Vous êtes sur la page 1sur 20

Tanzania-reis Wederzijds augustus 2018

Introductielied
melodie: ‘My Bonny is over the ocean’ , tekst: Mieke van Ee

We came from all over the ocean;


we flew over land, over sea.
It gives us a special emotion
to meet you and be with you here

refrein
Meeting, greeting, happy to be with you he-he-here
meeting, greeting, happy to be with you here.

There are six of us plus two leaders


all wond’ring what your place is like
We are interested and eager
to know how is your daily life?

Refrein

Dinsdag 7 augustus

Het begin van onze “vakantie”-trip. Uiterlijk


18.00 uur aanwezig zijn op Schiphol was de
afspraak. En warempel iedereen was er op dat
tijdstip. De een (heel) wat vroeger dan de
ander. De bagage-inleverapparaten werkten
niet op onze instapkaarten. Opnieuw
inchecken bij de balie. Dat liep verder zonder
problemen. En dan is het wachten geblazen.
Redelijk op tijd gingen we met Kenya Airways
de lucht in. Op weg naar Nairobi in Kenia. Daar
was de overstap naar een kleinere
vliegmaatschappij nl. Precision Air. De
transferbus liet op zich wachten, verder
verliep het vlot, alles stond goed aangegeven.

Woensdag 8 augustus

De relatief korte vlucht van Nairobi naar Kilimanjaro Airport verliep voorspoedig. Het hotel
ligt midden in het centrum bij de markt en het busstation. Na de verdeling van de kamers
kon iedereen zich terug trekken. De meeste leden van de groep hadden weinig geslapen en
waren dus moe.
Toch stond ’s middags een bezoek aan Tuseme op het programma. Een opvanghuis voor
straatjongeren, onderdak en weer onderwijs volgen. Leider van dit project is Dominique
Balama. We werden ontvangen door een aantal kinderen. Na een kort welkomstwoord
keken de leden van de groep wat rond terwijl Marin het gastenboek tekende. Het zag er wel
schoon uit maar armoedig. Dit klopt met het feit dat Dominique voortdurend geldgebrek
heeft. Een vooruitgang was er wel: er was in de afgelopen jaren wel een verbinding voor
water aangelegd naar het naburige dorp, de watermeter was duidelijk te zien.
In de nabijgelegen schuur met apparatuur voor het verwerken van maïs tot maïsmeel
vertelde Dominique zo’n beetje zijn levensverhaal
dat niet goed gevolgd kon worden. Daarna volgde
de gebruikelijke begroetingsceremonie. Het
voorstellen van iedereen en het zingen van enkele
liederen. Ook de kinderen stelden zich voor met
naam en in welke klas ze zaten of welke opleiding
ze volgden.
Hierna renden de kinderen weg en kwamen terug
met prullaria die ze te koop aanboden tegen
belachelijke prijzen in euro’s, dit ter ondersteuning
van Tuseme. Iedereen voelde zich ongemakkelijk.
Na een poosje heeft Marin samen met Cor dit ongemak/onbehagen overgebracht aan
Dominique, die zei dat hij het begreep.
Het afscheid verliep chaotisch, zeker toen er bij het instappen nog een bedelbrief werd
overhandigd. Deze brief bleef per ongeluk in de taxi liggen maar werd later via de balie in het
hotel weer aan ons gegeven.
Vanwege de tijd en de onbekendheid in de stad hebben we het avondmaal in het hotel
genuttigd.

Donderdag 9 augustus

‘s-Morgens bij het ontbijt werd er aandacht geschon-


ken aan de verjaardag van Marin. Van harte gefelici-
teerd, 30 jaar geworden.
Deze dag gaan we op bezoek bij één organisatie die
twee kindertehuizen en een lagere school beheert.
Deze organisatie wordt financieel gesteund door een
donororganisatie in Nederland
(www.happywatoto.nl) en door een Duitse
organisatie (www.good-hope-centre.de).
Onze gastheer, Walter de Nijs, nu alleen nog als adviseur bij het overleg betrokken, was
ervaren en deskundig, tevens een meesterlijke verteller. Ook over Tanzania in het algemeen.
De school had 270 jongens en meisjes waarvan 70 meisjes intern woonden. Alleen 3-jarige
meisjes worden intern aangenomen, meestal wezen. Er is weinig schoolverzuim, hooguit 3
per dag.
De gebouwen worden tot in de puntjes goed onderhouden. Dit is een Duitse wens voor als
er Duitse bezoekers komen. In Nederland worden donoracties georganiseerden dat levert
wisselende donaties op; de Duitse donoren zijn
kleine en grote gevers en de inkomsten zijn daardoor
stabieler. Enkele kamers zijn vernoemd naar Duitse
gevers.
Walter leidde ons ook door de grote groentetuin
voor eigen gebruik. We zijn samen gaan lunchen.
’s Avonds zijn we met de taxi naar een bekend
restaurant gegaan en in de open lucht (beetje koud)
en met muziek genoten van het avondeten.

Vrijdag 10 augustus

Het geplande bezoek aan Afrisem zaadveredeling ging niet door omdat het bedrijf niet heeft
gereageerd op verschillende mailtjes van de reisleidster. We hebben besloten om het
bezoek aan Shanga en het openlucht Maasai museum naar voren te schuiven.
Eerst Shanga: dit is een project waar gehandicapte mensen producten kunnen maken die
verkocht kunnen worden en zo inkomsten genereren.
Eerst koffie, de wachttijd werd gevuld met de
eerste yoga-oefeningen van deze reis. Toen de
bezichtiging. We begonnen met het opwinden van
draden op bollen en spoelen voor de
weefgetouwen. Hierbij werden oude omgekeerde
fietsen gebruikt. Daarna gaf een medewerker een
demonstratie met een handbediend weefgetouw.
De kleedjes werden in de winkel te koop
aangeboden. Verder ging het met het maken van
sieraden. Hierbij vertelde de gids een anekdote
waarbij een Nederlander een hoofdrol speelde. We verdachten de gids van het feit dat bij
een Duitse groep de hoofdrol was weggelegd voor een Duitser, enz. Vervolgens kwamen we
bij de schilderijtjes waarop meestal de Afrikaanse dieren afgebeeld stonden. Je kon ter
plekke zo’n tableau uitzoeken en er een naam op laten schilderen zodat je een naambordje
kreeg. Leuk voor kleinkinderen op de kamerdeur. Als laatste kwamen we bij de meest
spectaculaire activiteit nl. het glasblazen. Hier werd
lange tijd doorgebracht met het kijken naar de
verschillende onderdelen van het glasblazen. Ten slotte
kwam natuurlijk de winkel. Hier werden nog
verschillende souvenirs gekocht.
Dan naar het openluchtmuseum, gewijd aan de
Maasaicultuur. Na 3 autominuten arriveerden we er.
Vlug naar de koffie, maar het was al lang lunchtijd
geweest. Afgesproken werd dat alles geserveerd werd
als het gerecht met langste voorbereidingstijd klaar was.
Zo geschiedde. In de tussentijd ging iedereen zijns
weegs. Het was een bonte wereld aan uitstallingen, beelden die de Maasai-lengten
weergaven, beelden die het Maasaigezin rondom de woonhut met de dagelijkse bezigheden
uitbeelden, de dieren in hun leefwereld
leven, maskers en speren (ook te koop) en
verder sculptures als kunstuitingen. Na de
lunch werd er nog een bezoek gebracht aan
een architectonisch hoogstandje, een galerie
met daarin wel honderden schilderijen en
beelden (wel en niet Maasai gerelateerd).
Moe van het kijken en van de indrukken terug
naar het hotel.

Zaterdag 11 augustus

De dag van het Tarangire wildpark. De chauffeur waren keurig op tijd. Na een vrij lange rit
over goede asfaltwegen, behalve het laatste stukje hobbel de bobbel, kwamen we bij de
ingang. Toiletbezoek en papieren rompslomp volgden. Eindelijk gingen we weer rijden. Het
was er vrij druk, eigenlijk al overbevolkt met tourwagens, vooral toen er een leeuw gespot
werd. De meegebrachte lunchdozen werden aangesproken. Daarna nog een toer over de
hobbelwegen. Voldaan keerden we vrij laat terug naar Arusha.
Laat de foto’s maar spreken.
Zondag 12 augustus
Enkelen van de groep waren vroeg uit de veren om
de stad te verkennen. Ze bezochten het Arusha
Declaration Museum en de Vrijheidsvlam, opgericht
t.g.v. de onafhankelijkheid in 1962. En natuurlijk de
toeristenmarkt, een grote hal met souvenirs
’s Middags met een OV-bus naar Moshi. Dat was
een ware belevenis. De bus stopte nagenoeg overal
en er
stapten
telkens mensen in. Nog nooit in een bus
gezeten waarin zoveel mensen pasten. Een van
ons ons fungeerde zelfs tijdelijk als
‘draagmoeder’ voor het kleine kind van een
medepassagier. Iemand had overdag in een
souvenirwinkel een t-shirt gezien met als
opschrift: Kilimanjaro, if you cannot climb it,
you can drink it! Dat advies werd bij het eten in een restaurant gretig opgevolgd. De dag
werd afgesloten met het zingen van het introductielied.
Maandag 13 augustus
Vanuit de B&B Hibiscus gingen we de flanken van de
Kilimanjaro op, de koffietoer. Onderweg af en toe een
prachtig zicht op de besneeuwde top. Door een
overweldigend mooie begroeiing reden we naar het
uitstappunt. Van hieruit gingen we te voet verder op
weg naar een waterval. Een heerlijke wandeling. Voor
enkelen onder ons werd het te zwaar en zij bleven
achter en wachtten op de terugkeer van de
doorzetters. Onderweg kwamen we enkele tientallen
mannen tegen die druk in de weer waren met het
verbreden van de smalle weg. Met pikhouweel en schoppen gingen ze de helling te lijf. Bij
onze passage keken ze geamuseerd hoe we door de rode, plakkerige grond ploeterden.
Na het aanschouwen van de waterval en het nemen van foto’s keerden we na een korte rust
weer terug. Wederom langs de wegwerkers die even pauzeerden om ons er langs te laten.
We stopten bij een huis waar ‘bananenbier’ werd verkocht. Twee grote bekers met
alcoholisch vocht ging rond. Een zurige, wel verfrissende smaak. Niet direct de smaak voor
ons. We wandelden weer verder behalve Wim die de gelegenheid aangreep om een
motortaxi te ervaren. Terug naar het beginpunt en zelfs nog verder. Eindpunt was het huis
van de familie van de koffieman. De lunch stond al klaar. W.c. bezoek en handen wassen en
van de lunch genieten.
Na de lunch legde onze koffieman het hele proces van de koffie uit. De rode bonen worden
geplukt en geweekt. Door een machine worden de schillen eraf gehaald. Door verder weken
komen de slechte bonen boven drijven. In de vijzel
worden de schilrestanten losgemaakt. En net als bij ons
wordt het kaf van het koren gescheiden. Het afval wordt
als compost op het land gegooid. Een aantal jongeren
doken plotseling op en begeleidden het proces van het
gestamp in de vijzel met zang en ritmisch handgeklap.
Het proces ging verder met branden van de schone
bonen. Ook het brandproces werd begeleid met zang en
geklap. Nu de laatste bewerking: het stampen van
bonen tot poeder. Met een zeef werd het eerste poeder
gezeefd. Wat achterbleef ging terug in de vijzel en
onderging nogmaals het stampproces, alles nog steeds
begeleid met zang en geklap. Klaar is de koffie voor
gebruik. Onze koffieman heeft ca. 3 ha grond met
daarop zo’n 300 koffiestruiken. De oogsttijd loopt van
juli tot november. Koffieplanten houden van schaduw
en groeien onder hoge bomen zoals de bananenplanten. Na aankoop van enkele zakjes
bonen, handmatig tot poeder gestampt, lieten we ons weer terug brengen naar onze B&B,
ook heerlijk gelegen tussen veel groen.
Dinsdag 14 augustus
Vandaag verplaatsen we ons naar
Same. Maar ’s ochtends is er nog
tijd om Moshi te bekijken. We
wandelen naar het centrum en
gaan op zoek naar de Hindoe-
tempelen het koloniale
stationsgebouw die volgens de
toeristenboekjes het bekijken
waard zijn. Natuurlijk duikt er snel
een local op die ons vergezelt om
de weg te wijzen. Dat betekent dat
de poort van de tempelcomplex
opengaat en we rustig rond kunnen kijken. Het treinstation geeft ons een armzalige blik van
vergane glorie. Het is een illusie om te denken dat we ons kunnen verplaatsen met de trein
i.p.v. de bus. Het is al jaren geleden dat hier een trein reed.
Op het station werden we door Marin en Bryan gemaand om snel het stationscomplex te
verlaten omdat dit een ongure omgeving is geworden waar toeristen belaagd worden. We
gaan op zoek naar een kop koffie. Bij een moderne koffietent drinken we een kopje
koffie/thee. Tevens gaat Plony op onderzoek uit naar iets warms voor Marin en ze slaagt
hierin. Daarna gaan we met een comfortabele taxi terug naar Hibiscus en we betalen en veel
te hoog bedrag voor de korte rit. We moeten ons klaar maken voor vertrek.
Dit keer besproken plaatsen in de bus en geen ‘gangpadzitters’, comfortabel dus. In Same
worden we afgehaald door Norbert Stephan
Mchomvu. Na een korte pauze om ons te
installeren in het Elephanten Motel maken we
kennis en vertelt Norbert over het programma
dat ons wacht. Norbert was in 2014 (vorige
Tanzaniareis) nog in dienst bij het bisdom waar hij
meer dan 30 jaar gewerkt heeft. Nu is hij actief
binnen Mater Dei Africa (materdeiafrica.org) .
Deze ngo houdt zich o.a. bezig met projecten
voor vrouwen empowerment, landbouw en
duurzaamheid. Hij vertelt over zijn inspanningen
om op een grote middelbare school een biogas-
project op te zetten. Later schuift Noortje
(Noche) Driessen aan. Zij is uitgenodigd door Norbert om aan ons programma deel te
nemen. Noortje zit in het bestuur van Stedenband Tilburg Same Tanzania. Zij is in Same voor
het programma Teach the teachers. Zij spreekt vloeiend Swahili. Norbert en Noortje slaan de
uitnodiging om met ons samen het avondeten te gebruiken. Later begrijpen we waarom.
Woensdag 15 augustus
Visit to Nyerese Secundary School at Lembessi.
Hartelijke ontvangst door Sister Rose (plv. directeur) van de Grailsisters. Enkele gegevens
van de school: 700 leerlingen (jongens en
meisjes), 35 leerkrachten, opleiding voor
zowel O(rdinairy)- als A(dvanced)-level. Het
is een regeringsschool, het gehele complex
omvat ca. 50 ha.
Allerlei zaken komen aan de orde:
Meisjes die zwanger worden bevonden,
worden direct van school gestuurd en
kunnen niet meer terugkeren, op geen
enkele regeringsschool (presidentieel
decreet). De meisjes wonen in een hostel, de jongens intern of in hun eigen dorp.
Anticonceptie is verboden in het hele land; er zijn veel tienermoeders. Door de overheid
wordt geen seksuele voorlichting gegeven.
Er is op de school veel aandacht voor het milieu/natuurlijke omgeving, er is zelfs een docent
voor dit onderwerp. Om houtkap t.b.v. koken te verminderen (goed voor de natuur) is een
biogas-installatie aangelegd met steun van Stipulae uit Groningen en Wilde Ganzen. Het gas
wordt gewonnen uit de inhoud van de leerlingtoiletten aangevuld met koeienpoep die
leerlingen meebrengen uit hun eigen dorp. Het residu van de biogas-installatie wordt als
compost gebruikt op het land.
Er is een aanplant van jonge bomen en struiken, ook bij de gebouwen. Met name te noemen
de snelgroeiende moringastruik met geneeskrachtige bladeren en zaden. Er worden allerlei
medicijnen en producten van gemaakt, seed-oil, zeep, massage-olie.
Ook is er een aanplant van de African Black Wood boom, deze boom haalt extra veel CO 2 uit
de lucht en levert het beroemde ebbenhout.
Na een hapje en een drankje en warme woorden van Sister Rose zongen we ons
introductielied (tekst van Wim en zijn vrouw)
Bezoek aan de compound van de Grail Sisters in Kisekibaha.
Goed onderhouden gebouwen op een mooi terrein. Ontvangst door 2 zusters met de fraaie
namen Hortensia en Honorate. Er wonen hier in totaal 22 zusters, ook hier heeft de
vergrijzing toegeslagen, er is nauwelijks nieuwe aanwas. We bezoeken het graf van pater Jan
Bosman die hier meer dan 30 jaar gewoond en gewerkt en een was geworden met de lokale
bevolking. Zijn laatste wens was dat hij begraven zou worden op het kerkhof van deze
geloofsgemeenschap. Na een korte bezichtiging van de kerk zijn we weer verder gegaan.
Bezoek aan het Mother Kevina Centre.
Dit is een opvangcentrum voor kinderen met en lichamelijke beperking. Ontvangst en
begeleiding werd gedaan door zuster Febronia. Het centrum is ca. 10 jaar geleden gesticht
en sindsdien sterk uitgebreid. We bezoeken de fysiotherapiezaal waar enkele Italiaanse
therapeuten met de kinderen nog aan het oefenen zijn.
We maken een rondgang door de groentetuin, langs de kippen en varkens en bekijken de
nette slaapzalen van de kinderen.
In de ontvangstzaal begroeten de
kinderen ons enthousiast met gezang en
dans. Wij stellen ons voor en daarna zij
aan ons. We zingen nog een keer ons
welkomstlied. Na een hapje en een
drankje nemen we hartelijk afscheid van
de zusters.
In het centrum wonen 27 kinderen die
behandeld worden. Er zijn 5 zusters
werkzaam naast een aantal niet religieuzen. Gedurende 2 weken per maand worden ook
kinderen behandeld die niet in het centrum wonen. Een inspirerend geheel.

Donderdag 16 augustus
Een prachtige dag. Het programma begon helaas een uur later.
In bijna 2½ uur reden we 54 km, kris kras door de savanne van de Maasai, waarbij het
schudden in de bus van links naar rechts een vast onderdeel ervan was. We zagen mooie
bomen, vooral Baobab. Op de terugweg werd een groepsfoto gemaakt, staand voor de
baobab. Verder waren er zilverachtige struiken en zelfs een ‘blauwe’ boom. Het leek zo dor
maar er was nog veel te beleven zoals
termietenheuvels, echte rode grond, stof.
We vonden de Lesiwai-school. Een regerings-
school voor basis- en middelbaaronderwijs
(onderbouw tot 14/15 jaar). De school had
ruim honderd leerlingen en 2 leerkrachten
waaronder de directeur. De kinderen vonden
het prachtig vooral de smartphone en tablet
van Riekje. Omdat we aan de late kant
waren, bleven we niet lang en gingen op pad
naar de oversteek van de Maasai. Na een paar keer verkeerd gereden te zijn vonden we
mbv. een motorrijder de juiste plek. En tot onze verrassing waren de Maasai toch bezig met
de oversteek van de rivier Pangai van hun kudde koeien. ‘s-Ochtends was nog onduidelijk of
de oversteek wel zou plaatsvinden vanwege hoge waterstand en sterke stroming. Een
bijzonder interessant gebeuren. De koeien hadden het zwaar, werden met stokken geslagen,
het water ingeduwd. Sommigen dreven behoorlijk af en je zag soms de angst in hun ogen.
Maar de koeien moesten naar de overkant vanwege de markt op vrijdag. Na enig
geharrewar en onderhandelingen door Noortje ( 10.000 Tsh ) mochten we foto’s maken.
Helaas konden we er niet zolang
blijven daar we al laat waren.
We nuttigden onze lunch buiten
onder een boom die door ons als
‘aapjes’ werd gebruikt
Na de lunch gingen we op pad
naar een Boma. Een groep
hutten die bij een familie hoort,
1 man en in dit geval 5 vrouwen.
Noortje was bevriend geraakt
met de eerste vrouw en had
gevraagd of de groep de boma
kon bezoeken. Elke vrouw had haar eigen
hut (zelf gemaakt) waar ze in leefde met
haar eigen kinderen. De hut, gemaakt van
stokken en aangesmeerd met koeienpoep,
bestaat uit 4 ruimten, allereerst bij de
ingang een ‘zitruimte’ waar je elkaar nog
goed kon zien, aansluitend een ruimte om
te koken en opbergruimte, vervolgens het

slaapgedeelte verdeeld in een ruimte voor


de kinderen en een ruimte voor de vrouw
(en man als deze langs kwam). In het
slaapgedeelte kon je geen hand voor ogen
zien. De vrouwen en kinderen kwamen
vrolijk bij ons over, er was geen naijver te
bespeuren. Na een tijd in een van de
hutten doorgebracht te hebben, hebben
we afscheid genomen van de
vriendelijke vrouwen. Nu de
terugweg weer met schudden van
links naar rechts en terug. We zijn
nog een aantal keren gestopt voor
het maken van foto’s, o.a. de
groepsfoto en de blauwe boom.
Na het avondeten, in een ander
hotel vanwege het trage opdienen in
het Elephanten-motel, keerden we
12 uur later weer terug in het motel.
Vrijdag 17 augustus
Norbert was vroeg present, de bagage werd
in zijn auto naar de grote weg gebracht. Nu
was het wachten op de snelbus. Om 8.30 uur
kwam de, snel afscheid nemen, in
sneltreinvaart de bagage ingeladen en hup de
bus in. Keurig vooraan 8 vrije plaatsen voor
ons gereserveerd. Op weg naar Morogoro. Na
tweeëneenhalf uur een korte plaspauze. Het
landschap is veranderd van savanne-geel in
heuvelachtig-groen. En nog vijfeneenhalf uur
te gaan. Er kwam geen plaspauze meer.
Om ongeveer 16.30 uur komen we
aan op het busstation van Morogoro.
Alle bagage was aanwezig en we
werden begeleid door Mama Bakhita
naar de tuk-tuk’s, 4 stuks voor 10
personen en alle bagage. Op weg
naar het hotel net even buiten
Morogoro (kosten Tsh 12.000 ~ € 5)
Na een korte opfrispauze zijn we
onder begeleiding van een
medewerker van Mama Bakhita naar een onderkomen voor gehandicapte kinderen
gewandeld ( 5 minuten).
We worden weer ontvangen door Mama Bakhita. Ze begint te vertellen. Ze had een dubbel-
gehandicapte zoon gekregen (Erick). Die wilde ze niet verstoppen maar er van houden en als
een menselijk wezen verzorgen. Dit heeft haar huwelijk gekost, de man heeft haar verlaten.
Daarop heeft zij als levensdoel gemaakt: gehandicapten een beter leven te geven Ze trok
erop uit om deze kinderen op te sporen en ouders ervan te overtuigen dat de gehandicapte
kinderen het waard zijn om zo goed mogelijk te worden verzorgd en om er van te houden.
In 2002 is Mama Bakhita met een dagopvang begonnen. Door sponsoring (ook uit
Nederland) is het huidige Amani Centre ontstaan. Na problemen met de nieuwe directeur
pater Beatus Is ze opnieuw begonnen met een nieuwe stichting EMFERD ( Erick Memorial
Foundation for Education and Rehabilitation for Disabled ). Deze stichting beheert twee
locaties. In het dorp waar zij als kind gewoond heeft, dit gebouw waar we nu zitten, en de
andere locatie is een heuvel die bestemd was voor haar om na haar pensionering te gaan
wonen. EMFERD is wel een erkende NGO maar ze ontvangt geen subsidies van de overheid,
ze bestaat bij de gratie van sponsoring (veelvuldig worden genoemd: VACT, Cord-Aid en
Emmaüs). Nieuwe sponsoren zijn welkom!
Er was voor ons een maaltijd bereid en deze stond nu klaar. Direct na de maaltijd zijn we
terug gewandeld naar het hotel.
Zaterdag 18 augustus
We zijn van het hotel naar de woning van Mama Bakhita
gelopen, waar we om ha;f negen met een busje
vertrokken. We gingen eerst naar het Amanicentrum.
We werden ontvangen door pater Beatus, de directeur.
Hij legde uit, dat ze proberen gezinnen en samenleving
te leren anders, liefdevoller en zonder schaamte met
kinderen met een verstandelijke beperking om te gaan.
Bij veel kinderen lukt dit en die kunnen met
ondersteuning van fysiotherapie en onderwijs thuis
blijven wonen. Anderen worden in het centrum
opgenomen. Deze kinderen worden zo goed mogelijk
begeleid, kunnen soms naar school en krijgen daarna
een vakopleiding. Het Amanicentrum heeft nog 2
nevenvestigingen. Eén daarvan verbouwt o.a. maïs,
heeft 600 mangobomen aangeplant en verzorgt kippen, varkens en geiten. Dove kinderen
worden hier opgevangen en krijgen er onderwijs. Er is ook een timmervakschool.
Op het terrein van het Amanicentrum legt Mama Bakhita uit dat zij er is begonnen met een
groep kinderen onder een boom. Daarna heeft zij met geld van allerlei fondsen (Caritas,
Cordaid, Emmaüs, Canadese ambassade) steeds gebouwen bij gebouwd. Met haar was
afgesproken dat ze te zijner tijd de zakelijke leiding zou overdragen aan het bisdom. Toen dit
gebeurd was werd pater Beatus directeur. Later werd haar te verstaan gegeven dat ze niet
meer welkom was. Toch bezochten we ook de nevenvestiging waar de dove kinderen
worden opgevangen.

Daarna rijden we door naar het


Emmaüs Hill House in Mvomero.
Dat is een nevenvestiging van
Mama Bakhita’s stichting Emfert
(Erick Memorial Foundation for
Education and Rehabilitation for
Disabled). We worden ontvangen
door een enthousiast Engels-
zingende groep meiden. Dit
tehuis is door Mama Bakhita
opgezet voor meisjes uit gezinnen waar een familielid verstandelijke beperkingen heeft. Zij
gaan naar school en krijgen een beter perspectief voor hun leven, eventueel kunnen ze dan
ook beter voor hun eigen familie zorg dragen. In dit tehuis krijgen we avondeten bij
zonnepaneellampjes en blijven we een nachtje slapen.
Zondag 19 augustus
Vanmorgen staat de kerkdienst op het programma.
Een korte wandeling door de velden brengt ons bij
de Kanisa Katholiki La Mt. Alois Gonzaga in
Mvomero. Voor de hoofdingang is het een drukte
van jewelste als we rond kwart voor negen
arriveren. De dienst blijkt al volop aan de gang te
zijn en de kerk is bomvol. Een bijzondere ervaring
voor ons meer of minder geseculariseerde
Nederlanders. Wat ook opvalt is het enorme aantal
kinderen, het levende bewijs voor het feit dat een
(te) groot deel van de bevolking uit
jeugdigenbestaat. Van Mama Bakhita horen we dat
het een bijzondere dienst is omdat gevierd wordt
dat precies 150 jaar geleden Duitse en Nederlandse
missionarissen arriveerden. Na de preek (in het
swahili dat wij niet verstonden) en vrolijke zingen
en klappen begint de bediening van het sacrament
van de doop. Vele tientallen namen worden genoemd en een eindeloze rij ouders met
kinderen beweegt zich door de kerk. Zeker 4 keer komt iedereen langs. Eerst de doop, dan
de zalving en zegening en ten slotte worden de doopkaarsen aangestoken. Vanzelfsprekend
afgewisseld met veel muziek! Een bijzonder enthousiaste en expressieve dirigent staat voor
een koor en de parochianen doen vrolijk mee. Werkelijk iedereen is prachtig en smetteloos
gekleed. Een prestatie in deze stoffige wereld.
Als we denken dat hierna de eucharistieviering gaat beginnen blijkt dat een misvatting. Nu
volgt de huwelijksvoltrekking van zeker 10 paren. Daarna begint de ‘gewone’ dienst vertelt
Mama Bakhita, … voor de meesten van ons het sein om te vertrekken. Aan het eind van de
dienst wordt Marin gevraagd te vertellen wie we zijn en waarom we Tanzania bezoeken, met
verve kwijt ze zich van haar taak.
Na de lunch geeft Mama Bakhita nog een samenvatting van haar vele activiteiten. Ze heeft
volop ideeën voor projecten waarmee inkomsten gegenereerd kunnen worden en waarmee
de jongeren die zij opvangt, een betere toekomst kunnen opbouwen. Het vinden van
donoren is een taak die zwaar is en nooit ophoudt. Ze is blij met de vriendschap en de steun
uit Nederland. Terug in Morogoro nemen we afscheid van een sterke en bevlogen vrouw die
voor heel veel kinderen het grote verschil maakt.

Maandag 20 augustus
Verkwikt door het luxe hotel met éénpersoonskamers, helaas geen wifi op de kamers en te
sterke deurdrangers naar het toilet/douche. Na het ontbijt gingen Wim en Marianne
achterop 2 motoren nog snel even de gevel van het oude (Duitse) treinstation bekijken.
Marin en Bryan probeerden tevergeefs al buskaartjes te kopen. Dit kon pas vlak voor het
verrek van de bus. Iedereen was op tijd klaar en er waren geen problemen bij de bus. De
bagage ingeladen en iedereen had een zitplaats. De bustocht duurde 41/2 uur, inclusief een
korte plaspauze. We reden langs uitgestrekte aangelegde sisal-velden. In de buitenwijken
van Dares Salaam zagen we veel activiteiten: groentekramen, winkeltjes, tuktuk’s en
motoren. Dichter bij het centrum en de kust krijgt de
stad moderne trekjes: hoogbouw, verkeersregeling,
busbanen en fly-overs.
In hotel Zakinn Zanzibar kregen we weer
tweepersoonskamers. Van het hotel tot aan de haven
konden we geen restaurant vinden waar bier
geschonken werd. Aan de andere kant van het hotel
wamen we een grote hindoetempel tegen en veel
eetgelegenheden.
We aten in het hotel het avondeten, dat smaakte goed
na een gemiste lunch.

Dinsdag 21 augustus
Het leek een “kleine“ tegenslag. Het geplande vliegtuig naar Bukoba, waar wij 5 dagen
zouden verblijven werd dinsdag geannuleerd. We moesten een dag langer in Dar es Salaam
verblijven. Doch niet te lang getreurd. We besloten om naar de haven en vismarkt te gaan.
Het eerste stukje lopen door de stad was erg saai. Maar in de vismarktbuurt werd het
levendiger en zagen we ook een stukje
“koloniale gebouwen”. Het echte tanzaniaanse
volksleven speelde zich af voor onze ogen,
vooral op het strand waar vele bootjes lagen of
voeren. Vis werd door jonge mannen in manden
de hal binnen gebracht. We fotografeerden
volop totdat een agent het ons verbood behalve
als we Tsh 20.000 zouden betalen. Ik genoot
volop van zee, wind en dit “volkse leven” en had
er nog wel uren kunnen blijven zitten!. Helaas, het programma ging door en we verlieten het
strand om naar het nationaal museum te gaan. Een mooi, modern wit gebouw. Op de
binnenplaats een mooi opgezet monument als herinnering aan de aanslag op de
Amerikaanse ambassade. Hoewel enkele gebouwen werden gerestaureerd/opnieuw
ingericht bleef er genoeg over om te bewonderen.
Op tijd terug in het hotel daar we vroeg wilden eten in verband met de zeer vroege vlucht
naar Bukoba.

Woensdag 22 augustus

Om 03.00 uur was iedereen keurig paraat. Met 2 taxi’s naar het vliegveld. Om 4 uur werd pas
een begin gemaakt met inchecken. Onze vlucht vertrok mooi op tijd. Via een tussenstop in
Mwanza kwamen we om ongeveer 9 uur aan in
Bukoba. Hier werden we opgewacht door mensen
van Kiroyera tours. Na wisseling van auto, we
konden intussen kort van water (Victoria Meer) en
strand genieten, reden we in ruim een uur naar ons
nieuwe onderkomen. Een gebouw van twee
verdiepingen met op de begane grond 8 kamers en
boven een gemeenschappelijke ruimte, eetkamer
en keuken.
Vanwege een dag minder in Bukoba nam overleg over de nieuwe planning nogal wat tijd in
beslag.
’s Middags gingen we een wandeling maken onder
leiding van gids Silvery. Eerst naar de rotsen waarop
oude “tekeningen” te zien waren: rock-art helaas
ontsiert door allerlei namen en opmerkingen van
eerdere bezoekers. Riekje en Plony gingen terug naar
het gastenverblijf en de anderen wandelden verder door
de ‘hoofdstraat’ van het nabijgelegen dorp. Wij waren
het bekijks van die dag voor de bewoners. Verder ging
de wandeling tussen de bananenplantages door richting
het huis van de wandelgids. Het leek wel alsof hij iedereen kende. Na een kort bezoek aan
zijn woning (gastenboek en foto) wandelden we weer een groot stuk terug door dezelfde
plantages naar het gastenverblijf. Al bij al een boeiende wandeling om een ietsie pietsie
inzicht te krijgen / voelen hoe de niet rijke mens in Tanzania leeft.

Donderdag 23 augustus
Vanuit ons gastenverblijf naar het 1e bomenproject van stichting WAKK. De auto was
bestemd voor 7 personen+ chauffeur, wij zaten met 9 personen. We kregen dan ook prompt
een bekeuring. Via een omweg vanwege asfalteringswerkzaamheden bereikten we
Nyaigando. Onze gids was Stan, in het dagelijks leven werkzaam bij de overheid, bij een
dienst die belast is met de taak overbevissing van het Victoriameer te voorkomen.
Naast een groot complex van de Sint Theresia
Zusters startte Jos Duindam begin jaren 80 met de
aanplant van bomen. Dit vooral om ecologische/
milieutechnische redenen (erosie tegengaan,
opvang CO2 enz.). Hij werkte daarbij nauw samen
met zuster Johannes van de congregatie; hij richtte
de ngo Wakk op. Geleidelijk is het bomenproject
uitgegroeid tot een waar bos met allerlei
boomsoorten, voornamelijk inheemse soorten maar
ook naaldhout. Ook vruchtenstruiken. Alles met
hulp van donoren, overal vandaan. Goed voorbeeld doet goed volgen; in de loop der
jarenzijn meerdere bomenprojecten in de regio opgestart, ook door de overheid.
Vermeldenswaard is nog dat Jos een beloningssysteem voor kinderen ontwikkelde: als ze
200 jonge boompjes hadden geplant, kregen ze een waka waka lamp ( zaklamp met
zonnecellen). We maakten een wandeling door een deel van het bos, vnl. dennenbomen en
zagen dat het bos ook voor recreatieve doeleinden wordt gebruikt getuige de restafval. ( laat
niet als dank …. )
Jos Duindam, van beroep landbouwkundige, kwam in 1979 als 35 jarige SNV vrijwilliger naar
Tanzania waar hij zich nadien samen met zijn vrouw Lineke huisvestte. Zijn betekenis voor de
streek is groot: naast het bomenproject zette hij zich in voor goed onderwijs en ander
ontwikkelingswerk. Hij bouwde ook het Lineke-gasthuis waar wij nu logeren. Jos is nu 75 jaar
en woont in Nederland. Hij gaat nog steeds 1 keer
per jaar naar Tanzania, want goede begeleiding en
controle is zijns inziens essentieel voor het slagen
van een ontwikkelingsproject. Wederzijds is in
contact gekomen met Wakk via energieleverancier
Greenchoice, al jaren een belangrijke donor van
Wakk.
Na een lunch in Bukoba, een fotostop bij een
moderne kathedraal en een bezoek aan de markt maakten 6 leden van de groep nog een
boottochtje over het Victoriameer naar een nabijgelegen eiland met een dorp van zo’n 380
inwoners, vnl. vissers. Daar gingen we aan land. Het uit de boot klimmen had nog wel wat
voeten in aarde wat ook voor enige hilariteit zorgde. Na een korte klim kwamen we aan de
andere kant van het eiland met een mooi uitzicht en vele vogels. Na een rustpauze wilde de
gids ons nog naar het uiteinde van het eiland brengen en dat via een niet bestaand pad. Na
enig bezwaar van de groep werd van dat plan afgezien en volgden we weer het pad naar
beneden. Het bezoek werd afgesloten met een biertje op een lokaal terras aan het meer.
Een geslaagde dag.

Vrijdag 24 augustus
Om 7.30 uur zouden we vertrekken met 2
auto’s vanwege de lange af te leggen
afstand. Maar aan de kortste weg naar
Bukoba zijn wegwerkzaamheden: de hele
weg afgesloten, we moesten ongeveer 10
km omrijden. Dus lopen we enige vertraging
op. Om ca. 10.30 uur komen we over een
zeer hobbelig pad aan bij het huis van
Stanislaus, kortweg Stan. We beginnen met
zijn boomkwekerij met vele plastic potjes
met dennenzaailingen van 1 maand oud. Hij
heeft ook avocado, mango en ananas geplant. Stichting Wakk heeft in de loop van jaren wel
100.000 bomen gekweekt en uitgezet. Zaadjes werden gekocht bij een zaadbedrijf. Jongeren
werden ge-enthousiasmeerd om de kleine boompjes te planten. Als ze er 100 à 200 kregen
ze wakawaka lamp.
Stan is in 2014 ook begonnen met 2 visvijvers. Na aanleg van één vijver voor tilapia en één
voor catfisch is Stan begonnen met een klein huis te bouwen dat sindsdien is uitgebreid. We
bekijken de visvijvers. Stan heeft in zijn opleiding geleerd om visvijvers aan te leggen en
vissen te kweken. Hij laat zijn honden ’s nachts de vis bewaken tegen vogels. Tussendoor
heeft de vrouw van Stan voor een lekkere lunch gezorgd. Stan heeft verteld dat hij veel te
danken heeft aan Jos Duindam en zijn vrouw Lineke. Zij hebben ervoor gezorgd dat hij naar
school kon en een beroepsopleiding kon volgen. Tussen soep, chapati, gebakken banaan en
ananas door legt hij uit dat hij beroepshalve bij de overheid werktaan het reguleren van de
visvangst in het Victoriameer om overbevissing te voorkomen.
Daarna gaan we per auto ver naar het zuiden om
twee stukken bos te bekijken. Het eerste lopen we
rond in de regen. Je kunt goed zien dat de nieuwe
dennenbomen aanslaan en behoorlijk snel groeien
tussen de bestaande grote bomen en struikgewas.
Het perceel is groot. Ook aan de buren zijn kleine
boompjes verkocht voor Tsh. 50 per stuk. Over een
aantal jaren kan hier een bos met mooie grote
bomen staan dat uitnodigt tot recreatie. Stan is er
van overtuigd dat dat veel bezoekers zal trekken.
Na nog een bezoekje aan het tweede perceel, dat
jonger is, aanvaarden we de terugweg. Een mooie ervaring rijker.

Zaterdag 25 augustus
Tijdens het ontbijt, waarbij chauffeur Super aanwezig was maar naar vermoeden geen
Nederlands verstaat, vertelde Marin dat de touroperator extra geld vroeg wegens 3
bekeuringen elk à Tsh 30.000 ( bijna € 12) ; een wegens 4 personen op een stoelrij van 3 en
twee keer wegens te hard rijden bij een zebrapad.
Twee deelnemers gingen ’s morgens op
eigen gelegenheid naar het dorp en
deden daar inkopen. De anderen
gingen met Super en gids Silvery
wandelen in het oerbos Kantare Forest.
Per auto naar het huis van een 89-jarige
ex-leraar. Vandaar naar het bos, eerst
over een breed pad maar later het
echte werk. Struinen in het
dichtbegroeide bos langs varens,
prikstruiken en hoge bomen. We zagen
een aantal red monkeys hoog in de bomen. Bryan fotografeerde op de terugreis nog een
rode vogel de Turako, daarbij verschenen ook ineens vrij dichtbij enkele apen.
’s Middags om 3 uur zouden we nog een wandeling maken. Eerst een kort bezoek aan een
ex-hoogleraar Wenceslaus Kilania (roepnaam Wen), vlakbij ons gastenverblijf. Het plan was
een kwartier bezoek voor een gesprek over toerisme in deze omgeving. Maar Wen praatte
honderduit. Hij was geneticus, afgestudeerd op de malaria-problematiek. Hij was in deze
streek geboren maar heeft in Dar es Salaam gewerkt. Na zijn pensionering is hij weer hier
gaan wonen. Zijn dochter overigens studeert economie in Leiden. De muren van zijn
woonkamer worden jaarlijks bespoten met een mug dodend middel. Het is duur, wordt
gesubsidieerd en te koop onder overheidscontrole. Mogelijke gevaren worden onderzocht.
Malaria en andere gezondheidsproblemen werden besproken bijv. hypertensie (hoge
bloeddruk) door het minder lopen tegenwoordig (brommers).
Uitputting van de grond en gebruik van meststoffen, soms niet
vertrouwd omdat er in een enkel geval een probleem optrad.
Wen liet ons zijn bananen aanplant zien. Alle afval van de
bomen blijft liggen als bodembedekker en teruggave van de
mineralen. De lokale bomen met zwarte bast werden na een
behandeling niet meer vertrouwd. Hoewel ze na enkele jaren
wel weer goed zijn, werden zo’n 100 jaar geleden
bananenbomen geïmporteerd uit Zuid Amerika (groene bast).
Verder groeiden her en der ook allerlei groenten. Aan de
voorkant was een mooie siertuin aangelegd. Het was al 5 uur
geworden toen we afscheid namen van Wen; te laat om nog
aan de wandeling te beginnen.
Na de bananen en passievruchten als dessert werd de afwas
mede weer door ons gedaan. De hilariteit van de zusters omdat
mannen mee helpen bij de afwas was al een stuk minder dan
de vorige dag.

Zondag 26 augustus
De vlucht naar Dar es Salaam vertrok om 10.20 uur. En op dit kleine vliegveld was het niet
nodig om 3 uur van te voren aanwezig te zijn. Marin had geëist dat er twee auto’s zouden
zijn om ons naar het vliegveld te brengen. Op weg naar het vliegveld werden we weer
gecontroleerd door de politie. Iets was er niet in orde want wee agenten overlegden met
elkaar. De chauffeur Super vertelde aan de agenten dat hij haast
had omdat zijn passagiers op tijd op het vliegveld moesten zijn.
Een van de agenten controleerden dit door ons te vragen waar we
naar toe gingen. Hierna mocht Super door rijden met inlevering
van zijn rijbewijs. We kwamen ruim op tijd aan op het vliegveld.
Afscheid genomen van Bryan. Het was er druk op het vliegveld
want Tanzania Air had ook een vertrekvlucht om 10.00 uur. Na
weer een tussenstop in Mwanza kwamen we zonder problemen
aan op het Julius Nyerere vliegveld in Dar es Salaam. Tot onze
verbazing werden we opgehaald door een bus waar wel 25
personen in konden. We reden door de buitenwijken van Dar es
Salaam direct door naar Bagamoyo. Het was druk en de rit duurde
tweeëneenhalf uur. Bij aankomst wachtte ons een afdaling van
vele traptreden. Gelukkig hoefden we niet zelf de koffers te
dragen. Toen werden we ontvangen met een versbereid
welkomstdrankje, heel lekker!
De toedeling van de kamers gaf wat geharrewar omdat niet alles werkte. Het was een luxe
resort met de tuin grenzend aan het strand. Heerlijk!

Maandag 27 augustus
Ondanks het beroemde verleden is Bagamoyo
een plattelandsdorp gebleven met stoffige
straten. De zes reizigers zijn met twee tuktuk’s
naar het “slavernij”museum gereden. Daar
ontstond een botsing van belangen. Een gids
diende zich aan. Na het bekijken van het
museum zijn we met z’n allen naar het centrum

gereden en daar uitgestapt. De mannen


wilden verder met de gids om de Duitse
vergane “glorie” te bekijken. Twee
dames gingen terug naar het resort en
een dame ging op eigen houtje. Voor de
mannen werd het een interessante
toer. Langs het strand terug naar het
centrum en langs de kunstmarkt. De
gids raadde ons af om via het strand
terug te lopen naar ons resort, maar dat
deden we toch. Dat was een prettige wandeling.

Dinsdag 28 augustus

Vroeg opgestaan om de zonsopgang


mee te maken. Het leverde
schitterende plaatjes op. Trouwens ook
van een krab op het strand.
Na een luxe ontbijt zijn Marin, Wim en Cor via een strandwandeling naar de kunstmarkt
gelopen en daar enkele souvenirs gekocht. Met een tuktuk terug naar het resort.
Daar hebben we van een late lunch
genoten omdat we om 18.00 uur
wilden vertrekken richting het vliegveld
van Dar es Salaam. Met dezelfde grote
bus gingen we op tijd weg. Inderdaad
stonden we tweeëneenhalf uur later
weer op het vliegveld. Alles liep weer
voorspoedig. In een ruk met een vol
KLM-toestel terug naar Amsterdam.
Op woensdagochtend om 8.00 uur
afscheid van elkaar genomen. Iedereen
ging weer zijns of haars weegs. Datum
elkaar weerzien via datumprikker.

Ballade op de Tanzania-reis 2018 van Wederzijds


op de melodie van: ‘De haai die wou eens bruiloft vieren….’
Refrein: Fiederel del del (3x)
Tekst: Wim van Ee

Met Wederzijds op reis is fijn,


je ontmoet mensen groot en klein…. Cor is een oude rot in ’t vak,
Refrein daarvan heeft Marin veel gemak

Naar Tanzania voert de reis, Marianne is soms wat eigenwijs,


van mama Bakitha tot Walter de Nijs ze gaat wat graag met ons op reis

De voorbereiding was perfect, Wim doet heel trouw aan yoga mee
veel dank aan Cor, de architect! dus goeroe Cor is zeer tevree

Marin leidt ons door ied’re dag, Met Riekje heb je altijd lol,
je kent haar aan haar gulle lach… ze speelt met verve de Muppet-rol

Brian is onze tweede man, Dat mooie land Tanzania,


hij spreekt Swahili, wat Marin niet kan blijft in ons hart decennia

Rob is de techneut van het stel, We zijn weer helemaal bijgetankt


een klusje klaart hij supersnel met lof voor Marin: reuze bedankt!

Plony maakt foto’s bij de vleet,


die appt ze ons toe zoals dat heet

Reizigers: Wim van Ee, Plony de Jong, Marianne Kok, Riekje Roda, Rob Veldhuyzen van
Zanten, Cor van Zelst
Reisvoorbereiding en -begeleiding: Marit Ritmeijer, bijgestaan door Bryan

Vous aimerez peut-être aussi