Vous êtes sur la page 1sur 4

Copyright CANON INC. 2000-2005. Alle rechten voorbehouden.

____________________________________________________________________ Microsoft Windows XP, Microsoft Windows 2000 Canon IJ-printerstuurprogramma versie 1.90 NL Instructies ____________________________________________________________________ Microsoft en Windows zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de VS en andere landen. Alle andere namen en merken die hier worden genoemd, zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van de respectieve eigenaars. ____________________________________________________________________ < Inhoud > Inleiding Voorwoord Onderdelen van de installatie Systeemvereisten Het printerstuurprogramma verwijderen Instellingen voor het printerstuurprogramma opgeven Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen Het printerstuurprogramma gebruiken ==================================================================== Inleiding ==================================================================== < Voorwoord > Dit bestand bevat belangrijke informatie over het configureren en gebruiken van het Canon IJ-printerstuurprogramma waarbij deze Leesmij is geleverd. U kunt met het Canon IJ-printerstuurprogramma afdrukken op de Canon IJ-printer vanuit toepassingen die worden uitgevoerd onder Microsoft (R) Windows (R) XP of Microsoft (R) Windows (R) 2000. Voordat u de printer kunt gebruiken, moet u het printerstuurprogramma op uw computer installeren. < Onderdelen van de installatie > Het installatiepakket bestaat uit de volgende onderdelen: - Installatieprogramma (Setup.exe) Installeert het Canon IJ-printerstuurprogramma op de computer. - Canon IJ-printerstuurprogramma (wordt in dit document "printerstuurprogramma" genoemd) De software waarmee u op de printer kunt afdrukken. - Verwijderprogramma Hiermee kunt u het printerstuurprogramma van de computer verwijderen. - Leesmij (readme_dutch.txt) Dit document. Dit bevat belangrijke informatie over het printerstuurprogramma. U kunt dit bestand na de installatie lezen

door op [Start] te klikken en vervolgens [Programma's][Naam van uw printermodel]-[Leesmij] te kiezen. < Systeemvereisten > Voor deze software is de volgende systeemconfiguratie vereist: Besturingssysteem Windows XP Home Edition Windows XP Professional Windows 2000 Professional of Windows 2000 Server/Advanced Server Opmerking: - Dit product is speciaal ontworpen voor 32-bits versies van Windows. - De help wordt mogelijk niet correct weergegeven afhankelijk van het besturingssysteem of de versie van Internet Explorer. Aangeraden wordt het systeem bijgewerkt te houden met Windows Update. Hardware Computer: Geheugen: Hard disk: Interface: Moet normaal werken met het gebruikte besturingssysteem. (CPU: Intel Pentium-microprocessor of equivalente microprocessor) Moet normaal werken met het gebruikte besturingssysteem. Ten minste 100 MB beschikbare ruimte vr het installeren van het stuurprogramma. Interface die compatibel is met de printer. (Beschikbare interfaces zijn afhankelijk van uw model. Raadpleeg de printerhandleiding voor details.) Monitor met een resolutie van 800 x 600 of hoger

Monitor:

< Het printerstuurprogramma verwijderen > Verwijder het printerstuurprogramma door de volgende procedure te volgen: 1. Selecteer [Programma's] in het menu [Start] en selecteer vervolgens [Naam van uw printermodel]. 2. Klik op [Verwijderen]. 3. Als het dialoogvenster [Verwijdering van bestand bevestigen] verschijnt, klikt u op de knop [OK]. Opmerking: - Als u [Verwijderen] niet in het menu [Start] kunt vinden, verwijdert u het printerstuurprogramma aan de hand van deze procedure: 1) Selecteer [Configuratiescherm] in het menu [Start] en klik op [Printers en andere hardware] [Printers en faxapparaten]. 2) Selecteer de naam van de printer die u wilt verwijderen en selecteer [Verwijderen] in het menu [Bestand]. 3) Selecteer [Servereigenschappen] in het menu [Bestand]. 4) Klik op het tabblad [Stuurprogramma's]. Selecteer vervolgens

de naam van de printer die moet worden verwijderd in de lijst [Genstalleerde printerstuurprogramma's]. 5) Klik op [Verwijderen]. Klik op [OK] wanneer het bevestigingsbericht verschijnt. ==================================================================== Instellingen voor het printerstuurprogramma opgeven ==================================================================== < Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen > - Het venster Openen vanuit de toepassing U opent het printerstuurprogramma vanuit de toepassing door [Bestand]-[Pagina-instelling] te selecteren en op [Printer] te klikken, of door [Bestand]-[Afdrukken...] te selecteren en op [Eigenschappen] te klikken. - Het venster direct openen Wanneer u veel gebruikte instellingen wilt opgeven of toegang wilt krijgen tot de onderhoudsfuncties van de printer, volgt u onderstaande procedure. 1) Selecteer [Configuratiescherm] in het menu [Start] en selecteer vervolgens [Printers en andere hardware] [Printers en faxapparaten]. 2) Klik op het pictogram van het printermodel dat u wilt gebruiken. 3) Selecteer [Voorkeursinstellingen voor afdrukken] in het menu [Bestand]. Opmerking: Wijzig niet de instellingen op het tabblad [Geavanceerd], dat wordt weergegeven wanneer u het eigenschappenvenster opent via [Eigenschappen]. Wanneer u de instellingen wijzigt, is het mogelijk dat bepaalde functies worden uitgeschakeld en u deze niet kunt gebruiken. < Het printerstuurprogramma gebruiken > Bij het adrukken met gebruikmaking van dit printerstuurprogramma gelden bepaalde beperkingen. Houd bij het afdrukken rekening met het volgende: - De methode voor papierinvoer die is ingesteld met het printerstuurprogramma, werkt mogelijk niet juist met bepaalde toepassingen. In dit geval moet u de methode voor papierinvoer instellen met de Pagina-instelling of een andere functie van de toepassing die daarvoor geschikt is. - In sommige toepassingen werkt de instelling voor [Aantal exemplaren] niet wanneer deze instelling in het printerstuurprogramma wordt opgegeven. In dit geval geeft u deze instelling in het dialoogvenster [Afdrukken] van de toepassing op. - Als de geselecteerde [Taal] in het dialoogvenster [Info] niet overeenkomt met de taal van het besturingssysteem, wordt het venster van het stuurprogramma mogelijk niet juist weergegeven. - Wijzig niet de items op het tabblad [Geavanceerd] van de printer-

eigenschappen. Als u deze wijzigt, werken de volgende functies niet goed. Wanneer [Uitvoeren naar bestand] is geselecteerd in het dialoogvenster [Afdrukken] van de toepassing en EMF-spooling met deze toepassing niet mogelijk is, zoals het geval is bij Adobe PhotoShop LE en MS Photo Editor, werken de volgende functies ook niet. - [Afdrukvoorbeeld] op het tabblad [Afdruk] - [Hoeveelheid spoolgegevens reduceren] in het dialoogvenster [Afdrukopties] - [Pagina-indeling afdrukken], [Poster afdrukken], [Boekje afdrukken], [Dubbelzijdig afdrukken] (handmatig), [Vanaf de laatste pagina afdrukken] en [Sorteren] op het tabblad [Pagina-instelling] - Aangezien de resolutie van het voorbeeld verschilt van de resolutie van de afdruk, kunnen tekst en lijnen in het voorbeeld er anders uitzien dan op de uiteindelijke afdruk. - In sommige toepassingen wordt het afdrukken onderverdeeld in meerdere taken. U voorkomt dat deze worden afgedrukt door al deze taken te verwijderen. - Voor gedetailleerde informatie over functies van Windows XP of Windows 2000 raadpleegt u de bijbehorende gebruikershandleiding. < De IrDA-interface en de Bluetooth-optie gebruiken > Bij sommige printermodellen kunt u de IrDA-interface en de Bluetoothoptie gebruiken. Houd rekening met het volgende wanneer u deze interfaces gebruikt: - Wanneer u afdrukt via de IrDA-interface, werken functies die afhankelijk zijn van bi-directionele communicatie, niet. Om deze reden worden berichten met betrekking tot deze functies, bijvoorbeeld "Papier is op", niet op de IJ-statusmonitor weergegeven. - Houd bij het gebruik van de Bluetooth-optie rekening met het volgende. - Wanneer u een van onderstaande handelingen verricht, is het mogelijk dat de afdruktaak niet wordt beindigd en "Bezig met afdrukken" op de statusmonitor blijft staan, zelfs wanneer het afdrukken is voltooid en de afdruk uit de printer is geworpen. Wanneer dit gebeurt, klikt u op de knop [Afdrukken annuleren] op de Statusmonitor of annuleert u de afdruktaak in de afdrukwachtrij van de printer. - Wanneer u de printer verplaatst naar een locatie waar de radiogolven de printer niet kunnen bereiken of als het radiosignaal zwak wordt - Wanneer u de printer uitschakelt - Wanneer u na een printerfout het afdrukken annuleert, is het mogelijk dat u geen afdruktaken meer kunt uitvoeren. Schakel in dit geval de printer uit en weer in. - Bij sommige printermodellen kunt u het bewerkingspaneel van de printer niet gebruiken, wanneer de statusmonitor is geopend via [Printerstatus weergeven...] op het tabblad [Onderhoud].

Vous aimerez peut-être aussi