Vous êtes sur la page 1sur 76

Association Nationale dAide aux Handicaps Mentaux Fdration des Associations Similes francophones asbl & Similes vzw

Centre pour lgalit des chances et la lutte contre le racisme

LA POLITIQUE DES OUBLIETTES


internement des personnes handicapes mentales et/ou malades mentales 25 fvrier 2011

ACTES DU COLLOQUE

Avec le soutien de

Nationale Vereniging voor Hulp aan Verstandelijke Gehandicapten Fdration des Associations Similes francophones asbl & Similes vzw Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racisme bestrijding

HET VERGEETPUTBELEID
internering van personen met een verstandelijke handicap of een psychische aandoening 25 februari 2011

TEKSTEN VAN HET COLLOQUIUM

Met de steun van

TABLE DES MATIRES - INHOUDSTAFEL


1. 2. 3. Introduction Inleiding, Jean-Marie Elsen, Prsident de lANAHM Voorzitter NVHVG Tmoignage Getuigenis, Martine De Moor, parent ouder Geen schuld wel straf Condamn pas coupable Lieven Nollet, photographe - fotograaf Genterneerden in Belge : een kwestie van schuldig verzuim - Linternement en Belgique ou la ngligence coupable, Walter Van Steenbrugge, advocaat - avocat Conditions ordinaires de dtention des interns De Gewone voorwaarden voor hechtenis van genterneerde personen, Delphine Paci, prsidente de la section belge de lOIP Voorzitter van de Belgische afdeling van het OIP (Observatoire International des Prisons) 50 % de personnes handicapes mentales en dfense sociale : comment construire un vrai projet thrapeutique intgr et viter leur ternel internement ? 50 % genterneerde personen met een verstandelijke handicap : hoe kunnen we een echt gentegreerd therapeutisch project opbouwen en vermijden dat ze eeuwig opgesloten blijven ? Docteur/Dokter Benjamin Delaunoit, Directeur mdical du C.R.P. Les Marronniers Tournai medisch directeur van het C.R.P. Les Marronniers in Doornik Eerste stappen van een zorgcircuit binnen en buiten de strafinrichting Premiers pas vers un circuit de soins lintrieur et lextrieur de ltablissement pnitentiaire, Paul Maes, algemeen directeur dienstverleningcentrum t Zwart Goor Directeur gnral de lassociation t Zwart Goor Ik zeg altijd de waarheid maar niemand gelooft mij Je dis toujours la vrit mais personne ne me croit, documentaire gerealiseerd door/documentaire ralis par Dominique Willaert, Victoria Deluxe vzw Forensisch zorgcircuit in Antwerpen Circuit de soins forensique Anvers Chris Vermeiren, maatschappelijk werker - assistant social VAGGA, vereniging Ambulante Geestelijke Gezondheid Antwerpen Projet pilote : accompagnement des familles de patients malades mentaux au sein de lannexe psychiatrique de la prison de Namur Proefproject : begeleiding van personen met een psychische aandoening binnen de gevangenis van Namen, Fabienne Collard, coordinatrice de lasbl Similes Wallonie coordinatrice Similes Wallone vzw et/en Batrice Ory, assistante sociale annexe psychiatrique prison de Namur maatschappelijke werkster psychiatrische afdeling van de gevangenis van Namen

4 9 11 26

4.

5.

29

6.

32

7.

42

8.

50

9.

52

10.

53

PLEIDOOI VAN DE VERENIGINGEN PLAIDOYER DES ASSOCIATIONS 11. Grondrechten en non-discriminatie van personen met een verstandelijke handicap of personen met een psychische aandoening in de gevangenis Droits fondamentaux et non-discrimination des personnes handicapes mentales ou malades mentales en milieu carcral, Jozef Dewitte, directeur Centrum voor Gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding Directeur du Centre pour lgalit des chances et la lutte contre le racisme Situation des personne shandicapes mentales en Belgique : plaidoyer de lANAHM situatie van de genterneerde personen met een verstandelijke handicap in Belge: pleidooi van de NVHVG, Jean-Marie Elsen, Prsident de lANAHM Voorzitter NVHVG Recommandations individuelles par rapport la situation actuelle des interns atteints de troubles psychiques en Belgique Individuele aanbevelingen met bettrekking tot de huidige toestand van genterneerden personen met psychische problemen in Belge, Docteur-Dokter Fernand Rihoux, Fdration des Associations Similes francophones asbl DEBAT

58 58

12.

65

13.

69

PANEL DE DISCUSSION ET DBAT AVEC LA SALLE PANELGESPREK EN MET DE ZAAL

72

INTRODUCTION INLEIDING Jean-Marie ELSEN,


Prsident de lANAHM Voorzitter NVHVG

Mesdames, Messieurs, Au nom du Centre pour lgalit des chances et la lutte contre le racisme, de Similes et de lAssociation nationale daide aux handicaps mentaux, je vous souhaite la bienvenue ce colloque consacr la situation des personnes handicapes mentales et/ou malades mentales internes. Dames en Heren, In naam van het Centrum voor Gelijkheid van kansen en racismebestrijding, van Similes en van de Nationale Vereniging voor Hulp aan Verstandelijke Gehandicapten, heet ik uw welkom op dit colloquium over de situatie van genterneerde personen met een verstandelijke handicap en/of een psychische aandoening. Voor we van start gaan, wil ik er graag op wijzen dat wanneer een spreker zich in het Frans uitdrukt, u naar de simultane vertaling kan luisteren op kanaal Allereerst wil ik iedereen geruststellen dat jullie wel degelijk in het juiste auditorium zitten, want ik wil beginnen met een onderwerp dat op het eerste zicht geen enkel verband heeft met het thema van vandaag Ik wil het immers hebben over de overstromingen die ons land einde 2010, begin 2011 zwaar getroffen hebben. We weten ondertussen allemaal dat de aarde opwarmt en dat dit fenomeen belangrijke klimatologische veranderingen met zich mee brengt. Ook de toenemende verstedelijking en het verdwijnen van moeraszones verhoogt de impact van overvloedig neerslag of van het plots smelten van de sneeuw op de rivieren. Talrijke politici bestuderen hoe dergelijke overstromingen in de komende jaren kunnen worden voorkomen. Ze raadplegen ook heel wat wetenschapslui om zo de beste keuzes en beslissingen te kunnen maken. En we vinden dit correct. Maar als uw huis gedurende de laatste weken al tweemaal onder water heeft gestaan en de binnen gespoelde modder veel van uw persoonlijke voorwerpen en herinneringen heeft vernietigd En wanneer het dagelijkse leven, het naar het werk gaan, het naar school gaan voor de kinderen, zelfs het klaar maken van het eten hierdoor in zeer moeilijke omstandigheden verloopt, dan volstaat een middellange of lange termijn oplossing niet: u verwacht zeer korte termijn acties, u wil hulp om alles terug schoon te maken, om u terug in te richten en om een derde ramp binnen een paar weken te vermijden. Er is absoluut geen bezwaar tegen middellange of lange termijn oplossingen maar dringende tijdelijke maatregelen moeten ook genomen worden. Wel, vandaag is het voor genterneerde personen met een verstandelijke handicap en/of een psychische aandoening alsook voor hun familieleden net alsof ze in een huis staan dat n meter onder water staat: ze rekenen op jullie en dit op zeer korte en op middellange termijn. We willen jullie vragen om deze dringende noodzakelijkheid niet te vergeten gedurende deze dag. Zodanig dat jullie vanaf maandagmorgen zeer concreet jullie solidariteit uiten om terug te komen naar een aanvaardbare toestand en om dan, gezamenlijk, de korte en lange termijn oplossingen te bouwen die nodig zijn. Volgens de Wet tot Bescherming van de maatschappij van 1 juli 1964 maakt de persoon niet verantwoordelijk voor zijn daden het voorwerp uit van een interneringsmaatregel. Dit wil zeggen dat de persoon in een Inrichting tot bescherming van de maatschappij geplaatst moet worden of om therapeutische 5

redenen, in een inrichting die daarvoor geschikt is uit het oogpunt van veiligheid en verzorging . Het doel is uiteraard dat al de personen die niet absoluut in een Inrichting tot bescherming van de maatschappij geplaatst moeten worden geleidelijk aan hun re-integratie in de samenleving werken. De Antidiscriminatiewet van 10 mei 2007, die ook van toepassing is voor rechtbanken en strafinrichtingen, voorziet dat passende maatregelen getroffen worden om een persoon met een handicap, naargelang de behoefte, in staat te stellen toegang te hebben tot, of deel te nemen aan en vooruit te komen in de aangelegenheden waarop deze wet van toepassing is, tenzij deze maatregelen een onevenredige belasting vormen voor de persoon die deze maatregelen moet treffen. Er mogen dus geen veiligheidsmaatregelen genomen worden tegen een persoon met een verstandelijke handicap ten koste van het verlenen van aangepaste zorgen. Het pesten van personen met een verstandelijke handicap of geesteszieke personen wordt uitdrukkelijk erkend als discriminatie en moet bestreden worden. Tot slot, op 2 juli 2009 heeft Belgi het Internationale Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap geratificeerd. Dit verdrag stelt dat het bestaan van een handicap in geen geval vrijheidsberoving mag rechtvaardigen. De staten die partij zijn waarborgen dat indien personen met een handicap op grond van om het even welke procedure van hun vrijheid worden beroofd, zij in overeenstemming met de doelstellingen en beginselen van dit Verdrag worden behandeld, met inbegrip van het verlenen van redelijke aanpassingen. De eerste sprekers van vandaag, zullen ons eraan herinneren dat in tegenstelling tot al deze verplichtingen, de situatie van de genterneerde in Belgi allesbehalve bevredigend is. De titel van onze uitnodiging, het vergeetputbeleid, is duidelijk. Niet veroordeeld, blijven deze mensen genterneerd zolang ze niet klaar lijken te zijn om zich terug bij de samenleving aan te sluiten zonder al te groot risico dat ze opnieuw een strafbaar feit begaan. Maar, door gebrek aan aangepaste zorgen of omkadering kunnen ze de nodige vaardigheden niet verwerven. En zo blijven ze dus eindeloos genterneerd. De overbevolking in de gevangenissen geldt ook voor de psychiatrische afdelingen van strafinrichtingen. En dit met al de gevolgen die u zich hierbij kan voorstellen: het op elkaar gepropt zitten, het samenbrengen van genterneerden met gevangenen, het ondergaan aan uitbuiting, pesterijen, het ondergaan van en zelfs het plegen van geweld, En toch, bestaan er ook andere verzorgingswijzen voor deze personen. Heel vaak, steunen ze op een nauwe samenwerking tussen verschillende sectoren zoals Justitie, Sociale zaken of het beleid van de gehandicapten. Om ons denkwerk te ondersteunen, nemen een paar sprekers de tijd om hun alternatieve ervaringen, hun goede resultaten en hun problemen mee te delen. We zullen de dag afsluiten door onze belangrijke eisen nog eens samen te vatten als inleiding op een debat met de Ministers van Justitie, Volksgezondheid en Welzijn, Sociale zaken en het Beleid van de gehandicapte sector aan wie we ook zullen vragen welke concrete antwoorden ze zullen geven.

En vergeet niet dat, zelfs indien het vandaag minder in de pers aanbod komt dan de overstromingen, de situatie even dringende antwoorden vereist als wanneer er landgenoten onder water en in de modder stonden. Ik zal nu het woord overlaten aan Frdric Deborsu die de taak op zich genomen heeft om deze dag verder te begeleiden. Ik wens jullie allen een zeer vruchtbare dag.

Maintenant que vous voil rassurs dtre dans la bonne salle, laissez-moi vous entretenir quelques instants dun sujet qui vous paratra sans doute sans lien avec le thme de cette journe et pourtant : je veux parler des inondations qui ont touch notre pays fin 2010 et dbut 2011. Nous sommes maintenant tous bien au courant que la terre se rchauffe et que cela entrainera dimportantes modifications climatiques. De mme, lurbanisation croissante ou la disparition de zones marcageuses augmente les effets sur les cours deau de prcipitations abondantes ou dune fonte brutale de la neige. De nombreux responsables rflchissent donc la meilleure faon de prvenir de tels dbordements dans les prochaines annes. Ils sentourent de nombreux spcialistes pour prendre les dcisions les plus adquates. Et cela ne nous choque pas. Mais si par deux fois en quelques semaines, votre maison a t envahie par un mtre deau et de boue, dtruisant des objets et des souvenirs auxquels vous teniez vraiment, rendant votre vie quotidienne, le travail, lcole, la prparation des repas trs compliqus, vous ne vous satisferez pas dune solution moyen ou long terme : vous attendez des actions trs court terme, qui vous aident tout nettoyer, vous rinstaller et vitent un troisime sinistre dans quelques semaines. Daccord pour les solutions moyen terme mais des mesures transitoires immdiates doivent tre prises galement. Et bien, les personnes handicapes mentales ou malades mentales internes aujourdhui ainsi que leurs proches sont dans la mme situation que vous sous un mtre deau boueuse : ils comptent sur vous et court terme et moyen ou long terme. Cest dans cet esprit durgence que nous demandons de participer cette journe. Afin de tmoigner, ds demain matin, de votre solidarit concrte pour revenir une situation normale et ensuite construire les solutions court et moyen terme qui simposent. La loi de dfense sociale du 1 juillet 1964 prvoit que la personne dclare irresponsable de ses actes fait lobjet dune mesure dinternement, cest dire quelle doit tre place dans un Etablissement de Dfense Sociale ou, pour des raisons thrapeutiques dans un tablissement appropri quant aux mesures de scurit et aux soins donner. Lobjectif est bien sr que les personnes qui ne doivent pas absolument tre maintenues dans une institution de dfense sociale puissent voluer progressivement vers leur rintgration dans la socit. La loi anti-discrimination du 10 mai 2007, qui sapplique aussi aux tribunaux ou aux tablissements pnitentiaires, prvoit que des mesures appropries soient prises en fonction des besoins pour permettre une personne handicape ou 7

malade mentale de participer et de progresser dans tous les domaines pour lesquels cette loi est dapplication, sauf si ces mesures imposent une charge disproportionne. Ainsi donc, les mesures scuritaires prises lencontre dune personne handicape mentale ne peuvent ltre au dtriment de lapport des soins requis par leur tat. Le harclement li la situation de handicap ou la sant mentale est galement explicitement considr comme discriminatoire et combattre. Enfin, le 2 juillet 2009, la Belgique a ratifi la Convention internationale des Nations Unies relative aux droits des personnes handicapes. Cette convention stipule quen aucun cas lexistence dun handicap ne justifie une privation de

libert. Les Etats Parties veillent ce que les personnes handicapes, si elles sont prives de libert lissue dune quelconque procdure, soient traites conformment aux buts et principes de la Convention, y compris en bnficiant damnagements raisonnables. Les premiers intervenants de cette journe nous rappelleront que malgr tous ces engagements, la situation des personnes internes en Belgique est loin dtre satisfaisante. Le titre de linvitation, la politique des oubliettes, est explicite. Non condamnes, ces personnes restent prives de libert aussi longtemps quelles ne semblent pas prtes se rintgrer la socit sans risque important de commettre nouveau un dlit. Mais faute dun programme de soins ou dencadrement adapt, elles nacquirent pas les comptences qui leur font dfaut. Et restent donc internes. La surpopulation des tablissements pnitentiaires est galement dactualit dans les annexes psychiatriques des prisons. Avec des consquences que vous pouvez imaginer : promiscuit, mlange avec des dtenus ordinaires, exploitation, violence, Et pourtant, dautres modes de prises en charge de ces personnes existent. Bien souvent, elles sappuient sur une collaboration troite entre plusieurs secteurs, tels que la justice, les affaires sociales ou la politique des personnes handicapes. Quelques intervenants ont accept de nous partager leurs expriences, leurs succs et leurs difficults, pour alimenter ainsi nos rflexions. Nous terminerons la journe en rsumant quelques unes de nos revendications et en dbattant avec les ministres de la Justice, de la Sant publique et du Bientre, des Affaires sociales et de la Politique des personnes handicapes des rponses quils vont apporter. Sans oublier que la situation, mme si elle est moins mdiatise, est aussi urgente que si nous tions sous un mtre deau. Fructueuse journe toutes et tous.

TMOIGNAGE - GETUIGENIS
Martine De Moor, parent - ouder

Martine De Moor lit le tmoignage dune maman. Son fils est devenu malade sans raison apparente, son tat sest aggrav vers lge de 17 ans. Il a t admis en hpital psychiatrique et diagnostiqu schizophrne. Les parents ont alors commenc se renseigner sur cette maladie tandis que le fils avait de plus en plus de mal suivre ses cours, se concentrer Cest le parcours du combattant qui commence. Les mdecins lui ont prescrit des mdicaments sans vraiment le connatre. Finalement, il sera intern sur base volontaire. Il ny a donc pas eu de dcision judiciaire. Une fois intern, les prises de mdicaments se multiplient. La maman subit des pressions pour quelle accepte le traitement par lectrochocs. Ce quelle fait. Et pourtant, son fils senfonce de plus en plus dans le mutisme. Il passe de longues heures sans parler. Lors dun incident, un infirmier est bless. Le fils sera transfr la prison de Gand. Il sera condamn pour tentative dhomicide et donc intern, sur dcision de justice cette fois. Ce qui signifie quil ny a pas de date de sortie fixe. A la prison, son tat se dgrade, il na que trs peu de droits et trs peu dactivits. Il fera mme une thrombose par manque dexercice physique. Sa maman crit partout et ne reoit que peu de rponses. Le milieu associatif lui vient en aide. En 2010, il est plac Bierbeek (aprs 3 ans et demi de prison). Depuis, il est revenu la vie. Son tat samliore constamment. Il sera bientt transfr dans un dpartement ouvert et lespoir existe de le placer un jour dans un appartement adapt. En tout, cela aura dur 14 longues annes qui ont t trs prouvantes pour les parents mais galement pour les frres.

10

GEEN SCHULD WEL STRAF CONDAMN PAS COUPABLE


Lieven Nollet, photographe - fotograaf

11

Begeleidende tekst bij foto-projectie


Foto nr 1 Een stukje voorgeschiedenis: Vanaf 2002 tot 2005 fotografeerde ik, als kunstfotograaf, interieurs in Belgische gevangenissen. Bij het eindeloos aanschouwen van strafcellen, gangen, gewone cellen, wandelingen, kamers voor ongestoord bezoek, bezoek achter glas werd ik geconfronteerd met een enorme desolaatheid. Een gevoel van totale verlatenheid maakte zich soms van mij meester. Dikwijls dacht ik aan mijn eigen wereld, aan de wereld buiten de gevangenis. Op een bijzondere manier werd ik een soort lotgenoot van de gevangene, werd ik zelf een beetje gevangene. Uiteraard ben ik me er bewust van dat ik mezelf nooit in de plaats kan stellen van een gedetineerde. Met een tentoonstelling en een boek probeerde ik de mensen wakker te maken voor de moeilijke toestand in gevangenissen. Deze tentoonstelling en boek noemde Inside , gevangenissen in Belgi en ging door in het Caermersklooster te Gent. We zien hier de foto van de muur boven het bed. Hier wou ik me even terugtrekken in een leegstaande cel. Hl even maar, om te ontsnappen aan de lawaaierigheid van de gevangenis in Sint-Gillis. Of is het een Vlaamse wolkenhemel boven een vlakke zee, met rechts de sombere zijkant van een appartementsgebouw. Maar neen, we herkennen de plooien van een deken... De muur beschikt over het grootste stuk van de foto. Het is een witte muur, maar ze is lichtgrijs in beeld en grijzer aan de onderkant. Ordinair grijs. En de appartementsblok rechts in beeld moet het hoofdeinde zijn. Aan die kant en vooral ter hoogte van de armen zijn er putjes in de muur. Het is alsof iemand met zijn of haar vingers drukte in de nog natte bezetsel. De putjes zijn rond en ondiep en ze insinueren een zachte, nogal vochtige muur. Misschien horen er nummers bij die putjes en ontstaat er, als men ze in de juiste volgorde verbindt, een monumentale figuur, een beest misschien, of iemand om te beminnen of beter nog om te haten. (J.De Vos)

Foto nr 2 Deze foto stelt een isolatie-strafcel voor in de ziekenboeg van de gevangenis te St-Gillis (anno 2002). De muren en vloer zijn bedekt met een soort rood linoleum, tegen het zich verwonden.De rolstoel, maar voornamelijk het verpauperde bed met het rolletje wc- papier verwijzen naar het rauwe existentieel overleven. Foto nr 3 In de reeks Inside wou ik weinig prikkeldraad tonen, om niet in clichs te vervallen. Maar hier had ik zo een concentratie van prikkeldraad, dat ik wel een foto moest nemen. Het beeld stelt een constructie van oude leeuwenkooien voor, in de gevangenis van Gent. Leeuwenkooien of officieel Individuele wandelingen genaamd. 12

Foto nr 4 Dit is bijna een sacraal beeld, uiterst sober en abstract, met een soort offerblok in t midden. In werkelijkheid is het een strafcel in de Afdeling Hoge Veiligheid van het penitentiair complex te Brugge. (2004) Het betonnen bed in t midden. Foto nr 5 Bij het eindeloos aanschouwen van strafcellen, gangen, gewone cellen (lege en bewoonde), de wandelingen, de kamers voor ongestoord bezoek, bezoek achter glas, de werkateliers, werd ik geconfronteerd met een enorme desolaatheid. Een gevoel van totale verlatenheid maakte zich soms van mij meester. Dikwijls dacht ik aan mijn eigen wereld, aan de wereld buiten de gevangenis. Op een bijzondere manier werd ik een soort lotgenoot van de gevangene, werd ik zelf een beetje gevangene. Uiteraard ben ik me er bewust van dat ik mezelf nooit in de plaats kan stellen van een gedetineerde. Niettemin werd ik daar en dan, in die specifieke, architecturale omgeving, op een visuele en plastische manier geconfronteerd met het existentile leven en overleven in de gevangenis. De binnenkoer of de wandeling voor genterneerden (wat ik toen nog niet besefte)In de gevangenis van Gent. Foto nr 6 In sommige gevangenissen kon ik gesprekken voeren met gedetineerden. Maar in 2003, in de gevangenis van Turnhout, hield ik voor de eerste keer een bijzonder gevoel over bij spontane contacten met enkele gevangenen. De gevangenis was er klein met slechts 2 vleugels A en B. Ik kon er, per grote uitzondering, vrijer rondlopen. Indien ik iets nodig had, moest ik het maar vragen, was de afspraak. Zonder het goed te beseffen liep ik in vleugel A, de gang van de genterneerden. *Foto nr 7 Een man nodigde me uit in zijn cel: hij noemde zijn naam en vroeg of ik hem kende, vanuit het nieuws. Daarop toont hij een stuk vergeelde krant, het stukje waarin zijn proces beschreven staat. De titel werkt beklijvend: De wurger van linkeroever.Toen wist ik het weer. Zijn proces was veertig jaar geleden groot nieuws: een man die in Antwerpen een aantal vrouwen had gewurgd. Nu zie je eens de mens achter het monster, zei hij. De man slijt de rest van zijn leven in die gevangenis, op de afdeling voor genterneerden. Michel maakt nu maquettes, op juiste schaal, van cellen en celinterieurs. Dit exemplaar toont een cel dat model stond op de penitentiaire beurs in Parijs, eind 19de eeuw. Michel is fier op zijn bouwwerk. Het deurtje staat open. Binnenin zie je fragmenten uit de oude cel. Heel precies. Rondom dit celgebouwtje zie je de man zijn eigen cel: een cel in het kwadraat. Daar ik mensen in de gevangenis slechts onherkenbaar kon fotograferen hangt hij, op eigen initiatief, een witte handdoek over zijn hoofd.

13

Het portret is bijna onvoorspelbaar ontstaan tot een symbolisch gebaar voor het lot van veel genterneerden: het gezicht bedekt en onherkenbaar, vergeten in een cel. Hij maakt maquettes van cellen. Hij komt nooit meer vrij en droomt zelfs niet meer van buiten Foto nr 8 In de gang vraag ik aan een jonge man om hem te portretteren. Ik fotografeer met lange tijden; tijdens de opname draait hij langzaam het hoofd weg. Hij zegt te lijden aan schizofrenie. Er ontstaat een dubbel beeld. Foto nr 9 Nog later kwam ik bij genterneerden in Merksplas en Pafve terecht. Deze ervaringen, deze enkele portretten fungeerden in mijn optiek bijna als een emotionele schreeuw in de gesoleerde gevangenis-architectuur waarin ik vertoefde. Deze oude man is een genterneerde in de Inrichting tot Bescherming van de Maatschappij te Paifve. Zijn burgerkostuum mag hij daar aanhouden. Wezenloos staart hij in de lens. Foto nr 10 Ook in de gevangenis van Turnhout veblijft Tonny. Teder toont hij hoe tam zijn vogeltjes wel zijn. Ook hij is genterneerd. Hij was in een caf-ruzie verwikkeld en heeft eigenlijk de verkeerde dood geslagen, beweert hij. Een speciale gevoeligheid, een uitzonderlijke kwetsbaarheid beheerste de bewoners van gang A. Maar ook in mijzelf herkende ik deze sluimerende eigenschappen. Zo kreeg het idee voor het huidig project: Geen schuld, wel straf vorm. *Foto nr 11 Na het zien van Inside ging ik in dialoog met het Museum Dr.Guislain. De situatie van genterneerden werd door het museum en mijzelf als prioritair aangeduid. Genterneerden zijn mensen die een strafbaar feit hebben begaan, maar niet verantwoordelijk geacht worden voor hun daden. Volgens de wet moeten zij niet gestraft maar behandeld worden, maar klopt dit in de praktijk wel? Geen schuld, wel straf was geboren. Ik bezocht nu niet alleen gevangenissen maar ook psychiatrische inrichtingen met afdelingen voor genterneerden, daarenboven bezocht ik ook genterneerden in Beschut Wonen en bij hen thuis. De eerste 44 portretten in de gevangenis van Turnhout Het was begin september 2007. Vanuit mijn contacten met de enkele genterneerden in Turnhout groeiden de eerste kiemen van het huidige project. 14

Van cel tot cel maakte ik, in de Turnhoutse gevangenis, een portret-tocht om genterneerden in beeld te brengen. Aan een klein groepje ervan gaf ik er later fotoworkshops. Al heel vlug ontmoet ik er diezelfde Tonny. Terug poseert hij, ditmaal met een vogeltje op zijn hoofd, en in zijn hand. Tonny wilde graag die fotocursus bij me volgen. Maar hij mocht niet. Geen high risk naast low risk werd me verteld. High risk? Dat zijn gevangenisratten die alles overtroeven. Verlorenen waar niets meer aan te doen valt. Ik schrok daarvan. Foto nr 12 Bovendien, je moet toch iets om handen hebben? Tonny was colrig, kwaad dat hij niet mocht meedoen. Hij doet veel met zijn drie vogels, die zijn zijn alles. *Foto nr 13 Gestalte geven aan het lot, maar ook aan het lijf en de psyche van genterneerden was mijn doel geworden. De voorwaarde was dat de portretten onherkenbaar waren. De interactie tussen de geportretteerde en mijzelf had een eigen gevoelig artistieke dimensie. Ik citeer, niet letterlijk, enkele uitspraken: Dennis: ...eigenlijk fotografeer je mij het best terwijl ik op mijn stoel zit, met mijn gezicht naar de muur gedraaid, al rokend en dromend niets te doen, ik wacht, zomaar ganse dagen vol... Iemand: ik kom nooit meer uit mijn cel, heb met niemand meer contact, enkel mijn vogeltje... Anderen blijven in bed liggen en staren in het objectief... De genterneerden poseerden bewust: ze maakten zichzelf tot poserend persoon, ze metamorfoseren zichzelf van tevoren tot beeld. Toch mag die extra boodschap op geen enkele manier verandering brengen in het kostbaar eigene van het individu: datgene wat hij is, buiten iedere afbeelding om. Hier zien we een contactprint van een reeks portretten die ik van Piero gemaakt heb: ...fotografeer mij al biddend...ik heb mij tot de Islam bekeerd... zegt hij me. Op een ogenblik vouwt hij de handen voor zijn gezicht. Kan je dat nog eens herhalen? vraag ik hem. Hij doet dit perfect: hij moet namelijk n second onbeweeglijk blijven; terwijl ik hem fotografeer, op lange sluitertijd, op statief en met bestaand daglicht. *Foto nr 14 Ik gebruik geen flits en meestal laat ik het neonlicht uitdoen. Het tegenlicht dat door het getralied raampje naar binnen valt onderstreept zo de naakte existentie en tekent het gezicht met schaduw. Dat had tot gevolg dat ik redelijk lange belichtingstijden moest gebruiken. De genterneerden moesten dus echt een langere tijd poseren en dat werkte positief. Er ontstonden beelden van mensen die iets van hun binnenste naar buiten laten komen. 15

Foto nr 15 Piero lijkt gespannen. Toch acht hij de fotosessie belangrijk: hij speelt er de hoofdrol in; hij kan er zijn identiteit mee herdefiniren. Het is juist op dat moment dat dit fotowerk fundamenteel identiteit vormt, aangezien de portretten van gezichten die bijna als smokkelwaar de gevangenistralies passeren, zich tenslotte in de blik van de ander gaan weerspiegelen (Jrme Englebert). Foto nr 16 Deze man toont zijn littekens, vertelt over zijn verleden. Ik zit op zijn bed, vlak voor hem. Later toon ik de geportretteerde genterneerden alle opnamen. Uit de contactafdrukken mogen ze 2 keuzes maken. Tijdens de confrontatie met hun eigen beelden ontstaan er vaak goede gesprekken, eerlijk, onder 4 ogen. To the point. Met hun toelating heb ik die gesprekken opgenomen. 44 x een gesproken portret. Daaruit zijn dan citaten ontstaan. Een aantal daarvan zijn opgenomen in het boek. Foto nr 17 Zijn keuze. De negatieven zijn later ingescand en digitaal geprint. Foto nr 18 Omr is bejaard. Hij had geen zin om op te staan. Fotografeer mij zo maar, al liggend in mijn bed Op de achterwand van het bed merk je een zwarte ronde afdruk van zijn hoofd; wanneer hij rechtop zit. Later, bij het kiezen uit zijn proefprints, zegt hij weinig. Alles is lang geleden en niet meer de moeite verklaart hij. *Foto nr 20 Deze jonge man, bijgenaamd de reus, toont zijn dagelijks ritueel. Hij stamt af van zigeuners. Zijn familie is belangrijk. Vooral zijn vader is hij echt genegen. Telkens, op de middag, plaats hij zijn bord met middageten op het pied de stalletje . Daarbij hoort ook het ingekaderd fotootje, waarop hijzelf met zijn vader staat afgebeeld. Daardoor eet ik nooit alleen, ben ik in gezelschap van mijn vader zegt hij. Zijn geliefkoosd vogeltje mag uit zijn kooi om op de schouder van de reus plaats te nemen en een brokje mee te eten. Om een voorgekauwd hapje uit zijn mond te pikken. De reus houd enorm van deze fotos. Hij vraagt er meer dan de beloofde 2. Hij wil ze graag betalen. En dit om ze aan de familie door te geven, om te tonen hoe goed hij het hier heeft. Ik maak een uitzondering: hij krijgt er 7. 16

Een incident! De psychologe vertelt mij dat de de reus enorme verleidingskracht bezit. Maar wel echt zwakbegaafd is! Foto nr 21 Een jonge man refereert naar zijn moeder. Dit plakkaat moet erbij. Foto nr 22 Maurice is autodidact, schildert heel minutieus. Al tientallen jaren zit hij in Turnhout en hij komt er nooit meer uit. Na een jeugd op straat liep hij weg, kwam in Frankrijk terecht. Eenmaal terug werd hij schoorsteenveger. Maar in dat vak werd zoveel gedronken dat hij serieus aan drank en drugs raakte. Een kluwen van misre. Hij vertelde dat hij een pedofiel in actie heeft vermoord. Dat vindt hij goed. Hij voelt zich een slachtoffer van het systeem, omdat hij zich heeft laten overhalen tot internering. Men zei hem dat hij dan nog vrij kon komen. Maar ze houden me bewust binnen , zei hij. In het huis van de vermoorde pedofiel zijn compromitterende fotos gevonden, waarop de zoon van de onderzoeksrechter te zien was. Die heeft vervolgens aangedrongen op internering. Later besefte ik dat ik zo nooit kon getuigen, omdat er geen proces kwam over deze zaak. Of zijn verhaal waar is weet ik niet. Tegenover mij toonde hij zich een warm mens. Maar ik zag ook dat hij zich moeilijk aan anderen kon aanpassen. Hij was een van de velen die verder geen enkel contact meer had met buiten. Foto nr 23 Franois speelt gitaar. Vroeger speelde hij in een groep. Hij geeft mij een CD_R mee. *Foto nr 24 Eric, Mike, Werner, Dennis, enkele genterneerden doorkruisten de gevangenis. Voorzien van een olympus MU maakten ze fotos van het gebouw, maar ook van zichzelf, van een geliefkoosd object, van een makker. Ook in zwart-wit, op zoek naar de binnenkant van de buitenkant der dingen. Er hoort een bijzondere samenwerking te zijn tussen het zichtbare, dat door vorm en materie bepaald wordt, en het onzichtbare dat gestaltloos is en als een geestelijke werkelijkheid wordt ervaren. Een genterneerde sprak: ik voelde me vrij, niet opgesloten. Alsof ik in een andere wereld was, niet in de gevangenis. Hier zien we een foto van een foto. Het is Dennis die het fotootje van zijn grootmoeder vasthoud. Hij toont het portretje aan zichzelf, aan de toeschouwer. Zijn grootmoeder was zijn laatste houvast, het enige contact dat hij nog had. Tijdens haar wekelijks bezoek gaf ze hem een bescheiden sommetje geld: voor zijn sigaretten, zijn huurgeld TV, zijn extraatjes voor bij het eten... Nu was de grootmoeder gestorven. Het flitslicht van zijn camera reflecteert op het fotootje, haar uitdrukking is daardoor uitgewist. Onherkenbaar is ze geworden.

17

Foto nr 25 Zelfportret van Mike. Zo slaapt hij veel. In deze houding, weggemoffeld onder een grauw deken. Ook over dag. Foto nr 26 In n van de fotoworkshops hebben we een mini-studio gemaakt, met een papieren achtergrond en heuse studioflitsen. Dennis poseert voor een makker. Foto nr 27 Een genterneerde fotografeert door zijn raam, vanuit zijn cel. De autofocus stelt scherp op het glas zodat het zicht met de watertoren van turnhout onscherp is. Foto nr 28 Eric draait zijn gezicht tijdens de opname. Zo ontstaat een dubbel beeld met een vertekend perspectief. Een van mijn pogingen om de expressie te behouden, terwijl de persoon moeilijker te herkennen is. Foto nr 29 Deze jongeman zit eveneens in de gevangenis van Turnhout (anno 2007). Eerder verbleef hij in de gevangenis van Merksplas, waar ze met meer op n cel verblijven. Hij is daar herhaaldelijk verkracht door mede-genterneerden. Daarom werd hij overgeplaatst naar Turnhout, waar hij tenminste een cel voor zichzelf heeft. Die heeft hij ingericht als bureau. Daar schrijft hij brieven, ook voor andere gevangenen die moeilijk kunnen schrijven. Hij is een mooie jongen, een beetje vrouwelijk en zacht. Door met de camera dicht op het gezicht te gaan zie je de jonge huid, die ook wat mat is, ziekig. Zijn mond is sensueel. En dan zijn ogen die zo verschillend zijn. Daar zie ik de afmatting in, het lijden, het gekwetste. ...in de donkerte van de cel is een lange belichtingstijd nodig. In lichtarme omstandigheden worden de pupillen groter. Er is dan meer duisternis in de ogen, minder regenboogvlies, meer opening. Het maakt een foto indringend... (J.De Vos) Foto nr 30 Jonge man met hand voor gezicht onderstreept de onherkenbaarheid. Op zijn hand zijn symbolische tekens, tatoes aangebracht. Foto nr 31 Zicht op vleugel B anno 2008. Foto nr 32 Zicht op de gerenoveerde vleugel C (vroeger verblijf voor vrouwelijke gedetineerden) De vleugel is huishoudelijk ingericht met zithoek, eethoek en bordschema. 18

Hier worden uitverkoren genterneerden opgeleid, klaargemaakt als kandidaat voor opname in een forensische afdeling van een psychiatrische instelling. Ze eten samen, hebben doelgerichte activiteiten. Foto nr 33 Voornamelijk genterneerden die lijden aan psychosen worden hier geplaatst. Het initiatief is succesvol. Met deze portretten, fotos uit workshops en gesprekken is een eerste tentoonstelling opgebouwd in de Warande en in de Gevangenis van Turnhout zelf. Om de portretten en het project te diversifiren en vollediger te maken heb ik, naast de Gevangenis van Turnhout, met de uitdrukkelijke toelating van de Minister van Justitie, Stefaan De Clerck, ook de Gevangenis van Antwerpen en Gent, het Penitentiair Complex van Brugge en de Inrichting tot Bescherming van de Maatschappij te Paifve aangesproken. Daarnaast heb ik ook portretten gemaakt in forensische afdelingen van diverse psychiatrische instellingen zoals het U.P.C.St.-Kamillus te Bierbeek en het Psychiatrisch centrum Sint-Jan-Baptist te Zelzate. Foto nr 34 Genterneerde die in de forensische afdeling verblijft van het U.P.C.St-Kamillus te Bierbeek. Niettegenstaande het gesloten karakter van dit gebouw leven de genterneerden hier veel vrijer en beweeglijker. Ze hebben een gevuld dagschema vol activiteiten. De genterneerden zijn hier niet langer gevangenen maar worden beschouwd als volwaardige patinten. Foto nr 35 Deze jonge man kiest voor de foto met kap op hoofd. Zo beschermt hij zich tegen indringers: de stemmen. Een lichte beweging tijdens de opname veroorzaakt onscherpte en verhoogt daardoor de blik-intensiteit of vertroubelde blik Foto nr 36 U.P.C. St-Kamillus: paardentherape: n van de schitterende therapien Belangrijk hierbij zijn de houding, beheersing, affectie met het paard. Foto nr 37 Vera verbleef tijdens deze fotosessie. in de forensische afdeling van het Psychiatrisch centrum Sint-Jan-Baptist te Zelzate. Ze beschermde haar kind enorm, overbezorgd. Ooit kwam ze terug van de apotheek, zonder kind. Weg. Ze wist niet wat er was gebeurd. Na een zoektocht werd het gevonden, dood in een gracht. Het stond onomstotelijk vast dat zij het kind had omgebracht, alleen wist ze daar niets meer van. Die feiten zijn zo zwaar, daar lijdt ze enorm onder. Vooraf was er ook geen enkel signaal dat haar iets mankeerde. In Zelzate krijgt ze hondentherapie. 19

Foto nr 38 Ze moet een verwaarloosde hond (Dalmatir) weer op weg helpen, hem tederheid geven, maar ook discipline toebrengen. Zelf is ze heel enthousiast over deze therapie. Ze wil graag getuigen over haar ervaringen, voor anderen die iets soortgelijks meemaken. Je ziet dat terug op de foto: ze geeft zich bloot, ze steekt zich niet weg. Maar ze heeft ook iets van een gekwetst dier. Foto nr 39 Genterneerde man geeft een uitvoerig discours aan mede-genterneerden. die in de struiken verscholen zitten. In de gevangenis van Gent kan ik mee op de wandeling. Niettegenstaande een federaal en gecentraliseerd- uniformDirectoraat generaal Straffen en Maatregelen, die de gevangenissen bestuurt, is er een grote verscheidenheid in houding t.o.v. genterneerden. Iedere gevangenis heeft een eigen perceptie over praktische omgang met genterneerden. In Gent ontbijten de genterneerden samen. Iedere morgen. In de crea-zaal. En er is Obra dat zorgt voor zwakbegaafden onder de genterneerden. Foto nr 40 Zorgteams doen schitterend werk in gevangenissen. Enkel: zelf beweren ze dat ze slechts een druppel op een hete plaat zijn. Ze zijn met weinig, voor veel genterneerden! Tijdens buikoefeningen: symbolisch beeld met beweging. Foto nr 41 Jonge genterneerde is bijzonder trots op zijn tekenboek. In de gevangenis van Antwerpen zitten sommigen met 4 of 5 op cel: 2 dubbele stapelbedden met matras int midden. Deze jongen zit alleen en vertelt me over zijn verleden en drugs. Zijn boek met wondere tekeningen getuigen van een bijzondere creativiteit, alsook van zijn ziekteproces. Het boek als zijn houvast. Ook maakt hij grote tekeningen op de muur van zijn cel. Foto nr 42 Jonge genterneerde in de gevangenis van Gent. Ze slapen en leven er met 2. Foto nr 43 Gevangenis Antwerpen. Een Japanner, die ik amper heb kunnen spreken. Hij poseerde enorm, dat is mij bijgebleven. Die trots op zijn lichaam....waarmee hij uitdrukte: het lichaam is het enige dat ik heb, dat is mijn huis. Hij liet zich van alle kanten zien, werkelijk een fotosessie. Nu moet je dit fotograferen. Nu moet je dat. Ik heb er het meest sobere beeld uitgekozen; alsof hij nog enkel lichaam is. 20

Foto nr 44 Gevangenis Gent. Zicht op cel met 1 genterneerde. Foto nr 45 Afdeling vrouwelijke genterneerden, Penitentiair Complex Brugge. Deze jonge vrouwelijke genterneerde wacht in haar cel. Wachten op Godot! Els is heel open. Ik heb er een goed en lang gesprek mee. Els twijfelt aan haar gesprek dat ze gehad heeft met personeel van de psychiatrie: St-Jan-Baptist. Een soort rekruteringsgesprek was het. Deze mensen hadden zich bijzonder nors gedragen tegenover haar. Ja, onvriendelijk zelfs. Had ze dan de verkeerde antwoorden gegeven op hun nogal vreemde vragen? Ik raad haar aan zich daar niet te veel van aan te trekken. Misschien gedragen die keurders zich wel altijd zo, zeg ik. De vraag is nu eenmaal groter als het aanbod, vertelt ze me. Ik zou zo graag naar de psychiatrie van Zelzate verhuizen vertrouwt ze me toe. Verder: Ik ben het hier kotsbeu: wachten, wachten en wachten....maar op wat? Eenmaal, om de twee maand, mag ik hier op penitentiair verlof. En dit telkens voor 1 dag. s Morgens vertrek ik dan met bus en trein, vanuit deze gevangenis. Mijn moeder wacht mij op. Samen gaan we dan naar mijn vroeger appartementje, dat mijn moeder kunnen houden heeft. Ik heb schrik van de buurman, die daar stellig op uitkijk zal staan! Trek u dat niet aan, antwoord ik dan. Op dat moment is het helemaal niet belangrijk. Eenmaal dat Els dan, samen met haar moeder, thuis is gearriveerd, komt haar kindje vanuit de instelling. De namiddag gaat rap vooruit. Wat gaat er om, in deze gevoelige zielen? In de vooravond vertrekt Els alweer, richting Penitentiair complex Brugge. Verder in het gesprek uit Els haar bezorgdheid om haar lijn dat veel te dik uitloopt. Ze heeft hier zo goed als geen bewegingsruimte. Op de dagelijkse wandeling durft Els reeds lange tijd niet meer komen. Ze heeft een helse schrik uitgelachen te worden door de gewone gedetineerden. De wandelingen zijn er niet gescheiden. (wat in andere gevangenissen wel het geval is). Foto nr 46 Haar uitdrukkelijke vraag om haar iets slanker af te beelden probeer ik te beantwoorden. We moeten er wel wat om lachen, gelukkig maar. Foto nr 47 Penitentiair Complex Brugge. Marleentje poseert, ietwat verleidelijk. Foto nr 48 Penitentiair Complex Brugge 21

Foto nr 49 Weggestoken achter het bed zit een meisje. Ze was heel lief, deed me aan mijn dochter denken. Een borderliner, vertelde ze me. Als kind gegeten uit de vuilbak, aan de drugs geraakt, en overvallen gepleegd op autos (carjacking). Niet echt een reden voor levenslange opsluiting. Nu zit ze vast in de gevangenis in Brugge, geen behandeling, geen uitzicht op vrijheid. Toen ik terugkwam om haar fotos te laten zien mocht ik niet meer bij haar komen. Ze lag vastgebonden in de strafcel in de kelder: een kamer in een kamer, beide deuren gesloten. Dat is pas echt gesoleerd. Die ruimte wordt dag in dag gebruikt. Foto nr50 Het is bevreemdend dat deze vrouw in de gevangenis van Brugge zat. Je ziet aan alles dat ze in de psychiatrie thuishoort. Als uw camera klikt weet ik wanneer ik gevoel toon en wanneer niet , zei ze. Dat klopte precies. Ze zei: ik denk eigenlijk altijd aan de dood. Maak maar een foto van de muur, daar is mijn bloed op gespat toen ik een mes in mijn keel stak. Dankzij andere gevangenen, aan de overkant, die zagen wat er gebeurde, overleefde ze. Foto nr51 Deze vrouw verkoos om te poseren op bed. Ze ging op haar rug liggen, de ogen open, kijkend naar boven en ze liet mij mijn werk doen. Het was haar manier om zich te tonen. Ik was wat verbouwereerd maar respecteerde haar keuze. En zij, zij wacht af tot ik klaar was, zonder oogcontact, gelaten. Ik fotografeer haar lichaam in profiel. Dat is niet zo eenvoudig, want de cel is niet breed en het is moeilijk om haar van hoofd tot voeten in beeld te krijgen..... Het lukt net. Niet haar gezicht, maar het ronde buikje krijgt zo een belangrijke rol in beeld. Het buikje wordt geaccentueerd door de aansluitende broek. Het is ontroerend om te zien. Intiem eigenlijk. De latten van het bovenste bed maken schaduwstrepen op de muur. Het is een heldere, propere muur, met een dubbele schakelaar. De matras is ingedrukt onder het gewicht van de vrouw. Hij volgt de lijnen van haar lichaam. Er is ook nog een ring en gekleurde sokken en een kromme neus. De geometrische structuren van het bed en de nauwe vierkante rand van de foto accentueren de ronde vormen. Ze houdt een speelgoedbeertje in haar rechterhand, mijn kant. Het beertje is klein, het zit voor meer dan de helft verstopt in haar hand. Het ding is zacht van aard en kinderlijk. Het staat rechtop en kijkt in de richting van de deur. (uit J.De Vos) Foto nr 52 Laurent, Laurent was mijn eerste model, een bijzonder man en ook genterneerde in de Inrichting ter Bescherming van de Maatschappij te Paifve. (nabij Luik). Deze inrichting is momenteel uniek in Belgi, daar de bevolking enkel uit genterneerden bestaat. In theorie is dit niet echt een gevangenis, maar toch heeft het er alle uiterlijke kenmerken van. Ze huisvest uitsluitend Franstalige genterneerden. Bijzonder enthousiast heeft de directie, het zorgteam, de penitentiaire beambten en in het bijzonder de genterneerden zelf meegewerkt, positief deelgenomen aan dit project. Poseren schept afstand. 22

De geportretteerde is dan ver van de fotograaf. Hij heeft het moeilijk om zichzelf een houding te geven. Normaal bestaat niet. Foto nr 53 Laurent koos voor een neutrale, werkloze houding, waarbij hij rechtop staat, met de handen naast zijn lichaam, kijkend naar de fotograaf, ernstig, een beetje van opzij. Alleen, zijn lichaam is weerbarstig. De foto is het resultaat van een confrontatie. ... Het verhaal van dat de foto, publiek domein zal worden in een boek en een tentoonstelling is imponerend. Het is voor hem niet eenvoudig zich daarin een plaats te geven. Want er is niets anders dan de foto, niet het complexe levensverhaal, niet het vonnis, niet het verslag over de ontoerekenbaarheid. Er is alleen het aanschijn van de man in zijn volle lengte, onnatuurlijk hoog in deze kleine ruimte. De achtergrond is het venster. Het is rechthoekig licht. Het licht overstraalt de contouren van zijn gezicht. Het wordt er donzig bij. Midden in dat gezicht is er het rechteroog dat neerkijkt op de fotograaf. Het is een scheve, spannend blik. Een vraagteken. Daaronder is er het hemd met de zeven blinkende knopen. De armen en handen staan als gespannen veren los van zijn lichaam. Het bed is laag, de lakens, in het midden ervan, zijn gerimpeld. Er zijn ook de snelbouwstenen en de vloer met kleine tegeltjes. De foto vertolkt pijn. Ik koos hier voor een uiterst laag standpunt. Het maakt de man hoger in beeld, tot boven het venster. Het flagrante tegenlicht maakt een aureool. De man wordt zo minder grijpbaar, minder afgelijnd, mysterieuzer, onbegrijpelijk. (J. De Vos) Foto 54 Het klikt. Laurent begint me te vertrouwen en geniet van verder te poseren. Op het einde merkt hij op: Dit is heerlijk, ik zou dat wel de ganse dag willen doen. Ondertussen heeft hij mij een bekertje grenadine aangeboden, ter verbroedering! Foto nr 55 Deze man volgde mij op mijn tocht door de inrichting. In een karretje want hij miste een been. Uw Frans trekt op niks, zei hij, Bent u een Hollander? Hij lachte me vol uit, viel op door zijn humor, een van de weinigen. De meesten zijn tragisch, zwaar. Hij niet. Foto nr 56 Zijn blik toont trots, geen enkele onderdanigheid. Toch zie je ook bij hem de tragiek. Achteraan zijn hoofd is er het raam naar buiten, het is reeds donker. Hij is mijn laatste model voor deze dag. Foto nr 57 Ik kwam tijd te kort om alle genteresseerde genterneerden te Paifve te vereren met een cel bezoek. Daarom heb ik een aantal van hen samen gefotografeerd, buiten, tegen de muur. Deze mannen poseren spontaan. Ondanks de aandacht blijven ze zichzelf, alsof ze ganse dagen niets anders deden. Men vertelde me dat ze eigenlijk een koppeltje vormden, voor de warmte, zomaar, bij gebrek aan beters. ( een vrouw?) Schering en inslag is dat daar, in Paifve. 23

Foto nr 58 Centrale gang in Paifve. Enkele genterneerden schuiven aan, voor het winkeltje. Ze kunnen er wat bijkomende etenswaren en tabak kopen. Foto nr 59 Deze genterneerde te Paifve wil niet herkend worden. Ondertussen kreeg ik de toelating van het Ministerie van Justitie om in de verschillende gevangenissen en Instellingen voor Sociaal Verweer, samen met de goedkeuring van de individuele genterneerden, de mensen ook herkenbaar af te beelden. De acute uitnodiging tot dialoog werd er alleen maar meer duidelijk door. Maar deze man, hier afgebeeld, had een ziekte aan zijn ogen en wou daardoor niet herkenbaar zijn. Foto nr 60 Hij rookte zich een wolk voor het gezicht, alsof de wolk van buiten kwam. Ook wist hij veel af van analoge fotografie. Hij heeft dan ook van mij een portret gemaakt. Voor het raam, met mijn camera. Foto nr 61 Genterneerde op zijn kamer in Beschut wonen MIN te Antwerpen. Hij keek TV, Het regent in de straat. Ik had er weinig gesprek mee, mentaal was hij reeds buiten op proef. Foto nr 62 Jonge genterneerde op zijn studio in Hotel Min te Antwerpen Nog een stap verder op weg naar de vrijheid. Foto nr 63 Genterneerde op zijn gelijkvloers appartement te Antwerpen, Zelfstandig wonen. Eindelijk vrij! Links, bovenaan de muur, hangt een kadertje met foto. Het fotootje stelt een portret voor van zijn vroegere celmakker. Zijn laatste contact. Vanaf zijn jeugd, tot volwassen man, tot vijftiger en zelfs tot 50 plusser, 60 plusser, heeft hij in de cel gezeten. Nu, reeds de leeftijd van 70 jaar voorbij, is hij vrij gekomen en woont hij zelfstandig. Het vogeltje blijft hem trouw. Foto nr 64 Gevangenis Turnhout (anno 2007). Ik legde uit dat hij eigenlijk zijn eigen portret kon maken, dat hij als hoofdspeler het beeld zou bepalen, terwijl ik voor de compositie zou zorgen. Dan ga ik liggen zoals ik altijd lig, hele dagen. En hij legde zich perfect neer, die hand.... dat kussen zo dubbelgevouwen. Hij was niet krampachtig. Als het in vertrouwen gebeurt, kan het poseren iets tonen, iets naar buiten brengen. 24

Daar was ik telkens op uit. Deze man heeft zich bijna op voorhand gemetamorfoseerd tot een stenen beeld. Zoals de liggende engel die je wel eens op graven ziet. Het licht van buiten geeft op de muur een eigenaardig spel, een reflectie van de buitenwereld. Dit is een heel symbolisch beeld voor mij. Algemeen Echt poseren. Veel van de portretten zijn gemaakt in de cellen waar de geesteszieke genterneerden langdurig verblijven: soms komen ze er alleen uit om te douchen. Dat zijn de mensen die geen werk verrichten in de gevangenis, zoals schoonmaken. Veel genterneerden leven in totale verlatenheid: ze krijgen nooit meer bezoek, ze komen nog amper hun cel uit. Zonder therapie Er is dus een groot verschil tussen internering in de gevangenis of in een forensische kliniek. Het aantal plaatsen in de forensische psychiatrie is beperkt, reden dat ruim duizend genterneerden zeer langdurig in een gevangenis verblijven. Soms op een aparte afdeling, maar vaak ook gewoon tussen de gedetineerden. Zonder kundige zorg, zonder therapie. Alleen de psychiatrie biedt een uitweg op vrijlating. Daarvan is in de gevangenis geen sprake. Veel mannen weten dat ze er nooit meer uit komen. Die speciale gevoeligheid van mensen die daar in de vertraging zitten, met zon zwaar verleden, heb ik geprobeerd vast te leggen. En tenslotte dit: Maar wat we erin zien (in deze portretten) heeft ook met onszelf te maken. Mensen zijn superspecialisten in het bekijke van gezichten. Ze doen het op basis van de honderdduizenden gezichten en gezichtsuitdrukkingen die ze al in hunhoofd hebben opgeslagen en beoordeeld. Dat is bij iedereen anders. Laten we dit niet vergeten: de foto is ook een spiegel. (J. De Vos, uit geen schuld, wel straf).

Lieven Nollet www.lievennollet.be

25

GENTERNEERDEN IN BELGE : EEN KWESTIE VAN SCHULDIG VERZUIM LINTERNEMENT EN BELGIQUE OU LA NGLIGENCE COUPABLE
Walter Van Steenbrugge, advocaat, gespecialiseerd in interneringsmaterie avocat, spcialis en matire dinternement

26

2011 marque le 50me anniversaire dune loi importante du 06/01/19611. Celle qui oblige lassistance personne en danger. Cette loi contraint les tmoins dun fait grave porter secours une personne qui serait en danger. Si les tmoins ne ragissent pas en ce sens, ils se rendent coupable dune infraction. Dans les cas des personnes internes, les droits de la dfense nont souvent pas t respects. Que ce soit par labsence pure et simple dun avocat ou alors, parfois, sil y avait un avocat, il tait pro deo et peu efficace. Larticle 5 de la Convention des Droits de lHomme nest donc pas respect2. Dans les institutions pnitentiaires, le service psychiatrique est souvent peu efficient. Les personnes internes ne progressent donc pas et nont que trs peu despoir de sortir un jour. La Cour europenne des Droits de lHomme a dclar que la situation des interns en Belgique tait contraire la Convention des Droits de lHomme. Les interns ont droit un traitement digne. Pour obtenir une libration conditionnelle, il faut passer devant une Commission de dfense sociale. Lintern dpend donc du bon vouloir et des opinons (favorables ou dfavorables) des membres de cette commission. Parmi les interns, il y a beaucoup de suicides et dautomutilations. La notion de danger est donc bien prsente. La deuxime condition pour quil y ait non-assistance personne en danger est quil doit y avoir ngligence. Elle est clairement tablie vu que la situation est connue des autorits comptentes (le ministre de la Justice entre autres), le texte de la Convention existe, la jurisprudence galement, les rapports des observatoires des prisons La conclusion qui simpose est que la situation est intolrable et contraire au droit europen. Les responsables devraient tre traduits en justice. Me Van Steenbrugge termine son expos par une citation de Socrate : Si vous voulez changer le monde, commencez par vous- mme !

Notes
1

La loi du 6 janvier 1961 rigeait en dlit certaines abstentions coupables. Cette loi insrait larticle 422 bis du Code pnal. [Art. 422bis Sera puni d'un emprisonnement de huit jours un an et d'une amende de 50 500 euros ou d'une de ces peines seulement, celui qui s'abstient de venir en aide ou de procurer une aide une personne expose un pril grave, soit qu'il ait constat par lui-mme la situation de cette personne, soit que cette situation lui soit dcrite par ceux qui sollicitent son intervention. Le dlit requiert que l'abstenant pouvait intervenir sans danger srieux pour luimme ou pour autrui. Lorsqu'il n'a pas constat personnellement le pril auquel se trouvait expose la personne assister, l'abstenant ne pourra tre puni

27

lorsque les circonstances dans lesquelles il a t invit intervenir pouvaient lui faire croire au manque de srieux de l'appel ou l'existence de risques. [La peine prvue l'alina 1er est porte deux ans lorsque la personne expose un pril grave est mineure d'ge.]
2

Article 5 de la Convention europenne des Droits de lHomme 1. Toute personne a droit la libert et la sret. Nul ne peut tre priv de sa libert, sauf dans les cas suivants et selon les voies lgales : a. s'il est dtenu rgulirement aprs condamnation par un tribunal comptent; b. s'il a fait l'objet d'une arrestation ou d'une dtention rgulire pour insoumission une ordonnance rendue, conformment la loi, par un tribunal ou en vue de garantir l'excution d'une obligation prescrite par la loi; c. s'il a t arrt et dtenu en vue d'tre conduit devant l'autorit judiciaire comptente, lorsqu'il y a des raisons plausibles de souponner qu'il a commis une infraction ou qu'il y a des motifs raisonnables de croire la ncessit de l'empcher de commettre une infraction ou de s'enfuir aprs l'accomplissement de celle-ci; d. s'il s'agit de la dtention rgulire d'un mineur, dcide pour son ducation surveille ou de sa dtention rgulire. afin de le traduire devant l'autorit comptente; e. s'il s'agit de la dtention rgulire d'une personne susceptible de propager une maladie contagieuse, d'un alin, d'un alcoolique, d'un toxicomane ou d'un vagabond; f. s'il s'agit de l'arrestation ou de la dtention rgulire d'une personne pour l'empcher de pntrer irrgulirement dans le territoire, ou contre laquelle une procdure d'expulsion ou d'extradition est en cours.

2. Toute personne arrte doit tre informe, dans le plus court dlai et dans une langue qu'elle comprend, des raisons de son arrestation et de toute accusation porte contre elle. 3. Toute personne arrte ou dtenue, dans les conditions prvues au paragraphe 1.c du prsent article, doit tre aussitt traduite devant un juge ou un autre magistrat habilit par la loi exercer des fonctions judiciaires et a le droit d'tre juge dans un dlai raisonnable, ou libre pendant la procdure. La mise en libert peut tre subordonne une garantie assurant la comparution de l'intress l'audience. 4. Toute personne prive de sa libert par arrestation ou dtention a le droit d'introduire un recours devant un tribunal, afin qu'il statue bref dlai sur la lgalit de sa dtention et ordonne sa libration si la dtention est illgale. 5. Toute personne victime d'une arrestation ou d'une dtention dans des conditions contraires aux dispositions de cet article a droit rparation.

28

CONDITIONS ORDINAIRES DE DTENTION DES INTERNS - DE GEWONE VOORWAARDEN VOOR HECHTENIS VAN GENTERNEERDEN PERSONEN Delphine Paci, prsidente de la section belge de lObservatoire International des Prisons voorzitter van de Belgische afdeling van het Observatoire International des Prisons (OIP)

29

LOIP dnonce les manquements en milieu carcral. La situation dans les prisons est dplorable. Depuis 10 ans, la population dinterns a fortement augment. En 2010, il y avait 1460 interns en Belgique (en prison et en tablissement de dfense sociale). Les lieux sont indignes. Bien souvent, les interns lont t trop rapidement et trop facilement. Les psychiatres prts participer ce genre dexpertise sont peu nombreux et mal pays. Comme dit le dicton: If you pay peanuts, you get monkeys ! . Il y a des projets de contre-expertise mais qui ne sont pas appliqus. La notion de dangerosit est trs fluctuante. Delphine Paci cite lexemple dune personne qui a t interne pendant 20 ans pour un vol de vlo. Il est ncessaire de sensibiliser les experts la mise en observation adquate du patient avant de dclarer linternement. A la prison de Forest, il y a plus de 110 dtenus pour 47 places. Il y a une surpopulation excessive, un mlange des pathologies, un manque de place dans la cellule, ils ne peuvent circuler. De plus, la qualit des soins est insuffisante. En 2007, des quipes pluridisciplinaires ont t instaures. Cest un mieux mais les conditions restent indignes. Des interns se retrouvent dans le cellulaire normal par manque de place. Le CPT (le Conseil europen pour la Prvention de la Torture) a visit les prisons de Jamioulx et Lantin. Par le pass, Lantin a t ferme par le CPT. Actuellement, il y aurait une amlioration bien que les interns passent 22 heures par jour en cellule. De plus, il ny a quun psychiatre mi-temps pour toute lannexe psychiatrique et les neuroleptiques sont utiliss en masse. Lorsquil y a un souci avec un intern, il est mis au cachot et non lhpital. La situation lannexe psychiatrique de Jamioulx est encore plus dsesprante. Les hpitaux refusent daccueillir des interns venant de Jamioulx cause de leur mauvaise rputation. De plus en plus dinterns se retrouvent dans le quartier haute scurit . La conclusion de Delphine Paci est que cest une honte de laisser les interns dans ces dpotoirs. Elle recommande encore que cette matire soit transfre au ministre des soins de sant et non laisse au ministre de la justice.

30

Questions Rponses

Question : Interne-t-on trop facilement ? Delphine Paci : Il nest peut-tre pas ncessaire de toujours pnaliser. Il faut apprcier justement les faits qui ne sont peut-tre pas toujours aussi graves. Linternement, on sait quand on y entre, on ne sait pas quand on en sort. Si on en sort un jour Question : Les demandes de mise en observation sont souvent ngliges par le parquet, les interns se retrouvent donc facilement incarcrs. Walter Van Steenbrugge : Les parquets devraient tre plus cratifs et tenter dviter lengrenage carcral. Mais ils sont souvent frileux lide de prendre des risques. Pourtant des possibilits existent comme maintenir la personne dans le milieu familial Une personne du public 1er substitut Bruxelles ragit : Il y a dautres possibilits damnager le travail des magistrats. Il ne faut pas tomber dans la caricature.

31

50 % DE PERSONNES HANDICAPES MENTALES EN DFENSE SOCIALE : COMMENT CONSTRUIRE UN VRAI PROJET THRAPEUTIQUE INTGR ET VITER LEUR TERNEL INTERNEMENT ? 50 % GENTERNEERDE PERSONEN MET EEN VERSTANDELIJKE HANDICAP : HOE KUNNEN WE EEN ECHT GENTEGREERD THERAPEUTISCHE PROJECT OPBOUWEN EN VERMIJDEN DAT ZE EEUWIG OPGESLOTEN BLIJVEN? Docteur/Dokter Benjamin Delaunoit, Directeur mdical du C.R.P. Les Marronniers Tournai - medisch directeur van het C.R.P. Les Marronniers in Doornik

32

Texte issu de la prsentation Powerpoint


1. Loi de Dfense sociale du 09.04.1930 et du 01.07.1964

Elle sadresse des personnes ayant commis des faits qualifis de crime ou dlit et considres comme non responsables de leurs actes du fait dun tat de dmence, de dsquilibre mental ou dune dbilit mentale. Elle parle de crime ou dlit, on parle donc bien de faits dune certaine gravit. Il convient quand mme de prciser que dans la pratique, la grande majorit des infractions entrent en ligne de compte et que si certains faits sont gravissimes, de nombreux patients ont commis des infractions de moindre importance dans un contexte particulier.

2.

Circuit de soins interns

Catgorisation par le Risk Le concept de Risk est dfini par le niveau de scurit des lieux de placement plus que par le profil de la patientle qui y est soigne High Risk : - Annexes psychiatrique Prisons - EDS Medium Risk : Projets pilotes financs par le SPF Sant publique - Units intensives - Programmes intensifs - Equipes out-reaching

Low Risk : - Services hospitaliers : sans financement - MSP : financement - Homes : spcifique

3.

Dfense sociale du Centre Rgional de soins Psychiatriques Les Marronniers Tournai

350 lits Lits hospitaliers psychiatriques soit - 100 lits A - 250 lits T 11 Units de soins Equipe de scurit : 34 personnes Contexte de haute scurit


33

Patients considrs thoriquement comme High Risk Collaboration coordination permanente avec la Justice Double mission : - scurit - soins Toutes les dcisions relatives la libert - sorties - congs librations sont prises par la Commission de Dfense Sociale (CDS) 2 conditions pour tre libr : - amlioration de ltat mental - bnficier dun projet de rinsertion

4.

Organisation des soins en Dfense sociale 11 Units de soins Programmes thrapeutiques transversaux Rhabilitation psychosociale pour patients psychotiques Rhabilitation psychosociale pour patients handicaps mentaux Programme intensif pour dlinquants sexuels Programme thrapeutique pour assutudes Equipe out-reaching Prisons Equipe out-reaching Post-cure Liens multiples avec le rseau

Liste dattente pour le Centre Rgional de soins Psychiatriques Les Marronniers Tournai 105 patients sur la liste dattente En thorie ordonnance de placement excutoire immdiatement Placs par ordre chronologique Attente de 2 ans en prison avant le placement Tournai Ordonnance en rfr Astreinte de 500 euros par jour de retard dment constat 34

Ordonnance de rfr

5.

Profil de la patientle interne Cellule de Recherche en Dfense sociale Etude mene en 2009 sur une cohorte de 247 patients interns en Dfense sociale

Les rsultats de cette tude peuvent tre obtenus sur le site du Centre de Recherche en Dfense Sociale (CRDS): www.crds.be ( vrifier)

6.

En Dfense sociale aux Marronniers En janvier 2011 350 interns dont 143 patients considrs comme essentiellement handicaps mentaux 105 patients Handicaps mentaux sans co-morbidit psychiatrique significative 2 patients autistes 36 patients Handicaps mentaux avec co-morbidit psychiatrique

35

7.

Rinsertion Bilan des librs lessai Handicaps mentaux En 2005 : 6 En 2006 : 6 En 2007 : 11 En 2008 : 4 En 2009 : 17 En 2010 : 15

2005 2006 2007 2008 2009 2010

36

Patients librs lessai (LE)

2005 2006 2007 2 008 2009 2010

8.

Pourquoi le rseau handicap est-il rticent lide daccueillir la patientle interne ? Libert de choix des admissions Les structures agres et/ou contrles par lAWIPH ont le choix de leurs admissions. La demande est nettement suprieure loffre et les structures agres ont toutes une liste dattente au sein de laquelle elles slectionnent leurs futurs rsidents.

Ladmission de patients interns est donc loin dtre un premier choix, notamment pour les raisons suivantes : Stigmatisation du patient intern et peur qui dcoule de limage quont les institutions du patient intern. Mconnaissance du profil psycho- pathologique et criminologique de lintern handicap mental. Mconnaissance du contexte de linternement (liens avec la justice). Crainte pour limage de linstitution. Crainte par rapport la pression des parents ou des patients de linstitution. Incertitudes et craintes par rapport la gestion de la crise ou par rapport la reprise en cas dchec. 37

Crainte par rapport la gestion du suivi sexuel (frquemment notion de dlit sexuel). Dlai dattente avant que le patient ne rcupre ses allocations de handicap. Propositions 1) Cration dun groupe de travail handicap mental- internement En collaboration avec les plateformes de sant mentale et en lien avec le SPF Justice (annexes psychiatriques des Prisons et Paifve), il sagit de regrouper les institutions handicap mental intresses par la problmatique et le rseau mdico-lgal. Il est indispensable que ces runions dpassent le cadre purement informel et abordent concrtement les situations travers les cas cliniques et les solutions apporter, rgion par rgion.

2) Formation continue et changes scientifiques A travers ce groupe mais aussi de manire plus large pour lensemble des institutions, le rseau Sant mentale et le rseau Justice doivent diffuser formation, information et changes. Il sagira de permettre au Rseau Handicap dapprhender la Sant mentale et surtout le contexte mdico- lgal et au rseau Sant mentale de mieux comprendre le handicap Ceci devrait contribuer d- stigmatiser la fois la Dfense sociale et lannexe de Prison mais aussi le patient intern handicap mental et de donner aux institutions les outils pour grer ces admissions.

3) Mieux se connatre pour mieux collaborer Il sagit de permettre aux structures AWIPH de mieux connatre le monde de linternement, notamment travers des visites ou stages dans le milieu mdicolgal. Paralllement, il conviendrait dorganiser des stages, visites ou changes pour le personnel soignant des EDS ou des annexes de Prison.

4) Cration dquipes mobiles mixtes Le milieu de vie de lintern handicap mental est souvent carenc, peu fiable ; la libration dans un milieu de vie familial voire seul est donc plutt lexception. Il faudrait pourtant promouvoir ce modle de rinsertion. Pour que la Commission de Dfense sociale prenne ce type de dcision, il faut donc apporter un certain nombre d assurances .

38

La cration dquipes mobiles, non pas purement out-reaching donc irradiant partir de lEDS, mais bien au contraire inscrites dans le rseau, est une solution dencadrement et de suivi dans le milieu de vie. Ces quipes doivent donc tre mixtes : AWIPH - EDS. Elles seront donc utilises pour le suivi domicile et pour le soutien des structures handicap mental qui accueillent des interns.

5) Projets communs- Partenariats Les EDS et les hpitaux psychiatriques accueillant des interns disposent dinfrastructures, dun rseau recelant certaines ressources. Lide serait de mettre en commun ces ressources pour lorganisation dactivits communes de partenariats. Et rciproquement, le rseau handicap handicap mental pourrait inviter le partenaire mdico- lgal. Lide est de mieux se connatre et davancer concrtement vers lautre travers des initiatives concrtes.

6) La crise La structure handicap mental qui accueille un intern handicap mental doit pouvoir disposer de solutions en cas de crise. Le rsident sera alors extrait de linstitution pour une dure dtermine (14 jours maximum), le temps de faire baisser la pression et de mettre ventuellement une mdication en route. Le transfert dun intern handicap mental vers une structure doit prvoir cette situation et une convention doit dfinir les modalits prvues dans ce cadre. Par ailleurs, lquipe mobile mixte jouera un rle actif dans le traitement de ce problme.

7) Lchec Lchec doit lui- aussi tre prvu. Dans ce cadre, lchec est le non respect des conditions dfinies par la Commission de Dfense sociale par rapport au placement du patient dans la structure. Deux situations peuvent se prsenter : le placement en Article 14 et la libration lessai : Placement en Art. 14 de la Loi de Dfense sociale : le patient est alors plac par la Commission de Dfense sociale dans un lieu de soins appropri, il reste intern. En cas dchec, il retourne en Dfense sociale. Libration lessai : En cas dchec, le patient retourne en Prison.

39

8) Le financement Le dlai ncessaire avant la rcupration des allocations de handicap lors dune libration lessai est un vritable problme car celles- ci contribuent significativement au financement du sjour. Il conviendrait que le SPF Sant publique apporte une solution ce niveau. Sinon, la solution du placement en Article 14 est une solution qui offre un financement sr et immdiat, les frais de sjour tant charge de la Justice. La Justice y trouve aussi son compte, le placement en structure handicap tant en gnral moins onreux que lEDS et celui- ci faisant office dessai avant la libration

9) Le suivi sexuel 50% des interns handicaps mentaux ont commis une infraction sexuelle, il ne sagit pas toujours de linfraction ayant dclench la procdure dinternement et ce dlit est souvent contextuel. Linternement en Dfense sociale aura permis de dterminer le contexte dans lequel les faits se sont produits, dtudier et de tester les conditions les plus favorables une rorientation russie. Il faut finalement gnralement peu de choses pour que le contexte soit le plus favorable possible mais en absence de ce peu de choses, le contexte devient alors propice une ventuelle rcidive, nous parlons ici du cadre dans lequel le patient volue, l'attitude et les comptences du personnel, les situations qu'il faut viter... Un suivi de la problmatique sexuelle doit ensuite tre assur. Cela est d'ailleurs prvu par la loi. Il importe tout dabord de garantir que le suivi de cette problmatique est assur et que la dcision de la Commission est conforme aux capacits du patient. Ensuite, de manire claire et convenue, le suivi doit tre dtermin et donc retranscris dans une convention. Le suivi sera ensuite coordonn, la structure ayant autour delle lapport de lquipe mobile, des ressources de lEDS, des centres dappui agrs (UPPL(2), notamment) et les dispositifs sus- dcrits notamment en termes de formation. Il ne s'agira pas d'envoyer le patient en consultation extrieure mais bien au contraire de favoriser l'organisation de runions multidisciplinaires au sein de la structure en prsence de ces quipes spcialises.

40

10)

Structure AWIPH pour patients interns handicaps mentaux

En marge des patients pouvant tre rinsrs grce aux dispositifs dcrits cidessus, il existe une cohorte de patients ayant un profil spcifique : Handicap mental. Capacits rduites. Trouble psychiatrique absent ou stabilis. Famille et rseau social absents ou trs carencs. Dlit gnralement sexuel, souvent contextuel. Ces patients sont enferms lEDS depuis de nombreuses annes et leur rinsertion est pour linstant impossible. Ces patients prsentent un risque trs faible dans un cadre donn mais relativement lev hors de ce contexte. Le primtre scuris est dfini par la prsence de limites claires autour de la structure. Le sjour du patient est dune dure normale de 3 ans dans la structure. Il sagit de dmontrer quil est possible de grer un groupe de 30 patients dans une structure handicap traditionnelle sans risque pour la socit et de favoriser ainsi leur orientation vers dautres structures.

En conclusion
48,5% de la patientle interne a un QI < 70 La dure denfermement moyen est de 10,5 ans pour les interns handicaps mentaux (8,5 EDS + 2 ans prison) Des solutions existent et doivent tre mises en uvre.

41

EERSTE STAPPEN VAN EEN ZORGCIRCUIT BINNEN EN BUITEN DE STRAFINRICHTING PREMIERS PAS VERS UN CIRCUIT DE SOINS LINTRIEUR ET LEXTRIEUR DE LTABLISSEMENT PNITENTIAIRE Paul Maes, algemeen directeur dienstverleningcentrum t Zwart Goor Directeur gnral de lassociation t Zwart Goor

42

Het dienstverleningscentrum t Zwart Goor biedt ondersteuning en zorg aan een 300-tal mensen met een verstandelijke beperking of een autismespectrumstoornis op verschillende plaatsen in de provincie Antwerpen met een 350-tal medewerkers in de zorgvormen tehuis, dagcentrum, dienst beschermd wonen en persoonsgebonden financieringen. Het dienstverleningscentrum heeft bijzondere aandacht voor mensen met ernstige bijkomende psychische en gedragsproblemen, waaronder het aanbod voor genterneerden: ambulante begeleiding in de gevangenis voor een 70-tal personen, 10 voorbehouden plaatsen in het tehuis en 5 opnames via convenantformule met persoonsgebonden financieringen (knelpuntdossiers). In de sector van de gehandicaptenzorg, die af te rekenen heeft met een tekort aan plaatsen en een aanzienlijk aantal mensen, wachtend op een geschikte plaats, verkeren de mensen die genterneerd werden en noodgedwongen in een strafinrichting moeten blijven in een zeer moeilijke situatie. Tot voor kort was het zeer moeilijk, zelfs eerder onmogelijk, om voor hen een geschikte opvangplaats te vinden in de reguliere zorg. Het gevolg was dat zij, zonder enig perspectief, in de strafinrichtingen moesten blijven. Een plaats waar geen gepaste opvang, begeleiding of ondersteuning kon geboden worden. De detentieschade nam toe met het aantal jaren in de strafinrichting en uiteraard verkleinde daarmee de kans om de overgang te kunnen maken naar aangepaste opvang in de gehandicaptensector. De overgang is echter niet vanzelfsprekend. De kloof tussen wat er nodig is voor deze toch wel complexe doelgroep en het aanbod aan ondersteuning en zorg in de gehandicaptenzorg was erg groot. De eerste contacten tussen de gehandicaptenzorg en Justitie kwamen tot stand op de werkvloer in de jaren negentig van de vorige eeuw. Met beperkte middelen werd een begin van hulpverlening opgezet. Deze kon echter pas echt vorm en inhoud krijgen vanaf 2002 toen middelen ter beschikking werden gesteld vanuit het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (V.A.P.H.). Ondertussen werden grote stappen gezet, die een start betekenen van een mogelijk zorgcircuit voor deze mensen. We weten nu uit onderzoek dat ongeveer 1 op 5 genterneerden een verstandelijke beperking heeft. In Vlaanderen verblijven nog steeds een 120-tal mensen met een verstandelijke beperking als genterneerde in de strafinrichtingen. De meerderheid van hen heeft naast de verstandelijke beperking een ernstige bijkomende psychische en/of gedragsstoornis. De complexe problematiek en beperkte behandelbaarheid vraagt een langdurig, dikwijls levenslang, gespecialiseerd aanbod. Uit het verleden leerden we dat een overgang naar de reguliere gehandicaptenzorg, zonder voorbereiding, meestal mislukte. Met deze elementen moest rekening gehouden worden bij het opzetten van hulpverleningstrajecten. In eerste instantie, in 2002 en 2003, werd vooral ingezet in de eerste stap van een zorgcircuit vanuit het V.A.P.H. door de hulpverlening binnen de muren van de strafinrichting te brengen. In Vlaanderen startten twee erkende projecten: Ontgrendeld van Centrum Obra in de strafinrichting van Gent en A.b.a.g.g. van het dienstverleningscentrum t Zwart Goor in de strafinrichting van Merksplas.

43

In de strafinrichting van Merksplas werden de genterneerden met een verstandelijke beperking samengebracht in paviljoen F en een echt zorgproject kon opgestart worden. Sinds 2009 is het project ondergebracht in het nieuwe gebouw de Haven, ruimtelijk duidelijk apart van de andere gebouwen van de strafinrichting. In de Haven verblijven 60 genterneerden met een verstandelijke beperking en een ernstige bijkomende gedrags- en emotionele problemen. Zes begeleiders vanuit t Zwart Goor werken mee in de dagelijkse zorg en ondersteuning van deze mensen, in nauwe samenwerking met de medewerkers van Justitie. De deskundigheid en expertise vanuit de gehandicaptenzorg wordt zo op de werkvloer binnengebracht binnen de muren van de strafinrichting. Het hoeft geen uitgebreide toelichting dat onze eerste opdracht erin bestond om de schrijnende levensomstandigheden en het leefklimaat te verbeteren. Het omvormen van een gevangenisomgeving naar een plek waar samen geleefd wordt, was toch wel revolutionair in de strafinrichting: gordijnen werden aangevoerd, planten, een goudvis en schildpadjes, zithoeken werden genstalleerd, een keuken met gevaarlijke materialen, , kortom alles wat normaal aanwezig is in een gewone voorziening gehandicaptenzorg . Deze elementen werden meegenomen in de nieuwbouw van de Haven, waardoor er nu kan gewerkt worden in een omgeving die ondersteuning en zorg kansen geeft. Een tweede belangrijke opdracht is de diagnostische beeldvorming, die essentieel is voor een geslaagde doorstroming naar een aangepaste voorziening buiten de strafinrichting. Onze medewerkers voeren een eerste screening uit bij vermoedens van verstandelijke beperking of een autismespectrumstoornis. In de beeldvorming worden alle aspecten van het functioneren in beeld gebracht. Naast de verstandelijke beperking moet er immers een goede beeldvorming gebeuren op het vlak van de sociale redzaamheid, het niveau van socioemotioneel functioneren, de bijkomende psychische en gedragsproblemen, zodat een totaalbeeld kan gemaakt worden van de vraagstelling van de persoon. Aansluitend hierop worden individuele handelingsplannen opgemaakt met het oog op de huidige ondersteuning, maar ook met het oog op mogelijke doorstroming naar een voorziening buiten de strafinrichting. De handelingsplannen geven externe zorgvoorzieningen die een opname overwegen of uitvoeren een goed beeld van de noden van de persoon en de nood aan dagelijkse ondersteuning die moet voorzien worden. In het verleden moesten voorzieningen dit zelf maar uitzoeken na de opname van een genterneerde, met als gevolg dat het dikwijls zeer snel fout liep. De beeldvorming wordt aangevuld met dagelijkse begeleiding en ondersteuning. De begeleiding is zowel individueel als groepsgericht. Elke persoon krijgt n van de medewerkers toegewezen als mentor. In deze individuele begeleidingsrelatie wordt vooral gefocust op de individuele noden. In een aantal gevallen wordt dit aangevuld met trainingen in onder andere specifieke zelfredzaamheidaspecten, begeleiding bij bijkomende psychische en gedragsproblemen, training in sociale vaardigheden, Gezien we kunnen werken in een aangepaste en afgescheiden nieuwbouw, waarbij rekening gehouden werd met onze wensen, is de groepsbegeleiding een zeer belangrijke werkvorm. Binnen de Haven organiseren we een 44

leefgroepwerking, waarbij onze begeleiding elke dag van 7 tot 20 uur aanwezig is. Hieronder valt ondersteuning bij alle aspecten van het alledaagse leven: ondersteuning bij de dagelijkse hygine, eetsituaties, vrijetijdsactiviteiten, het leren leven in groep en met anderen, omgaan met conflictsituaties, . Kortom, een proeftuin als voorbereiding op een toekomstige opvang buiten de strafinrichting. Het leven van elke dag wordt uiteraard gestructureerd met een uitgebreid activiteitenaanbod, waarmee de mogelijke lethargie doorbroken wordt en een normaal leefritme gentroduceerd wordt. Het aanbod omvat een breed gamma van aangepaste arbeids- en bezigheidsgerichte activiteiten en een vrijetijdsaanbod waaronder: koken, netbal, aangepaste vorming, bibliotheek, semi-industrieel werk, krantenatelier, sport, verjaardagsfeesten, communicatiegroep, kaartenatelier, hippotherapie, . Ter voorbereiding op de toekomst bieden we tevens begeleiding bij uitgangspermissies. In dit kader kunnen bezoeken gebracht worden aan familie, wordt er gewinkeld, zijn er gerichte uitstappen, . Deze activiteiten geven de kans om opnieuw kennis te maken met de huidige maatschappij onder gestructureerde begeleiding en kunnen sociale vaardigheden aangeleerd en ingeoefend worden. Naast deze begeleiding in de strafinrichting van Merksplas, is een lid van het team deeltijds actief in de strafinrichting van Turnhout. In deze strafinrichting is er een beperkt aantal genterneerden met een verstandelijke beperking. Het zorgteam van Justitie neemt daar de dagelijkse begeleiding op, waarbij onze medewerker ondersteunt vanuit de handicapspecifieke deskundigheid. Ondanks deze inspanningen bleef de realiteit echter dat de doorstromingskansen beperkt waren. Vanaf 2005 werd de volgende stap in het zorgcircuit gezet: het opstarten van een specifiek residentieel aanbod in de gehandicaptensector. Vanuit het V.A.P.H. werden, gespreid over 3 jaar, 30 plaatsen tehuis nietwerkenden voorzien in het uitbreidingsbeleid, specifiek bestemd voor de ondersteuning en zorg voor genterneerden met een verstandelijke beperking die dan konden doorstromen vanuit de strafinrichtingen. Gespreid over Vlaanderen namen 3 voorzieningen deze taak op met telkens 10 plaatsen: Itinera (O.C. SintIdesbald), Limes (O.C. Sint Ferdinand), Amanis (dvc t Zwart Goor). Om hetgeen volgt goed te kunnen situeren, vermelden we dat in het kader van een zorgcircuit deze drie residentile voorzieningen afspraken gemaakt hebben met betrekking tot de doelgroep en de opdracht die ging opgenomen worden. Itinera ging zich vooral richten op de personen, die van in het begin duidelijk perspectieven gaven op doorstroming naar de reguliere gehandicaptenzorg. Vanuit het Zwart Goor hebben we gekozen voor die genterneerden, waarbij vooraf de kansen op verdere doorstroming als laag tot bijna onbestaande ingeschat worden omwille van de complexe problematiek. t Zwart Goor wil ook voor deze mensen een aangepaste woon- en leefsituatie aanbieden. In het dienstverleningscentrum t Zwart Goor werden de 10 nieuwe opnames van genterneerde mensen gentegreerd in het initiatief Amanis. Amanis is een afdeling met 30 specifieke plaatsen voor de ondersteuning en zorg voor mensen met een verstandelijke beperking en ernstige bijkomende psychische en gedragsproblemen. 45

In eerste instantie is de werking in Amanis niet zo verschillend van de werking in reguliere tehuizen in de gehandicaptenzorg. Dertig mensen, waarvan 13 genterneerden, leven er samen in 4 aparte leefgroepen. In een gezinsvervangende of aanvullende sfeer wordt ondersteuning geboden bij het vormgeven van het eigen leven via een aangepaste woon- en leefsituatie, net zoals dit het geval is in een doorsnee tehuis in de gehandicaptenzorg. Er zijn echter toch belangrijke verschilpunten op het vlak van accommodatie, medewerkers en begeleidingshouding. De verschillen op het vlak van accommodatie zijn het meest direct zichtbaar. De noodzaak aan beveiliging en toezicht is hoger dan in een doorsnee voorziening. De buitendeuren zijn gesloten. Bewoners kunnen het gebouw niet verlaten zonder toestemming of toezicht, tenzij ze zeer gericht willen ontvluchten. Het is geen gevangenis, met bij wijze van spreken tralies en uitgebreide inspecties en sassen bij het binnenkomen en buitengaan. Met het oog op de veiligheid worden daarenboven specifieke maatregelen uitgewerkt. Aangepast meubilair, een time-outruimte per leefgroep, een omheinde tuin, moeten het voor de medewerkers mogelijk maken veilig te kunnen werken en de bewoners voldoende veiligheid te kunnen waarborgen. Het samenleven is niet zoals in een klassieke voorziening. Leven is groepsverband is mogelijk, maar individuele aanleunstudios zijn voorzien voor wie het groepsleven niet of slechts gedeeltelijk aankan. De begeleiders beschikken over een alarmoproepsysteem te gebruiken bij ernstige agressie of incidenten. Er is bovendien steeds een minimale aanwezigheid van 4 medewerkers. Deze zijn getraind in persoons- en teamgerichte veiligheidstechnieken. Voor de ondersteuning en opvang van medewerkers die een ernstig, mogelijk traumatiserend, incident meemaken, is een procedure traumaopvang uitgewerkt. Minder zichtbaar, maar minstens even belangrijk, is de aanwezigheid dicht bij de werkvloer van een interdisciplinair team met orthopedagoog/psycholoog, psychiater, arts, psychiatrisch verpleegkundige. Alle medewerkers hebben een specifieke deskundigheid of worden opgeleid in het omgaan met mensen met een dubbele diagnose: verstandelijke beperking en ernstige gedrags- en emotionele stoornissen. Deze specifieke deskundigheid wordt in de praktijk omgezet in een aangepaste begeleidingshouding die op de werkvloer moet ingevuld worden. Deze begeleidingshouding vertrekt vanuit een agogisch achtergrondkader, aangevuld met therapeutische principes, waardoor er een aangepast leefklimaat ontstaat. Deze gentegreerde agogisch-therapeutisch benadering vertrekt vanuit een aantal achtergronden dat in de dagelijkse begeleiding verweven worden. Onze ondersteuning vertrekt vanuit de vaststelling dat we werken met gekwetste en kwetsbare mensen, die in een situatie gekomen zijn waarin er nog weinig positief perspectief is. De hulpverleningsgeschiedenis van onze bewoners is lang en de problematiek is complex. Het geheel van de bewoner met zijn mogelijkheden en beperkingen is belangrijker dan de gesoleerde behandeling van het probleemgedrag. Wat iemand aankan is belangrijker dan wat hij kan. We werken vanuit zeer eenvoudige haalbare perspectieven en trachten te hoge verwachtingen te vermijden. De ondersteuning vertrekt in grote lijnen vanuit drie grote basisprincipes die per individu verschillend ingekleurd worden. 46

Een veilige leefomgeving is voor ons de eerste stap in een mogelijk verdere evolutie. Het gevoel van basisveiligheid is bij de meeste bewoners verstoord. De lange hulpverleningsgeschiedenis, het verblijf in de strafinrichting, de hechtingsproblemen en de opeenvolging van mislukkingen hebben het basaal veiligheidsgevoel aangetast. Omwille van de complexe problematiek werden zij losgelaten door anderen en onze maatschappij. Onze begeleidingshouding vertrekt dan ook vanuit een onvoorwaardelijke acceptatie van de persoon van elke bewoner. Dit betekent uiteraard niet dat we alle gedragingen accepteren. In eerste instantie werken we aan het geven van het basisgevoel dat we met hen samen op weg gaan en dat we hen niet los gaan laten, zeker niet als het moeilijk wordt. Ernstig probleemgedrag is dan ook geen reden om de ondersteuningsrelatie los te laten, integendeel zelfs. We stellen vast dat onze bewoners, dikwijls ondanks een relatief hoog verstandelijk functioneringsniveau, zeer laag zitten in de socio-emotionele ontwikkeling. Dit socio-emotionele niveau is het vertrekpunt voor onze ondersteuning. Dat een bewoner bepaalde activiteiten kan, wil nog niet zeggen dat hij het aankan. Dit betekent ook dat we onze verwachtingen aanpassen. De bewoner mag tot rust komen. We nemen de tijd om een basale veiligheidsrelatie tot stand te brengen in een leven waarin al zo veel fout gelopen en mislukt is. Enkel onvoorwaardelijk accepteren is uiteraard niet voldoende. Onze bewoners hebben een grote nood aan houvast. We willen hen het gevoel geven dat we samen verantwoordelijk zijn en dat wij zullen ondersteunen waar het voor hen niet lukt. Deze ondersteuning is uiteraard zeer individueel bepaald. Grenzen stellen is uiteraard nodig, maar is afhankelijk van het individu. We gaan er tevens vanuit dat een aantal problemen (bv. pedofilie) met de huidige kennis niet kunnen opgelost worden. Het is dan onze taak om een omgevingsorthese aan te bieden, waarin deze problemen gevat worden en niet opnieuw leiden tot het vastlopen van de situatie. Accepteren en houvast zijn niet voldoende. Een leven wordt pas zinvol als men vanuit een basaal veiligheidsgevoel perspectief heeft, hoe gering ook. Ruimte voor ontwikkeling en groei moet steeds aanwezig zijn. Er moet gestreefd worden naar mogelijkheden tot doorgroei, maar volgend en niet sturend, op een eigen aangepast tempo en met voldoende tijd. Doorstroming naar andere reguliere voorzieningen is een mogelijkheid, maar geen verplichting. Het uitbouwen van een goed kwalitatief leven is gaat voor op de eis naar een zo normaal mogelijk leven. Na 5 jaar begeleiding van deze bewoners die uit de strafinrichting doorgestroomd zijn naar ons tehuis, zien we dat we met onze benadering perspectief kunnen brengen. Enkele cijfers ter illustratie: in deze periode hebben 17 genterneerde mensen met een verstandelijke beperking de overstap gemaakt vanuit de strafinrichting naar ons tehuis. Twee van stroomden door naar het initiatief Limes in Limburg om dichter bij hun sociaal netwerk te kunnen wonen. En bewoonster zette ondertussen de overstap naar een reguliere leefgroep binnen de werking van het dienstverleningscentrum t Zwart Goor. Ze leeft nu in een kleine leefgroep met vijf medebewoners met een open begeleidingsregime en in een meer inclusieve situatie. Zij probeert op deze manier of zij nog verdere stappen kan zetten. 47

Een andere bewoner is na een 4-tal jaren zodanig gevolueerd dat de internering opgeheven is. Hij woont nu, tot ieders tevredenheid, in een kleinschalige reguliere groepswoning waar hij zijn thuis gevonden heeft. De anderen, degenen met een meer persistente en ernstige gedragsproblematiek, verblijven nog steeds in de meer afgesloten leefgroepen, waarbij dit voor een aantal van hen misschien ook zal blijven. Dit is echter minder belangrijk. Ze leven nu in een huis, waarin een positief leefklimaat aanwezig is, en waarin zij hun leven kunnen uitbouwen. Al is dit dan met grenzen, maar het is vooral met ondersteuning om er iets goed van te maken. Misschien blijkt het positieve nog het meest uit het feit dat deze 13 mensen al deze jaren bij ons gebleven zijn en eindelijk een plaats gevonden hebben waar ze kunnen blijven. Om het met de woorden van n van hen te illustreren: Eindelijk heb ik een thuis gevonden. Ter afsluiting misschien toch nog een aantal van onze dromen voor deze kwetsbare doelgroep: verdere uitbouw van specifieke initiatieven om genterneerde mensen met een verstandelijke beperking die in strafinrichtingen verblijven aangepaste zorg en ondersteuning te bieden, preventie door de verdere uitbouw van voorzieningen voor mensen met een verstandelijke beperking en ernstige gedrags- en emotionele stoornissen, preventie door een naadloze overgang van de ondersteuning en zorg voor deze mensen van minderjarigheid naar volwassenheid, verder uitbouwen van een goede geestelijke gezondheidszorg voor mensen met een verstandelijke beperking door afstemming op en samenwerking met verschillende sectoren, zoals de geestelijke gezondheidszorg (o.a. forensisch psychiatrische initiatieven),

- groei van intersectorale samenwerkingsinitiatieven op het raakpunt van gehandicaptenzorg, geestelijke gezondheidszorg, Justitie en andere betrokken sectoren We merken dat de overheid onze inspanningen van nabij volgt en mee gestalte wil geven aan ons eindperspectief: voorkomen dat mensen met een verstandelijke beperking in strafinrichtingen moeten verblijven en indien het toch gebeurt hen zo snel mogelijk inleiden in een aangepast zorgcircuit waarin ze hun leven weer perspectief kunnen geven.

48

IK ZEG ALTIJD DE WAARHEID MAAR NIEMAND GELOOFT MIJ JE DIS TOUJOURS LA VRIT MAIS PERSONNE NE ME CROIT Projectie van de documentaire gerealiseerd door/ Projection du documentaire ralis par Dominique Willaert, Victoria Deluxe vzw

49

Victoria Deluxe is een sociaal-artistiek werkplatform in Gent.


Als sociaal-artistieke werking zet Victoria Deluxe jaarlijks verschillende creaties op in de stad Gent. Telkens geven we via een artistiek werkproces diverse mensen en groepen uit de stad een 'stem' en laten we ze tot 'verhaal' komen. De artistieke manier van werken is nauw verbonden met de sociale dynamiek in onze maatschappij. Vertrekpunt is het werken met mensen en groepen die het binnen onze samenleving moeilijk hebben of lijden onder vormen van uitsluiting. De rode draad doorheen de werking is dat we vertrekken vanuit de kwaliteiten en sterktes van de mensen waarmee we samen werken. De participanten worden telkens nauw betrokken bij het opzet, de ontwikkeling en afronding van ieder traject. In tegenstelling tot een aantal maatschappelijke tendensen geloven we in de maakbaarheid van onze samenleving. Onder het motto 'De verbeelding aan de macht' stimuleren we werk- en denkprocessen waarbij we onze actuele democratie proberen te verstevigen. http://www.victoriadeluxe.be/organisatie

De documentaire: Ik zeg altijd de waarheid maar niemand gelooft mij. Victoria Deluxe heeft sinds jaar en dag heel wat deelnemers die lijden aan een psychiatrische aandoening. () In de zomer van 2009 werd het idee om een documentaire te maken aan de participanten voorgesteld. Een tiental participanten was en is bereid om mee te werken aan een documentaire die de impact van een psychiatrische aandoening op hun leven op een integere manier in beeld wil brengen. We kiezen duidelijk voor een betrokken standpunt: met deze documentaire willen we meer inzicht en betrokkenheid genereren op mensen met een psychiatrische aandoening. Uit de vele verhalen van de participanten merken we immers het grote taboe dat nog steeds aanwezig is en de vele verhalen van marginalisering: mensen die psychisch ziek zijn worden op diverse vlakken gediscrimineerd en gemarginaliseerd.

Een oproep tot meer aandacht en begrip dus!

50

FORENSISCH ZORGCIRCUIT IN ANTWERPEN CIRCUIT DE SOINS FORENSIQUE ANVERS Chris Vermeiren, maatschappelijke assistent en psychotherapeut assistant social et psychothrapeute, VAGGA Vereniging Ambulante Geestelijke Gezondheidsdienst Antwerpen
Source: www.vagga.be

V.Z.W. VAGGA (Vereniging Ambulante Geestelijke Gezondheidszorg Antwerpen) is een Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg erkend en gesubsidieerd door de Vlaamse overheid. VAGGA biedt gespecialiseerde, ambulante behandeling aan kinderen, volwassenen en ouderen met ernstige psychische problemen of stoornissen en aan hun omgeving. Ambulant betekent dat men er enkel, na afspraak, op consultatie kan komen, maar er niet kan verblijven. VAGGA heeft tevens een gespecialiseerde werking voor verslavingszorg en verslavingspreventie, en voor personen die door justitie verwezen werden voor behandeling (forensische zorg). Plegers van strafbare feiten die via therapie aan een oplossing willen werken voor hun problemen, kunnen bij ons gespecialiseerd forensisch team terecht. VAGGA is door de overheid erkend als gespecialiseerd centrum voor daders van seksueel geweld. Daarnaast kunnen ook genterneerden of daders van andere delicten een aanvraag doen voor een ambulante behandeling.

51

PROJET PILOTE : ACCOMPAGNEMENT DES FAMILLES DE PATIENTS MALADES MENTAUX AU SEIN DE LANNEXE PSYCHIATRIQUE DE LA PRISON DE NAMUR - PROEFPROJECT : BEGELEIDING VAN PERSONEN MET EEN PSYCHISCHE AANDOENING BINNEN DE GEVANGENIS VAN NAMEN Fabienne Collard, coordinatrice de lasbl Similes Wallonie cordinator Similes Wallonie vzw et/en Batrice Ory, assistante sociale de lquipe de soins de lannexe psychiatrique de la prison de Namur maatschappelijke werkster zorgteam psychiatrische afdeling van de gevangenis van Namen

52

Texte issu de la prsentation Powerpoint


1. Cration des quipes de soins Existe depuis plus de quatre ans Composition de lquipe

La mise en place de ses quipes se fonde avant tout sur les principes gnraux suivants :

Lintern a droit des soins de sant quivalents ceux dispenss dans la socit libre et adapts ses besoins spcifiques ; Lintern a droit aux services de dispensateurs de soins possdant les qualifications requises en fonction de ses besoins spcifiques; La fonction de dispensateur de soins est incompatible avec une mission dexpert en prison ; Les rgles relatives lthique mdicale et la dontologie sont dapplication.

La mission principale des quipes de soins : Assistes par les autres services de soins de sant de la prison, les quipes soignantes assurent les soins de sant en vue de dfinir, de restaurer ou maintenir aussi optimales que possible les possibilits physiques, psychiques et sociales du patient intern, en vue notamment de lui permettre de passer une phase de traitement ultrieure dans le circuit de soins en psychiatrie lgale. A cet effet, elles travaillent en troite collaboration avec la direction, le personnel de la prison et les partenaires externes.

2.

Mise en place de projets thrapeutiques au sein des sections psychiatriques Mise en place de projets bass sur la rhabilitation psychosociale pour des patients psychotiques Projets

la psychoducation au traitement neuroleptique et la gestion des symptmes,

53

lentranement aux habilets sociales via le jeu des comptences dvelopp par Jrme FAVROD, projet daccompagnement des familles/proches de patients psychotiques au sein des sections psychiatriques et de lEDS.

Projet daccompagnement des familles/proches de patients psychotiques au sein des sections psychiatriques et de lEDS

PHILOSOPHIE DU PROJET: Les diffrents projets sinspirent dune part de lindividualit mme du patient et de sa pathologie et dautre part des autres dimensions de sa vie sociale;

Une des dimensions est celle du systme familial au sens large

Parents, enfants, frres, surs lien affectif significatif pour le patient Pour les familles et les patients => maintenir le lien est une exprience parfois difficile. La maladie et le passage lacte parfois violent du patient, lincarcration induisent parfois une incomprhension de la part des proches, de la colre, de la souffrance

OBJECTIFS DU PROJET:

intgrer les familles/proches dans le processus thrapeutique et intgrer dans le plan de soins du patient la dimension familiale puisque la famille reste un lieu de vie potentiel aprs lincarcration, un lieu daccueil ou de rejet, un lieu dmergence des symptmes ; permettre au patient de se sentir mieux soutenu par son entourage, mieux compris dans les difficults quil vit ; diminuer le stress intrafamilial ; restaurer une communication au sein de la famille ; permettre un dialogue patient/proche/soignant adquat afin doptimaliser la prise en charge thrapeutique.

MISE EN PLACE DU PROJET:

Recherche doutils pour le travail avec les familles : une prise de contact avec lASBL SIMILES et recherche de pistes de collaboration.

54

Constat : Prmatur denvoyer de manire directe les familles aux activits de Similes. Plus adquat de crer dabord des liens avec les intervenants de lquipe de soins et avec ceux de SIMILES. 1) 2) 3) Organisation des rencontres avec les familles et ce, avec laccord du patient Organisation au sein de la Prison dun groupe de parole anim par lASBL Similes Encourager les familles participer aux activits de lASBL Similes.

PRSENTATION

Familles et amis de personnes atteintes de troubles psychiques

Nivelles

Ottignies

Lige

Verviers Tournai Mons Charleroi Dinant Namur Arlon Eupen/StVith Bertrix

Il est indispensable de reconnatre la souffrance de la famille et de multiplier les moyens et les lieux de soutien.

55

Axe 1:

Soutien et information

Soutenir les familles ne suffit pas. Il faut aussi leur proposer des outils pour faire face et allger le poids que reprsente la maladie de leur proche.

Axe 2 :

Formations

Plus les familles sont armes, plus elles pourront assurer un rle constructif et spcifique comme partenaire de soins. Cette spcificit leur donne une place capitale dans les rflexions sur lorganisation des soins.

Axe 3 :

Participation

Mthodologie

Groupe ferm qui se runit 4 fois (au sein de la prison mais dans une salle destine aux visites familiales) Travail en binme Prsence de deux membres de lquipe de soins La parole est donne prioritairement au patient aprs le tmoignage de son proche Les autres participants ont ensuite la parole Si ncessaire, intervention des membres de lquipe de soins prsents pour rpondre dventuelles questions Complment ventuel apport par lanimateur Ralisation dun compte rendu distribu aux participants la sance suivante

3.

Objectifs long terme

tendre la collaboration aux autres sections psychiatriques et lEDS, permettre aux patients de se sentir mieux soutenus durant lincarcration/internement et lors de leur retour dans leur environnement, par ce travail de fond, minimiser les risques de rechute lorigine dune ventuelle rintgration.

56

PLEIDOOI VAN DE VERENIGINGEN PLAIDOYER DES ASSOCIATIONS

GRONDRECHTEN EN NON-DISCRIMINATIE VAN PERSONEN MET EEN VERSTANDELIJKE HANDICAP OF PERSONEN MET EEN PSYCHISCHE AANDOENING IN DE GEVANGENIS DROITS FONDAMENTAUX ET NON DISCRIMINATION DES PERSONNES HANDICAPES MENTALES OU MALADES MENTALES EN MILIEU CARCRAL Jozef Dewitte, directeur Centrum voor Gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding Directeur du Centre pour lgalit des chances et la lutte contre le racisme

57

Grondrechten en non-discriminatie van personen met een verstandelijke handicap of personen met een psychische aandoening in de gevangenis

Krachtens de wet van 15 februari 1993 is het Centrum belast met de behandeling van de discriminaties op grond van onder andere de handicap en de gezondheidstoestand1. De discriminatie wordt gedefinieerd als een onderscheid dat op een van deze criteria gebaseerd is en dat niet objectief en redelijkerwijze gerechtvaardigd kan worden. Het toepassingsgebied van de antidiscriminatiewet van 10 mei 2007 omvat ook de sector van de goederen en diensten, ongeacht of die openbaar of privaat zijn. De wet is dus van toepassing op de openbare diensten zoals de rechtbanken en de strafinrichtingen die onder Justitie vallen. Het begrip redelijke aanpassingen voor de personen met een handicap is van essentieel belang in de antidiscriminatiewetgeving. De redelijke aanpassingen worden er gedefineerd als passende maatregelen die in een concrete situatie en naargelang de behoefte worden getroffen om een persoon met een handicap in staat te stellen toegang te hebben tot, deel te nemen aan en vooruit te komen in de aangelegenheden waarop deze wet van toepassing is, tenzij deze maatregelen een onevenredige belasting vormen voor de persoon die deze maatregelen moet treffen. (art.4-12) De weigering om redelijke aanpassingen uit te voeren ten gunste van een persoon met een handicap vormt een discriminatie in de zin van de wet. Een persoon met een verstandelijke beperking heeft nood aan duidelijke richtlijnen en eenvoudige en concrete woorden. In Engeland is er bijvoorbeeld een proces met een persoon met een verstandelijke handicap georganiseerd in een kleine zaal die minder intimiderend overkwam dan de gebruikelijke zaal, de taal werd aangepast aan de persoon en de persoon heeft uitleg gekregen voor de start van het proces. In Belgi heeft een persoon met een fysieke handicap dankzij het Centrum een ergonomische stoel gekregen in zijn cel. De personen met een handicap hebben dus recht op redelijke aanpassingen die tegemoetkomen aan hun specifieke behoeften, ongeacht of zij zich in een gevangenis, een psychiatrische afdeling of een instelling van sociaal verweer bevinden. De maatregelen ten aanzien van personen met een handicap die in de gevangenis geplaatst worden of die genterneerd worden, moeten evenredig zijn: men moet een juiste verhouding nastreven bij deze veiligheidsmaatregelen zodat de behoeften als gevolg van de handicap van deze personen gerespecteerd

Het begrip handicap wordt niet gedefinieerd in de Belgische wet (10 mei 2007). Het is wel zo dat de Belgische wetgever gekozen heeft voor een ruime invulling van het begrip handicap met inbegrip van elke fysieke, sensorile, verstandelijke of psychische stoornis of beperking die een belemmering kan vormen voor een evenwaardige participatie aan de in de wet vermelde toepassingsdomeinen.

58

worden. De doelstelling van de bescherming van de maatschappij mag niet ten koste gaan van het verlenen van aangepaste zorgen , werpen de NVHVG en Similes op. Andere situaties kunnen als discriminerend beschouwd worden in de zin van de wet van 10 mei 2007. Het zijn de gevallen van pesterijen van personen met een verstandelijke handicap of geesteszieke personen in de gevangenis. Men mag dit gedrag, dat het gevolg is van vooroordelen en stigmatisering van deze groepen, niet uit het oog verliezen. Pesterijen worden als discriminerend beschouwd als ze verband houden met een van de beschermde criteria in de antidiscriminatiewetgeving, in dit geval de handicap of de gezondheidstoestand. Ter herinnering: de pesterijen worden gedefinieerd als ongewenst gedrag dat tot doel of gevolg heeft dat de waardigheid van de persoon wordt aangetast en een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende omgeving wordt gecreerd . Deze gevallen moeten individueel onderzocht worden in het kader van de antidiscriminatiewetgeving. Een nieuwe wettekst die onlangs door Belgi geratificeerd 2 is, versterkt en onderstreept de grondrechten van de personen met een handicap : het Internationale Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap. Dit verdrag herinnert eraan dat de personen met een handicap alle burgerrechten, politieke, economische, sociale en culturele rechten moeten kunnen genieten zoals reeds beschreven in de mensenrechtenverdragen van de Verenigde Naties. De non-discriminatie is een van de algemene beginselen (art.3) van het Verdrag. Het bevat ook het begrip van redelijke aanpassingen voor de personen met een handicap en geldt in alle domeinen bedoeld in het Verdrag : onder redelijke aanpassingen worden verstaan de noodzakelijke en passende wijzigingen,en aanpassingen die geen disproportionele of onevenredige, of onnodige last opleggen, indien zij in een specifiek geval nodig zijn om te waarborgen dat personen met een handicap alle mensenrechten en fundamentele vrijheden op voet van gelijkheid met anderen kunnen genieten of uitoefenen (art.2). De situaties van sommige personen met een handicap in de gevangenis zouden wel eens in strijd kunnen zijn met verschillende artikelen van het Verdrag, met name : Artikel 14 Vrijheid en veiligheid van de persoon 1. De Staten die Partij zijn waarborgen dat personen met een handicap op voet van gelijkheid met anderen: a) het recht op vrijheid en veiligheid van hun persoon genieten; b) niet onrechtmatig of willekeurig van hun vrijheid worden beroofd,en dat iedere vorm van vrijheidsberoving geschiedt in overeenstemming met de wet, en dat het bestaan van een handicap in geen geval vrijheidsberoving rechtvaardigt.

Door Belgi op 2 juli 2009 geratificeerd en op 1 augustus 2009 in werking getreden.

59

2. De Staten die Partij zijn waarborgen dat indien personen met een handicap op grond van om het even welke procedure van hun vrijheid worden beroofd, zij op voet van gelijkheid met anderen recht hebben op de waarborgen in overeenstemming met internationale mensenrechtenverdragen en in overeenstemming met de doelstellingen en beginselen van dit Verdrag worden behandeld, met inbegrip van de verschaffing van redelijke aanpassingen. Artikel 15 zou tot slot van toepassing kunnen zijn op verschillende situaties waarvan de personen met een verstandelijke handicap het slachtoffer worden in de gevangenis : pesterijen, gebrek aan aangepaste zorgen, nalatigheden, bijzonder langdurige internering in een onaangepaste omgeving (psychiatrische afdeling, gevangeniscel). Vrijwaring van foltering en andere wrede, onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing 1. Niemand zal worden onderworpen aan folteringen of aan wrede, onmenselijke of vernederende behandelingen of bestraffingen. In het bijzonder zal niemand zonder zijn of haar vrij gegeven toestemming worden onderworpen aan medische of wetenschappelijke experimenten. 2. De Staten die Partij zijn nemen alle doeltreffende wetgevende, administratieve, juridische of andere maatregelen om, op gelijke wijze als voor anderen, te voorkomen dat personen met een handicap worden onderworpen aan folteringen of aan wrede, onmenselijke of vernederende behandelingen of bestraffingen. Vanuit een bezorgdheid over de situatie van de personen met een handicap die genterneerd (of in de gevangenis geplaatst) worden, steunt het Centrum dus het initiatief en de aanbevelingen van de NVHVG en Similes. Op grond van de wetteksten ter bestrijding van de discriminaties en ter bevordering van de grondrechten, vraagt het Centrum dat bijzondere aandacht besteed zou worden aan de specifieke behoeften van deze personen bij hun internering. Het Centrum vraagt de stopzetting van de internering van personen met een verstandelijke handicap en van geesteszieke personen in de gevangenis. Zij moeten toegang krijgen tot specifieke zorgen, programma's, een omgeving en een begeleiding aangepast aan hun toestand.

60

Droits fondamentaux et non-discrimination des personnes handicapes mentales ou malades mentales en milieu carcral

En vertu de la loi du 15 fvrier 1993, le Centre est charg de traiter des discriminations bases, notamment, sur le handicap et ltat de sant3. La discrimination est dfinie comme une distinction base sur lun de ces critres et qui ne peut tre justifie de manire objective et raisonnable. Le champ dapplication de la loi anti-discrimination du 10 mai 2007 stend au secteur des biens et services, quils soient publics ou privs. La loi sapplique donc aux services publics tels les tribunaux et les tablissements pnitentiaires relevant de la Justice. La notion d amnagements raisonnables pour les personnes handicapes est essentielle dans la lgislation anti-discrimination. Les amnagements raisonnables y sont dfinis comme des mesures appropries, prises en fonction des besoins dans une situation concrte, pour permettre une personne handicape daccder, de participer et progresser dans les domaines pour lesquels cette loi est dapplication, sauf si ces mesures imposent lgard de la personne qui doit les adopter une charge disproportionne. (art.4-12) Le refus de mettre en place des amnagements raisonnables en faveur dune personne handicape constitue une discrimination au sens de la loi. Par exemple, une personne avec une dficience intellectuelle aura besoin de consignes claires, quon lui parle avec des mots simples et concrets. A titre dillustration, un procs avec une personne handicape mentale a t organis en Angleterre dans une petite salle, moins impressionnante que celle habituellement occupe, le langage a t adapt la personne, des explications lui ont t donnes avant le droulement du procs. En Belgique, suite lintervention du Centre, une personne souffrant dun handicap physique, a obtenu une chaise ergonomique dans sa cellule. Ainsi les personnes handicapes, quelles soient en prison, en annexe psychiatrique ou en tablissement de dfense sociale, ont droit des amnagements raisonnables rpondant leurs besoins spcifiques. Les mesures prises lencontre des personnes handicapes incarcres ou internes doivent tre proportionnelles : les exigences scuritaires de ces mesures doivent trouver un juste quilibre afin de respecter les besoins lis au handicap de ces personnes.

La notion de handicap nest pas dfinie dans la loi belge (10 mai 2007). On peut toutefois affirmer que le lgislateur belge a opt pour une approche large de la notion de handicap incluant tout trouble ou toute dficience physique, sensorielle, intellectuelle ou psychique qui peut entraver la participation quivalente aux domaines dapplication de la loi.

61

Lobjectif de protection de la socit ne doit pas se faire au dtriment de lapport des soins adapts dnoncent lANAHM et Similes. Dautres situations peuvent tre dsignes comme discriminatoires au sens de la loi du 10 mai 2007. Ce sont les cas de harclement lencontre de personnes handicapes mentales ou malades mentales en prison. On ne peut ignorer ce type de comportement, li aux prjugs et la stigmatisation de ces groupes. Un harclement est considr comme discriminatoire sil est li lun des critres protgs par la loi anti-discrimination, ici le handicap ou ltat de sant. Pour rappel, le harclement est dfini par un comportement indsirable et qui a pour objet ou pour effet de porter atteinte la dignit de la personne et de crer un environnement intimidant, hostile, dgradant, humiliant ou offensant . Ces cas doivent tre analyss individuellement dans le cadre de la lgislation anti-discrimination. Enfin, un nouveau texte lgislatif, rcemment ratifi par la Belgique4, renforce et rappelle les droits fondamentaux des personnes handicapes : il sagit de la Convention internationale des Nations Unies relative aux droits des personnes handicapes. Cette convention rappelle que les personnes handicapes doivent pouvoir jouir de tous les droits civiques et politiques, conomiques, sociaux et culturels, tels que dj noncs dans les Pactes et conventions relatifs aux droits humains signs au niveau des Nations Unies. La non-discrimination est un de ses principes gnraux (art.3). Elle reprend galement le concept damnagements raisonnables pour les personnes handicapes et ce, dans tous les domaines viss par la Convention : on entend par amnagement raisonnable les modifications et ajustements ncessaires et appropris nimposant pas de charge disproportionne ou indue apports, en fonction des besoins dans une situation donne, pour assurer aux personnes handicapes la jouissance ou lexercice, sur base de lgalit avec les autres, de tous les droits de lhomme et de toutes les liberts fondamentales (art.2). Les situations que connaissent certaines personnes handicapes en prison pourraient contrevenir plusieurs articles de la Convention, notamment : Larticle 14 Libert et scurit de la personne 1. Les tats Parties veillent ce que les personnes handicapes, sur la base de lgalit avec les autres : a. Jouissent du droit la libert et la sret de leur personne; b. Ne soient pas prives de leur libert de faon illgale ou arbitraire; ils veillent en outre ce que toute privation de libert soit conforme la loi et ce quen aucun cas lexistence dun handicap ne justifie une privation de libert. 2.Les tats Parties veillent ce que les personnes handicapes, si elles sont prives de leur libert lissue dune quelconque procdure, aient droit, sur la base de lgalit avec les autres, aux garanties prvues par le droit international

Ratifie par la Belgique le 2 juillet 2009, elle est entre en vigueur le 1er aot 2009.

62

des droits de lhomme et soient traites conformment aux buts et principes de la prsente Convention, y compris en bnficiant damnagements raisonnables. Enfin larticle 15 pourrait sappliquer diffrentes situations dont sont victimes les personnes handicapes mentales et malades mentales en prison : harclement, manque de soins appropris, ngligences, dures particulirement longues dinternement dans un lieu inappropri (annexe psychiatrique, cellule de prison). Droit de ne pas tre soumis la torture ni des peines ou traitements cruels, inhumains ou dgradants 1. Nul ne sera soumis la torture, ni des peines ou traitements cruels, inhumains ou dgradants. En particulier, il est interdit de soumettre une personne sans son libre consentement une exprience mdicale ou scientifique. 2. Les tats Parties prennent toutes mesures lgislatives, administratives, judiciaires et autres mesures efficaces pour empcher, sur la base de lgalit avec les autres, que des personnes handicapes ne soient soumises la torture ou des peines ou traitements cruels, inhumains ou dgradants Ainsi, le Centre, proccup par la situation des personnes handicapes internes (ou incarcres), soutient la dmarche et les recommandations de lANAHM et de Similes. En vertu des textes lgislatifs luttant contre les discriminations et promouvant les droits fondamentaux, le Centre demande quune attention particulire soit garantie aux besoins spcifiques de ces personnes lors de leur internement. Enfin, le Centre demande la cessation des internements des personnes handicapes mentales et malades mentales en prison. Elles ont besoin dun accs des soins spcifiques, des programmes, un environnement et un encadrement adapts leur tat.

63

PLEIDOOI VAN DE VERENIGINGEN PLAIDOYER DES ASSOCIATIONS

SITUATION DES PERSONNES HANDICAPES MENTALES INTERNES EN BELGIQUE : PLAIDOYER DE LANAHM SITUATIE VAN DE GENTERNEERDE PERSONEN MET EEN VERSTANDELIJKE HANDICAP IN BELGE: PLEIDOOI VAN DE NVHVG
Jean-Marie Elsen, prsident de lAssociation nationale daide aux handicaps mentaux (ANAHM), voorzitter van de nationale Vereniging voor Hulp aan Verstandelijke Gehandicapten (NVHVG)

64

Nous savons tous que nous vivons dans un pays avec des niveaux de pouvoir multiples et des responsabilits clates. Mais les personnes handicapes mentales ne sont pas comparables un salami dont chaque responsable hrite dune tranche. Leur handicap requiert, encore plus que pour nous, une approche intgre, cohrente, multidisciplinaire. Centrer nos revendications sur les besoins de la personne handicape nous amne invitablement dpasser les frontires entre ministres, communauts ou rgions. Quelle que soit la rpartition future des comptences, cet effort de collaboration restera essentiel pour rpondre correctement nos engagements et pour traiter de faon adquate les personnes handicapes mentales. Les ministres de la Justice, des Affaires sociales et de la Sant comme ceux de lEnseignement et de la Formation sont concerns au premier chef. Lensemble de nos revendications sont dcrites en dtail dans le livre blanc que nous avons dit avec nos partenaires. Laissez-moi souligner 4 axes importants. Notre premire piste pour amliorer le sort des personnes handicapes mentales en prison, cest dviter quelles ny arrivent suite des comportements inacceptables. Bien souvent, les dlits commis par des personnes handicapes mentales sont lis leur difficults comprendre et intgrer les rgles de vie en socit ou exprimer leur ressenti, leurs besoins. Du fait de leur handicap, les apprentissages sont beaucoup plus lents et la transposition dune rgle apprise dans un environnement vers un autre lieu, dautres circonstances nest pas automatique. Nous demandons donc daccrotre les moyens et les efforts pour aider toutes les personnes avec un handicap mental acqurir les comptences ncessaires la vie dans la socit, intgrer et gnraliser les rgles de base et trouver les moyens pour exprimer leurs motions et leurs besoins dans le respect dautrui. Il sagit donc dintensifier lducation et laccompagnement la citoyennet, la vie relationnelle, affective et sexuelle. Outre un soutien tendu des organisations qui se sont spcialises dans cette approche, il nous parat judicieux de sensibiliser et de former davantage les enseignants de lenseignement spcialis, les professionnels dans les lieux daccueil de jour ou dhbergement. De cette faon, lapprentissage sera continu et cohrent entre les diffrents lieux de vie. Pour pouvoir mieux faire face des situations de crise, spcialement lorsque des problmes de comportement sajoutent au handicap, lapproche des Cellules Mobiles dIntervention mrite certainement dtre renforce en Wallonie et introduite Bruxelles et en Flandre. Le deuxime axe se focalise sur une approche adapte et coordonne lorsque le dlit t commis. Les personnes handicapes mentales internes doivent disposer dun encadrement socio-pdagogique appropri. Cela nest possible que si intervenants travaillant dans les annexes psychiatriques ou les tablissements de Dfense Sociale disposent de la formation adquate. 65

Comprendre les difficults lies au handicap mental, apprendre comment fournir une aide ducative efficace, comment tre en relation avec la personne handicape mentale est ncessaire non seulement pour le personnel de soins mais galement pour le personnel dencadrement tel que gardiens ou ducateurs. Ce besoin de formation est encore plus criant lorsque, faute de place, les personnes handicapes mentales se retrouvent en contact avec les dtenus. Nous demandons galement la cration de ponts entre les secteurs de la Dfense sociale et du Handicap mental. Tout dabord pour que lexprience et les comptences des professionnels du secteur du handicap mental puissent servir au personnel des annexes psychiatriques et des tablissements de dfense sociale. Ensuite pour permettre le dveloppement de projets spcifiques assurant une transition entre le secteur de la dfense sociale et les services ordinaires pour personnes handicapes mentales. Lobjectif de linternement nest pas disoler dfinitivement la personne mais de protger la socit le temps ncessaire la personne pour acqurir les comptences sociales et le support lui permettant un retour vers la vie normale. Et pour la personne handicape mentale, cela signifie souvent le retour vers les structures et services spcifiques pour personnes handicapes mentales nayant commis aucun dlit. Travailler cette transition ds linternement ne peut quaugmenter les chances de succs. La mise en place de davantage de coopration entre les deux secteurs ne russira pas sans une campagne de sensibilisation auprs des services ordinaires, voire dincitants financiers pour ceux qui relvent le challenge. La concertation entre secteurs et niveaux de pouvoir devra tre formalise et gre de manire professionnelle. Les associations de personnes handicapes mentales et de leurs familles dsirent galement participer cette concertation rgulire. Sur le terrain, des quipes mobiles mixtes, regroupant des professionnels de la dfense sociale et des services publics aux personnes handicapes, devront faciliter cette approche pluridisciplinaire et apporter un soutien concret permettant aux quipes de construire leur exprience. Notre troisime message, cest quil faut se donner les moyens de rendre la rintgration possible. Et pour cela, il faut construire le projet de rintgration sur mesure autour de la personne et de son entourage. Et de le revoir rgulirement en fonction de lvolution, des possibilits et des limites de la personne. En Flandre, des programmes spcifiques pour les personnes handicapes mentales sont subsidis par la Vlaamse Agentschap voor Personen met een Handicap. Ces services sont organiss tant en ambulatoire quau sein dunits rsidentielles et sauf exception ne visent pas offrir une solution vie mais plutt accompagner la rintgration en constituant une tape intermdiaire.

66

Nous demandons la mise en place, la reconnaissance et la subsidiation de projets similaires en Communaut franaise. Ceci implique lengagement de lAgence Wallonne pour lIntgration de la Personne Handicape et de PHARE Bruxelles. La quatrime priorit concerne les personnes prsentant la fois un handicap mental et des troubles de comportement. Pour ce public particulier, ni le secteur de la Sant Mentale ni celui du Handicap mental ne peuvent fournir seuls de rponse approprie. Une coopration troite entre des professionnels des deux mondes doit tre mise en place afin dviter que faute de prise en charge adquate ces personnes ne restent indfiniment bloques dans une annexe psychiatrique ou un tablissement de Dfense Sociale. Les Cellules Mobiles dIntervention peuvent participer efficacement cette approche. Enfin, pour les personnes auxquelles mme une telle organisation ne permet pas denvisager une rintgration, des units rsidentielles spcifiques doivent tre cres. Ainsi que je lai soulign dans mon introduction, il est donc vident nos yeux quune approche uniquement base sur les ressources et les comptences judiciaires ne peut rpondre la problmatique des personnes handicapes mentales. Lchange de comptences, le support partag des cots et la coordination des interventions permettront de meilleurs rsultats pour un cot global moindre et dans le respect de la dignit des personnes aujourdhui internes. Ce matin, je vous ai expliqu quil y avait urgence agir, une urgence aussi forte que pour venir en aide aux victimes dinondations. Lassociation Nationale dAide aux Handicaps Mentaux insiste, depuis dj plusieurs annes, pour que des initiatives soient prises tant dans le trs court terme qu plus long terme. Nous esprons donc que les propositions contenues dans le livre blanc dboucheront sur des dcisions rapides et excutes sans dlai, pour amliorer la situation, indigne, qui est celle de plus dun millier de personnes handicapes ou malades mentales incarcres.

67

PLEIDOOI VAN DE VERENIGINGEN PLAIDOYER DES ASSOCIATIONS

RECOMMANDATIONS INDIVIDUELLES PAR RAPPORT LA SITUATION ACTUELLE DES INTERNS ATTEINTS DE TROUBLES PSYCHIQUES EN BELGIQUE INDIVIDUELE AANBEVELINGEN MET BETREKKING TOT DE HUIDIGE TOESTAND VAN GENTERNEERDEN PERSONEN MET PSYCHISCHE PROBLEMEN IN BELGI
Docteur-Dokter Fernand Rihoux, Fdration des Associations Similes Francophones asbl

68

Le traitement quune culture rserve aux plus vulnrables dentre ses membres rvle son degr de civilisation, sa consistance dmocratique et son positionnement dans la question de la norme. Les plus vulnrables dont il est question aujourdhui, ce sont les handicaps mentaux et les malades mentaux mis aux oubliettes et cest un scandale. Quon ne vienne pas me dire titre dargument justificatif que les malades mentaux sont dangereux et sont des criminels potentiels. Il ne peut y avoir de confusion de genre entre la dlinquance sociale et les maladies/ handicaps mentaux prsentant des risques de passage lacte. Le politique aurait parfois quelque tendance faire du malade mental, un criminel en puissance ou au moins un individu risque, une espce d exemplaire ou de cas dcole du risque socital. Et nous savons que notre socit se veut risque zro avec un principe de prcaution port au rang de valeur . Nulle mention de notion de dangerosit dans la loi de dfense sociale de 1964 si ce nest larticle 20 al. 2 propos de la rvocation de la libration lessai. On ne peut en dire autant de la loi du 21 avril 2007 relative linternement des personnes atteintes dun trouble mental : demble on y prcise en son article 1er que linternement est une mesure de sret et dans son article 5, il est dit que lexpertise psychiatrique doit tablir si la personne risque de commettre de nouvelles infractions. Eh oui, cest lesprit du temps ; les philanthropes du dbut du 20me sicle (1re loi en 1930) ont fait place des gens dits raisonnables qui veulent en finir avec limprvisible, le hasard, le tragique de lexistence ; tout doit tre prvu, manag, contrl, surveill. Vous pensez peut-tre que tout cela est littrature; il nen est rien car si le nombre dinterns augmente, cest que ces malheureux stagnent dans nos prisons dont nous avons tous peur de les faire sortir et o nous les faisons entrer trop facilement et trop largement avec une extension de la notion de trouble mental vis--vis duquel il conviendra de se montrer vigilant. Bien sr en prenant le contrepied de cette socit scuritaire et en plaidant pour une culture de la dignit, de lamour de lautre, de lhospitalit pour le rve et la folie dans le droit fil de la pense et de la politique de Similes, je ne veux pas non plus passer pour un idaliste qui verrait la solution dans la suppression insense de toute forme denfermement ; dailleurs Similes et les parents se plaignent de ne pas tre couts dans leur appel laide quand ils peroivent que a ne va pas ; ne sont-ils pas les mieux placs ? Mais il est dabord impratif dapporter des soins valables dans des lieux et des temps adquats : deuxime plaidoyer. Il y a une augmentation nette et scandaleuse du nombre et du temps de sjour des interns dans les annexes psychiatriques des prisons: les tablissements de Dfense Sociale ne les acceptent quau compte goutte et dans une logique implacable et inflexible du nombre de places (Tournai et Paifve). 69

Ces annexes psychiatriques ne peuvent absolument pas tre considres comme des lieux de soins et le dispositif mis place par la circulaire 1800 du 07.06.2007 (arrive dun personnel qualifi mais sans modifications structurelles darchitecture et despace) se rvle insuffisant voire contre productif ; jose peine voquer le drame survenu la prison de Namur le 3 fvrier dernier. De surcroit, la mise en place de ce dispositif sest accompagne dune sparation tranche, issue de bons principes mais non justifiable, entre le soin et lexpertise; cette coupure a mis mal tous les accompagnants de ces interns doublement infortuns dont on voudrait oublier la globalit de leur espace mental et tout laspect volutif relationnel et humain. Par ailleurs nouveaux pestifrs, les interns ne sont quasi jamais admis dans dautres institutions de soins que les Etablissements de Dfense Sociale ; il faut cependant tenir compte de ce qui a t mis en place en Flandre (MSP, HP, accueil pour les dlinquants sexuels et pour les handicaps mentaux) Il importe donc de crer des vritables centres de soins adapts tenant compte du type et de la gravit de la pathologie, dans des conditions de scurit suffisamment bonnes. La solution nest pas dans une loi, dcret ou circulaire mais dans le dgagement de moyens financiers suffisants qui seraient un investissement rentable car loignant les interns des prisons et les remettant plus rapidement dans les circuits de soins via larticle 107 avec les quipes mobiles dintervention. Dans un pays qui peut se glorifier de grands noms qui ne se sont pas content dillustrer la criminologie internationale depuis Ducptiaux en passant par Prins, Vervaeck, Degreeff mais qui sont aussi lorigine dinitiatives tout fait novatrices comme la Loi de Dfense Sociale, ne soyons pas en reste, mettons en uvre partir de cette loi ou de la loi modifie (qui devrait toutefois inclure un psy), les moyens nous permettant dtre dignes de nos prdcesseurs et darrter de mal traiter les handicaps et malades mentaux. Similes, cest tre pareils; reprenons la phrase en exergue du manifeste des 39 en France : Sans la reconnaissance de la valeur humaine de la folie, cest lhomme mme qui disparait .

70

PANELGESPREK PANEL DE DISCUSSION


Stefaan DECLERCK, ministre de la Justice

liane TILLIEUX, ministre wallonne de la Sant, de lgalit des chances et de lAction sociale

velyne HUYTEBROECK, ministre bruxelloise de la Politique de laide aux personnes handicapes

Nancy BLEYS, raadgeefster Cabinet van Vlaams Jo Vandeurzen minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin

Greet VAN GOOL, Directrice de Cabinet adjointe, Cabinet de Jean-Marc DELIZE, secrtaire dtat la politique des personnes handicapes

Isabel MOENS, reprsentante de Laurette ONKELINX, ministre des Affaires sociales et de la Sant publique.

Philippe HENRY de GENERET, cellule COCOM Sant et Fonction publique, conseiller de Benot CEREXHE, ministre bruxellois de la Fonction publique, de la Politique de la sant, de la Formation professionnelle et des Classes moyennes

Git CEULEMANS, adjunct- Kabinetschef Vlaamse Gemeenschapscommissie, Kabinet Brigitte GROUWELS, Brussels minister van Welzijn, Gezondheid, Gezin, Media en Patrimonium

71

Verslag van het panelgesprek rapport du panel de discussion

Moderator: Frdric Deborsu, journalist RTBF Op 25 februari kwam er een federale wet tegen discriminatie. Onder invloed van de Europese richtlijn werd die vervangen door de wet van 10 mei 2007. Het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding constateert dat handicap de tweede reden voor discriminatie is. Wanneer in een gevangenis genterneerden met een verstandelijke handicap gepest worden door de andere gevangenen, is dit een vorm van discriminatie. Handicap mag nooit een aanleiding zijn voor vrijheidsberoving en vernederende bestraffing, dit staat letterlijk te lezen in het Verdrag der Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap. Psychiatrische afdelingen binnen de gevangenis zijn een ramp.

Stefaan De Clerck, Minister van justitie In maart 2010 werd in de Kamer een nota rond internering besproken. Dit wordt nu echter vertraagd door de politieke crisis. Van de 11.000 gevangenen hoort 10 % niet thuis in een gevangenis. Daar komen er per jaar 100 bij. Bijkomende infrastructuur staat op stapel, in totaal gaat het om 8 nieuwe projecten. Zo komen er forensische psychiatrische centra in Gent en Antwerpen, telkens voor 500 personen. De aanbestedingen zijn rond, de werken starten in 2011. Deze centra moeten beantwoorden aan zowel de waarden van een ziekenhuis als aan die van een gevangenis. Er wordt nochtans al jaren gewerkt aan een analyse van de problematiek (POCO). In 1999 was er zelfs wetgeving rond, maar die werd nooit uitgevoerd. Men kan beter stoppen met wetten maken als je toch niet zeker bent dat ze gerealiseerd worden. De wet van 2007 moet op tafel komen. Men moet niet wachten op de nieuwe regering, maar men moet rechtstreeks teksten bezorgen aan het Parlement. Er moeten afspraken worden gemaakt met Volksgezondheid, de financiering moet worden uitgebreid. Er moeten ook 500 extra opvangplaatsen komen in het externe circuit (breed scala, Beschut Wonen o.a.)

Eliane Tillieux, ministre wallonne de la Sant, de lgalit des chances et de lAction sociale In Walloni is de situatie op vlak van educatie en therapie beter dan in Vlaanderen: inrichtingen tot bescherming van de maatschappij Les Marronniers te Doornik en Paifve). Zo werken AWIPH en Doornik heel goed samen. 72

Evelyne Uytebroeck, ministre bruxelloise de la Politique de laide aux personnes handicapes De gevangenissen van Sint-Gillis en Vorst hebben geen lokalen voor vorming. De Brusselse situatie is natuurlijk niet eenvoudig. Er bestaan veel versnipperde bevoegdheden. Er is samenwerking nodig tussen Vlaamse, Waalse en Brusselse diensten. Creativiteit is hier de oplossing. Ook de interministerile conferentie kan een oplossing bieden. Preventie heeft pas slaagkansen wanneer er al vroeg mee begonnen wordt. Het onderwijs speelt hier een belangrijke rol. Exclusie moet bestreden worden. Er moet gewerkt worden aan re-integratie.

Nancy Bleys, raadgeefster Cabinet van Vlaams Jo Vandeurzen minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Er beweegt al veel in Vlaanderen. De Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg hebben al specifieke projecten voor seksuele delinquenten lopen. Er zijn ook de projecten in Zwart Goor5. De verschillende terreinen moeten samenwerken in plaats van de hete aardappel naar mekaar door te schuiven. Psychiatrie, gehandicaptenzorg en justitie moeten manieren zoeken om samen te werken. Kenniscentra moeten opgericht worden, net als meer inreach en outreach projecten. Een strategisch plan rond hulp aan genterneerden moet uitgebreid worden voor personen met een handicap.

Isabelle Moens, reprsentante de Laurette ONKELINX, ministre des Affaires sociales et de la Sant publique.

Expertise van de gerechtspsychiaters moet kwalitatiever naar personen met een handicap toe. Er moet een betere betaling worden voorzien. Er moet ook financiering komen om mobiel te gaan werken, bijvoorbeeld door bezoeken aan gevangenis. Geen financiering volgens het aantal bedden. Bierbeek en Doornik beschikken over speciale units. Hoe dan ook, alle genterneerde personen moeten therapie krijgen of ze nu een juridische stempel dragen of niet. Bij personen met een verstandelijke handicap en een psychiatrische aandoening ligt teveel de nadruk op hun paria-gehalte. Veel deuren blijven voor hen gesloten. Er moeten zorgcircuits opgebouwd worden rond deze personen. Alle betrokken actoren moeten hiervoor samen overleggen, op alle niveaus, ook politiek, bijvoorbeeld in ministerile conferenties.

Ambulante Begeleiding Aan Genternerden met een verstandelijke beperking in de Gevangenis (A.B.A.G.G.) en Amanis, residentile unit voor genterneerden met een verstandelijke beperking.

73

Greet Van Gool, Directrice de Cabinet adjointe, Cabinet de Jean-Marc DELIZE, secrtaire dtat la politique des personnes handicapes Het middenveld, de maatschappij erbij betrekken. Preventie seksuele delinquentie heeft te lijden onder de taboesfeer die nog steeds rond seks hangt. Re-integratie: sneller opstarten van sociale uitkeringen voor gehandicapten na vrijlating. Diensten moeten aangepast worden aan personen en niet omgekeerd.

Philippe Henry de Generet, cellule COCOM Sant et Fonction publique, conseiller de Benot CEREXHE, ministre bruxellois de la Fonction publique, de la Politique de la sant, de la Formation professionnelle et des Classes moyennes

Gezondheidszorg zorgt voor 15 % voor het welbevinden van een persoon. Andere factoren: tewerkstelling, inclusie binnen de maatschappij De focus moet steeds liggen op personen met minder slaagkansen. Mensen die in armoede leven, hebben 4 5 jaar minder levensverwachting. We moeten weg uit een maatschappij waarin emoties een te grote rol spelen (o.m. onder invloed van de media), we moeten evolueren naar een maatschappij van de rede, het verstand. Tevens moet men bereid zijn risicos te nemen.

74

Vragen vanuit de zaal

Waarom niet overal zorgexpertise binnenbrengen in alle gevangenissen, naar het voorbeeld van Gent (project Obra)?

S. Declerck: de inbreng van derden zal groter worden in de nieuwe instellingen van Gent en Antwerpen. Het is beter te zorgen voor lange termijnoplossingen in op maat gemaakte gebouwen -> dit krijgt absolute prioriteit. Tussentijds kunnen er ook lokale projecten in de bestaande gevangenissen worden georganiseerd. De kennis van de zorgsector wordt gebruikt in de gevangenis, waardoor het leven daar aangenamer wordt. De zorg wordt daar door derden gegeven. Op lange termijn zullen deze instellingen worden uitgebaat door de priv-sector, een onomkeerbaar proces. Er is no way back.

Wat met personen met een verstandelijke beperking in voorhechtenis? (vraag aan minister De Clerck)

Rechters beslissen wie binnen en buiten gaat. POCO: zo snel mogelijk goede analyse maken (observatie, diagnose) De infrastructuur van psychiatrische afdelingen moet verbeterd worden. Nu is het daar nog 19de-eeuws. Meestal bevinden ze zich in annexen.

Waarom zijn psychiaters uit de strafuitvoeringsrechtbank geschrapt?

Minister De Clerk: Dit wordt nog besproken, dit kan voorzien worden. Binnen Vredegerechten moeten magistraten meer dialogeren met mensen uit de zorgsector. Door deze gedachtewisseling zullen besluiten tot internering anders zijn. Er zijn geen plaatsen voor genterneerde personen in voorzieningen. Men is bang om ze op te nemen, omdat ze soms agressief gedrag vertonen. Time-outs buiten de instellingen kunnen een oplossing zijn, zo kan het personeel even bekomen, net als de clint. Agressie is geen psychiatrische problematiek. Collocatie is hier nefast. Mobiele teams kunnen een preventieve rol spelen.

75

76

Vous aimerez peut-être aussi