Vous êtes sur la page 1sur 36

Inhoud

1. 2. Achtergrond...................................................................................................3 Visie op onderwijs..........................................................................................8 Persoonlijke aandacht, wederzijds respect en geloof in ieders talent, dat is waar het om draait bij CSG Comenius............................................................8 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. Visie op leerlinglingbegeleiding en zorg.....................................................10 Visie op LOB.................................................................................................14 Beginsituatie................................................................................................20 Eindsituatie..................................................................................................27 Keuze...........................................................................................................33 Startdatum...................................................................................................33 Einddatum....................................................................................................33

10. SMART geformuleerde doelen en subdoelen voor het implementatieplan + planning...............................................................................................................34 12. Strategie......................................................................................................39 13. Risicofactoren...............................................................................................39 Risicofactoren

Implementatieplan LOB

Pagina 2

1. Achtergrond
Schoolgegevens: Denominatie school Naam Adres Postcode website Protestant Christelijk CSG Comenius Postbus 193 8900 AD LEEUWARDEN www.csg-comenius.nl

namen directieleden van betrokken afdelingen: Directeur v-mbo: Mw. J. Posthumus Voorzitter centrale directie: Dhr. drs. J.J. Wildeboer namen deelnemer(s) in LOB-routekaart : Decaan v-mbo beroepsgericht: Dhr. W. Peeters context grootstedelijke, stedelijke of landelijke omgeving* percentage lwoo leerlingen op totale schoolpopulatie procent vmbo populatie populatie: autochtoon/allochtoon schatting in percentages: autochtoon 15% allochtoon onderwijstypen in de school praktijkonderwijs/vmbo / h / v * leerwegen en (inter/intra) sectoren in bovenbouw v-mbo B/K/G sector techniek techniek breed sector zorg en welzijn zorg en welzijn breed sector economie consumptief breed handel en administratie VM2, intersectoraal, Groen* 10,9 26,9 procent 85%

Implementatieplan LOB

Pagina 3

Implementatieplan LOB

Pagina 4

aantal leerlingen in leerjaar 1 leerlingen aantal leerlingen in leerjaar 2 leerlingen aantal leerlingen in leerjaar 3 en 4 leerlingen

beroepsgericht beroepsgericht beroepsgericht

118 144 262

Wat heeft de school resp. de locatie de afgelopen vijf jaar aan vernieuwingen gedaan? PRO IOP Praktijkonderwijs* Arbeidskeuze programmas Praktijkonderwijs Winkels in de school Samenwerking SW Samenwerking cluster 2*
V-MBO

V-MBO IN BEDRIJF (BK)* TALENTSTROMEN (GT)* VM2 metselen Instalatietechnie k vliegtuigonderho ud Extra keuzevakken in klas 3 kader Winkels in de school Definitieve matrix handelingsplan LWOO ONDERWIJSCONCEPT Thuisbasis BASIS-ONTMOETEN-EXPLORATIE* Maatschappelijke stage* * nog gaande

HAVO/VWO TALENTSTROMEN

Hoeveel en welke vernieuwingsprojecten is de school nu aan het uitvoeren/ komen er binnenkort aan? De belangrijkste vernieuwing waar de school nu mee bezig, ligt op het gebied van het onderwijs. In de onderbouw is Vmbo-in-Bedrijf (VIB) opgezet in de leerjaren 1 en 2. Doelen van deze lesuren (6 per week) is de leerlingen meer 'inductief' te laten leren. Vanuit de praktijk kom tot leerinhouden. Daarnaast heeft VIB tot doel om leerlingen meer voor te bereiden op de sectorkeuze in leerjaar 3. In de bovenbouw wordt gewerkt aan doorlopende leerlijnen met het MBO. Er is gestart met VM2, maar dat gaan moeizaam vanwege het teruglopende aantal leerlingen voor techniek. Er wordt momenteel wel ingezet op orintatietrajecten gericht op het MBO. In de leerjaren 3 wordt gexperimenteerd met de nieuwe methode (de Talentenmap) waar ook LOB in verweven is. Hoe ervaren de docenten de veranderingen op onderwijsterrein?

Implementatieplan LOB

Pagina 5

De docenten ervaren dit als positief en zien in dat het noodzaak is om het onderwijs modern, aantrekkelijk en actueel te houden. Aansluitend bij de tijd en de leerlingen. De docenten ervaren dit over het algemeen als positief en zien in dat het noodzaak is om het onderwijs modern, aantrekkelijk en actueel te houden. Aansluitend bij de tijd en de leerlingen. Daarnaast wil de school meer ouders betrekken in het onderwijs en bij de school. Lastig punt is dat de school niet heel veel ervaring heeft met het ontwikkelen van eigen onderwijsmateriaal en dat door verschuivingen collega's soms van onder- naar bovenbouw moeten en/of omgekeerd.

Implementatieplan LOB

Pagina 6

Hoe tevreden bent u met de bestaande situatie wat betreft : a. LOB, Het LOB staat goed in de steigers. We willen een verdiepingsslag aan te brengen door een nog betere voorbereiding in de onderbouw (VIB), het betrekken van ouders bij de school en de orintatietrajecten richting het MBO (doorlopende leerlijnen). Daarnaast wordt de invoering van een nieuwe (orientatie/ LOB) methode overwogen. b. het onderwijs in uw school? Het onderwijs moet op een hoger peil gebracht worden. Talentontwikkeling staat hoog in het vaandel. Er zal meer ingezet worden op (kwalitatieve) vergelijkingen met andere scholen door onder andere methode-onafhankelijke toetsen in te voeren. Leerlingen kunnen op deze wijze nog beter gevolgd worden.

Implementatieplan LOB

Pagina 7

1. Visie op onderwijs
Persoonlijke aandacht, wederzijds respect en geloof in ieders talent, dat is waar het om draait bij CSG Comenius.
Onder onderwijs verzorgen verstaan wij het doen verwerven van kennis en vaardigheden en het verdragen, ontwikkelen en doen ontwikkelen van normen en waarden. Onderwijs verzorgen is meer dan leren alleen. Dat onze leerlingen zich goed ontwikkelen en een eigen plekje vinden in onze samenleving, vinden wij net zo belangrijk. Beide aspecten van leren, zowel het onderwijskundige als het ethische, rekenen wij dan ook tot onze verantwoordelijkheid.

Persoonlijke aandacht

Persoonlijk contact vinden wij bij CSG Comenius heel belangrijk. Leerlingen ontwikkelen zich goed als ze gestimuleerd worden en aandacht krijgen. Niet iedereen kan uiteindelijk op eigen kracht de school doorlopen. Wij hebben daarom een uitgebreid netwerk gericht op leerlingenzorg, om leerlingen die dat nodig hebben extra ondersteuning te bieden.

Wederzijds respect

CSG Comenius is een open Christelijke Scholengemeenschap. We werken vanuit CVO in Noord Friesland en laten ons inspireren door waarden en normen, ons aangereikt vanuit de christelijke traditie. We kennen op school dan ook dagopeningen, meditatieve momenten, lessen Godsdienstige en Levensbeschouwelijke Vorming en vieringen, zoals met Kerst en Pasen. We laten leerlingen nadenken over wat echt belangrijk is in het leven. CSG Comenius hecht aan normen en waarden en neemt consequent stelling tegen onder meer pesten, discriminatie en racisme.

Geloof in ieders talent


Wij gaan ervan uit dat iedere leerling een talent heeft, ongeacht achtergrond, afkomst of niveau. Deze sterke kant willen wij graag ontdekken en verder ontwikkelen. We stimuleren onze leerlingen tot zelfstandigheid, zodat zij hun eigen keuzes in het leven kunnen maken. Ze kunnen bij ons ook unieke Talentstromen volgen in de opleidingen mavo, havo en atheneum. Met ons onderwijs willen we bereiken dat elke leerling zich persoonlijk kan onwtwikkelen en kan functioneren in de samenleving. We doen dit door het bijbrengen van kennis, vaardigheden en inzicht, afgestemd op het individuele niveau. CSG Comenius biedt kansen en persoonlijke begeleiding. Wij vinden dat belangrijk, omdat de periode in het voortgezet onderwijs de basis vormt voor later.

CSG Comenius biedt kwalitatief goed onderwijs en is een school waar persoonlijke aandacht heel belangrijk is. Om dat te waarborgen, investeren wij continu in het onderwijs. De hieronder beschreven beleidspunten zijn daarin voor ons bepalend. Onderwijsinnovatie: kleinschaligheid
De meeste leerlingen hebben een vaste plek of afdeling in de school waar de lessen gegeven worden. In het praktijkonderwijs hebben leerlingen per leerjaar een eigen lokaal waar de theorie gegeven wordt. Op de locatie Zamenhof en Marinburg spreken we van een thuisbasis, waar zon 60% van de lessen plaatsvindt.

Implementatieplan LOB

Pagina 8

Leerlingenzorg en talentontwikkeling
Persoonlijke aandacht en ondersteuningsprogrammas vinden we heel belangrijk. Op alle locaties functioneert een Zorgadviesteam, waarin de brug geslagen wordt tussen schoolinterne en schoolexterne leerlingbegeleiding.

Kwaliteitszorg
Wij werken continu aan verbetering van ons onderwijs en de organisatie daar omheen. Als onderdeel daarvan houden we de cijfers in het oog die informatie bieden over de opbrengsten van de school. Waar nodig leidt dit tot activiteiten. Een voorbeeld is de aandacht die we schenken aan het verbeteren van de rendementen in de bovenbouw van havo en atheneum. Het jaar 2009 staat wat de kwaliteitszorg betreft ook in het teken van een breed opgezette zelfevaluatie.

De veilige school
CSG Comenius wil een veilige school zijn. We nemen dan ook consequent stelling tegen onder meer pesten, discriminatie en racisme. In nauwe samenwerking met de gemeente Leeuwarden en collegascholen zijn we bezig met het ontwikkelen van beleid om alle leerlingen die veiligheid te bieden, die het fundament is voor een goed leer- en leefklimaat.

ICT
We investeren continu in apparatuur, programmatuur en scholing van medewerkers. Binnen bepaalde vakgebieden wordt met Moodle gewerkt, dit is een elektronische leeromgeving (elo). Deze elo wordt bijvoorbeeld als communicatiemiddel tussen leerlingen en docenten gebruikt. Leerlingen vinden hier opdrachten en informatie voor diverse vakken.

Moderne gebouwen
CSG Comenius werkt al een aantal jaren aan gebouwen voor de toekomst. Sinds 2007 is de verbouwde en uitgebreide locatie Marinburg in gebruik. Sinds mei 2009 hebben we de beschikking over een spiksplinternieuw gebouw aan de rand van het Zamenhofpark. Plannen voor een derde nieuwbouwlocatie, in de wijk Zuidlanden, zijn in ontwikkeling. Tot deze locatie gereed is, blijft de locatie Esdoorn open voor de mavo.

Implementatieplan LOB

Pagina 9

2. Visie op leerlinglingbegeleiding en zorg


Binnen het onderwijs op CSG Comenius is men gericht op het realiseren van een goed pedagogisch klimaat, waarin leerlingen en medewerkers zich veilig voelen. De leerling staat centraal: een leerlinggerichte benadering biedt iedere leerling de ruimte zich binnen de eigen mogelijkheden optimaal te ontwikkelen. Hieruit vloeit voort, dat de leerlingenzorg primair in de klas plaats heeft. Deze zorg is gericht op het verbeteren van de cognitieve en/of sociaal-emotionele positie van de leerling, wanneer dit nodig is. De verantwoordelijkheid voor het nemen van initiatief tot een vorm van interne begeleiding ligt primair bij de school. De leerling zelf kan ook het initiatief nemen om te komen tot een vorm van begeleiding. Binnen het onderwijs is er, naast meer op zichzelf staande vakken, sprake van vakoverstijgende programmas. Er is ruime aandacht voor vaardigheden. Om leerlingen ook daadwerkelijk de gelegenheid te bieden deze te ontwikkelen wordt er actief gebruik gemaakt van gegevens uit het leerlingdossier en het leerlingvolgsysteem. De docent is nauw betrokken bij signalering en analyse van de ontwikkeling van de leerling. Als stagnatie optreedt neemt de docent, binnen de context van de lessituatie, onmiddellijk maatregelen. Bij het invullen van de begeleiding is het handelingsplan de leidraad. Dit document is van groot belang, aangezien zorgleerlingen heterogeen gegroepeerd worden. De mentor staat centraal en voert de eerstelijnsbegeleiding uit. De mentor monitort en onderzoekt het welbevinden van de leerlingen, is nauw betrokken bij de organisatie van de leerlingbespreking en neemt initiatieven die kunnen leiden tot een vorm van ondersteuning van de leerling. In geval naast de ondersteuning van de leerling binnen de lessituatie ook een vorm van begeleiding buiten de les wenselijk is, kan een beroep gedaan worden op de inzet van verschillende zorgfunctionarissen. Zo kan de mentor een aanmelding bij het zorgteam initiren, om te komen tot een intensievere vorm van begeleiding, waar het gaat om sociaal-emotionele problematiek. In een vaste regelmaat vindt er leerlingbespreking plaats. De ontwikkeling van de leerling wordt besproken, een handelingsplan kan worden opgesteld, dan wel bijgesteld. Voor de individuele leerling kan een traject op maat worden opgesteld. Verworven kwaliteiten kunnen, in overleg met de leerling, een plaats

Implementatieplan LOB

Pagina 10

krijgen in een leerlingdossier of portfolio. Zo ontstaat als het ware een leerlingvolg-jezelf-systeem. Het zorgteam komt in een vaste regelmaat bijeen en speelt een belangrijke rol bij het maken van afspraken op het terrein van het zorg bieden aan leerlingen. Hierbij gaat het nadrukkelijk om sociaal-emotionele problematiek, alsmede om problematiek in de thuissituatie van de leerling die het functioneren van de leerling op school in ernstige mate nadelig benvloedt. Ook houdt het zorgteam nauwlettend de grenzen in de gaten, waar het gaat om de toeleiding naar een intern dan wel extern begeleidingstraject. De school staat positief t.o.v. de toelating van leerlingen met een bepaalde handicap, die, in het kader van de Wet op de Leerlinggebonden Financiering, met een rugzak binnen de school goed kunnen functioneren. Ten aanzien van de toelating van deze brede groep leerlingen heeft de school indicatoren en contraindicatoren geformuleerd met behulp waarvan er een individuele, op de beschikbare leerling- gegevens gebaseerde, afweging wordt gemaakt m.b.t. wel of niet toelaten. Centraal staat hierbij steeds de vraag of de school in staat geacht mag worden tot het op goede wijze beantwoorden van de hulpvraag van de betreffende leerling. Het management neemt en ondersteunt initiatieven, die moeten leiden tot een steeds verdere optimalisering van het hierboven beschrevene. Taakinhoud decanaat (oud) Over dit punt wordt nader overleg gepleegd om tot een goede beschrijving te komen. Uitgangspunt is, dat we spreken van LOB en een goede afstemming met het mentoraat. De decaan in het voortgezet onderwijs richt zich op loopbaanorintatie en -begeleiding (LOB) in de school. Hierbij is de volgende definitie het uitgangspunt: LOB is een gentegreerd, dynamisch en continu proces van voorbereiding op een toekomstige vervolgopleiding, arbeidsmarkt, maatschappelijke participatie en verwerving van loopbaancompetenties. In de term LOB worden twee noties gekoppeld: 1. Loopbaanorintatie is een activiteit van en door de leerling zelf; de school moet deze ondersteunen met een procesmatige en gentegreerde loopbaanbegeleiding. Loopbaanorintatie is de verzamelnaam voor de activiteiten die jongeren tijdens de opleiding ondernemen om aanwijzingen te vinden over hoe zij zich kunnen ontwikkelen in de diverse levensrollen (de 7 levensrollen van Donald Super (1953) te weten: kind, student, werker, homemaker, burger, vrijetijdsbesteder en ouder of opvoeder (met accent op student en werker) en in het geheel van hun sociaal-economisch leven.

Implementatieplan LOB

Pagina 11

Vijf soorten activiteiten zijn kernactiviteiten in loopbaanorintatie: a. orinteren b. reflecteren c. concluderen d. leren e. toepassen 2. Loopbaanbegeleiding is de systematische ondersteuning die de school biedt bij de loopbaanorintatie van jongeren en de facilitering ervan. Binnen de onderwijsinstelling en de zorgstructuur is de decaan de deskundige op het gebied van LOB. De decaan - heeft een adviserende en/of voorbereidende rol in de ontwikkeling van een beleidsvisie op LOB - heeft een coachende, initirende, cordinerende en aansturende rol in de richting van mentoren en vakdocenten - is in uitvoerende zin aanspreekbaar m.b.t. het procesmatige karakter van LOB.

Implementatieplan LOB

Pagina 12

1. Visie op LOB
Ouders Ouders worden actief betrokken bij het LOB-proces. 1. Ouders maken samen met de leerling elke keuze die in de loopbaan moet worden genomen. Keuzebriefjes worden door ouders getekend. 2. Ouders zijn mede verantwoordelijk voor de loopbaanstappen die de leerling moet nemen. 3. Ouders zijn betrokken bij het lob-proces van de leerling. a. Ze houden de leerling op de hoogte van actualiteiten die van invloed zijn op de loopbaan van de leerling. b. Ze begeleiden de leerling bij informatie-, voorlichtings- en/of doeactiviteiten c. Ze geven feedback aan de leerling m.b.t. het loopbaanproces Talenten ontdekken Wij gaan ervan uit dat iedere leerling een talent heeft, ongeacht achtergrond, afkomst of niveau. Deze sterke kant willen wij graag ontdekken en verder ontwikkelen. We stimuleren onze leerlingen tot zelfstandigheid, zodat zij hun eigen keuzes in het leven kunnen maken. Met ons onderwijs willen we bereiken dat elke leerling zich persoonlijk kan ontwikkelen en kan functioneren in de samenleving. CSG Comenius biedt kansen en persoonlijke begeleiding. Wij vinden dat belangrijk, omdat de periode in het voortgezet onderwijs de basis vormt voor later. Leerlingen verzamelen bewijzen van aangetoond talent in klas 3 en 4 in de talentenmap. V-mbo in bedrijf Meteen vanaf het eerste jaar gaat de leerling aan de slag met de praktijk. Hij werkt in klas 1 6 uren aan opdrachten in de sectoren Techniek, Zorg & Welzijn en Economie en in de eerste weken in een kennismakingsproject. in klas 2 wordt er gestart met een korte rondgang door de 4 afdelingen. Hierna kiest de leerling voor 2 afdeling om zich in te verdiepen. Deze verdiepingsfase duurt 20 lesweken. Daarna maakt de leerling zijn voorlopig definitieve keuze voor een afdeling. Ervaringen opdoen

Implementatieplan LOB

Pagina 13

Ervaringen opdoen heeft een grotere leeropbrengst dan informatie opnemen. Daarom worden leerlingen zoveel mogelijk kansen geboden om verschillende ervaringen op te doen. We bieden aan: Excursies en bedrijfsbezoeken In alle leerjaren, vakken en projecten en schoolbreed wordt gekeken of excursies en/of bedrijfsbezoeken een onderdeel kunnen vormen van het curriculum. Vooral bij V-mbo in bedrijf en binnen de praktijkafdelingen zullen bedrijfsbezoeken plaatsvinden bij mogelijke toekomstige werkplekken/bedrijven. Buitenschoolse opdrachten Leerlingen krijgen opdrachten om buiten school een beeld te krijgen van de beroepspraktijk. Simulatie Op school wordt de werkelijkheid zo goed mogelijk nagebootst. Dit betekend dat binnen V-mbo in bedrijf en de praktijkafdelingen simulaties plaatsvinden. Interne stage Op school worden leerlingen betrokken bij de dagelijkse gang van zaken om ze op die manier ervaringen te laten opdoen Maatschappelijke stage Leerlingen lopen een maatschappelijke stage van 30 uren Beroepsorinterende stage Aan het einde van het derde schooljaar lopen de leerlingen een korte stage, passend binnen de gekozen sector. Afdelingsstage Tijdens het examenjaar lopen de leerlingen 1 dag in de week een stage, passend bij de sector. Meeloopdagen Leerlingen worden gestimuleerd om naar meeloopdagen op het MBO te gaan, om een goed opleidingsbeeld te krijgen Talentenmap De talentenmap wordt methodisch gebruikt in klas 3 en 4 om de leerling en de mentor te helpen LOB vorm te geven binnen het mentoruur en om als instrument voor 360o-feedback te dienen. Testen Bij de sectorkeuze in klas 2 en bij de opleidingskeuze in klas 4 worden professionele testen ingezet om de leerling inzicht te geven in zijn eigen interesses PTA

Implementatieplan LOB

Pagina 14

LOB krijgt zijn eigen plek binnen het PTA. Leerlingen moeten niet gedwongen worden niet-betekenisvolle opdrachten uit te voeren. Kiezen in het LOB-proces blijft van groot belang. Rollen Binnen het lob-proces op school kennen we de volgende rollen Management; bepaald visie, koers, strategisch beleid en stuurt decaan, cordinator en mentoren aan Decaan; tweedelijn, begeleid mentoren bij lob-proces. Organisatie lobactiviteiten, informatiemanagement Cordinator; aansturing mentoren, signalering problemen binnen lobproces Mentor; begeleid leerlingen bij lob-proces; voert dialoog, verwijst door, Vakdocenten; laten leerlingen ervaringen opdoen; voert dialoog

Implementatieplan LOB

Pagina 15

Informatieverschaffing Leerlingen en ouders worden op maat informatie verschaft m.b.t. LOB. Dit gaat via: Posters op school Informatie op internet Via de e-mail Sporadisch via de post Lob per klas Klas 1 V-mbo in bedrijf, leefstijl, vooral veel beelden opdoen in de praktijk en leren kennen van je klas en je eigen talenten. Klas 2 V-mbo in bedrijf wordt afgesloten met keuze voor een afdeling en een keuzevak. Leren kennen van de werkzaamheden binnen de afdeling voeren boventoon. Leren kennen van je eigen wensen. Hierbij hoort ook de keuze voor examenvakken of eventuele extra vakken. Klas 3 Binnen de afdeling leer je het toekomstige werkveld kennen. Veel werkexploratie. Start met talentenmap, onderdelen wie ben ik en hoe handel ik. Minimaal 1x feedback. Klas 4 Afdronden wat wil ik. Dan vooral opleidingsbeelden creren. Afronden talentenmap. Door stage veel werkexploratie. Overdracht Wij zijn samen met het vervolgonderwijs verantwoordelijk voor een goede overdracht. Daarom werken we nauw samen met vervolgonderwijs en RMC/Leerplicht. Doel is een goede overstap naar het MBO om voortijdige en tussentijdse uitstroom te voorkomen.

Implementatieplan LOB

Pagina 16

1. Beginsituatie

1. Visie en doelen LOB Binnen de school leven op verschillende terreinen en niveaus binnen de organisatie verschillende maar veel op elkaar lijkende versies van een visie op LOB. Ook al is men hier (nog) niet van bewust. Er is geen samenhang tussen verschillende gebieden die met LOB te maken hebben. Ook wordt LOB niet als (verbindende) factor herkend. Men is zich bewust van het bestaan van de loopbaancompetenties. Deze worden niet in de hele organisatie gebruikt en/of benoemd. Veelal worden de versimpelde versies in de vorm van vragen gebruikt om de loopbaancompetenties te benoemen. Met de onderdelen met veranderingen en onzekerheid omgaan en de Lissabondoelstellingen wordt in geen enkele visie gerept. Wel wordt door de school binnen een regionaal netwerk vooral gewerkt aan het terugdringen van vroetijdig schoolverlaten. Huidige visie en doelen zijn door enkele functionarissen benoemt en zijn in principe goed. Echter mist hierin koers en samenhang.

Implementatieplan LOB

Pagina 17

2. Draagvlak en leiderschap Lob moet meer verbonden worden met belangrijke onderdelen in het onderwijs. Op dit moment is LOB datgene wat de decaan doet. Goede en vooruitstrevende projecten binnen de school die bij LOB horen worden hier niet aan gekoppeld. Er is op het moment geen draagvlak en docenten zijn niet betrokken. De directie moet hierin leiding nemen.

Implementatieplan LOB

Pagina 18

3. Beleid De school heeft geen (meerjarig) strategisch beleidsplan op het gebied van LOB. LOB heeft geen eigen gelden binnen de organisatie. Dit is een onderdeel van leerlingenzorg. De monitoring van LOB is niet uitgewerkt. Derhalve wordt LOB niet structureel gevalueerd. LOB wordt langzamerhand meegenomen binnen de kwaliteitszorg. 4. LOB werkplan. De school heeft een LOB-werkplan dat geen draagvlak heeft en alleen door de decaan wordt gebruikt. Mentoren en betrokken functionarissen hebben het plan ontvangen, maar dit komt nergens in de organisatie terug. De leerlijn is als volgt: Klas 1 V-mbo in bedrijf, leefstijl, vooral veel beelden opdoen in de praktijk en leren kennen van je klas en je eigen talenten. Klas 2 V-mbo in bedrijf wordt afgesloten met keuze voor een afdeling en een keuzevak. Leren kennen van de werkzaamheden binnen de afdeling voeren boventoon. Leren kennen van je eigen wensen. Hierbij hoort ook de keuze voor examenvakken of eventuele extra vakken. Klas 3 Binnen de afdeling leer je het toekomstige werkveld kennen. Veel werkexploratie. Start met talentenmap, onderdelen wie ben ik en hoe handel ik. Minimaal 1x feedback. Klas 4 Afdronden wat wil ik. Dan vooral opleidingsbeelden creren. Afronden talentenmap. Door stage veel werkexploratie. Niet alle activiteiten die er zijn worden in het plan beschreven. De decaan biedt daar waar nodig maatwerk. Hiervoor heeft de decaan een aantal instrumenten in huis. Deze zijn niet benoemd. 1. De inhoud van LOB Reflectie met de leerlingen is sporadisch aanwezig en gebeurd door vakdocenten wanneer dat uitkomt. Dit wordt niet geborgd. Er worden verschillende activiteiten aangeboden op het gebied van opleidingsen werkexploratie en voorlichtende en ervaringsgerichte aansluitingsactiviteiten. Niet alle activiteiten worden direct verbonden aan LOB. Ook mist een goede reflectie(activiteit) die er toe doet van de leerling.

Implementatieplan LOB

Pagina 19

Sturing geven aan de loopbaan wordt weinig gedaan. Dit hangt ook af van de mentor. Sommige mentoren laten alles door de decaan doen en verwachtten dit ook van de decaan. Andere docenten laten veel over aan de leerlingen zelf. Netwerken is geen competentie waar veel aan wordt gedaan binnen de school. De mentor en soms de decaan houden loopbaangesprekken. Hierin zit geen structuur of borging. 2. Vorm van LOB in het curriculum Sommige mentorgroepen zijn erg groot (rond 23/24). Dit zijn voor LOBactiviteiten te grote groepen. Tijdens de mentorlessen wordt soms tijd besteed aan LOB. Dit is mentorafhankelijk. Sinds kort gebruiken we de methode DE TALENTENMAP. Ook dedecaan.net is een instrument wat gebruikt kan worden. Daarnaast zijn er buiten het rooster om ook momenten die onderdeel zijn van LOB. Te denken valt aan voorlichtingen en intake-training. Vanaf januari in het vierde leerjaar mag het mentoruur individueel worden gebruikt. 3. Krachtige leeromgeving Vooral de praktijklokalen/pleinen zijn potentile krachtige leeromgevingen. We missen echter de link met LOB om echt van krachtige leeromgevingen te kunnen spreken. 4. Determinatie en advisering Voorkeuren van de leerlingen maken deel uit van de beslissingsprocedure. Leerlingen kiezen eerst en daarna volgt goedkeuring van de ouders en de school. Dit gaat via formulieren en internet. Er zijn geen loopbaangesprekken met leerling of ouders aan verbonden. Roosters en wettelijke beperkingen gaan voor. Leerlingen worden veelal gelijk behandeld. 5. Rollen en taken De schoolleiding neemt de verantwoordelijkheid voor LOB. Belangrijk is nu dat rollen, taken en verantwoordelijkheden goed worden benoemd. Inhoudelijk wordt de verantwoordelijkheid gegeven aan de decaan. Mentor en decaan zijn bij de leerlingen bekend als aanspreekpunt. Mentor en decaan zijn toegankelijk voor leerlingen. Wie zorg draag voor vakgebonden respectievelijk vakoverstijgende loopbaanbegeleiding is onduidelijk en dient te worden benoemd. Bewaking van de afstemming tussen eerstelijners onderling en eerstelijners en tweedelijners moet nog opgezet worden. Procedures voor doorverwijzing zijn niet benoemd en opgeschreven. Deze gaan informeel.

Implementatieplan LOB

Pagina 20

6. IPB Professionalisering LOB wordt nog niet heroverwogen. Dit begint echter wel te komen. De schoolleiding gaat het belang van LOB nog meer uitspreken naar docenten. Duidelijk omschreven ambities missen nog. Professionalisering staat hoog in het vaandel en LOB kan daar een onderdeel van worden.

Implementatieplan LOB

Pagina 21

7. Ouders/verzorgers Ouders worden voorgelicht over vervolgmogelijkheden. Dit gebeurd niet op maat, maar massaal. De school wordt nu betrokken bij LOB middels het ondertekenen van keuzeformulieren en ouderavonden. Actievere betrokkenheid is een wens. Ouders worden in zijn geheel niet betrokken bij het ontwikkelen van loopbaancompetenties. Problematische thuissituaties weerhouden de school hier soms van. 8. Externe partijen De samenwerking met bedrijven en instellingen is vooral vanuit de praktijkvakken groot, maar echter nog niet altijd op het gebied van LOB. De samenwerking met ROC Friese Poort is zeer groot. Met ROC Friesland College minder en de samenwerking met MBO Groen is niet aanwezig. Samenwerking hangt af van functionarissen en dit is niet geborgd. Er worden over het algemeen geen samenwerkingsovereenkomsten gesloten. Binnen de sector techniek is hier meer sprake van.

Implementatieplan LOB

Pagina 22

1. Eindsituatie
1. Visie en doelen LOB Er is een gezamenlijke gedragen visie op LOB. Veel bestaande activiteiten zijn aan LOB gekoppeld. Er is samenhang tussen de onderdelen van LOB en dit is gestructureerd en wordt geborgd. Loopbaancompetenties hebben een plaats in het onderwijs. De competenties worden de leerlingen methodisch aangeleerd. Ook de competentie met veranderingen en onzekerheid omgaan heeft een plek in het curriculum. 2. Draagvlak en leiderschap De locatieleiding heeft de leiding over LOB. Uitvoering wordt gedelegeerd naar de decaan. Dit staat beschreven. Elke docent en mentor is betrokken bij LOB en ziet de noodzaak van een goed LOB voor leerlingen. Alle losse onderdelen van LOB worden door de schoolleiding gekoppeld. Bij elke onderwijsvernieuwing of verandering is LOB een onderdeel wat wordt besproken en meegenomen in de plannen. 3. Beleid De school heeft een meerjarig strategisch beleidsplan op het gebied van LOB. LOB heeft eigen gelden binnen de organisatie. De monitoring van LOB is op papier uitgewerkt door de directie, decaan en kwaliteitsmedewerker. De uitvoering ligt bij de 1e-lijn 1e lijn bij de decaan en bij de 1e-lijn 2e lijn bij de directie. LOB wordt structureel gevalueerd. De kwaliteitsmedewerker beoordeeld de kwaliteit van LOB structureel en dit wordt meegenomen bij interne en externe audits. 4. LOB werkplan. De school heeft een duidelijk en gestructureerd LOB-werkplan dat wordt gedragen en gebruikt door alle functionarissen. De leerlijn is verder uitgewerkt en gestructureerd. Alle LOB-activiteiten hebben hierin een plek.

Implementatieplan LOB

Pagina 23

De decaan biedt daar waar nodig maatwerk. Hiervoor heeft de decaan een aantal instrumenten in huis. Voor iedereen is bekend welke instrumenten er zijn op en buiten school en hoe men gebruik kan maken van deze instrumenten en specialiteiten

Implementatieplan LOB

Pagina 24

5. De inhoud van LOB Reflectie op LOB gebeurd gestructureerd door mentoren en vakdocenten. Mentoren houden vakoverstijgende reflecties en vakdocenten reflecties op werken leerervaringen. Deze gesprekken worden kort in het LVS verwoord. Leerlingen verwerken de reflectie in hun portfolio. Er is een afspraak over de frequentie en vormen van de reflecties. LOB staat benoemd in het PTA/PLT. Hierin staan ook alle LOB-activiteiten benoemd. De school heeft beschikking over een matrix van LOB-doelen en activiteiten. Alle leerdoelen komen terug bij de leerling. Dit gebeurd op maat. Uitvoering van LOB-activiteiten word op gereflecteerd. De sectororintatie is verschoven naar domeinenorintatie. Leerlingen geven zelf sturing aan hun loopbaan. Hierin is ruimte binnen het PTA/PLT. Netwerken is een competentie waar aan wordt gewerkt op school. 6. Vorm van LOB in het curriculum De mentorgroepen hebben een grootte die voor de mentor werkbaar is. Er wordt een vastgesteld deel van de mentorlessen besteed aan LOB. Er komen deadlines en verplichte onderdelen die bij de mentoren bekend zijn en waar de mentor zich aan houdt. Er blijft ruimte voor andere zaken en voor maatwerk op het gebied van LOB. We gebruiken de talentenmap als methode. De decaan.net wordt gebruikt als informatie en communicatie-instrument door decaan en mentoren. Er zijn hiervoor vaste en extra opdrachten beschikbaar. De decaan zorgt voor een tweemaandelijkse nieuwsbrief voor leerlingen en ouders In de onderbouw wordt ook structureel gewerkt aan LOB. Vooral ook verbonden aan Vmbo in Bedrijf en de loopbaancompetenties. Dit heeft een plek in het rooster en het PLT. In het PTA staan LOB-activiteiten benoemd waar leerlingen punten mee kunnen verdienen. In het vierde leerljaar is een afsluitend lob-gesprek aangaande de vervolgkeuze op het MBO en de afsluiting van de talentenmap. 7. Krachtige leeromgeving De gehele school is een krachtige leeromgevingen. Ook de wereld buiten school wordt structureel gebruikt voor LOB-doeleinden.

Implementatieplan LOB

Pagina 25

8. Determinatie en advisering Voorkeuren van de leerlingen maken deel uit van de beslissingsprocedure. Leerlingen kiezen eerst en daarna volgt goedkeuring van de ouders en de school. Dit gaat via formulieren en internet.

Implementatieplan LOB

Pagina 26

Er zijn loopbaangesprekken met leerling en ouders aan verbonden. Leerlingen worden veelal ongelijk behandeld. 9. Rollen en taken De schoolleiding heeft de verantwoordelijkheid voor LOB. Alle rollen, taken en bevoegdheden staan benoemd. Inhoudelijk wordt de verantwoordelijkheid gegeven aan de decaan. Mentor en decaan zijn bij de leerlingen bekend als aanspreekpunt. Mentor en decaan zijn toegankelijk voor leerlingen. De mentor zorgt voor vakoverstijgende loopbaanbegeleiding, de vakgebonden loopbaanbegeleiding is zorg voor de vakdocent. De decaan heeft hiering een ondersteunende en begeleidende rol De monitoring van LOB is op papier uitgewerkt door de directie, decaan en kwaliteitsmedewerker. De uitvoering ligt bij de 1e-lijn 1e lijn bij de teamleiders en bij de 1e-lijn 2e lijn bij de directie. LOB wordt structureel gevalueerd. Procedures voor doorverwijzing zijn benoemd en opgeschreven. 10.IPB Professionalisering Bij elke onderwijsvernieuwing of verandering is LOB een onderdeel wat wordt besproken en meegenomen in de plannen. Ook professionalisering is hierbij een onderdeel. De professionalisering gaat in de vorm van : interne scholing door op school aanwezige gekwalificeerde functionarissen externe scholing Intervisie 1. Ouders/verzorgers Ouders worden voorgelicht over vervolgmogelijkheden. Dit gebeurd op maat. Bij elke belangrijke stap in de loopbaan is een gesprek met de mentor of decaan een onderdeel. Leerlingen betrekken zelf hun ouders bij hun loopbaan en activiteiten op school. Leerlingen die dit niet kunnen worden hierin ondersteund door de school 2. Externe partijen De samenwerking met bedrijven en instellingen is groot, maar en bij elke vorm van samenwerken speelt LOB een rol. Er worden samenwerkingsovereenkomsten

Implementatieplan LOB

Pagina 27

gesloten waarin de rol van LOB genoemd wordt. Deze overeenkomsten vormen de borging van de samenwerkingen.

Implementatieplan LOB

Pagina 28

1. Keuze
We beperken ons in dit plan tot de volgende zaken: 1. Een strategisch beleidsplan 2. Structurering en borging van LOB 3. LOB in het PTA/PLT 4. Reflectie onderdeel laten worden van het praktijkvak in de bovenbouw 5. LOB onderdeel laten worden van vmbo in bedrijf 6. Sectororintatie langzaamaan ombuigen naar domeinorinatie 7. De talentenmap een gestructureerd onderdeel maken van de mentorlessen en de loopbaan van de leerling. Tevens vakoverstijgende reflectie hierbij

1. Startdatum
Dit plan is geldig vanaf 1 mei 2011.

2. Einddatum
De einddatum van dit plan is 31 juli 2014.

Implementatieplan LOB

Pagina 29

3. SMART geformuleerde doelen en subdoelen voor het implementatieplan + planning


Onderdeel Strategisch beleidsplan Schoolja ar 2011/201 2 Doel Vanuit het schoolplan wordt in het locatieplan een onderdeel LOB geformuleerd. Hierin wordt scholing voor personeel benoemd Voor LOB wordt van dit implementatieplan het onderdeel strategie voor 20 oktober 2011 concreet ingevuld. Er ligt voor LOB een strategisch beleidsplan, waarin een meerjarenplanning en een vertaling in middelen (mensen, tijd, technologie, gespreksruimtes, instrumenten, LOBprofessionalisering, budget,) is opgenomen. In het PTA van klas 3 wordt LOB opgenomen als een schoolverplicht onderdeel. Hierin worden alleen de activiteiten vanuit de Talentenmap opgenomen. Er wordt een matrix ontwikkeld die klaar is voor juli 2012, waarin alle LOB-activiteiten staan benoemd, alsmede te behalen doelstellingen van LOB. In het PLT van klas 1 wordt LOB opgenomen als onderdeel van V-mbo in Bedrijf. Reflectie en portfoliovorming zijn hierbij de onderdelen. Het PTA van klas 3 wordt na evaluatie in 2012 uitgebreid met alle andere, uit de matrix afkomstige, LOB-activiteiten die in klas 3 een plek krijgen. Dit wordt een PTA met keuzemogelijkheden, waarbij leerlingen punten moeten halen met bepaalde activiteiten. Het PTA van klas 4 wordt aangepast n.a.v. de evaluatie in 2012. In principe blijft alleen de Talentenmap onderdeel van het PTA. Het PLT van klas 1 wordt uitgebreid met alle andere, uit de matrix afkomstige, LOB-activiteiten die in klas 1 een plek krijgen. In de evaluatie van eind 2012/2013 wordt bepaald of er in klas 1 met keuzemogelijkheden gewerkt gaat worden. Het PLT van klas 2 wordt aangepast n.a.v. een evaluatie eind

2012/201 3

Structurering en borging, PTA/PLT

2011/201 2

2012/201 3

2013/201 4

Implementatieplan LOB

Pagina 30

2012/2013. In principe blijven alleen reflectie en portfoliovorming onderdeel van het PLT. Het PTA van klas 3 wordt na evaluatie eind 2012/2013 uitgebreid met de nog missende LOB-activiteiten. Het PTA van klas 4 wordt na evaluatie eind 2012/2013 uitgebreid met alle andere, uit de matrix afkomstige, LOBactiviteiten die in klas 4 een plek krijgen. Dit wordt een PTA met keuzemogelijkheden, waarbij leerlingen punten moeten halen met bepaalde activiteiten. Eind 2012/2013 ligt er voor LOB een PLT/PTA klaar voor het jaar 2014/2015.

Implementatieplan LOB

Pagina 31

Reflectie en LOB in VIB

2011/201 2

In het praktijkprogramma Handel & Administratie Kader, wordt een pilot gedraaid met gestrucreerde vakgerichte reflectie. Hiervoor ligt er uiterlijk 20 oktober 2011 een gedegen plan klaar. Er worden minimaal twee reflectiemomenten gepland en er wordt een reflectievragenformulier ontwikkeld die past bij de methode die binnen dit programma wordt gebruikt. Leerlingen bouwen een vakspecifieke reflectiemap op. Reflectieverslagen(o.i.d) krijgen hun plek in de talentenmap. De tussenvaluatie van deze pilot vindt plaats kort na het eerste reflectiemoment. De eindevaluatie eind 2011/2012. Buiten het PTA om hebben de de mentoren in klas 3 minimaal 1 vakoverstijgend reflectiegesprek a.d.h.v. de talentenmap. De vakgerichte reflectie wordt uitgereid naar: Handel & Administratie Kader Sport, Dienstverlening en Uniformberoepen Consumptief breed Kader Vakoverstijgende reflectie is onderdeel van de matrix die ten grondslag ligt aan het PTA van klas 3. Verplicht is 1 reflectiegesprek. Meerdere gesprekken leveren punten op. Buiten het PTA om hebben de de mentoren in klas 4 minimaal 1 vakoverstijgend reflectiegesprek a.d.h.v. de talentenmap. Buiten het PLT om hebben de de mentoren in klas 1 minimaal 1 vakoverstijgend reflectiegesprek a.d.h.v. v-mbo in bedrijf. De vakgerichte reflectie wordt uitgereid naar: Techniek breed Zorg en welzijn breed Art & Design ICT Vakoverstijgende reflectie is onderdeel van de matrix die ten grondslag ligt aan het PLT van klas 1. Doel is minimaal 1 refelctiegesprek na elke sectorronde. Buiten het PLT om hebben de de mentoren in klas 2

2012/201 3

2013/201 4

Implementatieplan LOB

Pagina 32

minimaal 1 vakoverstijgend reflectiegesprek a.d.h.v. v-mbo in bedrijf. Vakoverstijgende reflectie is onderdeel van de matrix die ten grondslag ligt aan het PTA van klas 3 en 4. Verplicht is 1 reflectiegesprek. Meerdere gesprekken leveren punten op. Eind 2013/2014 zijn de reflecties een vast onderdeel van de lespraktijk van de eerder genoemde onderdelen.

Implementatieplan LOB

Pagina 33

Domeinorinta tie

2011/201 2 2012/201 3 2013/201 4

De decaan heeft een goed beeld van de domeinen en hoe dit wordt toegepast in het MBO. Dit gebeurd d.m.v. scholing en bezoeken aan het MBO. Eind 2012/2013 ligt er een plan klaar voor een pilot domeinorintatie. Binnen 1 sector of afdeling van V-mbo in bedrijf wordt een pilot gedraaid voor een bredere orintatie. Eind 2013/2014 ligt er een plan klaar voor domeingericht vmbo in bedrijf De talentenmap wordt als vervolgpilot gedraaid in klas 4. In klas 3 wordt gebruik van de talentenmap gestructureerd. Zie ook eerdere onderdelen. Hiervoor ligt er voor 1 oktober 2010 een plan klaar. In de onderbouw wordt met het team, dedecaan, de docenten van VIB en de directie overlegd over het gebruik van de talentenmap in de onderbouw. De talentenmap wordt begin dit schooljaar gestructureerd aangeboden in de bovenbouw. Er is ruimte voor maatwerk. Hiervoor ligt er op eind 2011/2012 een plan klaar. Mits er wordt gekozen voor de talentenmap in de onderbouw start in klas 1 een pilot met een tussenevaluatie in februari. Eindevaluatie eind 2012/2013. Mits er wordt gekozen voor de talentenmap in de onderbouw, wordt in klas 1 gebruik van de talentenmap gestructureerd. Zie ook eerdere onderdelen. Hiervoor ligt er eind 2012/2013 een plan klaar. De talentenmap wordt als vervolgpilot gedraaid in klas 2. Tussenevaluatie in februari. Eindevaluatie eind 2012/2013.

Talentenmap

2011/201 2

2012/201 3

2013/201 4

Eind 2013/2014 ligt er een plan voor gestructureerd gebruik van de talentenmap in de onderbouw. Zie bijlage 1

12.Strategie
Wordt later uitgewerkt met als deadline 20 oktober 2011

Implementatieplan LOB

Pagina 34

1. Risicofactoren
Risicofactoren zijn: Wisselingen binnen het LMT. Teamleider onderbouw is a.i. Bezuinigingen binnen de scholengemeenschap en door de overheid Mobiliteit van docenten Grootte van de mentorgroepen

Implementatieplan LOB

Pagina 35

P nningL la OB
S trateg chbeleids is plan S tructureringen borg incl reflectie ing
PTA1= opdrachten PTA2 is incl reflectie

2011 2012 2013 sep okt nov dec jan feb mrt apr mei jun sep okt nov dec jan feb mrt apr mei jun sep okt nov dec jan feb mrt apr A B

K 1 las K 2 las klas3 K 4 las e xtra va erichte reflectie kg K 1 las K 2 las klas3 K 4 las D einorinta om tie K 1 las K 2 las klas3 K 4 las e xtra

PL 1 T PT A3 Ma ontwikkelen trix E VA PT -2 A3 PT A4

E VA

PL 1 T -2 PL 2 T PT -2 A4

EVA

VIBE CO H KL A B E VA H B L S U, CBK L A B, D B H A E VA E VA

E VA

T , Z , A&D ICT B WB , E VA H B L S U, C K L E A B , D B B VA

PILOT in VIB TN of Z W

D a orinteerd eca n bespre npilot ke doorg a (inPT an A) P vervolg ilot E VA E VA e pilot vt.

Pla pilot n E VA D oorgaaninPL T PILOT vervolg E VA EVA

Talentenm ap
K 1 las K 2 las klas3 K 4 las

doorg a (inPT an A)

E VA

Implementatieplan LOB

Pagina 36

Vous aimerez peut-être aussi