L’insecte du mois - Het insect van de maand
Wie ben ik?
Dageraadzandbij
Andrena nycthemera
Wist je dat?
Zandbijen zijn het soortenrijkste
bijengenus in onze contreien. Ze
graven allemaal hun eigen nestgang
in de grond, soms in kolonies, maar
toch heeft elk dier zijn eigen nest.
Het zijn dus geen sociale bijen, zoals
hommels.
espèce sociale comme les bourdons,
Avec le soutien du Fonds Européen
de Développement Régional
Qui suis-je?
© Henk Wallays
Andrène nocturne
Le saviez-vous ?
Les Andrènes sont les espèces
d’abeilles sauvages les plus
diversifiées dans nos régions. Elles
creusent toutes leur terrier dans le
sol, parfois en bourgade, mais en
conservant toujours chacune leur
nid. Il ne s’agit donc pas d’une
d’où le vocable d’abeille solitaire.
www.sapoll.eu
Maart 2019 - Mars 2019
De Dageraadzandbij is een beetje de
zwaluw onder de zandbijen. Het is een
zeldzame soort die slechts lokaal
voorkomt. Ze verzamelt enkel stuifmeel
van wilgen als voedsel voor de larven en
nestelt enkel in zandige steilwandjes.
Waar de soort voorkomt kan ze lokaal
grote kolonies vormen waarbij veel
nesten dicht bij elkaar liggen. De
Dageraadzandbij heeft wat weg van de
Grijze zandbij, waarmee ze vaak
gemengde kolonies vormt, maar die
heeft een borststuk dat eerder grijs
behaard is dan bruin.
Wanneer kan je me zien?
De Dageraadzandbij is al vroeg in het
seizoen actief, vanaf eind februari,
wanneer de dagen nog kort zijn. Om
voldoende stuifmeel te kunnen
verzamelen moet ze soms vliegen vanaf
het ochtendgloren tot zonsondergang
(vandaar de naam!). De
activiteitsperiode eindigt midden april.
Gezien de soort slechts één generatie
per jaar kent is het wachten tot het
volgend voorjaar voor de nieuwe
generatie bijen.
Met steun van het Europees Fonds
voor Regionale Ontwikkeling
C’est un peu l’hirondelle de rivage
des andrènes! L’Andrène nocturne est
une abeille solitaire rare et localisée. Elle
ne collecte que le pollen des saules pour
nourrir sa progéniture et choisit des
parois verticales sablonneuses proches
de l’eau pour creuser son nid.
Lorsqu’elle est présente, la population
peut-être très abondante et les nids très
proches. Elle ressemble à l’Andrène
vague qui est très souvent présente à
ses côtés mais son duvet sur son thorax
est plus brun que gris.
Quand m’observer ?
L’Andrène nocturne est active très
tôt dans la saison, dès fin février, lorsque
les journées sont encore courtes. Pour
optimiser sa collecte de pollen, elle doit
parfois voler dès les premiers rayons du
soleil ou lors de son coucher (d’où son
nom!). Sa période d’activité se termine
dès mi-avril. Il faut alors attendre l’année
suivante pour la revoir puisqu’elle n’a
qu’une seule génération par an.