Vous êtes sur la page 1sur 3

Christophe De Noyette runt een eigen schoonheidsinstituut

Ook mannen zijn niet vies van permanente ontharing.


Wie zich in Herzele eens lekker wil laten verwennen in het schoonheidssalon, komt
automatisch bij Christophe De Noyette terecht. In 12 jaar tijd is zijn zaak uitgegroeid tot een
heus begrip. En niet alleen omdat hij als man een beroep uitoefent waar je een vrouw
verwacht. “Als kleine jongen verkoos ik schminken en grimeren boven legoblokjes en
voetballen met mijn vrienden. Een trauma heb ik er gelukkig niet aan overgehouden. Eerder
een fantastische job.”

Wie naar een schoonheidsinstituut gaat, verwacht eens goed onder handen genomen te
worden door een vrouw. Maar u bent een man.
“Ik ben inderdaad een uitzondering. Maar dat vormt geen probleem. De eerste klanten
moesten mij eerder op mijn gemak stellen dan ik hen. Maar die tijden zijn ondertussen al lang
voorbij. Eigenlijk heb ik nooit problemen gehad met het feit dat ik een man was in dit beroep.
Ook tijdens mijn opleiding als regent schoonheidsverzorging – haartooi kan ik me geen
negatieve reacties herinneren.”

Alleen in de klas

Een lerarenopleiding schoonheidsverzorging lijkt niet meteen een richting waarin de


jongens in de meerderheid waren?
“Inderdaad. Toen ik me ging inschrijven, vertelde men mij dat ik de vijfde jongen was die dat
jaar zou beginnen. Maar tijdens de eerste dag van het academiejaar zag ik die vier andere
jongens niet. De tweede dag al evenmin. En dat ging zo door, drie jaar lang. Denk maar niet
dat ik me ongelukkig voelde in die situatie. Ik had zelfs het gevoel dat ik als enige jongen in
een klas vol meisjes al wat meer mocht dan mijn vrouwelijke collega’s. Maar om mijn
diploma te halen, heb ik uiteraard ook moeten studeren.”

Met een regentaatdiploma is het de bedoeling dat je les gaat geven.


“Dat was ook zo. Ook al had ik tijdens het laatste jaar van de opleiding al gemerkt dat het
moeilijk zou worden om in een school aan de slag te kunnen. Middelbare scholen konden
onvoldoende geld vrijmaken voor de zware investeringen die eigen zijn aan een richting
schoonheidsverzorging. Een slechter moment om af te studeren, was er niet. Na een ganse
zomer vruchteloos solliciteren, besloot ik mij te vestigen als zelfstandige.”

In deze branche lijkt dat niet evident voor een jongeman van 21.
“Ik kon mijn enthousiasme niet wegstoppen denk ik. Achteraf gezien was dit toch een groot
risico. Maar dankzij de steun van mijn ouders, vooral op financieel vlak is het gelukt. Daar
ben ik hen trouwens nog steeds bijzonder dankbaar voor. Ook de goede raad van mijn tante
die in Oudenaarde een soortgelijk instituut had, kon ik niet in de wind slaan. Dankzij haar kon
ik mijn klanten meteen enkele gerenommeerde merken aanbieden: een groot pluspunt voor
een beginnend schoonheidsspecialist. In februari ’94 opende de zaak. Aanvankelijk hield ik
het heel kleinschalig. Naast het parfumeriegedeelte had ik nog een kamertje ingericht waar ik
hand-, voet- en gelaatsverzorging kon aanbieden. Later kwam daar ook ontharen bij. En dat
bleek een succes te zijn. Op vraag van de klant bereidde ik het aanbod aan
lichaamsverzorging dan ook al snel uit. Tegelijk kende de schoonheidsindustrie een echte
‘boom’. De markt werd overspoeld met nieuwe toestellen en de technieken evolueerden
razendsnel.”
Op zulke momenten is het de kunst de boot niet te missen. Hoe pak jij dat aan?
“Schoonheidsspecialisten die niet met de tendensen mee evolueren, redden het niet meer.
Tenzij het hun bedoeling is enkel de buurvrouwen als klanten te hebben, raad ik iedere collega
aan zich voldoende bij te scholen. Enkel op die manier kan je het allerbeste aanbieden en blijf
je de concurrentie een stapje voor. Mij zul je geen stationsromannetjes zien lezen. Als ik ook
maar vijf minuten vrije tijd heb, verdiep ik mij in de vakbladen. Ook op beurzen, zowel in
binnen- als buitenland, valt er heel wat bij te leren. En ook al loop ik nu toch al zo’n 12-tal
jaar in dit wereldje rond, het gebeurt nog vaak dat ze op zo’n beurs eerst mijn vrouw
aanspreken. Ook zij helpt mee in de zaak. Maar haar domein is de boekhouding. Haar zul je
niet zien in de cabine waar de behandelingen plaatsvinden. Mijn vrouw is verzekeringsagente,
geen schoonheidsspecialiste.”

Cowboys en andere ‘charlatans’

Schoonheidsspecialisten moeten precies meer kunnen dan zalfjes smeren?


“Dat is nog zacht uitgedrukt. Wie geen degelijke, en dan bedoel ik hogere, opleiding genoten
heeft, kan het niet. Als ik stagiairs uit een zesde middelbaar soms bezig zie, heb ik toch mijn
bedenkingen bij het niveau van de opleiding. Wie het beroep wil uitoefenen zou verplicht
moeten worden drie jaar verder te studeren. Of men moet werk maken van het getuigschrift
van huidtherapeut, zoals we dat in Nederland kennen. Mensen die het halen mag je als het
ware half-schoonheidsspecialist, half-dermatoloog noemen. Maar het is beslist een goede zaak
want elke dag moeten wij opboksen tegen de vele cowboyverhalen die de ronde doen. In
sommige ervan schuilt er helaas ook enige waarheid. Fouten die gemaakt worden door
zogeheten ‘specialistes’ komen steeds vaker voor. Op die manier worden wij allemaal over
dezelfde kam geschoren en worden de mensen die ernstig met hun vak bezig zijn aanzien voor
‘charlatans’. Je kunt niet in alles goed zijn, dat moet je durven toegeven. Maar je kan er wel
op anticiperen door je te specialiseren in zaken die je het best liggen.”

Cellulitis en spataders

Welke behandelingen zijn momenteel erg geliefd?


“Pedicure, figuurcorrecties en afslankbehandelingen scoren goed. Ook de verzorging van
cellulitis en spataders, iets waar trouwens heel wat vrouwen last van hebben, is populair. Een
vijftal jaar geleden was er de hype rond de kunstnagels. Iets waarvan ik nooit dacht dat het
ook vandaag nog ‘in’ zou zijn. Permanente make-up is ook een topper. Al is het mijn ding
niet. Het is echt iets waar je dag in dag uit mee moet bezig zijn. En die tijd heb ik helaas niet.
Maar de klanten hoeven niet te vrezen: ik heb een echte specialiste aangeworven die niks
anders doet dan werken met dat ene toestel voor permanente make-up. De nieuwste trend is
ongetwijfeld definitieve ontharing door middel van lichttherapie: een techniek die ons in staat
stelt nog efficiënter aan huidvernieuwing te doen. Iets waar de mannen ook niet vies van
zijn.”

Over mannen gesproken. Vinden die tegenwoordig al wat makkelijker de weg naar het
schoonheidssalon?
“Die vonden ze vroeger ook al. Maar toen kwamen ze enkel om een afspraak vast te leggen
voor hun vrouw (lees: ze kwamen gewoon eens controleren of alles hier wel koosjer verliep).
De laatste jaren komen ze voor zichzelf een afspraak maken. Eigenlijk heb ik heel wat
mannelijke klanten. De drempel om naar een vrouwelijke collega te gaan, ligt voor hen een
stuk hoger. Ergens is dat wel te begrijpen. Een man gaat voor ontharing ter hoogte van de
schaamstreek wellicht nog liever langs bij een man, nee? Voor de vrouw ligt dat anders. Of
het nu een man of vrouw is die haar behandelt: zij stoort zich daar niet aan. Meer nog, ik heb
zelfs het gevoel dat vrouwen alsmaar minder schroom hebben tegenover een man. Ze zijn het
natuurlijk al gewoon bij een mannelijke huisarts of gynaecoloog langs te gaan. Het aantal
jongens van 15-16 jaar dat langskomt stijgt ook spectaculair. Jongeren zijn tegenwoordig erg
op hun uiterlijk gesteld. Vroeger was het absoluut ‘not-done’ om als jonge gast bij de
schoonheidsspecialist langs te gaan. Nu schamen ze zich daar niet meer voor. En pubers met
acné die na elke behandeling verbetering zien, komen graag terug.”

Maar je cliënteel bestaat toch niet alleen uit mannen?


“Neen, gelukkig niet. Ze blijven nog steeds in de minderheid. De vrouwen rond middelbare
leeftijd, tussen de 40 en de 55 jaar, vormen de grootste groep. Veel van die mensen kwamen al
langs toen ik nog in de Kerkstraat gevestigd was. Maar het werd er al snel te klein en in ’99
zijn we verhuisd. Meer ruimte betekent meer luxe voor de klant. Zo kwam ik op de Groenlaan
terecht waar ik een bestaand schoonheidsinstituut kon overnemen. De twintigers zijn de minst
trouwe klanten. Die durven al eens experimenteren en kijken ook graag eens hoe het er in een
ander instituut aan toe gaat. Het grootste aantal komt terug hoor; eens ze gesetteld zijn.”

Een goede band met het cliënteel lijkt ook essentieel voor een schoonheidsspecialist.
“Elke goede relatie is daarop gebaseerd, dus waarom zou dat hier anders zijn. Sommige
klanten zijn ondertussen echte vrienden geworden. Maar je moet de klant ook vertrouwen. Ik
verwacht dan ook dat de klant mijn advies opvolgt. Als je een crème meegeeft die je best
gebruikt bij een vette huid, moet je er als klant geen zalf aansmeren die geschikt is voor een
droge huid. Ik zou het trouwens ook merken. Ook vrouwen die zelf pas vernomen hebben dat
ze zwanger zijn, kunnen dat voor mij niet verstoppen. Net zoals ik kan zien of iemand rookt
of niet. Twee sigaretten per dag verraden al dat je een rokershuid hebt.”

Frieten en chocolade

Een mooie huid is te verklaren door gezonde voeding?


“Die twee zaken hoeven niet noodzakelijk aan elkaar gekoppeld te zijn. Het is niet omdat je in
het weekend een pakje frieten gegeten hebt, dat je de maandag erop vol gaat staan met
pukkels. Dat zal eerder afhangen of je een gevoelig spijsverteringsstelsel hebt of niet.
Hetzelfde geldt voor chocolade. Het is niet omdat je acné hebt dat je geen chocolade meer
mag eten.”

En wat gaat de toekomst brengen?


“Ik ga alvast niet de ‘welness’ kant opgaan wanneer ik opnieuw de zaak ga uitbreiden.
Verwacht dus geen sauna en andere relaxatieruimtes. Wat de therapeutische behandelingen
betreft, mogen de klanten alvast het allerbeste verwachten. Ook de parfumerieafdeling zal niet
afgebouwd worden, integendeel. De kans is ook niet onbestaande dat er nog personeel
bijkomt, want tegenwoordig verlaat de laatste klant de zaak maar rond 22 uur.” – Kristof
MORY

Streamers:
Drie jaar heb ik gezocht naar mannelijke klasgenoten. Tevergeefs.
Bijscholing is noodzakelijk. Tenzij je enkel de buurvrouwen als klant wil hebben.

Foto-onderschrift:
Christophe De Noyette: “Als goede schoonheidsspecialist moet je meer kunnen dan een zalfje
wrijven. Je moet de ‘magic touch’ kunnen meegeven.”

Vous aimerez peut-être aussi