardering die ze dan he.. en de draagkracht en de draaglast.
O: Ik denk dat als je er vroegtijdig bij bent.. je ook mensen meeneemt waarvan je als
snel denkt oh daar lukt het wel .

90
R: Ja of die redden zich wel, dat komt wel goed terwijl die zich misschien helemaal niet
zo hoeft te zijn. Je kijkt wel, maar de vragen die daar in staan behandel je normale
wijze niet. Nee.. daar kom je echt niet op.
O: Nee het zijn wel specifieke vragen.
R: Ja.. die ga je zomaar niet vragen, het is een testje van niks.. maar eigenlijk om het te
vergelijken voor zoveel tijd later.
O: Misschien is het wel iets.. ik zal het in ieder geval meenemen.
R: (Gelach)
O: Is er nog iets wat jij heel graag kwijt wil? Want ik heb nu alle onderwerpen die ik wil
behandeld.
R: Wat wil ik er nog over kwijt? Nee.. ja sowieso dat we met het team nog .. ja het is een
nieuwe ontwikkeling ook he. Bezuiniging in de zorg.. en het inschakelen van
mantelzorgers van buren, van verenigingen van vrijwilligers, want het klinkt ooit heel
mooi want mensen krijgen wel elke keer vreemde mensen over de vloer.
O: Maar niet alleen bij de zorg.. maar ook de huishoudelijke hulp.. daar zeggen ze ook
vraag maar de buren om vast wat beelden van de vensterbank te halen.
R: Ja precies.
O: Dat vind ik wel erg ver gaan.. maarja.. dan is de schoonmaakster eerder klaar.
R: Dat is ook te gek dat het allemaal zo moet.
Je moet het vooral samen doen met de mantelzorgers, dat denk ik echt. Je moet ze
als partner zien en misschien doen we dat ook wel te weinig ik weet het niet.. nee we
doen dat best wel maar we vragen niet gericht.
O: Niet gericht vragen.. wel tussen neus en lippen door..
R: Nee.. niet van hoe gaat het nu met jou. Net zo als een dochter van Mw. X, zij doet het
ook maar de gehele week en he in het weekend die ochtenden, dan denk ik van ja
nou.. ja nouja daar hebben we nooit ..
O: Problemen mee..
R: Nee.. en die partner die heb ik toen eens genterviewd. Toen zag je hem toch wel.. zo
groeien.
O: Wel stralen, van ik doe dat toch maar even.
R: Ja
O: Er luistert dan toch iemand en die ziet het wel
R: Ja, ja, heel veel mensen vinden het maar normaal. En.. en.. dat zeggen sommigen
ook wel he lief en leed ja maarja als het andersom was.. zou je het dan ook zo goed
kunnen? Net zoals die film van Helen van Rooijen wat ik dan ook wel zag, wordt je
dan nooit boos op jou moeder als je 100 keer het zelfde moet vragen?
O: Ja dan ga je richting die ontspoorde mantelzorg..
R: Ja.. maarja dat is .. dat hebben we bij dhr. X toch wel ooit uit de ban springt.. omdat
er weer iets heel simpels kwijt is of de kaas tussen de onderbroeken vind.. ja dan
denk ik ja..
O: Ja maar ik snap het ook wel.. het is ook wel een beetje frustrerend als iemand geheel
afhankelijk van je is.. dan vind ik het ook wel knap als je die rust kan bewaren.
R: Ja en het is echt niet iedereen.. tuurlijk raak je dan gefrustreerd, zeker als je zelf al
niet goed vooruit kunt.
O: En je dan nog eens voor iemand anders er bij moet zorgen..
R: Ja.. ja.. en dan is het ook ooit moeilijk als een mantelzorger zegt ik wil dat je het zo
doet en zo doet en dat wij dan denken dat we het beter weten omdat wij dan toch een
diploma op zak hebben.
O: Ja.. en dan moet je het wel samen kunnen doen en zien als een partner.
R: (Hummen)
O: Ja, zal ik het stop zetten?
R: Ja als jij antwoord hebt op je vragen. Het zet je zo altijd wel aan het denken he.

91
Interview #2

Gegevens:
- Vrouw
- Wijkverpleegkundige HBO v
- Leeftijd: 20 25

O: onderzoeker
R: respondent

Voorafgaand het interview is er een informed consent toegelicht en getekend. Hierbij is ook
het doel van het interview besproken.

O: Nou fijn dat je tijd vrij wilde maken. Zoals je net hebt kunnen lezen wil ik een beetje
gaan onderzoeken waarom of hoe jullie het beste binnen het team vroegtijdig kunnen
signaleren op overbelasting van de mantelzorger. En nu was mijn eerste vraag wat
versta jij onder het begrip mantelzorger?
R: Een mantelzorger is een familielid of een kennis die grotendeels de zorg overneemt.
Als wij daar komen om te wassen en te kleden doen hun s middags iets eten, naar
het toilet gang, en ehm. Ja de kleine dingen.
O: En stel jij hebt een intake gesprek, vraag jij dan altijd of er een mantelzorger in de
buurt is of..
R: Ja je vraagt automatisch naar partner en kinderen dus.. ja daar kom je meestal wel
op. maar echt het begrip mantelzorg noem je nee.. tenminste ik niet.
O: Meer dat je dan vraagt van wie kan er helpen..
R: Ja.. je vraagt waar de kinderen wonen en of ze dichtbij wonen, dan heb je al beetje
een zicht op ehm.. op wat, wat het sociale netwerk is zeg maar, niet iedereen wil de
buurman vragen, is ook niet meer dan logisch dus..
O: Ja dat begrijp ik ook wel
R: Dus ja, als je zo een beetje de familie, de partner en de kinderen weet dan ehm.. heb
je wel een goed zicht.
O: En ehm.. wat versta jij onder overbelasting of waar denk je aan bij het woord
overbelasting?
R: Ja dat kan eigenlijk psychisch zijn, dat je eigenlijk je partner niet meer ziet als partner,
dat vind ik eigenlijk al dat je overbelast bent. Maar ook lichamelijk, mensen gaan
steeds meer pijntjes krijgen, toch wel last van me arm van me rug, ja dat zijn meestal
ook uitingen van ik kan het eigenlijk niet meer aan, het doet eigenlijk allemaal zo zeer
en ja ik trek het eigenlijk niet meer.
O: Ja.. dat denk ik ook. (gelach, door de vraag om bevestiging)
R: Maar het is vaak het psychische wat de mensen niet zien want ja daar ga je toch niet
over vragen, pas echt als ze daar zelf mee komen dan ga je daar over in gesprek en
dat, dat, daarom, ja ..
O: Ja misschien is dat ook wel mijn volgende vraag, want ik had als volgende vraag van
hoe en wanneer signaleer jij op overbelasting of wanneer denk je dat dat moet of hoe
dat binnen het team gebeurd.
R: Ja ik denk dat wij daar eigenlijk, ja je gaat gewoon in gesprek en ik denk dat dat aan
de ene kant wel te weinig gebeurd, want je komt voor de clint en je bent daar mee
bezig en de zorg en je probeert daar alles zo goed mogelijk voor te regelen. Maar
vaak is er ook nog een partner die je dan eigenlijk, soms wel een beetje vergeet
omdat je zoveel bezig bent met de clint en dat is wel jammer. Want daar kun je ook
een heel groot stuk de zorg van overdragen, terwijl als je daar regelmatig een
gesprekje mee hebt van goh hoe gaat het of hoe kunnen we je ergens mee helpen of,
ja , een vrijwilliger regelen dat scheelt ook al heel veel.

92
O: Want je zegt nu eigenlijk een beetje dan ga je eigenlijk pas in gesprek als je denkt dat
iemand overbelast begint te raken, dat je zegt van goh pijntjes of ehm psychische
klachten of vraag je dat ook random wel.
R: Ja eigenlijk een beetje zo in het algemeen wel, want ja je moet toch daar een beetje
het zicht houden op de situatie, dan ja, vooral als je daar als professional binnen
komt. Dan ehm moet je het allemaal eigenlijk in de gaten houden.
O: Dus op dit moment vraag je eigenlijk tussen neus en lippen door hoe gaat het? Je
hebt niet een vast gesprek met die mantelzorger.
R: Nee, je probeert zo iedere keer als je daar komt wel even te vragen hoe gaat het en
lukt het allemaal, en hoe gaat het over de dag en.. ja dat doe je bij de ene meer als bij
de ander. Bij de een hoef je bijvoorbeeld alleen maar kous uit te trekken en bij de
ander moet je geheel wassen, maar ja, dat is echt een beetje per situatie. Maar
meestal vraag je over het algemeen wel hoe dat het gaat en vaak komt het er dan
ook wel uit.
O: Ja.. en ehm als je dan zon gesprek hebt maak je dan ook gebruik van een
meetinstrument?
R: Nee.. eigenlijk niet. Dat is gewoon zelf een beetje je zicht er op en intutie. Ja.. je hebt
eigenlijk..
O: Oke, want wist je dat Buurtzorg een meetinstrument aanlevert bij de instrumentenlijst.
R: Voor de overbelaste mantelzorger? Nee dat wist ik niet.
O: Nee ik heb hem gevonden..
R: Oh kijk
O: Hij zat goed weggestopt.. maar het is de CSI, de care giver index staat er bij. Ja ik
heb hem uitgeprint want ik denk misschien als je de vragen ziet dat je hem dan wel
herkent. Maar ehm.. die heb ik gevonden (gelach). Ik heb deze gevonden op een
andere website en uitgeprint omdat er uitleg bij stond. Op buurtzorg stond dat er niet
echt bij. Er stond wel bij een score van 7 of hoger is overbelast maar ik vond er niet
echt een uitleg bij staan en zo wel makkelijk. Wel een puntje om mee te nemen dat de
lijst niet zo makkelijk te vinden is.
R: Ja want als deze niet goed op het web te vinden is..
O: Ja als ik het nu goed uitleg dan staat die als het goed is op het web bij overzichten en
dan bij meetinstrumenten. Care giver index. Maar je moet maar net weten dat dat
daarvoor is.
R: Ja.. hij is wel lekker kort dus in principe is dat ook zo gedaan.
O: Ja. Maarja kijk ik ga wel aan de hand van de literatuurstudie onderzoeken wat de
wenselijke situatie is en of het ook echt bruikbaar is, voor het zelfde geld is het al
genoeg om alleen een gesprekje te voeren. Maar ik heb alles even op het buurtzorg
web bekeken wat ze aanbieden.
R: Ja, ja. Maar misschien dat je ook wel andere kan vinden of dat wij deze eigenlijk niet
gebruiken omdat wij deze niet makkelijk vinden. Maar er zijn zoveel
meetinstrumenten.
O: Ja , (hummen). Ja dat is, maar ik vind deze wel goed kort.
R: Ja dat is waar.
O: En het zijn misschien wel vragen die je anders niet perse meteen had gevraagd.
R: Ja maar het is niet echt ja..
O: Maar, zoals ik het in ieder geval begrijp maak je geen gebruik van meetinstrumenten
en ben je niet op de hoogte dat deze op het buurtweb stond. En dan heb ik nog de
vraag van vind je het belangrijk om vroegtijdig te signaleren en waarom?
R: Ja het is altijd belangrijk want het gaat bij hun ook om de gezondheid en zij zijn ook
gewoon een grote spil in de thuiszorg. Mensen gaan steeds langer thuis moeten
blijven, maar ja wij kunnen op een gegeven moment steeds minder zorg bieden want
wij krijgen meer clinten. Dus we gaan meer op tijd zitten en als zij daar heel veel in
kunnen betekenen.. maar ja dan moeten we ook die in de gaten houden want als die
ziek worden dan moeten we daar nog meer zorg gaan leveren.
O: Ja

93
R: Dus.. ja. Mantelzorger is gewoon super belangrijk. Als we daar niet zuinig op zijn en
ze te veel laten doen is het ook niet goed.
O: Oke, duidelijk. En ehm.. dan de laatste vraag. Ehm. Ja wat zou voor jou de wenselijke
situatie zijn binnen het team om vroegtijdig te signaleren, wat zou jij graag willen zien
binnen het team.
R: Ja misschien toch wel in het zorgplan bij iedereen zetten die een mantelzorger of
partner thuis hebben dat dat wel in het zorgplan komt. Van goh een keer in de week
eens een gesprekje met die. Ehm. Ja plan een keer per week extra tijd om daar nog
wat tijd aan te besteden, al is het maar dat ze hun verhaal kwijt kunnen. Soms scheelt
dat ook al heel veel. Want psychische klachten kunnen ook lichamelijke klachten
veroorzaken. En ja als ze dan gewoon een keer per week het verhaal kunnen doen
zou dat ook al misschien kunnen helpen. En inderdaad misschien iets van een
meetinstrument.
O: Want zou je het handig vinden om zon lijst er bij te hebben en in te kunnen vullen?
Misschien niet iedere keer, maar een keer in de drie maanden, ik noem maar iets?
R: Ja, of dat je het doet bij de evaluatie, dat je er toch zicht op hebt van goh hij wordt
toch wel iedere keer hoger. Want je de vragen, je moet een aantal ja..
O: Ja ik geloof dat je 7 keer ja moet hebben ingevuld, dan ben je overbelast.
R: Ja en als je ziet dat het eerst 3 is en daarna 5 en dan de volgende keer 7 dan zie je
gewoon dat het iedere keer meer wordt. En dan kun je je ook afvragen is de zorg ook
meer of ervaart ze het als meer. En ik denk dat het zeker wel voor bij de evaluatie
bijvoorbeeld ehm ..
O: Iets zou kunnen zijn.
R: Ja..
O: En die evaluaties die hebben jullie niet standaard om de zoveel maanden toch? Meer
dat als een doel wordt afgesloten..
R: Nee de bedoeling is eigenlijk dat je twee keer per jaar een evaluatie doet. En dat is
dan om het half jaar. Ehm een evaluatie als je een clint er in zet wordt deze ook rood
in het systeem en dan staat er bij voor de evalueren. Soms is dat per doel maar soms
is dat ook in een keer.
O: Dus het kan of per doel, maar dan is het echt meer om het doel te evalueren en per
half jaar is meer hoe de zorg bevalt en hoe het in het algemeen gaat.
R: Ja dan ga je even in een gesprek van goh hoe vinden jullie dat het gaat of hebben
jullie nog tips. Of vinden jullie het zo allemaal wel prima, ja dan dan..
O: Dus echt meer op de zorg die wij leveren.
R: Ja. Dan vraag je gewoon even of ze er nog tevreden mee zijn of dat we iets beter
kunnen doen of iets anders.
O: En doe je dat na de zorg of kom je daar speciaal voor terug?
R: Ja dat ligt er aan, als je veel werkt en je komt daar regelmatig en je zegt van goh
zullen we dat nu even doen dan plan je dat dan in, maar sommigen hebben maar een
klein contract en die moeten daar dan voor terug komen.
O: Want is dat altijd de eind verantwoordelijke? Die dat moet doen.
R: Ja de EVVer of de persoonlijke begeleider noemen ze dat hier.
O: Oke dus die moet die halfjaarlijkse evaluatie afnemen?
R: Ja dat is wel de bedoeling.
O: Oke dus dan zou je kunnen zeggen van goh neem die lijst dan meteen af, daar zou
wel tijd voor kunnen zijn dan?
R: Ja daar moet je gewoon een beetje tijd voor maken. Want je komt wel voor de clint,
maar het is de clint met partner die je in zorg hebt. En soms moet de partner
gewoon heel vee doen om ehm.. ja om hem of haar thuis te houden. En dan kan
soms wel zijn tol eisen.
O: Ja. Het zou in ieder geval wenselijk zijn omdat eens.. standaard in te voeren.
R: Ja, als het goed werkt en we kunnen er mee werken ja, nee dat is zeker wel ehm.. ja.
O: Is er nog iets dat je heel graag kwijt wil over dit onderwerp?
R: Nee.. het is een lastig onderwerp. (gelach).

94
O: Ja het is een actueel onderwerp.
R: Ja zeker actueel omdat de mensen steeds langer thuis moeten blijven. En we toch
minder geld krijgen voor de zorg en er toch meer mensen in zorg komen dus..
O: Ja..
R: Ja dat gaat gewoon een heel punt zijn en daar moeten we toch op terug vallen op de
partners en de kinderen. En ehm..
O: Ja erg eigenlijk he.. Heb het ook al gehoord in de huishoudelijke hulp.
R: Ja dat zijn ze ook allemaal erg aan het inkorten, daar zijn ze het ook niet allemaal
mee eens.
O: Nee. Ik hem zet hem in ieder geval stop als je dat goed vind.

95
Interview #3

Gegevens:
- Vrouw
- Wijkverpleegkundige HBO v
- Leeftijd: 25 30

O: onderzoeker
R: respondent

Voorafgaand het interview is er een informed consent toegelicht en getekend. Hierbij is ook
het doel van het interview besproken.

O: Fijn dat je tijd vrij wilde maken. Zoals je net een beetje hebt gelezen wil ik aan de
Hand van het interview de huidige situatie in kaart brengen van hoe dat het personeel
op dit moment signaleert en eigenlijk een beetje van wat de wenselijke situatie is
Binnen het team wat jullie graag zouden willen zien. En daarbij is mijn eerste vraag
Wat versta jij onder het begrip mantelzorg?
R: hmm.. (stilte) moet ik even denken hoor.
O: Ja doe maar rustig aan, ik zeg ook niet of het goed is of niet goed is. Ik ga hierna pas
de literatuurstudie doen, dat heb ik bewust gedaan.
R: Oh oke.
O: dan kan ik ook geen wenselijke antwoorden verwachten en geven.
R: Ja wat versta ik daar onder.. ik denk dat dat iemand is, een partner of een buurvrouw
of een familie lid of iemand in de buurt die dicht bij die persoon staat die voor die
persoon zorgt en dan zorgen in de brede zin van het woord. Dat kan zijn de
verzorging maar dat kan ook boodschappen doen. of de financile situatie. Dat versta
ik denk ik onder een mantelzorger.
O: en hem.. stel er komt een nieuwe clint in zorg ik noem maar iets. Of je komt daar
voor een intake gesprek, vragen jullie dan altijd naar de mantelzorger of wie in de
buurt iets kan doen? of ..
R: Ehm.. ik vraag daar niet standaard naar. Ligt een beetje aan de situatie als iemand
hmm.. alleen maar voor ehm.. een injectie een keer in de week komt dan vraag ik niet
zozeer naar de mantelzorger al zou ik dat misschien wel doen als het contact wat
inniger zou zijn. Maar ehm bij mensen waar ik zie dat de partner toch veel doet,
mensen die veel zorg nodig hebben, dan heb ik wel de neiging om het eerder te
vragen.
O: Dus een beetje afhankelijk van de situatie van de zorgvrager. Zoals ik het dan begrijp.
Oke. En wat versta je dan onder overbelasting bij de mantelzorger?
R: Hmm.. ja dat is dat er twee soorten, er is natuurlijk maar een soort overbelasting.
Maar ik denk dat er overbelasting is wanneer ik het signaleer, wanneer ik denk nou
die persoon of partner is overbelast, maar daarvoor is een stukje als de partner het
zelf aan geeft. En dat is natuurlijk veel belangrijker. Je ziet lang niet altijd of iemand
overbelast is want dat heb je niet in de gaten. Wat er ehm.. allemaal speelt. En je
weet niet hoelang iemand al voor iemand zorgt en wat zij allemaal nog meer doen.
he, sommige hebben gewoon een heel druk leven. Je ziet wel vaak dat een vrouw
voor een man zorgt maar die vrouw zorgt ook nog voor kinderen of .. dus ik denk dat
al die mantelzorger die zegt dat het teveel wordt, denk ik dat dat overbelasting is en
zelfs als diegene het nog niet durft te zeggen of het nog niet in de gaten heeft he dat
ie overbelast is. Zoals gister met een clint met klachten van een stijve nek, en pijn
blijft houden. Ja dan denk ik meteen dat kan van de stres komen. Dat kan van de
overbelasting komen. Maar bij zo iemand zelf weet ik niet of het kwartje dan al is
gevallen.

96
O: Ja, oke. En dan een aansluitende vraag hoe en wanneer signaleer jij dan op
overbelasting heb je eigenlijk al beantwoord. Je zegt als de mantelzorger dan zelf iets
aangeeft en als jij dan dus.. symtomen opvangt.
R: Ja ik probeer er ook wel over in gesprek te gaan, he van hoe gaat het , gaat het nog
met de zorg. Maar er is geen.. ik heb daar geen duidelijke lijst voor. Ik ga niet elke
week ..
O: Nee..
R: Nee.. dat hangt er ook van af of ik bij mensen heel vaak kom dan ben ik eerder
geneigd dat gesprek aan te gaan dan als mensen waar ik voor de tweede keer kom,
waarvan ik ook weet dat ik er bijna niet meer kom. Want dan denk ik ja goed dat is
niet echt mijn taak. En dat is het zelfde, ik heb het nog niet echt gehad maar.. als het
met mensen helemaal niet klikt ..
O: Dan doe je dat misschien ook minder..
R: Dan ben je ook niet de juiste gesprekspartner..
O: Nee dat begrijp ik wel. En je geeft dan aan dat je het wel eens vraagt.. van hoe het
dan gaat. Maar daar zit geen vaste structuur in. Het is gewoon als jij denkt van ..
R: Ja wanneer ik het dan signaleer, als ik zie dat het helemaal goed gaat en die persoon
steeds meer zelf kan he en.. als je ziet dat je zorg kunt afbouwen heb ik minder de
neiging om het te vragen. Want dan denk ik ja dat loopt wel. Maar als ik zie dat
mensen meer zorg nodig hebben of de zorg heel zwaar is ja dan, probeer ik daar wel
naar te vragen. Maar ja.. er is ook niet altijd even veel tijd he.
O: Nee dat is ook zo.
R: Er is wel de intentie maar ik heb niet ook altijd de tijd. En ja god soms is er ook niet te
mogelijkheid om te vragen.
O: Ik heb jou eerder horen zeggen ik gebruik geen lijst of iets dergelijks..
R: Nee.. Nee..
O: Ben je op de hoogte dat buurtzorg meetinstrumenten levert om ..
R: Ja ik heb dat van jou recent gehoord, maar ik was daar echt niet van op de hoogte. Ik
wist dat ook niet. En ehm.. het laatste jaar, laatste twee jaar ben ik er wel meer van
bewust van mantelzorgers en hoe zwaar deze het hebben. Want daarvoor, er wordt
ook steeds meer beroep gedaan op de mensen. En die lijst heb ik me nog nooit in
verdiept. Pas toen jij zei er is een lijst.
O: Ja. Ik heb hem zelf even opgezocht, want ik moest even kijken wat voor lijst het is. Ik
heb hem uitgeprint dus je mag wel even kijken als je wil. Maar ik heb hem niet van
buurtzorg zelf uitgeprint maar van expertise centrum mantelzorg uitgeprint. Want daar
stond op de achterkant uitleg bij.
R: Oh oke, maar wel dezelfde.
O: Of ja uitgebreidere uitleg. Want bij buurtzorg stond wel erbij dat een score van 7 of
meer is het overbelast maar niet precies wat de lijst inhoudt. En het is de caregiver
strain index. En ik ken hem alleen als de CSI, dus ik kende hem wel. Dus als je wil
mag je wel even kijken, of na het interview.
R: Ik wil hem wel even vlug kijken. Het zijn een aantal vragen he
O: Het zijn 13 vragen die je met ja en nee kunt beantwoorden en ze hebben een
begrenzing vanaf 7 is het overbelast.
R: Het zijn ook wel mooi 13 vragen he.
O: Niet te lang..
R: Nee het is goed begrensd. Ja, ja.
O: Dus dan neemt het misschien ook..
R: Minder tijd in beslag.
O: Minder tijd in beslag ja
R: Ja dat zou kunnen. Ja.
O: Ja, dat was eigenlijk de volgende vraag, van ja maak je hier wel eens gebruik van.
Maar zoals ik begrijp dan maak je hier eigenlijk geen gebruik van toch?
R: Nee maar ik zou het wel misschien makkelijk vinden.

97
O: Oke ja, ehm.. dan heb ik een laatste vraag die ik sowieso beantwoord wil hebben en
dat ik eigenlijk van wat is jou wenselijke situatie binnen het team als het om het
vroegtijdig signaleren gaat. Hoe ziet jou wenselijke situatie er uit?
R: Ehm (stilte). Ik denk dat het begint met meer aandacht voor de mantelzorgers. Dat,
dat bij de intake wel aangedacht wordt. Misschien moeten we het er met elkaar ook
vaker er over hebben. Want ja.. dan maakt dat je ook meer bewust. En ook over
ehm.. als we een clint bespreken niet alleen de zorg bespreken die we doen maar
ook de situatie er om heen bekijken en daarbij dan ook de mantelzorger bekijken.
Ehm.. ja. En een lijst ik zou dat wel makkelijk vinden. Hier zie ik bijvoorbeeld ook al
een punt, we leven onder financile druk.
O: Ja dat is misschien een punt waar je niet zo vaak aan denkt
R: Nee daar zou ik zelf niet zo bij nadenken.
O: Nee ik ook niet..
R: Maar als ik hier nu zo aan denk en verder denk, ja goh als je toch helemaal geen geld
hebt en dan kan dat natuurlijk ook voor overbelasting zorgen. Ik denk dat zon lijst wel
goed is.
O: En zou je het dan fijn vinden als er bijvoorbeeld bij een teambespreking of zo een
keer toelichting wordt gegeven voor zon lijst of dat er vast een soort van vaste
structuur krijgt. Een keer met de halfjaarlijkse evaluatie plaats vind om dan tijd in te
plannen voor de mantelzorger 10 minuten te nemen.
R: Ik denk dat dat heel goed zou zijn. En dan eerst een keer iedereen de lijst mailen of
uitdelen.. dat iedereen hem kan door lezen en dan in een team bespreking kort
aandacht geven aan de lijst. Snapt iedereen het en vind iedereen het nuttig. Want het
moet binnen het team door iedereen gedragen worden. Maar ehm.. ik zou daar wel
achter staan en dan inderdaad bij zon evaluatie want er moet toch gevalueerd
worden. Ja.. dan kun je 13 punten misschien wel meenemen.
O: Dat je zegt van ja daar zou wel tijd voor ..
R: Ja ik zou dan nog wel kijken dan, want ja, iedereen die dan verantwoordelijk is voor
zijn eigenlijk clint kent zijn eigenlij clint het best. Dan zou ik wel de
verantwoordelijkheid bij die verpleegkundige laten en zeggen van bij deze meneer of
mevrouw vind ik het niet nodig. Of bij hele jonge mensen ja.. of bij echt terminale
mensen dan denk ik ja moet je daar nu nog.. moet je kijken. Er zijn ook situaties dan
vinden het mensen het ook heel fijn om ehm.. om juist ontlast te worden. Maar ik
denk dat je dat wel per situatie moet bekijken want ga ik nu die lijst inzetten. Maar ik
zou hem er zeker wel bijzetten. Bij de evaluatie bijzetten. Dat je dan zelf beslist of je
hem dan gaat gebruiken.
O: Oke, ehm.. ja dat waren al mijn vragen. Is er nog iets wat je heel graag kwijt wil over
dit onderwerp?
R: Over dit onderwerp.. hmm.. (lange stilte) .. nou ik ben wel benieuwd naar de
resultaten. (Gelach)
O: Ik zelf ook (gelach)
R: Ik denk dat er wel behoefte aan is. Ja.
O: Oke, dan ehm.. dan zet ik hem stop.

98
Interview# 4

Gegevens:
- Vrouw
- Verpleegkundige
- Leeftijd: 40-45

O: onderzoeker
R: respondent

Voorafgaand het interview is er een informed consent toegelicht en getekend. Hierbij is ook
het doel van het interview besproken.

O: Mijn eerste vraag is wat versta je onder het begrip mantelzorger?


R: Ehm.. een mantelzorger is eigenlijk ehm.. diegene die mee kan helpen in de zorg bij
clinten zoals een partner of een broer of een kind.. die wij ehm.. ja kunnen vragen
om bepaalde taken voor een clint te doen, zoals medicijnen uitzetten of eten geven
of.. dat soort dingen.
O: Oke, en wat versta je dan onder overbelasting van de mantelzorger?
R: Ehm..
O: Waar denk je dan aan?
R: Ehm.. ja als er een mantelzorger is dat die ehm.. het misschien te zwaar vindt door
ehm.. de belasting te groot is fysiek of mentaal dat ehm.. misschien te weinig vrije tijd
heeft omdat iemand bijvoorbeeld continue bij een clint moet blijven dat die niet
alleen kan zijn of bijvoorbeeld een kind dat nog eigen werk heeft en misschien zelf
ook kinderen en daardoor toch ook ehm.. ja een bepaalde druk ervaart als diegene
mantelzorger is. Ja..
O: En als jij dan ja op die overbelasting gaat kijken, hoe en wanneer signaleer jij dan
Meestal?
R: Nou ik denk zelf dat ik signaleer als het eigenlijk al, nouja te laat is, als eigenlijk de
de mantelzorger al een beetje te veel is, ja dan merk ik vaak in gesprekken of als
mensen beginnen te huilen dat het zo zwaar is of het dus dusdanig aangeven. Soms
organiseren mantelzorgers ook wel zelf iets om zichzelf te ontlasten bijvoorbeeld een
derde persoon in huis te nemen dat die mantelzorger boodschappen kan gaan doen
ofzo. Maar ehm.. ja ik vin dat wel lastig om ooit te signaleren, van wat..
O: Het vroegtijdig stukje misschien
R: Ja..
O: Dat je nu vaak signaleert als je denkt dat van oh.. ze geven nu toch wel klachten aan.
R: Van ja we hadden misschien nu toch wel iets eerder moeten kunnen aankaarten of
eerder in moeten zetten.
O: Oke.. ehm.. en ik haal er ook al uit dat je het belangrijk vindt om vroegtijdig te
signaleren.
R: Ja dat vind ik wel belangrijk want wij kunnen ook wel een stukje zorg uit handen
geven bij sommige clinten door een mantelzorger in te schakelen. Dat ligt natuurlijk
ook wel aan het netwerk van de clint. Kijk sommigen mensen hebben of geen
kinderen, of alleen een partner, familie woont verweg. Dus dan is dat al wat lastiger
maar, ja dat vind ik wel belangrijk om daar op te letten ja omdat wij daar zelf als
hulpverleners toch wel ja.. veel aan kunnen hebben.. aan mantelzorgers.
O: Ja, dus dat het wel belangrijk is dat hun weer niet overbelast raken.
R: Ja precies.
O: Ehm.. en dan even om terug te komen op het signaleren.. ehm.. wist je dat je op het
buurtzorgweb een instrument daarvoor kunt vinden? Dat ze op het buurtzorg web

99
hebben ze bij instrumenten de care giver index, of dat je die ooit hebt gezien of daar
van af wist.
R: Nee dat wist ik niet.
O: Nee, ik heb toevallig uitgeprint.
R: Oh..
O: Ik moest ook even zoeken want hij is niet zo makkelijk te vinden. Ik heb hem wel van
een andere website uitgeprint die meer gericht is op de mantelzorgers. Niet zo zeer
op de professional maar op de mantelzorger zelf. Er stond uitleg bij, dit is de CSI,
caregiver strain index. Die staat ook op heb buurtweb, maar ik vond deze wel handig
omdat er ook uitgebreid uitleg bij stond. In principe stond dat bij buurtzorg ook wel
maar hier staat het echt van wat meet je precies en waar wordt de CSI voor gebruikt.
Ze hebben 13 ehm.. vragen.. ja en misschien vragen waar je niet meteen op zou
komen maar als de zorg. of de mantelzorger meer dan 7 keer ja zegt dan is diegene
overbelast.
R: Oke.
O: Maar die zou je dus op het buurtzorgweb kunnen vinden. Het is even zoeken maar bij
instrumenten staat ie in ieder geval.
R: Ja dat is misschien wel handig om in te zetten.
O: Ja dan kun je hem ook een keer doornemen. Ehm.. maar als je dit zo ziet zou je dat
dan handig vinden om die er bij te gebruiken? Oh heb je zoiets van nou.. nee..
R: Jawel, dat zou ik zeker handig vinden, ik denk dat dat wel iets standaards zou kunnen
zijn als er mantelzorg is bij een clint om deze vragenlijst dan een keer in de zoveel
tijd een keer door te nemen met de mantelzorger van goh hoe staat het ervoor. Dat
ligt er natuurlijk aan of het een ouder persoon is of een jonger iemand. Ja of diegene
nog werkt ja of nee. Of..
O: Maar je zou het dus wel iets vinden om die standaard ehm. Af te nemen ook al
signaleer je niet meteen op overbelasting.
R: Ja zeker wel. Ja dat lijkt me wel verstandig om vroegtijdig te kunnen signaleren. Niet
pas als het eigenlijk te laat is.
O: En dan misschien bij een zorgevaluatie? Een keer per half jaar of hoe zit het hier met
evaluaties.
R: Ja wij moeten sowieso een keer per jaar evalueren. Maar dat zou denk ik te weinig
zijn, dat lijkt me te weinig als je een mantelzorger er bij betrekt.
O: Dat moet ik nog uit gaan zoeken.
R: Ja .. drie maanden..
O: Want in principe moet je dan een keer per jaar een zorgevaluatie afnemen.. maar heb
je daar tussendoor niks standaards dat je voor de clint doet.
R: Niet iets om vast te leggen nee..
O: Dan moeten we even kijken wat een oplossing zou kunnen zijn.
R: Maar je zou ook natuurlijk af kunnen spreken als je dit inzet, om dan met de PBer af
te spreken van evalueer dit elke 3 maanden, of stel het blijft heel stabiel zou je het
bijvoorbeeld naar een halfjaar kunnen schuiven.
O: Ja want dan wil ik meteen aansluiten bij mijn laatste vraag. Van wat zou jou
wenselijke situatie zijn rondom het vroegtijdig signaleren. Maar zoals ik dan nu begrijp
zie je het bijvoorbeeld wel zitten om zoiets in te zetten. Of hoe zou het verder voor jou
er wenselijk uit zien binnen het team?
R: Ja zon CSI lijkt me inderdaad wel handig. Kijk we hoeven het wiel natuurlijk niet
opnieuw uit te vinden. Maar.. ja of je kunt kijken als team van goh staan. Is dit
voldoende, om van dit alles, je kunt natuurlijk ook zelf wat vragen ofzo er bij kunnen
bedenken wat betrekking heeft op die bepaalde mantelzorger. Maarja dat lijkt me
zeker wel handig ja.
O: Dus het zou wel wenselijk zijn om dit een keer te bespreken en misschien
R: Ja want verder hebben we daar nu niet echt iets voor waar we op terug kunnen
grijpen van god uhm.. dat je dan dingen kunt signaleren bij een mantelzorger.

100
O: Dus dat is eigenlijk een beetje de wenselijke situatie binnen het team die je zou
willen.
R: Ja dat lijkt me wel handig ja.
O: Oke, zijn, is er nog iets wat je heel graag kwijt wil rondom dit onderwerp?
R: Nouja ik vind het sowieso wel interessant, ik ben wel benieuwd wat er uit gaat komen.
(gelach).
O: Ik ook (gelach)
R: Nee het is nooit verkeerd om bij dat soort dingen stil te staan. En vaak , dat vind ik
ook wel het voordeel van stagiaires of ehm..
O: Die kunnen dit soort dingen uitzoeken.
R: Ja.. maar ook beetje, hoe moet je dat zeggen beetje nieuwe wind binnen het team.
Kijk wij zijn allemaal al wat ouder, dus ja ik vind dat wel fijn om weer wat nieuwe
kennis binnen het team te krijgen. Jullie zitten nog op school of komen net van
school. Ja.. ik vind dat wel prettig.
O: Oke, dat is fijn om te horen. (gelach). Dan zet ik hem stop.

101
Interview# 5

Gegevens:
- Vrouw
- Verpleegkundige 4
- Leeftijd: 50 - 55

O: onderzoeker
R: respondent

Voorafgaand het interview is er een informed consent toegelicht en getekend. Hierbij is ook
het doel van het interview besproken.

O: Heel fijn dat je in ieder geval tijd vrij wilde maken. Ehm.. nouja zoals ik net al zei gaat
Het om het vroegtijdig signaleren op overbelasting van de mantelzorger en.. dan is
eigenlijk mijn eerste vraag van wat versta jij onder het begrip mantelzorger?
R: Onder het begrip mantelzorger versta ik de personen die dicht bij een clint staan
en die ehm.. hem of haar ondersteunen met ehm.. met huishoudelijke taken ehm..
Persoonlijke verzorging ja.. dat denk ik en ook een stukje ehm.. ja het aanwezig zijn
gewoon voor iemand, het er zijn. Een luisterend oor, ik denk heel breed.
Een mantelzorger hoeft mijn optiek geen familielid te zijn.
Dat kan ook een buurvrouw zijn of een goede Vriendin of ehm.. he, vaak wordt er
gedacht, denk ik een mantelzorger is een familie- lid maar volgens mij hoeft dat
helemaal niet. Maar iemand die buiten medische zorg om of doen ze ooit wel eens
iets medisch overnemen, doorspuiten of sonde kunnen ze ook leren. Die gewoon de
zorg draagt, die zorgt voor een clint of een persoon.
O: Oke, heel duidelijk. En stel je hebt een intake met een nieuwe clint, vragen jullie dan
ook vaak is er iemand in de buurt die kan helpen? Vraag je naar een mantelzorger of
is dat in de loop van de tijd?
R: Ehm.. ja meestal wel al in het begin uitvragen, want dan kun je daar natuurlijk gericht
je zorg op afstellen. Het is denk ik vind ik wel belangrijk dat je vanaf het begin af aan
weet of er mantelzorgers zijn, en zo ja wil misschien nog niet zeggen of je van het
begin deze er al betrekt. Maar het lijkt me wel wenselijk. Ik denk vaak ook wel als je
op een intake gaat, ik doe er niet zo veel, maar als ik op een intake ga dat ik het ook
wel heel fijn vind als er iemand meer aanwezig is. Als er een partner een buurvrouw
of een vriendin is die mee zorgt. Als alleen een kopje koffie drinken.
O: Ja dat is ook zo. En ehm.. dan ga ik naar de volgende vraag; wat versta je onder
overbelasting van de mantelzorger? Of waar denk je dan aan?
R: Waar ik dan aan denk.. ja overbelasting is dat de mantelzorger niet meer de zorg kan
verlenen die hij of zij aan die persoon verleend. En hoe je dat signaleert, ja dat weet
ik niet. Maar goed, mijn idee is dat de overbelasting. Dat iemand de zorg niet meer
kan geven.
O: Oke, en denk je dan ook aan bepaalde symptomen daarvan? Of ..
R: Ja ik denk dat dat op heel veel manieren kan manifesteren. Vermoeidheid.. ehm.. als
het iemand is die niet in de directe familie of in het directe huis woont toch iets minder
vaak gaat komen, die dan toch afbelt van ik kan niet vandaag om dit of dat, kan een
symptoom zijn van overbelasting. Iemand die direct in huis woont, daar zie je het
misschien aan dat iemand er moe uit ziet of heel veel slaap heeft, of het ook
aangeeft. Ik vind het heel zwaar en heel veel. En ja.. ik ja. Ik vind het heel lastig om te
zeggen hoe je dat heel snel moet signaleren omdat ik het zelf ook nog niet eerder aan
de hand heb gehad.
O: Ok, want mijn volgende vraag was dan van hoe en wanneer signaleer jij op
overbelasting? Maar je geeft dus zelf al aan dat je dat lastig vind. Omdat je die
situatie nog niet hebt meegemaakt.

102
R: Ja mede door mijn kleine contract dat ik het daarom nog niet heb meegemaakt. Dat ik
het vaak wat minder.. en de mensen waar ik kom heb ik niet het idee dat er
overbelaste mantelzorgers zijn.
O: Nee, dan kom je het ook niet echt..
R: Nee want dan had je het wel terug gehoord van je collegas van wie dat dan wel
hadden gezien. Dan had je gedacht van oh want heb ik gemist? Oh ja dat had ik ook
moeten zien. Maarja..
O: Nee nouja als je die situaties niet mee maakt kun je het ook niet doen.
R: Nee, nee.
O: Ehm.. vind je het belangrijk om vroegtijdig te signaleren en waarom dan?
R: Ja ik denk zeker wel dat het heel belangrijk is om vroegtijdig te signaleren omdat je
anders ehm. De kans loopt dat mensen de zorg niet meer kunnen bieden die zij op
dat moment bieden. Dat houdt dan in dat wij meer zorg moeten bieden of dat er
andere instanties zijn die bij kunne springen. Het is heel belangrijk om een
mantelzorger zo ehm.. goed te houden dat ie de zorg kan blijven bieden. En
misschien moet je wel eens zeggen moet je niet huishoudelijke hulp inschakelen dan
kun je toch meer voor jou partner betekenen als gewoon partner, er zijn en een keer
samen een boodschap doen en ergens naar toe gaan dan alsmaar te zorgen. Je krijgt
zo toch een andere relatie.
O: Ja ik snap wat jij bedoeld. Ehm.. om dan over te gaan naar het vroegtijdig signaleren..
wist je dat op het buurtzorg web daar een meetinstrument voor staat?
R: (Nee knikkend) Nee! (Gelach)
O: (Gelach) er zijn er meer die dat niet wisten hoor.
R: Ik zal het maar eerlijk opbiechten! Dat ik dat niet wist.
O: Nee er zijn er meer, ik moest zelf ook even zoeken waar die bij stond, maar ik heb
hem gevonden. Ik heb hem ook uitgeprint zo kun je even kijken. Ik heb hem wel van
een andere website uitgeprint omdat ik vind dat bij deze meer uitleg stond. Het is de
caregiver strain index. Ik weet niet of je daar ooit van hebt gehoord? ..
R: (Nee knikkend)
O: Maar ik denk dan neem ik hem mee, dan kun je de vragen bekijken. Het is een korte
vragenlijst van 13 vragen. En.. op de achterzijde staat eigenlijk uitgelegd wat het is en
wanneer je volgens deze lijst overbelast bent.
R: Ja
O: Hun geven aan wanneer je een 7 of meer scoort dat je dan ehm.. volgens deze lijst
wel overbelast bent. Maar er zijn er meer die het niet wisten je moet het even zoeken.
Hij zit er wel.
R: Ik vind het sowieso moeilijk zoeken op het web maar dat is een ander verhaal. Maar
dat vind ik toch vaak dat ik dingen niet kan vinden. Ik moet ook eerlijk zeggen dat ik
daar ook te weinig naar kijk. Gewoon.. nog te weinig kijk rondom een patint. Vaak is
de zorg gedaan, het is goed of niet goed of ik moet dat of dat nog regelen of doen,
maar misschien ook te weinig oog voor de mantelzorger. Ik kan me het zomaar
voorstellen dat dat voorkomt, bij mij in ieder geval wel.
O: En zou je het fijn vinden als ik, als zon lijst wel standaard zal worden gebruikt of?
R: Ik denk dat het sowieso helemaal geen kwaad kan om ehm.. een keer in de zoveel
tijd als je de zorg evalueert dat je dit mee neemt.
O: En de zorg evalueren, dat is standaard per half jaar?
R: Nee, een keer in de drie maanden geloof ik ja..
O: Staan die dan vast gepland in de agenda?
R: Ja, dan als jij PBer bent dan om de drie maanden is het de bedoeling dat je de zorg
evalueert.
O: Oke,
R: Ik heb het idee dat dat niet altijd zo loopt, niet helemaal zo loopt, maar ehm ja maar
Goed dat is.. wel iets waar je ..
O: Zoals het dan begrijp doet de PBer met de clint om de drie maanden ongeveer de
Zorg evalueren?

103
R: Ja volgens mij om de drie maanden.
O: En zou je het dan iets vinden dat de PBer ook zon lijst aan de mantelzorger
ondertussen geeft?
R: Ja dat zou best wel iets kunnen zijn. Waar ehm.. ja misschien ook wel als test binnen
het team zou kunnen doen. Goh bij evaluaties kijk eens wat we daar uithalen of dat
ons iets meer oplevert omtrent de mantelzorger. Want ja mantelzorger is gewoon ja..
een heel hot item in zorgland.
O: Ja steeds meer mensen moeten thuis blijven, dus komen er automatisch bij.
R: Ja daarom, dus je krijgt steeds meer mantelzorgers en de vraag is zien wij
mogelijkheden, ik denk al met zon redelijk eenvoudige vragenlijst dat je daar veel
sneller inzicht in krijgt dan als je gewoon maar even met een gesprekje want dan he..
dan vraag je hoe is het? Ja ik ben wel wat moe, slaap wat minder maar goed dat
komt wel want ja. Vaak hebben mensen ook allerlei redenen waarom ze dat dan
aangeven, omdat ze toch willen blijven zorgen he.
O: Ja.
R: En dan moeilijk ehm.. dan dingen uit handen kunnen of willen geven. Maar ik denk
dat dit wel een goed methodiek is.
O: Ja het duurt een kleine 10 minuten denk ik en dan ben je er wel doorheen.
R: Ik denk dat het best wel eens iets is om te kijken op .. ofzo iets om te proberen als
team om te kijken wat het ons oplevert als we dat invullen.
O: Ja en ook misschien als je zegt van nou we doen het om de drie maanden dat je ook
kunt zien dat als ze nu een 5 score en nu een 7 moeten we dan niet iets.
R: Ja dan heb je wel een uitgangspunt he.
O: Ja
R: Nu heb je eigenlijk alleen je eigen observaties, tenminste, we horen dat bijna niemand
in het team er mee werkt. Dan zijn het puur je eigen observaties waar je vanuit gaat.
O: Ja
R: En het is gewoon dat de thuiszorg veel breder in die zin van alles er omheen dan de
ziekenhuis zorg en dat is ook gewoon heel erg wennen vind ik om vanuit de
ziekenhuis zorg en dat is ook heel erg wennen vind ik omdat vanuit de ziekenhuis
zorg rekening te houden.
O: Om met al die dingen rekening te houden. Ik begrijp het helemaal.
R: (Gelach)
O: In principe heb ik op mijn vragen antwoord, is er nog iets wat jij heel graag kwijt zou
willen of wat jij wenselijk zou vinden binnen het team rondom het signaleren? Want ik
begreep net een beetje dat je het wel wat zou vinden om zon lijst in te brengen.
Maar is er nog iets anders dat je graag, zou willen zien of kwijt zou willen?
R: Nee.. nee.. nee. (gelach)
O: Nee, oke dan zet ik hem stop (Gelach)
R: Ja (gelach), dat was snel.

104
Interview #6

Gegevens:
- Vrouw
- Verpleegkundige niveau 5
- Leeftijd: 55 - 60

O: onderzoeker
R: respondent

Voorafgaand het interview is er een informed consent toegelicht en getekend. Hierbij is ook
het doel van het interview besproken.

O: Zo, nou heel fijn dat je in ieder geval tijd vrij wilde maken. Ehm.. om mijn eerste vraag
te stellen rondom het vroegtijdig signaleren vroeg ik mezelf af wat jij verstaat onder
het begrip mantelzorger.
R: Nou een mantelzorger is iemand die voor een ander zorgt. Dat kan op allerlei
gebieden, dat kan verzorgend zijn dat kan huishoudelijk zijn, keertje mee naar de
bibliotheek, de tandarts. Maar er zijn iets van 3,6 miljoen mensen in Nederland die
zorgen voor een ander. Kan ook voor een kind zijn. Het is heel breed.
O: Oke, en als je dan door gaat op het begrip mantelzorger wat versta je dan onder de
overbelasting van de mantelzorger, of waar denk je dan aan?
R: Dan denk ik er aan dat eigenlijk je zorgt voor iemand en er sluipt steeds meer bij. Er
komt steeds meer bij. Dit kan je, wil je dit er nog ook nog bij doen. Er komt steeds
meer bij. Je stelt steeds je grenzen bij en je denkt ach ja ik moet eigenlijk nog wat bij
kunnen doen nog.
O: (Hummen)
R: Tot dat op een gegeven moment dan ben je overbelast en dan is het eigenlijk al te
laat. Want dan merk je dat je niet meer goed slaapt, snel huilt, dat je snel gerriteerd
bent, snel in een andere stemming raakt, dat je gaat haasten, je hart slaat op hol of
nou ja allemaal zulke dingen. Mensen gaan tegen jou zeggen ben je niet overbelast?
Kun je nog wel slapen? Nou ja van je omgeving krijg je het dan ook te horen. En dan
is het eigenlijk al te laat. Dat heb ik zelf dus ook gehad.
O: Ja, dan ben je echt overbelast inderdaad.
R: Ja ik was dag en nacht bezig met die man.. we waren echt een Siamese tweeling.
O: En dan ook nog je eigen gezin erbij?
R: Nee mijn kinderen waren toen al het huis uit.
O: Oke, dat scheelt misschien nog wel. Maar wel heftig.
R: Ja dat was heel erg heftig.
O: Wel knap dat je dat gedaan hebt.
R: Ja van de .. organisatie kreeg ik een prachtige mooie vergoeding omdat ik de
mantelzorger was. Dat was nog een schale troost.
O: In Breda was dat geloof ik toen 75 euro als vergoeding voor de mantelzorger.
R: Nee het was wel iets meer, een paar honderd euro of zo geloof ik. Meer als 100 euro
kan ik me herinneren.
O: Oke, ik moest toen in met de minor in Breda ook een beetje, dat was met
huishoudelijke hulp. werd er ook van alles voor de mantelzorger bekeken en kwam ik
het mantelzorg compliment tegen en kregen ze 75 euro per jaar.
R: Weinig maar goed, ik denk dat het heel goed is dat mensen die voor andere zorgen
een klein netwerkje hebben dus dat je elkaar af kan wisselen. Dan houdt je het veel
langer en vol en blijft het leuker. En de persoon in kwestie is het ook leuker als er
meer mensen komen dan alleen maar jij. Ieder doet het op zn eigen manier en dan
heb je ook eens andere klets en een andere klik met iemand.

105
O: Ook het sociale stukje
R: Ja dat heb ik toen op het laatste ook gedaan toen ik mantelzorger was voor anoniem
toen zeiden andere mensen buitenaf, mijn collegas maar ook andere zeiden waarom
laat je de pedicure niet komen? Jij doet nu elke keer de voeten bij anoniem maar jij
bent dan ook pedicure
O: Maar je zou dat ook over kunnen dragen aan een ander
R: Ja toen dacht ik eigenlijk hebben ze ook wel gelijk. Dus toen stootte ik dat al af. Toen
was het van ja de huishoudelijke hulp, waarom regel je die niet een die hier komt?
Nou toen heb ik die ook geregeld. En zo was de lief en leed steeds minder. In het
begin denk je van hoezo dat kan ik toch ook gewoon zelf?
O: Ja.. maar ja.. je deed natuurlijk wel heel veel.
R: Maar ik merkte toen wel dat ik toen veel meer lucht kreeg, ik kon ook weer veel meer
dingen leuke andere dingen doen. daar had je dan meer energie voor. Maar ik merk
dat ook wel bij mensen dat ze het soms ook moeilijk vinden om het uit handen te
geven, dat dat soms ook zo lastig is.
O: Ja.. Ehm noemde net al heel veel symptomen. Maar hoe en wanneer signaleer jij dan
op overbelasting, hoe doe jij dat op dit moment?
R: Als de mensen gewoon een beetje extravert zijn er zijn natuurlijk ook mensen die
laten het echt niet merken die zeggen ook niks, daar zie je het ook amper aan of je
moet echt via andere horen, echtgenoot of kinderen. Maar als je dan iemand hebt die
daar over praat dan zie je toch vaak zoals ik net al zei dat mensen slecht slapen,
zitten te piekeren, dat ze geen tijd hebben voor leuke dingen en dat de persoon in
kwestie altijd voor gaat. Ehm.. dat ze zich ook echt verantwoordelijk en verplicht
voelen om alles voor die persoon te doen. want ze voelen wederkerigheid. Vaak bij
oudere mensen met de paplepel in gebracht, jij zorgt voor mij en ik zorg voor jou. Ja..
terwijl je eigenlijk best kan zeggen dat er ook een stukje door een ander kan worden
gedaan.
O: Zeker
R: Ja en mensen die vaak huilen.. mensen die chagrijnig zijn of die eh.. een keer in
paniek zijn. Er zijn zoveel symptomen. Mensen die aan de alchohol gaan.. he he
man ligt de bed ik neem nu eens flink een paar glazen wijn. En dat iedere dag
(gelach) aan de pimpel zitten. Ja..
O: En als jij dat dan signaleert benoem je dat dan ook?
R: Nou ik denk dat als ik echt zie dat iemand ehm.. als ik echt dat gevoel heb van
iemand is overbelast dan denk ik wel dat ik dat ook benoem. Ja.. dan zou ik zeggen
goh ik zie dat u erg moet huilen en heeft dat te maken dat u misschien toch wel eens
overbelast zou kunnen zijn. Voor de zorg naar u man toe.. ja dan hoor je het wel..
hoop je dan.
O: Oke, en waarom vind je het belangrijk om vroegtijdig te signaleren?
R: Nou het is belangrijk voor de clint, want als er nog een clint bij komt daar zit
niemand op te wachten, twee van die zieken.
O: Nee.. zeker niet
R: En dan denk ik ja.. het is ook voor de ja.. voor de hele omgeving de kinderen de
kleinkinderen, voor de patint maar voor de persoon zelf ook. Is het gewoon fijn dat
het op tijd wordt ingezien er iets mee gedaan wordt. Want anders dan ehm.. ja dan
raakt de persoon helemaal overbelast en heeft ie straks een burn out of wordt ie zelf
ziek.
O: Ja en dan zou het zelf inderdaad een clint worden.
R: Ja..
O: Oke, en om een beetje terug te gaan op het signaleren, wist je dat op het
buurtzorgweb een meetinstrument om de ehm.. mantelzorger staat?
R: Ja dat weet ik wel maar dat heb ik nog nooit gebruikt van gemaakt. Omdat ik al.. ja ik
wil niet arrogant doen, maar ik zit al vanaf mn 18e in de verpleging, ik heb daar een
antenne voor en als ik zoiets zie maak ik het altijd bespreekbaar. Maar het kan best
wel zijn dat ik dat dan ook dingen in vergeet omdat je dan je maakt het wel

106
bespreekbaar en er komt wel iets uit. Maar omdat je dan een meetinstrument hebt
dat, dat is natuurlijk helemaal uitgedacht van A Z en daar zitten altijd dingen bij die
je op dat moment misschien over het hoofd ziet. Dan is het misschien toch een goede
zaak om het te gebruiken.
O: Ja, ik heb hem uitgeprint, want ik had hem gevonden moest ook even zoeken. Het is
de caregiver strain index, de CSI en die kende ik wel, de CSI.
R: Ja
O: Op school hebben wij deze wel eens gehad. Ik heb hem van expertise centrum
mantelzorger uitgeprint. Op het web stond deze ook maar hier stond meer uitleg bij.
Dat vond ik persoonlijk wat handiger. Deze geeft aan wanneer iemand een 7 of hoger
scoort dat men overbelast is.
R: Ja. , ik heb niet het idee dat deze heel erg veel wordt gebruikt. Dat gevoel heb ik.
O: Nou je bent tot nu toe een van de weinige die wist dat deze op het web stond.
R: Ja ik wist wel dat die er op stond, maar omdat we al zoveel instrumenten moeten
gebruiken en moeten meten. De arbocheck, wonddossier check.. en en .. decubitus,
gewicht, glucose, van alles staat er op. Maar ik denk wel dat als je dit echt aan de
hand hebt dit wel goed is om te gebruiken.
O: Ja. In principe zijn het 13 vragen en er gaat niet zoveel tijd inzitten. En je zou het
bijwijze kunnen doen door de mantelzorger het zelf aan te laten kruisen.
R: Ja je zou kunnen zeggen ik heb hier een CSI index die meet of u overbelast ben. Zou
u deze in willen vullen, dan kan die het natuurlijk zelf doen.
O: En zou je dit fijn vinden om daar een vast werkprotocol over te krijgen of dit op een
vast tijdstip af te nemen dat je vroegtijdig bij het signaleren bent. Of zeg je van nou ik
vind dat meer als ik denk dat iemand overbelast is dat ik hem dan af neem..
R: Ja
O: Of preventief?
R: Nee, ik zou denk ik als ik het gevoel heb dat het wel eens, je hebt natuurlijk allerlei
niet pluisgevoelens in je buik en je hoort en ziet dingen. Dan pas zou ik het vragen
van wil je die lijst met mij samen invullen of zou je het zelf willen doen.
O: Ja, dus jij zou niet zeggen tijdens het half jaarlijkse zorg evaluatie geef ik hem mee.
R: Nee. Nee ik zou dat alleen maar doen als ik het spitsen gevoel heb van is hier iets
aan de hand waardoor ik denk dat hierdoor wel eens een overbelasting plaats zou
kunnen vinden. Dan zou ik het doen, maar ik zou dat niet bij iedere patint doen.
O: Oke, en zou je dat dan zelf doen of vind je dat de PB er van de clint moet doen.
R: Nou ik vind wel dat dat diegene moet zijn die daar het meeste komt. Of dat dan de PB
er is of de tweede dat maakt me dan niet uit maar wel met de persoon waar de clint
een band mee heeft. Want het moet niet zo zijn dat iedereen daar met een papiertje
aan moet komen wapperen. Ik denk dat het goed is dat je een zekere relatie hebt met
de clint of partner van de clint.
O: Oke, dan heb ik als laatste vraag, wat zou jou wenselijke situatie zijn binnen het team
rondom het vroegtijdig signaleren op overbelasting van de mantelzorger? Wat zou je
graag zien binnen het team?
R: Binnen het team.. ehm.. ja dat wij misschien toch wat meer bespreekbaar maken bij
de teamvergaderingen. Niet alleen de clint bespreken maar ook dat we echt zeggen
hoe staat het nu met de mantelzorger. Want dat wordt niet echt..
O: Bespreekbaar gemaakt..
R: Nee.. als het relevant is wordt daar wel iets over gezegd natuurlijk. Maar het is niet zo
dat wij standaard zeggen van he bijvoorbeeld meneer en mevrouw anoniem hoe zit
het met meneer anoniem? Die man is een beetje moeilijk, lastig ook gaan we het
liefst eigenlijk een beetje uit de weg, terwijl die man het eigenlijk heel erg zwaar heeft.
Je zou eigenlijk moeten zeggen van he hoe zit het eigenlijk met dhr. anoniem. Met de
overbelasting? Zou hij overbelast zijn met de zorg voor zijn vrouw? Maar daar wordt
eigenlijk is dat niet vaak aan de orde.
O: Nee, want zou je het dan fijn vinden om een soort van vast werkinstructie of protocol
voor zou komen, dat je daar een soort vastigheid in hebt?

107
R: Ja bij dat soort mensen misschien wel, alleen is dan de vraag als je het afneemt je
hebt een mooi protocol, en je hebt het afgenomen wat doe je er dan mee?
O: Nou dat was eerst ook de vraag of ik dat wilde onderzoeken, maar omdat ik door
vroeg hoe jullie doen signaleren, want als je er vroeg bij bent kunt je het nog met
kleine interventies oplossen. Als je denkt dat diegene overbelast is moet je vaak al
grotere acties ondernemen. Dus ik dacht als ik nu eerst het punt pak op signaleren
kan een volgende stagiaire het pakken hoe we het daarna gaat doen als iemand
overbelast is.
R: Ja want dan moet je gesprekken gaan voeren van wat zou voor u fijn zijn waardoor u
hebt gevoel heeft dat u wat minder overbelast bent.
O: Ja..
R: Als die persoon dan zegt ik zou toch zo graag in een keer in de week een kaartje
gaan leggen bij de club, ik zeg maar iets, zou je kunnen proberen die middag een
vrijwilliger te regelen. Of dat die zou zeggen ik zou toch zo graag eens willen dat mijn
vrouw naar een dagbehandeling ging ze wil daar helemaal niet heen, maar dan heb ik
eindelijk van 9 tot s middags 4 tijd voor mezelf.
O: Ja
R: Ooit is het ook wel een heel gedoe. Ooit weet je dat iemand is overbelast, en je wilt
dan eventueel oplossingen samen gaan aandragen of met de patint is gesprek gaat,
zijn er ook heel veel dingen die ze dan weer niet willen he.. dat willen ze niet dit willen
ze niet. Dan denk ik ja..
O: Ja of dat dat buiten hun comfortzone valt.. dat ze dat spannend vinden en daarom
nee zeggen.
R: Ja en dan moet je weer een vrijwilliger zoeken en die moet dan net weer matchen
met de persoon het is een hele zoektocht, het is ook heel lastig ooit. Ik heb zelf
gemerkt.. ik heb toen een vrijwilliger gezocht voor anoniem daar heb ik een jaar over
gedaan. Toen hadden we iemand gevonden die bij de belasting werkt, een jonge man
hartstikke aardig. En die zei ik ga zaterdag met anoniem naar de markt, dan ga jij
mee want dan kan ik leren hoe ik met een elektrische rolstoel moet rijden want dat is
nog best eng.
O: Ja dat vind ik ook.
R: En toen dacht ik oh mijn god wat fijn. En toen ging hij met hem naar de markt en dat
ging heel goed. Toen zei ik doe jij de rest zelf maar dan ja dat is goed dat lukt mij wel
en anoniem kon natuurlijk ook van alles zelf uitleggen. Toen kwamen ze terug en toen
zei die tegen mij ik wil niet meer hebben dat die man nog een keer komt. Ik zei maar
we hebben hier een jaar over gedaan! En dan hebben we eindelijk iemand die wil nog
komen oefenen en dat wil jij niet meer, wat is dat dan toch.
O: Ja..
R: Hij zei, nee ik wil het niet meer. Ik heb geen klikt met die man.
O: Wat sonde..
R: Ik vind er niks aan, ik vind er helemaal niks aan aan die man. Hij zegt geen boe of
bah. Ja ik zei dat is pas de eerste keer misschien komt dat dadelijk wel. Nee. Hij wou
het niet hebben, dus toen moest ik het weer afbellen..
O: ah.. al die moeite in gestoken.
R: Er kwam ook zo iemand zon cordinator op bezoek om het te inventariseren een
gesprekje. Alles hadden we doorgegeven en dan krijgen we zoiets. Het is toch ook
niet te geloven. Kon ik het weer afbellen. Daarna heb ik het ook niet meer gedaan,
laat maar (gelach).
O: Laat maar (gelach)
R: Het kost ook ooit zoveel moeite, al die moeite zitten doen ook voor die man en dan
gaat het weer niet door. Maar aan de andere kant dacht ik later van oke, ik kan er wel
moeilijk over doen maar anoniem moet wel een klik met die persoon hebben want die
moet met hem naar de markt (gelach).
O: Ik zou dat zelf ook niet fijn vinden als ik echt geen klik heb met iemand hoeft die mij
ook niet mee naar de markt te nemen.

108
R: Nee..
O: Nee dat zou ik ook niet leuk vinden
R: Ik zei ook tegen anoniem waarom heb je dat dan niet eerder gezegd? Ik denk ja ja
laat maar even afwachten. Misschien kan die wel niet met mn rolstoel lopen. Maar
goed.. ik zou wel denk ik, ik denk dat wij toch wel wat meer aandacht aan zouden
kunnen besteden dat dat toch vaak pas te laat pas wordt ingezet zn score lijst of
risicolijst. Ja.
O: Ik dacht zelf, ik wil geen wenselijke antwoorden geven, maar niet iedereen signaleert
misschien zo vroeg als jij dat doet, en als je dan een vaste periode hebt om wel een
lijst af te nemen misschien bij de mensen waar jij niet komt en iemand anders
signaleert dat niet..
R: Het ligt er een beetje aan kijk.. zelfde als iemand gewoon op bed lig maar wel van
bed komt en verder een goede huid geeft ga je ook geen decubitus score afnemen
als iemand is die veel op bed ligt en slecht eet en ook nog een fractuur heeft dan is
het wel zaak om het af te nemen. Wanneer ga je het wel doen en wanneer ga je het
niet doen.
O: (Hummen)
R: Niet iedereen die ziek is hoeft overbelast te zijn. Er zijn ook heel veel mensen die het
zelf wel heel goed geregeld hebben en dan hoeven wij niks te doen. als het geen
probleem is het geen probleem. Er zijn ook mensen die het zelf ehm.. uiteindelijk heel
goed geregeld hebben. Maar ik denk juist bij die kwetsbare groepen die ehm.. bij
oudere mensen dat gevoel van wederkerigheid heel sterk hebben. Of mensen die het
allemaal in de eigenhand willen houden, ik moet dat zelf zo doen en geef het liever
niet uit handen. Ik vind dat niet fijn.
O: Ja dat is ook zo.
R: Maar ik denk dat je het niet bij iedereen hoef te doen. het is niet voor iedereen.
O: Oke dat is duidelijk. Ehm.. is er nog iets wat je heel graag kwijt wil? Want ik heb al
mijn vragen beantwoord.
R: Nee ik vond het een goed interview.
O: Vind je het goed als ik hem dan stop zet?
R: Ja.

109
Interview #7

Gegevens:
- Man
- Verzorgende IG niveau 3
- Leeftijd: 45 - 50

O: onderzoeker
R: respondent

Voorafgaand het interview is er een informed consent toegelicht en getekend. Hierbij is ook
het doel van het interview besproken.

O: Fijn dat je tijd vrij wilde maken. Ehm.. als we kijken rondom de mantelzorger en het
vroegtijdig signaleren op overbelasting van de mantelzorger is mijn eerste vraag; wat
versta jij onder het begrip mantelzorger, waar denk je aan bij een mantelzorger?
R: Een mantelzorger is meestal partner, kinderen of buren.
O: Oke, en aan wat voor zorg denk je dan?
R: Ehm.. ja vaak zijn het lichte zorgtaken zeg maar.. ehm.. helpen met . kleine dingen
zoals de ADL bijvoorbeeld. Wassen en aan kleden kan maar dat gaat al wat verder.
Steunkousen aantrekken iets simpels.. ik vind moeilijk iemand moet de zorg ook
wel willen doen. Niet iedereen zal de buurvrouw haar rug willen wassen.
O: Nee, niet perse zorgtaken of ook een keer een boodschap doen.
R: Ja dat is ook een mantelzorg, of ehm.. het grasmaaien of wat dan ook voor iemand.
O: Dus je bedoeld dat diegene in de buurt wordt ondersteund
R: Ja.
O: Oke, en als je dan denkt aan overbelasting van de mantelzorger, wat komt dan bij je
op?
R: Bij overbelasting van de mantelzorger denk ik al snel, ja dan denk ik eigenlijk aan een
partner of waar de clint in huis is, en die gewoon 24 uur per dag zorg nodig heeft.
Dat is eigenlijk het eerste. Dan kan ik me voorstellen dat het te veel wordt en iemand
overbelast. Maar dat kan ook gelden voor kinderen bijvoorbeeld of.. ehm.. ik vind het
lastig waar je de scheidslijn moet leggen. Wat kun je verwachten van iemand?
Kinderen hebben ook een eigen leven. Kun je dan verwachten dat zij dan heel veel
gaan doen voor hun moeder.
O: En worden daar ook vaste afspraken over gemaakt? Of loopt dat gewoon zoals het
loopt of.. als je zegt ik vind het lastig en waar loopt die grens met de kinderen en de
mantelzorger.. wat doen hun, maak je daar afspraken over. Wat doen wij als
zorgverleners en wat doet de mantelzorger?
R: Concreet moet je dat wel doen.. maar ik vind dat een lastig punt omdat buurtzorg de
insteek heeft van wat heeft de clint nodig en wie kan die zorg regelen maar niet
perse er vanuit gaan wij als zorgverlener blijven doen. dus sommige dingen kunnen
ook opgelost worden door kinderen of de omgeving. Maar in de praktijk vind ik ja.. in
de praktijk komt het vaak wel voor dat wij dingen op ons nemen en doen. en zelfs een
telefoontje naar de huisarts al heel snel en soms ook verwachten terwijl ze het ook
prima zelf kunnen doen.
O: Ja ik snap wel wat je bedoeld..
R: Afspraken.. even kijken jou vraag was. Ja ik denk dat je het wel duidelijk moet
hebben wat gebeurd er want anders dan ehm.. heb je het niet concreet of dingen
worden dubbel gedaan of dingen worden niet gedaan en blijven liggen. Maar goed als
iemand slechter wordt en moeilijker gaat lopen, kun je al slecht zeggen die zoon is er
toch dus die kan zn moeder wel naar de wc brengen.
O: Ja..

110
R: Maar dan denk ik .. wil die moeder wel door haar zoon geholpen worden en wil die
zoon zijn moeder wel naar de wc brengen. Want het is toch.. ja stukje privacy en wil
je dat wel delen? De een is daar heel makkelijk in en de andere niet.
O: Nee..
R: Dus ik denk dat je daar ook..
O: Rekening mee moet houden en afspraken over maken.
R: Nee je moet daar niet te makkelijk van uit gaan dat de familie doet het. Denk ik.
O: Nee ik begrijp wat je bedoeld. En dat op het puntje van signaleren, hoe en wanneer
signaleer jij op overbelasting?
R: Als mensen het zelf aangeven.. ehm..
O: (Hummen)
R: Maar als ik een .. ja.. ik werk nu een jaar bij buurtzorg, nog maar een keer gedaan.
Heb ik die checklist bij instrumenten doorgezocht en doorgenomen met iemand waar
ik ook wel het vermoeden had hier is overbelasting. Maar dan maak je het concreet
omdat je vragen hebt die met ja en nee worden beantwoord. En de score bepaald of
er wel of niet sprake is van overbelasting. * ook code meetinstrument*
O: Oke, dat was eigenlijk mijn volgende vraag. Wist je dat op heb buurtweb een
meetinstrument te vinden is; en dat is deze. (gelach).
R: (Gelach) ja, oke ja.
O: Vond je hem wel makkelijk te vinden? Of moest je even zoeken?
R: Nee dat ehm.. is wel goed te vinden ja. Nou twijfelde ik. Ik wist dat die er was..
O: Oke want je bent bijna de enigste die weet dat die er is.
R: Ik wist dat die er was, maar ik moest even zoeken omdat ik als je in het overzicht kijkt
had ik hem niet helemaal meteen, je moet even kijken welke het nu is.
O: Oke want het is in principe de caregiver strain index de CSI, want ik kende de CSI
wel , maar niet de
R: Ja ik ben niet zo Engelstalig ingesteld.
O: Nee.. maar op school zeggen ze dan de CSI maar ja de hele uit.. weet ik dan toch
niet. Maar ik heb hem hier uitgeprint. Wel van de site expertise mantelzorger omdat
daar meer uitleg bij zat.
R: Oke,
O: Want ik vond bij buurtzorg stond er vrij weinig uitleg bij. Daarstond wel bij van goh als
het meer dan 7 scoort is diegene overbelast. Maar omdat dit een website is puur
gericht op de mantelzorger en niet zo zeer op de ..
R: Hij geeft volgens mij een kleurcode aan als je hem gemaakt hebt.
O: Oke dat kan wel, want hier geeft die ook rood oranje groen aan.
R: Laatst gebruikt bij ehm.. meneer X waar we toen samen geweest zijn.
O: Ja dan weet ik wie je bedoeld. Maar vind je het wel fijn werken?
R: Ja alleen ja.. het is wel even.. wat doe je er mee. Want het is een moment opname
dus.. het kan ook een confronterend zijn denk ik wel met diegene die je aan tafel hebt
want ehm.. bij haar waren best wel veel vragen positief dus ze was duidelijk
overbelast. Maar ik vond het wel handig dan weet je ook waar je overpraat. In een
rapportage lees je wel eens mevrouw is overbelast maar dan denk ik ja.. dat is een
anders subjectief begrip als je dat zomaar zelf denk ..
O: Ja want er staan ook wel vragen bij zoals financin, ik zou daar niet aan hebben
gedacht om te vragen. Maar zou jij dit iets vinden om in het team nogmaals
bespreekbaar te maken? En een vast protocol van te maken van om de zoveel
maanden gebruiken we dit? Of wat zou jij graag zien binnen het team?
R: Nou ik denk wel dat het meer bekendheid zou moeten hebben zodat je het vaker
doet. Maar.. vast denk ik van nee ik zie het meer als een signaleren functie van jezelf
en als je dan een vermoeden hebt.. moet je er wel mee bekend zijn en weten dat het
financieel enz. er ook bij zit en dat je ..
O: Maar je zegt dus meer van neem het af als je denk dat iemand overbelast is.
R: Ja. Ja.
O: Maar niet preventief? Zeg maar..

111
R: (Stilte)
O: Want als je denk dat iemand overbelast is is het vaak wel van goh ze zijn al
overbelast. Zou je het dan iets vinden om dit preventief in te zetten of zeg je dan van
nee.. hoeft niet..
R: Ja weet ik eigenlijk niet..
O: Ik ook niet dat moet ik nog onderzoeken (Gelach).
R: Als je weet dat die er is en je kent die vragen dan denk ik is het wel goed om concreet
te maken. Anders is het subjectief begrip. Maar in dat geval die clint die ik net
benoemde die.. toen die al opgenomen was heb ik al in het gesprek met mevrouw
aangegeven welke zorg wij kunnen bieden. Dat is eigenlijk richtlijn 3 zorgmomenten
op een dag. Als dat meer wordt is dat eigenlijk al.. ga je eigenlijk al over de grens kun
je dat behappen als buurtzorg zijnde. Als het vaste momenten zijn zou het nog wel
gaan .. maar bij 3 ligt wel de grens. Maar goed deze meneer kwam naar huis en had
4 zorgmomenten nodig nouja dat moet je bespreken binnen het team. Gaan we dit
toch doen. en je wilt toch de zorg goed voort blijven zetten. En goed afronden maar je
moet ook realiseren kunnen wij het bieden, maar de zorg is zo zwaar dat je je af moet
vragen kan mevrouw het aan om die zorg te geven.
O: Ja zij was er constant bij.
R: En dat heeft zij zelf ook, zij was echt, ook al is het maar kort geweest dat ie thuis was,
maar voor het zelfde geld was die man stabiel gebleven en dat weet je niet hoelang
het duurt. En hoe lang kun je dat volhouden.
O: Ja
R: En in het begin is het natuurlijk ook wel een beetje, mevrouw moet wennen aan die
situatie ehm. Dus het kan ook zo zijn dat er eigenlijk verder niks veranderd en na een
paar maanden niet meer het gevoel van overbelasting heeft. Net zoals mevrouw X
die zit eigenlijk in een vergelijkbare situatie. en dat duurt en dat duurt. Die kan geen 5
minuten van huis.
O: Ja ik vraag me af heeft die man geen dagbesteding?
R: Nee.. daar is ooit over gesproken en er is een casemanager. Het is ook vaker aan de
orde geweest. Maar die vrouw ziet dat niet zitten en ja.. die houdt het eigenlijk af. Hij
heeft het ook gehad in een eerder traject en dat.. ik weet niet precies waarom.. maar
ik geloof niet dat het beviel.
O: Oke op die manier. Maar ik wil niet te veel afwijken. Ehm.. zoals ik het dan begrijp
vind je het wel belangrijk om vroegtijdig te signaleren.
R: Ja ik vind wel iedereen moet op de hoogte zijn. Zodra je het idee hebt dat iemand
overbelast zou kunnen zijn moet je gewoon zon .. ja dat vind ik wel fijn. Die vragen
zijn al opgesteld hoeven alleen maar met ja of nee te worden beantwoord.
O: Ja het is wel een , het neemt niet veel tijd in beslag. En stel nou jij denkt diegene is
overbelast en dat er zon lijst moet worden afgenomen, vind jij dan dat iedereen dat
kan doen of dat de pb er van de clint dat moet doen?
R: Ik denk dat je de vrijheid moet hebben dat iedereen dat kan doen.. ja.. (twijfel).. aan
de andere kant je stelt ook vragen maar wat doe je er dan mee? Je kan wel iets
meten maar de vervolg stap is dan lastig. En ehm.. dat vond ik daar op dat moment
ook wel. Maar goed je kunt er op dat moment niks aan veranderen alleen hopen dat
alles wat meer rust krijgt en. ..
O: Oke, dan heb ik eigenlijk nog de laatste vraag; wat is jou wenselijke situatie rondom
het vroegtijdig signaleren binnen het team? Wat zou jij graag willen zien binnen team
of. Wat zou jou mooi lijken?
R: Ehm.. (Stilte) even denken hoor.. ..
O: Zou je een vast werk protocol willen zien of.. dat iedereen op de hoogte wordt
gebracht van die lijst.. ik noem maar iets.
R: (stilte).. ja een protocol is eigenlijk wel duidelijk. Dat had ik op dat moment ook. Ik
dacht iemand is wel heel erg overbelast, hoe kan ik dan concreet maken. Door de
vragenlijst? Ik merk dat het wel confronterend kon zijn want je stelt
(onderbreking)

112
Ik denk dat het wel handig is sowieso om een keer door te bespreken hoe ga je daar
mee om en het toch een soort richtlijn te zetten .. ja. Wie doet het wel wie doet het
niet? Het is wel beter om het concreet te hebben.
O: Ja, vaste structuur krijgt rondom dit.
R: Ja
O: Ok. Voor mij is het duidelijk. Wil je nog heel graag iets kwijt over dit onderwerp of?
Of zeg je van nee, ik heb mij zegje gedaan?
R: (Stilte).. nee ik denk het niet geloof ik. Net dacht ik dat moet ik nog zeggen maar nu
ben ik het kwijt.
O: Geeft niks..
R: Ja.. oh ja.. ja het gaat ook wel een beetje ja.. ik weet het ook niet. (stilte).. vraag me
wel eens af hoe ver ga je. Als je bij een clint komt kun je altijd wel kijken zo van wat
kan ik nog meer.. soms kom je ehm.. ja.. stel iemand heeft een heup OK gehad je
komt daar en bied zorg, iemand mag niet bukken je kunt natuurlijk wel ja.. je moet
oppassen dat je niet snel alles wil overnemen of gaat regelen in iemand zn leven.
Ja.. anders kun je zorg bieden en als je lang genoeg blijft zoeken kun je zorg blijven
bieden. Ieder mens heeft zn dingentjes en moet daar zelf ook oplossingen voor
zoeken. Soms moet je ook kijken hoe zwaar wegen zaken.
O: Ja ik denk dat je hiermee ook mooi kunt meten is die gene overbelast of moeten we
een gesprek aan gaan. Zal ik hem stopzetten?
R: Ja dat is goed.

113
Interview #8

Gegevens:
- Vrouw
- Verpleegkundige niveau 4
- Leeftijd: 20-25

O: onderzoeker
R: respondent

Voorafgaand het interview is er een informed consent toegelicht en getekend. Hierbij is ook
het doel van het interview besproken.

O: Nou fijn dat je tijd vrij wilde maken.


R: Natuurlijk! Kan beter iets nuttigs doen tussen door.
O: Ja je moet vanavond natuurlijk weer werken. Ehm mijn eerste vraag is wat je
verstaat onder het begrip mantelzorger. Of waar denk je aan bij een mantelzorger.
R: Ik denk dat een mantelzorger iemand is die een heel groot gedeelte van zijn tijd
steekt in het verzorgen en het regelen van zaken voor een familielid of een kennis, of
iemand die dicht bij ze staat.
O: Oke, en als je dan door gaat op die mantelzorger denk je dan, of waar denk je dan
aan bij overbelasting van de mantelzorger.
R: Wat dat is?
O: Ja, als je aan overbelasting denkt, waar denk je dan aan, of wat overbelasting van de
mantelzorger is.
R: Ehm.. ik denk dat, dat ehm.. twee kanten op kan gaan. Of dat het echt te veel wordt,
dat het te zwaar wordt voor iemand om het nog te handelen. Of dat iemand echt
zoveel met die persoon bezig is dat die geen tijd meer heeft voor zich zelf en het
daarom niet meer zo aankan.
O: En wat voor klachten denk je dat iemand dan kan hebben?
R: Ehm.. prikkelbaar, vermoeid, overspannend, burn-out achtige verschijnselen.
O: Oke, en als je dan om weer door te gaan op het stuk overbelasting, hoe signaleer jij
dan op overbelasting en wanneer doe je dat?
R: Ehm sowieso vraag ik altijd wel aan partners en aan kinderen als deze aanwezig
zijn hoe het met hen gaat. Probeer ik hun wel apart te benaderen. Niet van hoe gaat
het , oh goed, maar hoe gaat het dan echt. En ehm.. ja op dat moment zelf kan ik er
niet misschien heel veel aan doen, maar ik probeer wel mee te denken over bepaalde
dingen. Ehm.. laatst was dat bij dhr. X ik weet niet of je daar ooit ben geweest?
O: Nee
R: De broer van de andere dhr X. op XX adres.
O: Ja daar ben ik wel ooit eens geweest. Die andere meneer ken ik niet.
R: Die man is behoorlijk dement aan het worden en die was in de nacht gaan plassen en
toen weer terug naar bed gegaan en die was vergeten de dekens op te trekken. Maar
die vrouw die dacht hij heeft het gewoon warm. Die vrouw is uit bed gegaan, de
dekens opgegooid en is gaan poetsen want dat doet ze altijd. Op een gegeven
moment komt die man, hartstikke boos, ik heb het hartstikke koud! En jij heb al die
dekens ingepikt! En zo bleef hij de hele ochtend bezig, zelfs toen ik er was.
Die vrouw gaf aan ja ik kan het wel aan, ik heb een brede rug. Toen heb ik hem vast
in de badkamer gezet en even met haar gezeten hoe zij het allemaal vind.
O: Ja even apart
R: Ja daar heb ik toen wel even een kwartiertje voor gepakt en toen ben ik weer verder
gegaan. Ik heb het toen ook er even apart met die man over gehad maar ik weet niet
in hoeverre dat nog binnen komt.

114
O: Nee..
R: Er staat ook iedere dag een beschuitje met bouillon klaar, dat is iedere dag. Zij zorgt
zo goed voor die man.
O: Aah..
R: Dan verzacht ik het iets en zeg ik niet meer klagen over u vrouw, ze zorgt goed voor
u. Op mijn andere werk had ik heel vaak dat ik de LEF groep wel eens inschakelden
omdat de mensen vaak alleen zaten of geen hulp hadden om naar het restaurant te
rijden of omdat ze er gewoon niet meer uit kwamen. Ik regelde dan de LEF groep of
vroeg de familie de LEF groep of een andere vrijwilliger te regelen.
O: Ja dan heb je het eigenlijk al gesignaleerd. Ehm.. in het begin zei je de mantelzorger
is vaak de partner of de kinderen. En bij een intake gesprek vraag je dan ook
standaard wie is de mantelzorger of wie..
R: Ik heb nog niet veel intakes gedaan, maar ehm ik vraag altijd wel standaard wie doet
de praktische zaken enz.
O: Oke dat je er wel naar vraagt. Ehm en om terug te komen op het signaleren, vind je
het belangrijk om vroegtijdig te signaleren? En waarom dan..
R: Jazeker, omdat, je kunt een boel ellende voorkomen en deze voor zijn. Voordat het
eigenlijk te laat is en het is voor alle partijen beter.
O: Ja. Ehm.. dan heb ik.. wist je dat je op het buurtweb bij instrumenten een
meetinstrument kan vinden speciaal ontwikkeld voor de mantelzorgers?
R: Nee. Dat wist ik niet.
O: Oke, je bent niet de enigste hoor. (gelach)
R: (gelach)
O: Ik moest ook even zoeken en heb hem gevonden. Ik heb hem uitgeprint het is de
caregiver strain index. De CSI. Van de CSI had ik wel ooit gehoord maar de afkorting
wist ik natuurlijk weer niet. Ik heb hem van een andere website uitgeprint omdat ik
vond dat, het zijn precies dezelfde vragen maar op het web stond niet zo veel uitleg
als hierbij.
R: Ohja.
O: Maar in principe zijn het 13 vragen die je alleen met ja en nee kan beantwoorden en
deze geeft eigenlijk aan dat als je meer dan 7 keer ja hebt beantwoord dat je dan
overbelast bent.
R: Oke, nou
O: Je mag de vragen wel even doornemen als je wilt. Maar mijn andere vraag was zo ja
maak je er wel eens gebruik van en hoe vaak en wanneer maar dat is dan niet van
toepassing.
R: Ja maar ik denk wel dat ik hem zou willen gebruiken.
O: Dus je zou het wel iets vinden om het te gebruiken?
R: Ja, ik denk ook dat het heel duidelijk is voor de mensen zelf. Dat ze denken van oh
ja.. maar ik doe dat wel want ik houdt van die persoon, dan geeft het allemaal niet.
Maar als je het dan zwart op wit ziet hoeveel impact dat op jou leven heeft eigenlijk is
het wel duidelijk.
O: Er stonden ook echt vragen bij waar ik bijvoorbeeld niet aan had gedacht, met de
financin had ik bijvoorbeeld niet gevraagd. Of ze daar stress van hebben. Ik kan het
me wel voorstellen toen ik die vraag zag, maar ik zou er niet meteen aan denken.
R: Ja als dat er ook nog bij komt inderdaad.
O: Maar stel nou, zou je het fijn vinden om een vaste structuur te hebben om de lijst te
gebruiken? Dat je die tijdens iets.. vast inplant of wanneer je denkt dat het nodig is
of..
R: Ja ik denk bijvoorbeeld als je tijdens de intake al merkt dat je misschien al iets.. vaak
komen wij pas op het moment als iemand het zelf niet meer kan regelen thuis, dat je
het dat meteen kan afnemen dat je signaleert op het stukje mantelzorger.
O: En dat je hem dan later weer afneemt?
R: Ja
O: Dat zou je wel iets vinden.

115
R: Ja ik denk het wel.
O: En dan tijdens een vast zorg evaluatie moment? Plannen of..
R: Ja dat zou ik wel doen.
O: Oke, en vind je dat dat dat de pb er zou moeten doen of iemand die daar vaker komt
of.. dat is ook vaak de pber maar..
R: Ja dat denk ik wel.
O: Dat de pber dat het beste af kan nemen?
R: Ja in ieder geval iemand waar de mensen zich goed bij voelen. En misschien ook dat
niet zo zeer, dat je .. een moment pakt om de zorg te evalueren maar daarna ook een
stukje pakt om de mantelzorg te evalueren zonder dat de clint daar bij zit denk ik.
Misschien voelt diegene zich anders bezwaart misschien.
O: Oke dat neem ik zeker mee. En zou je het dan fijn vinden om er nog een keer uitleg
over te krijgen tijdens het teamoverleg?
R: Ja altijd.
O: Dus je zou het in ieder geval zoals ik het begrijp fijn vinden om te gebruiken? En dan
op vaste tijdstippen als het nodig is misschien vaker tussen door.
R: Ja.
O: Dan heb ik eigenlijk mijn laatste vraag alweer, wat zou jou wenselijke situatie zijn
binnen het team rondom het vroegtijdig signaleren op overbelasting van de
mantelzorger?
R: Ehm.. (stilte) ja.. dat iedereen het gewoon doet en geen genoegen neemt met het
gaat goed. Ofzo. Dat iedereen wel door blijft vragen en elkaar op de hoogte houdt er
over. En dat er over gerapporteerd wordt. Ik zeg soms wel eens al ik bij mevrouw en
dhr. X ben.. en zij is heel erg, niet zo zeer tegen mij maar gewoon de gehele situatie
een beetje opgefokt of knibbelig rapporteer ik dat ook gewoon ja. Het gaat niet over
die mevrouw de zorg maar wel de situatie.
O: en dan zou je het fijn vinden om daar een keer in de zoveel tijd een lijst af te nemen?
R: Ja ik denk het wel.
O: Dat hoeft dan niet super vaak maar bijvoorbeeld een keer in de drie maanden..
R: Ja zoiets. Als je dan toch de zorg moet evalueren dat je dat stuk er dan ook bij pakt.
Ook voor haar.
O: Oke, voor mij is het duidelijk.
R: Ja ik hoop dat je er iets aan hebt.
O: Ja! Als jij nog iets kwijt wil dan ehm..
R: Nee..
O: Anders dan zet ik hem af.
R: Het is goed zo denk ik .. ik wens je er veel succes mee.

116
Interview #9

Gegevens:
Vrouw
Verpleegkundige niveau 4
Leeftijdscategorie: 45 50

O = onderzoeker
R = Respondent

Voorafgaand het interview is er een informed consent toegelicht en getekend. Hierbij is ook
het doel van het interview besproken.

O: Ehm.. nou het gaat over het vroegtijdig signaleren


(Onderbreking buitenstaander) over het vroegtijdig signaleren binnen het team, op
overbelasting van de mantelzorger. Mijn eerste vraag is wat jij verstaat onder het
begrip mantelzorger.
R: Ehm.. een mantelzorger vind ik inderdaad iemand die dicht bij ehm.. een clint staat
en die ehm ook mede zorgtaken op zich neemt. Dat hoeven geen lichamelijke
zorgtaken te zijn maar inderdaad een stuk begeleiding, bij iemand zijn, een
boodschap doen, misschien wat huishoudelijke taken. En ehm. Dat kan of een familie
lid zijn of een kennis of een vriendin of.. zo iemand. Wel waar de clint een band mee
heeft. Zo zie ik een mantelzorger.
O: Oke, en als je dan op overbelasting van de mantelzorger, waar denk je dan aan? Als
iemand overbelast is.
R: Mijn eerste gedachte is inderdaad toch vaak de kinderen, omdat wij als
verpleegkundige veel teruggegeven aan de kinderen ehm.. en ja goed he het is
inderdaad ook de huidige situatie dat de kinderen ook een gezin hebben of vaak
werken, ver weg wonen, dus dat kan ooit best een belasting zijn voor een zoon of
dochter. Dus ehm. He. Om een voorbeeld te geven wij hadden een mevrouw van in
de 90 in de zorg. Die woonden in een kast van heen huis, alleen. En die durfde s
nachts niet meer alleen te zijn. Maar goed ze was niet slecht genoeg om care match
of zo in te schakelen. Ze had 8 kinderen. Toen opperde ik op van god is het niet iets
om dat elke avond een van de kinderen zou kunnen blijven slapen. Maar toen zei ze,
je moet goed nadenken mijn kinderen, zijn ook al opa en oma van..
O: Ja natuurlijk die zijn ook al waarschijnlijk in de 60 of 70.
R: Juist! Dus ze zei dat kan ik niet van hun verlangen. Die hebben hun gezin en hebben
hun eigen kinderen waar ze ook bij moeten springen, dus nee. Dan denk je van jeetje
dat is inderdaad zo. Mensen worden natuurlijk steeds ouder.
O: Nee je denk dat natuurlijk niet altijd over na..
R: Nee en toen had ik zo iets van inderdaad, dat is wel zo. Dus ehm.. ja dat was geen
optie maar het is dan ook ooit vanuit ons heel makkelijk gedacht..
O: Van de kinderen doen dat wel even.
R: Zo van och dan vraagt u toch de kinderen. Maar de tegenwoordige tijd is dus echt niet
zo. Maar ja.. dat is inderdaad wikken en wegen wat is reel om van de kinderen te
verwachten he.
O: Ja.
R: Kijk je kunt altijd wel contacten en overleggen.
O: Jawel, maar misschien niet zon heftige taken.
R: Nee. Nee.. zo van ja, je moet daar wel reel in zijn.
O: Oke, en als jij dan signaleert op overbelasting op wat voor signalen let je dan op en
hoe signaleer jij?

117
R: Ehm.. ja goed.. een reactie van de kinderen als je iets vraagt. Of.. wat ze kunnen
betekenen en inderdaad ook de ehm.. de afstand ik bedoel als een zoon of dochter in
Helmond woont is het anders dan dat diegene in Utrecht woont want dan vraag je ook
al veel meer tijd van zo iemand om te komen dan anders. Dus ehm.. ja inderdaad de
reactie hoe reageren ze op iets? En dan geven ze vaak zelf wel terug van .. ja of ie
dat wel of niet kan verwachten van iemand. Maar goed dan moeten wij ook kritisch
zijn. Bijvoorbeeld nachtzorg, bijvoorbeeld, dan hebben wij nachtzorg ergens zitten.
Voor kinderen is dat vaak een heel veilig idee dat s nachts iemand bij vader of
moeder zit. Je moet wel kritisch blijven kijken of dat reel is. is die nacht zorg wel echt
nodig? Dat hebben we bij een oude clint van ons ervaren. Tuurlijk vinden de
kinderen dat fijn, maar dat is niet de opzet, daar moeten wij ook kritisch in zijn. Je
hoeft natuurlijk niet alles uit handen te nemen.
O: En als je dan signaleert echt op de mantelzorger, let je dan ook op lichamelijke
klachten? Zoals ik je hoor vraag je er wel na, van goh hoe is het met jou? Maar doe je
dat tussen neus en lippen door of vraag je dat standaard bij een zorgevaluatie? Of..
R: Nou het is anders dan dat je contact hebt met de kinderen. Ooit tref je hen niet en heb
je telefonisch contact. Maar, wij, kijk een partner kan natuurlijk ook mantelzorger zijn.
En daar kun je natuurlijk wel aan signaleren hoe gaat het hier thuis? En dan bevraag
je het ook. En dan, he dan ga je inderdaad eventjes bij ze aan tafel zitten en niet
tussen het wassen door trouwens hoe is het? Daar maak je wel eventjes tijd voor.
Echt even kritisch kijken hoe gaat het hier en is het voor u te hebben. Want zon
partner, bij een zieke clint die is als zon mevrouw thuis zit ook echt aan huis
gebonden 24 uur. En wij komen natuurlijk een aantal zorg momenten, maar de rest
van de tijd moet toch de partner het opvangen. Dus.. ehm.. ja ik denk dat je daar wel
kritisch naar mag kijken.
O: En je gaat dus wel eens met hen zitten, maar dat is geen vast moment? Net wanneer
je denkt nu heb ik even tijd..
R: Ja, ja. Er zijn natuurlijk meer mogelijkheden, bijvoorbeeld senior service die kun je
inschakelen of .. vrijwilligers, het hoeft natuurlijk niet zo te zijn als zon partner
overbelast is dat wij meer zorg moeten komen leveren. Je kunt wel meedenken wat is
voor jullie he.. er zijn best veel mogelijkheden.
O: Ja. En jij zegt dat je wel eens met de clint en de mantelzorger gaat zitten, maak je
dan wel eens gebruik van een meetinstrument?
R: Nee dat doe ik eigenlijk niet.
O: En .. wist je dat er een meetinstrument op het buurtweb staat?
R: Nee dat wist ik niet.
O: Je bent niet de enigste hoor. Ik heb hem uitgeprint, ik moest ook even zoeken. De
benaming is niet geheel duidelijk aangegeven dat dit het meetinstrument is voor de
mantelzorger. Maar het is de caregiver strain index. Ehm.. ik heb hem uitgeprint van
een andere website.
R: Ja
O: Van expertise centrum mantelzorger omdat er eigenlijk uitleg bij stond, en bij het
buurtweb staat er niet uitgebreide uitleg.
R: aah zo.
O: In principe zijn het 13 vragen die je stelt, en als de mantelzorger meer dan 7 keer ja
antwoord is diegene volgens deze lijst overbelast.
R: Oke,
O: Het neemt ook niet super veel tijd in beslag.. want het zijn
R: Korte vragen, ja.
O: Ja korte vragen die met ja of nee worden beantwoord. Maar mijn volgende vraag was
eigenlijk zo ja, gebruik je die wel en hoe vaak maar dat is dus niet. Maar zou je het fijn
vinden om zon lijst te gebruiken of?
R: Ja dat is misschien wel, dat kun je best wel eens mee aan de slag denk ik.
O: Dat je die regelmatig zou .. en wanneer zou je dat dan fijn vinden om zon lijst te
gebruiken? Standaard?

118
R: Ja als je dingen signaleert denk ik. Als het verder loopt vind ik dat niet zo nodig. Maar
als je merkt van.. he dat wordt toch wel, belast zon mantelzorger. Zou dat best wel
eens. Dan zou ik dat wel met de mantelzorger samen invullen.
O: Ja ja, hij staat in principe op de Ipad dus je kan meteen ja of nee invullen. Dan komt
er ook meteen groen oranje of rood als uitslag bij te staan. Zou je het iets vinden om
dit preventief af te nemen?
R: Dat zou ik niet zo snel doen denk ik. Als ik merk van..
O: Maar niet tijdens een standaard zorgevaluatie dat je deze ook zou invullen?
R: Ja.. dat ligt er aan hoe het loopt dat is denk ik per clint anders. Als ik denk dit heeft
wel meerwaarde zou ik het zeker doen.
O: Ja. Zou je het fijn vinden om hier een vaste werkinstructie in te krijgen? Want nu is er
niet echt een vaste.. structuur binnen het team.
R: Jij bedoelt om het af te spreken om deze in te vullen?
O: Ja, dat je er afspraken binnen het team over maakt.
R: Ja, wanneer doe je dat en hoe vaak. Ja.
O: Oke, is er nog iets dat je heel graag, of wat zou jou wenselijke situatie zijn binnen het
team rondom het vroegtijdig signaleren? Wat zou je graag zien binnen het team?
R: Ehm.. dat we allemaal op een lijn zitten. En dat .. we wel afspraken maken hoe we
met bepaalde situaties om gaan. Niet dat de ene collega zegt van nou weetje dan
komen we s middags wel een keer extra. En de ander.. er moet natuurlijk wel kritisch
naar gekeken worden hoe we die zorg invullen.
O: En ook op het voorste stukje.. nog voor dat er iets ingeschakeld moet worden. Dus
zeg maar op het gebied van het signaleren zelf? Zou je daar nog iets in willen zien?
R: (Stilte).. ik weet zo niks.
O: Dat geeft niks. In principe heb ik nu alle vragen die ik beantwoord wilde hebben. Is er
nog iets wat jij graag kwijt wil?
R: Nouja goed.. ja weet je, he. Inderdaad thuissituatie is dat.. wat mij wel opvalt ik heb
altijd in het ziekenhuis gewerkt, zo in de thuiszorg is dat er toch echt ooit een beetje
mensen thuis wonen die allemaal op het randje zitten. Dat ik denk van oh maar dat
wordt denk ik steeds meer. Mensen worden natuurlijk allemaal ouder dat ik denk van
ohjeej hoe gaat dat in de toekomst lopen.
O: Daar ben ik het mee eens.
R: Zo van ja.. zon echtpaar ohjeej, gaat dat nog wel goed zo. Dat er inderdaad toch.. in
bepaalde situaties toch wel echt veel van de partner of de kinderen wordt verwacht.
En dat die toch ook beperkt worden in hun leven. Dan kan de partner goed vooruit en
eigenlijk niet weg kunnen omdat..
O: De partner veel zorg nodig heeft.. ja dat is heel erg.
R: Dat is toch heel wat ja.
O: Vind je het goed als ik hem stop zet?
R: Ja.

119

Vous aimerez peut-être aussi