Vous êtes sur la page 1sur 14

DE

ISLAM
door
Pieter Van der Elst nr.17 en Ignace Vanceer
nr.16
Klas 1K DMS Diest
Vakleerkracht : Mevr. Beelen
Inhoudstafel
1. Inleiding
2. Wat is Islam ?
3. Het dagelijkse leven
4. Enkele rituelen
5. De dood
6. Feesten
7. Bibliografie
2. Wat is Islam ?
De Islam is één van de vijf wereldgodsdiensten. Hij
is niet genoemd naar één bepaalde persoon, zoals
bij het Christendom. Dat genoemd is naar Jezus
Christus. Of het Boedhisme, dat genoemd is naar
Buddha.
‘Islam’ betekent “ onderwerping of overgave aan
de wil van de enige echte God : Allah ”. Iemand die
deze godsdienst beoefent, wordt Moslim genoemd.
Dit betekent “ gehoorzaam aan God” en ook “
vredelievend ”.
Zoals wij Jezus kennen, zo kennen zij de profeet
Mohammed als verkondiger van het geloof.
Het begin van de Islam loopt gelijk met het begin
van het Christendom. Beiden kennen Noach,
Mozes, Abraham, Jezus en natuurlijk Mohammed.
Mohammed kreeg een boodschap van God : “Er is
geen andere God dan Allah en Mohammed is zijn
profeet.”
De leer die Mohammed kreeg is dezelfde als die
van de profeten van het Oude Testament.
Mohammed voerde verschillende Heilige Oorlogen
tegen de vijanden van Allah.
Na het Christendom is de Islam de meest
verspreide godsdienst ter wereld. Er zijn ongeveer
900 miljoen moslims op de wereld.

3. Het dagelijkse leven.


Moslims eten alleen vlees van dieren die volgens
bepaalde regels geslacht zijn. Varkensvlees en
alcohol zijn verboden voor hen.Moslimvrouwen
moeten zich zedig kleren. In sommige groepen
dragen de vrouwen een sluier of een hoofddoek.
Hoe streng de regels zijn, hangt af van de manier
waarop de Koran wordt uitgelegd en verschilt dus
per groep. De Islam verbiedt ook gokken en het
maken van afbeeldingen van mensen of andere
levende wezens. Daarom worden vaak lettertekens
of lijnen en cirkels gebruikt om versieringen aan te
brengen. De moslim kalender wordt berekend
volgens de stand van de maan.
Het grootste religieuze symbool is de Koran. Dit is
te vergelijken met de bijbel. De Koran is het Heilige
Boek waarin de plichten van de Moslims tegenover
God en hun medemensen staan. En ook de
geboden en verboden en de geschiedenis van de
Islam. De uitspraken van Mohammed staan in de
Soenna.
Moslims leven volgens vijf zuilen :
1. Ze spreken in het openbaar de
geloofsbelijdenis uit.
2. Ze bidden vijf keer per dag, met het gezicht
naar Mekka, in de juiste houding.
3. Ze vasten één maand per jaar, de Ramadan.
4. Ze geven geld of voedsel aan de armen.
5. Ze proberen één keer in hun leven naar Mekka
op bedevaart te gaan.

4. Enkele rituelen
Een eerste ritueel is het GEBED. Wanneer de
Moslims bidden, moeten ze eerst zichzelf wassen
volgens een bepaalde volgorde.
Een tweede ritueel is de BESNIJDENIS.
Moslimjongens worden besneden voor ze zeven
jaar oud zijn. Een stukje van de voorhuid van hun
penis wordt weggesneden. Pas dan kunnen ze
echte mannen worden. In Turkije besnijden ze de
jongens op de dag dat Mohammed herdacht wordt.
Ze worden dan speciaal aangekleed.
Jongetjes worden op de zevende dag na hun
geboorte volledig kaal geschoren. Men laat het
haar wegen en het gewicht wordt in zilver aan de
armen gegeven. Men wrijft saffraan op het hoofdje.
De besnijdenis volgt normaal zo snel mogelijk na
de geboorte.

5.De dood
De dood is de afwezigheid van het leven zoals wij
dat op aarde kennen. Het is dus geen
scheppingsvorm. De dood dient om ons de
waarde van het leven te doen beseffen. Voor de
Islam is de dood geen eindpunt. Alles ligt in de
handen van Allah. Hij beslist wie hij meeneemt
naar de hemel of naar de hel.
Na een overlijden wordt het lichaam gewassen
en in een soort doeken gewikkeld. Er wordt
gebeden en het lichaam moet op de juiste wijze
in het graf geplaatst worden.
Het wassen gebeurt heel voorzichtig en volgens
een bepaalde volgorde. Daarna wordt het
lichaam geparfumeerd met oranjebloesemwater.

Het gebed wordt opgezegd door alle aanwezigen,


ook volgens een bepaald ritueel. Eerst zegt men
viermaal ‘ Allah is de grootste’ en daarna volgt
er een smeekbede voor de overledene en de
zegenwensen voor de profeet.
Moslims moeten begraven worden op een
islamitische begraafplaats, de diepte van het
graf is bepaald en men moet een uitholling
maken in de richting van Mekka. De voeten
moeten schuin naar beneden liggen, het gezicht
naar Mekka.

6.Feesten
Het eerste en belangrijkste feest is het
OFFERFEEST. Bij dat feest herdenken de moslims
dat Abraham bereid was om zijn enige zoon aan
God of Allah te offeren. God vroeg hem zijn zoon
te sparen en zond hem een engel met een schaap
als offer. Op het offerfeest slacht elke familie een
schaap op de voorgeschreven manier. Het vlees
wordt verdeeld onder familie, vrienden en de
armen.
Het tweede belangrijke feest is het SUIKERFEEST.
Dit feest wordt op het einde van de Ramadan
( de vastenmaand ) gehouden. Het wordt gevierd
met veel vlees , nieuwe kleren , speelgoed en
snoep. Iedereen dankt Allah en deelt met de
armen. Mensen gaan bij familie op bezoek en
brengen zelfgemaakte zoetigheid mee.
7.Bibliografie
We hebben onze informatie gevonden op :
www.redouan.nl
www.flwi.ugent.be
en ook in :
- Het verhaal van de Islam ( De Morgen, Paul
Lunde )
- Cursus godsdienst ( Katholieke Hogeschool
Leuven, lerarenopleiding )
- Islam ( boek van de vakleerkracht )
Halal en Haram
Wat betekend Halal en Haram ?
Om het heel eenvoudig te zeggen: Wat toegestaan en verboden is in de
islam.

Halal zijn alle dingen die Allah voor de mens heeft goedgekeurd.

Haram zijn alle dingen die Allah voor de mens verboden heeft.

Het gaat hierbij niet om enkel tastbare zaken maar ook om het bijv. het
gedrag van mensen.

De islamitische principes waarop het Halal en het Haram gebaseerd


is:
1. De basis is dat de dingen toegestaan zijn.
2. Iets wettig verklaren en iets verbieden is het alleenrecht van Allah.
3. Halal verbieden en Haram toestaan staat gelijk aan het plegen van
Shirk.
( Shirk - het toekennen van deelgenoten of andere zaken aan Allah)
4. Het verbod van dingen geldt vanwege hun onzuiverheid of
schadelijkheid.
5. Dat wat Halal is, is toereikend, terwijl dat wat Haram is, overbodig is.
6. Alles wat naar het Haram leidt, is zelf ook Haram.
7. Het is verboden om dat wat Halal is, valselijk voor te doen als Haram.
8. Goede bedoelingen maken hetgeen Haram is nog niet acceptabel.
9. Twijfelachtige zaken dienen vermeden te worden.
10. Het Haram is voor iedereen verboden.
11. Nood breekt wet.

1. De basis is dat dingen toegestaan zijn:


Het eerste principe dat door de islam ingesteld werd, is dat de dingen die
Allah geschapen heeft, alsook de opbrengsten ervan voor de mens bedoeld
zijn en dus ook zijn toegestaan.
Niets is Haram behalve wat door een duidelijke en expliciete nas als Haram is
vastgesteld door de wetgever Allah soebhanahoe wa Ta'la.
( nas verwijst naar een Koranvers of een duidelijke authentieke en uitvoerige
soennah)
Hebt gij niet gezien ,
dat Allah alles wat in de hemelen en op de aarde is in uw dienst heeft gesteld
en zijn gunsten rijkelijk aan U heeft geschonken,
zowel uiterlijk als innerlijk ?
(Koran Loekman : 20)

2. Iets wettig verklaren en iets verbieden is het alleenrecht van Allah:


Het tweede principe is dat de islam de bevoegdheid om te bepalen wat Halal en wat Haram is
ingeperkt heeft.
Het heeft het uit handen van de mensen genomen, ongeacht hun religieuze of wereldse positie en
heeft het uitsluitend voor de Heer der mensen gereserveerd.
Noch rabbijnen, noch priesters, koningen of sultans hebben het recht om de dienaren van Allah
iets permanent te verbieden.
Uit Koranverzen en duidelijke hadiths van de profeet Mohammed (vzmh), hebben de
islamitische juristen met zekerheid kunnen vaststellen dat alleen Allah soebhanahoe wa Ta'la het
recht heeft om iets wettig te verklaren of te verbieden, door middel van zijn boek of door middel
van de tong van zijn boodschapper Mohammed (vzmh).
De taak van de jurist gaat niet verder dan uit te leggen wat Allah tot Halal en Haram heeft
verklaard.
...terwijl hij U heeft uitgelegd wat Hij U heeft verboden.
(Koran Al-An'aam : 119)

3. Halal verbieden en Haram toestaan staat gelijk aan het plegen van Shirk:
Hoewel de islam alle mensen vermaant, die op eigen gezag verklaren wat wettig en onwettig is,
is zij nog strenger ten opzichte van diegenen die onjuiste verboden uitroepen, omdat het creëren
van verboden moeilijkheden voor de mensen veroorzaakt, en onterecht beperkt, wat Allah ruim
voor zijn schepselen heeft gemaakt.

4. Het verbod van dingen geldt vanwege hun onzuiverheid of


schadelijkheid:
Allah heeft een aantal zaken verboden verklaard (Haram).
Dit verbod geld voor zaken die onzuiver zijn of schadelijk.
Zo is bijvoorbeeld het nuttigen van alcohol Haram.

Voor alcohol is het overduidelijk wat voor schadelijke gevolgen dit heeft:

- Lichamelijke problemen zoals aantasting van de lever en hersenen.


- Sociale problemen door de verslavende werking: agressie en gebroken
gezinnen door drank.
- Auto-ongevallen door de benevelende werking van alcohol die jaarlijks vele
doden kost.
een aantal andere zaken die vanwege hun onzuiverheid of schadelijkheid
verboden zijn:
- Het eten van varkensvlees
- Het eten van 'dode' dieren. (dieren die niet geslacht zijn maar een
natuurlijke dood zijn gestorven)
- Het gebruik van bedwelmende middelen (drugs)
- Het doen van zaken die schadelijk zijn voor geloof, moraal, eer of voor de
goede manieren in de maatschappij. (bijvoorbeeld prostitutie)

5. Dat wat Halal is, is toereikend, terwijl dat wat Haram is,
overbodig is.
Een van de mooie dingen van de islam is, dat zij alleen maar dat verbiedt
wat onnodig of vervangbaar is, terwijl het alternatieven aandraagt die beter
zijn en een groter gemak en comfort aan de mensen bieden:
Hij heeft het dragen van zijde (voor mannen) verboden, maar heeft hen de
keuze gegeven uit andere materialen zoals wol, linnen en katoen.
Hij heeft overspel, verkrachting en homoseksualiteit verboden, maar heeft
het wettig huwelijk aangemoedigd.
Hij heeft het drinken van bedwelmende dranken verboden, opdat men van
andere heerlijke dranken, die gezond voor lichaam en geest zijn, kan
genieten.
En Hij heeft onzuiver voedsel verboden, maar voor ander gezond voedsel
gezorgd.

Als we alle islamitische verboden overzien, blijkt dat Allah de keuze voor zijn
dienaren in sommige dingen beperkt heeft.
Hij voorziet hen daarnaast echter van een veel groter hoeveelheid weldadige
alternatieven van een zelfde soort.
Want Allah heeft beslist niet de wens om mensen het leven moeilijk,
bekrompen en beperkt te maken.
Integendeel, wat Hij voor hen wenst is gemak, goedheid, leiding en genade:
Allah wenst u te onderrichten en te leiden naar de paden van
degene die voor u waren en u Zijn barmhartigheid te belonen.
Allah is Alwetend en Alwijs.
En Allah wenst zich in barmhartigheid tot u te wenden,
maar zij, die hun lagere begeerte volgen,
wensen dat gij ver zult afdwalen.
Allah wil uw last verlichten,
want de mens is zwak (van aard) geschapen.
(Koran An-Nisa: 26-27)

6. Alles wat naar het Haram leidt, is zelf ook Haram.


Een ander islamitisch principe is, dat als iets verboden is, alles wat ertoe
leidt ook verboden is.
Hiermee heeft de islam om alle wegen die naar het Haram leiden te
blokkeren.

Bijvoorbeeld:

De islam heeft seks buiten het huwelijk verboden.


Het heeft ook alles verboden wat dit aanlokkelijk maakt of wat ertoe leidt,
zoals verleidelijke kleding, privé-afspraakjes en vrijblijvende omgang tussen
mannen en vrouwen, het afschilderen van naaktfiguren, pornografische
lectuur, etc.

In overeenstemming hiermee hebben islamitische juristen het criterium


vastgesteld dat alles wat het Harame bevordert of ertoe leidt, zelf ook Haram
is.
Eenzelfde principe is dat de verbodsovertreding niet beperkt is tot degene
die hem begaat, maar zich uitstrekt tot degenen die hem daarbij geholpen
hebben, mentaal of materieel.
Ieder wordt verantwoordelijk voor zijn eigen deel gehouden.

Bijvoorbeeld:
In het geval van bedwelmende dranken heeft de Profeet (vzmh) niet allen
degene die het drinkt vervloekt, maar ook degene die het geproduceerd
heeft, degene aan wie de prijs betaald is, etc.

Hieruit kunne we de regel afleiden dat alles wat helpt om wat Harams te
doen, zelf Haram is en iedereen die een ander hierbij assisteert, meedeelt in
de zonde ervan.
7. Het is verboden om dat wat Halal is, valselijk voor te doen als
Haram.
Zoals de islam alles verboden heeft wat tot het Harame leidt, heeft het ook
verboden dat men zijn toevlucht neem in de formele wetgeving om wat
Haram is te kunnen doen, door middel van kromme redeneringen en door
Satan geïnspireerde excuses.

De Joden zijn met name voor zulke praktijken berispt.


De Profeet (vzmh) zei: "Handel niet als de Joden die Allah's verboden door
ondeugdelijke excuses, formeel wettig gemaakt hebben"
Dit refereert naar het feit dat Allah de Joden verboden had om op Sabbat
(zaterdag) te jagen.
Om dit verbod te ontwijken groeven zij geulen op vrijdag, zodat de vis er op
zaterdag zou invallen en zij hem op zondag konden vangen.
Degenen die hun toevlucht zoeken in rationalisering en excuses om hun
praktijken te rechtvaardigen, beschouwen zulke handelingen als wettig. Maar
islamitische wetgeleerden beschouwen het als Haram, aangezien het Allah's
doel was hen op Sabbat (zaterdag) te verhinderen te jagen, of het nu direct
of indirect was.

Iets wat Haram is anders noemen of zijn vorm veranderen terwijl de essentie
hetzelfde blijft, is een verderfelijke tactiek, want het veranderen van een
naam of een vorm heeft geen gevolg zolang het ding zelf of de essentie
hetzelfde blijft.
Dus als een aantal mensen nieuwe termen bedenken om met rente te
kunnen omgaan of om alcohol te kunnen consumeren, blijft de zonde van het
omgaan met rente of het consumeren van alcohol bestaan.

8. Goede bedoelingen maken hetgeen Haram is nog niet acceptabel.


In al zijn wetgevingen en morele bevelen legt de islam grote nadruk op de
nobelheid van gevoelens, verhevenheid van doelen en zuiverheid van
bedoelingen.
De Profeet (vzmh) zei: "De daden worden naar intentie beoordeeld en
iedereen wordt naar intentie beloont."
Alle zaken die door een moslim worden gedaan als een daad van aanbidding
van Allah beschouwd en verdienen in het hiernamaals een beloning.

In het geval van het Harame is het anders: het blijft Haram, hoe goed men
het ook bedoelt heeft, hoe loffelijk het streven of hoe eerbaar het doel ook is.
De islam stemt er nooit mee in om een Haram middel voor een hoffelijk doel
te gebruiken.
Er wordt juist op aangedrongen dat niet alleen het doel eerbaar moet zijn,
maar ook de middelen die ervoor gekozen worden.
Als iemand die zich door woeker, valsheid in geschrifte, gokken of op enig
andere ongeoorloofde manier verrijkt en dit geld gebruikt om een moskee te
bouwen, een liefdadigheidsinstituut op te richten of een ander goed werk te
doen, dan zal de schuld van de daad die Haram was niet van hem worden
afgenomen, omdat hij een goed einddoel had.

In de islam hebben goede doelen of goede bedoelingen geen resultaat in het


verminderen van de zondigheid van zaken die Haram zijn.

9. Twijfelachtige zaken dienen vermeden te worden.


Dankzij Allah's genade aan de mensen zijn zij niet in onwetendheid omtrent
het Halal en Haram gebleven.
Hij heeft hen zelfs heel duidelijk gemaakt, wat Halal is en hen uitgelegd wat
Haram is.
In overeenstemming daarmee mag men het Halal doen en moet men het
Harame vermijden, zolang men de keuze hieruit heeft.
Er is echter tussen het duidelijke Halal en het duidelijke Haram een grijs
tussengebied.
Dit is het terrein van hetgeen twijfelachtig is.
Sommige mensen zijn niet in staat om te beslissen of iets Halal of Haram is.
Zulke verwarring kan veroorzaakt worden door een twijfelachtig bewijs of
door twijfel aan de toepasbaarheid van de tekst op een bepaalde
omstandigheid of een specifieke kwestie.
Als het om zulk soort zaken gaat dan rekent de islam het tot de vrome daden
van de moslims om het twijfelachtige te vermijden, opdat men er zeker van
is dat men niets Harams doet.

10. Het Haram is voor iedereen verboden.


In de islamitische Shari'ah (wetgeving) heeft het Harame een universele
toepassing.
Hierbij bestaat er niets dat voor een niet-Arabier verboden is, maar voor een
arabier toegestaan is.
Noch iets dat wat beperkingen aan zwarten oplegt maar aan blanken
toegestaan wordt.
Er bestaan geen klassen met bepaalde privileges of individuen die in de
naam van de godsdienst kunnen doen wat ze willen.
Moslims hebben geen enkel recht om iets voor anderen Haram te maken,
terwijl het voor henzelf Halal is.
Dit zou ook niet kunnen want Allah is waarlijk de Heer van iedereen en de
islamitische Shari'ah geldt voor alle mensen.
Wat Allah heeft toegestaan in de Shari'ah is voor alle mensen wettig en wat
Hij verboden heeft is voor alle mensen tot op de Dag der Opstanding
verboden.

Bijvoorbeeld:
Stelen is even Haram voor moslims als voor niet-moslims.
De straf ervoor is hetzelfde, ongeacht de familie en de afkomst van de dief.

11. Nood breekt wet.


Hoewel de islam het aantal verboden zaken beperkt heeft, is het
tegelijkertijd heel streng in het voorkomen van verbodsovertredingen.
Het heeft daarom de weg geblokkeerd die openlijk of verborgen tot deze
verboden leidt.
Dus wat tot het Harame leidt is zelf Haram.
Datgene wat meewerkt aan het Harame is zelf Haram.
Kromme redeneringen om zich met het Harame in te laten is Haram.

Maar tegelijkertijd is de islam noch blind voor de noden en het belang van
het leven, noch voor de menselijke zwakheid om het te verdragen.
Het wordt de moslim toegestaan om in geval van nood verboden voedsel te
eten in die hoeveelheden die voldoende zijn om hem te doen overleven en
hem van de dood te redden.
In deze context wordt, na het opnoemen van het verboden voedsel, te weten
dode dieren, bloed en varkensvlees, door Allah wa Ta'ala gezegd:
Maar hij,
die gedwongen is en dit niet wenst en geen overtreder is,
op hem rust geen zonde.
Want Allah is Vergevingsgezind, Genadevol.

(Koran Al-Bakara :173)

Vous aimerez peut-être aussi