Beeldende vorming en ICT

Ik wil de kinderen per groepje achter de computer laten werken. Iedere week mag er dan een ander
groepje achter de computer. Zo houd ik het overzichtelijk en hoef ik tijdens de les niet te wisselen van
kinderen. Ik heb in totaal 4 weken nodig om alle kinderen 1 keer achter de computer te laten tekenen.
Daarbij wil ik iedere week een ander beeldaspect aan bod laten komen. Dat zal gebeuren met de
volgende opdrachten:

Herfsttekening:
De kinderen maken een tekening van de herfst. Dit doen ze ook alleen met herfstkleuren (bruin, groen,
geel, oranje, rood) de kinderen maken de tekening met potlood. Of de computer mogen er ook andere
materialen gebruikt worden zoals de verfkwast of de verfpot. De kinderen mogen geen grijs gebruiken
om eerst de tekening op te zetten. Het moet meteen met de juiste kleuren.
Met deze opdrachten oefenen de kinderen het beeldaspect kleur. De kinderen moeten naar de kleuren
van herfst kijken en deze op een juiste manier overbrengen. Daarbij zullen ze soms ook kleuren met
elkaar moeten mengen of over elkaar heen gebruiken. Ook afstekende kleuren komen hier naar voren.

Blad van inkt:

De kinderen gaan een blad natekenen met Oost-Indische inkt. De kinderen moeten allemaal een blad
van een boom mee nemen. Dit blad gaan ze natekenen. De kinderen maken eerste en grove schets met
potlood. Deze trekken ze over met inkt. Als dit gebeurt is gaan ze naar de inhoud van het blad kijken.
Zitten er gaatjes is, of juist kleine nerfjes. Ook dit moeten de kinderen erbij tekenen.
De kinderen op de computer doen bijna hetzelfde, maar zij gebruiken voor deze opdracht het potlood
met als kleur zwart. Voor hen geld hetzelfde dat ze eerst de omtrek moeten doen en daarna pas de
invulling.
Met deze opdracht oefenen de kinderen het beeldaspect vorm. De kinderen moeten naar de vorm van
het blad kijken en dit zo realistisch mogelijk over brengen.

Carnavalskleding:
De kinderen gaan een tekening maken van zichzelf met carnaval. Hierbij krijgen ze de opdracht
zichzelf goed te verdelen over het blad. Het hoofd aan de bovenkant en de voeten op de onderkant. De
kinderen krijgen dus vooral de opdracht om de ruimte goed in te delen. Ze moeten een standpunt
innemen van waar ze gaan tekenen. Ook moeten ze rekening houden met de plaats in het grondvlak en
grootte verschil.

Ecoline en inkt:
Deze opdracht bestaat uit 2 kleinere opdrachten. De kinderen krijgen de eerste dag allemaal een vel
papier dat ik nat maak. Op dit natte vel laten ze ecoline vallen. Dit loopt uit elkaar. De kinderen
moeten hiermee door gaan totdat het hele vel vol is. Zodra dit gebeurt is laten ze het papier drogen.
De tweede dag krijgen de kinderen hun tekening weer terug. Ze moeten nu goed naar hun tekening
kijken en hier figuren in zien. Deze figuren gaan ze overtrekken met Oost-Indische inkt.
Op de computer doen ze bijna hetzelfde. De kinderen moeten met de spuitbus hen vel vol maken met
kleuren. Dit doen ze geheel willekeurig. De tweede dag gaan de kinderen met hun potlood lijnen
zetten om de figuren. Daarna moeten ze er ook nog met tekst bij zetten wat het allemaal is.
Met deze opdracht ervaren de kinderen een stukje textuur. Ze zien wat ecoline doet zodra het met
water in aanraking komt. Daarnaast moeten ze met het zoeken van de figuren ook rekening houden
met textuur. Een paddestoel heeft een andere textuur dan een hond of een huis. Dit moeten de kinderen
zien en hier rekening mee houden.
Producten van de leerlingen
Herfsttekening:

Blad van inkt

Carnavalskleding:

Ecoline en inkt:
Evaluatie
Herfsttekening:
Ik vond dit een erg leuke opdracht om te doen. De kinderen wisten veel herfst dingen op te noemen.
Zowel de dieren als dingen die er gebeuren in de natuur. Daarnaast wisten de kinderen ook precies
welke kleuren er bij de herfst horen.
De kinderen konden snel aan het werk en konden ook goed zelfstandig werken.
Hierdoor had ik alle tijd om de kinderen bij de computer te begeleiden. Dit was erg
prettig. Het programma moest opgestart worden en de kinderen moesten er een
kleine uitleg bij hebben. Daarnaast ging er soms wat fout bij de tekeningen met
opvullen of het trekken van lijnen. Hierbij was het makkelijk dat ik de klas niet
hoefde te begeleiden en ik de kinderen achter de computer kon helpen bij deze
problemen.
De eindresultaten waren ook heel leuk. Wat mij ook opviel waren de overeenkomsten tussen de
tekeningen op de computer en de tekeningen met potlood. De tekeningen zagen er bijna hetzelfde uit.
De kinderen gaan dus niet op een andere manier tekenen zodra ze achter de computer mogen. Er zat
wel 1 groot verschil tussen. De kinderen die op de computer getekend hadden gebruikte fellere
kleuren. De kleuren waren egaal. Dat lukt je niet met potlood. Daarom vielen de tekeningen wel op,
maar qua stijl niet.

Blad van inkt:

Dit was een redelijk makkelijke opdracht. Ook voor de kinderen achter de computer. Deze opdrachten
konden ze vrijwel zelfstandig uitvoeren. Ik heb de kinderen achter de computer heel af en toe
moeten helpen zodra er een lijn heel fout stond. Toch hoefde dit niet veel. De kinderen
gebruikte voornamelijk de gum bij een foutje. Dit was erg prettig. De kinderen die met
echte inkt werkten hadden namelijk wel hulp nodig. Als bij hen iets fout ging dan kon het
niet met de gum verbeterd worden. Ook het werken met inkt was redelijk nieuw voor de
kinderen. Dus deze hadden meer begeleiding nodig. Dit is dus ook een punt waar je rekening
mee moet houden in de voorbereiding. Een van de twee groepen moeten zelfstandig kunnen
werken. Of de kinderen achter de computer of de kinderen in de klas. Kan dit niet dan moet de
organisatie erg goed zijn om dit wel mogelijk te maken.

Carnavalskleding:
Bij deze opdracht konden beide groepen zelfstandig werken. De kinderen in de klas
werkten met potlood waardoor het materiaal al geen probleem was. Daarnaast was de
opdracht voor alle kinderen ook duidelijk. De kinderen achter de computer heb ik weer een
kleine uitleg gegeven waarna ook zij redelijk zelfstandig aan het werk konden. Ik heb hen
af en toe wel moeten helpen zodra er iets fout ging met de opvulling of het tekenen van de
lijnen. 1 kind wilde een kleur die niet in de rij onder aan stond. Deze heb ik samen met haar
opgezocht via het menu van kleuren bewerken. Ik heb dit een keer met haar samen gedaan.
Sindsdien wist ze hoe het moest, en is het haar meerdere keren zelf gelukt. Iets wat ik erg knap
vind voor een kind in groep 4.
Deze les ging ook erg goed. Ook hier geldt weer dat de tekening die gemaakt zijn op de
computer erg lijken op de tekeningen die gemaakt zijn met potlood. De stijl van tekenen en het soort
personen lijken erg. Alleen de helderheid van de kleuren verschilt.

Ecoline en inkt:
bij deze opdracht geldt hetzelfde als bij de opdracht van het blad met inkt. De kinderen
in de klas moesten meer begeleid worden dan de kinderen achter de computer. De
kinderen achter de computer heb ik uitgelegd hoe de verfspuit werkte. Zodra ze dit
wisten konden ze aan de slag en heb ik hen niet meer hoeven helpen. De kinderen in de
klas wel. Vooral omdat er bij ecoline er nog al eens wat fout gaat.
Het werken met de Oost-Indische inkt ging goed. Zowel de kinderen in de klas als achter de computer
hadden weinig begeleiding nodig. Ik heb de kinderen achter de computer wel uit moeten leggen hoe ze
tekst in moesten voegen, maar zodra ze dit wisten konden ze makkelijk en snel iets typen (soms wel
een foutje)

Als ik terug kijk naar de 4 opdrachten dan vind ik het een geslaagde opdracht. De kinderen waren erg
enthousiast en konden niet wachten tot ze achter de computer mochten. Ik ga dit ook zeker doorzetten.
Ik weet niet of ik dan ook de beeldaspecten erbij pak, maar met het tekenen op de computer wil ik wel
door gaan. ik wil dan nog verven gaan combineren met de computer en het werken met wasco. Dit zijn
twee materialen die ik niet gebruikt heb in combinatie met de computer.