Académique Documents
Professionnel Documents
Culture Documents
depuis 1946
Depuis plus de 70 ans, Bergère de France partage avec ses client(e)s sa passion du tricot et du crochet.
Au cœur de la filature en Lorraine, les équipes mêlent les matières et les couleurs pour créer
des fils uniques. Tous les ans, plus de 8 millions de pelotes sont fabriquées dans plus de 50 qualités
et plusieurs centaines de teintes. De nouveaux modèles sont imaginés à chaque saison pour répondre
au plus près aux attentes des passionnées des arts du fil.
La laine
- fabriquée en France -
AU CŒUR DE LA LORRAINE
www.bergeredefrance.fr
Q U A L I F I É E
22
PULL TORSADÉ
Qualité :
BERGEREINE Tailles 6 mois 12 mois 18 mois 24 mois
Qualité BERGERREINE Nombre de pelotes
Aiguilles :
n° 3,5 et 4 Ciel 20029 3 4 5 5
Accessoires :
2 boutons cœur turquoise réf. 50134 (lot de 6)
1 aig. à torsades
25-27-29-30 15-16-16-17
DOS-DEVANT MANCHE
Mesures en cm
Epaules :
Epaule gauche :
A 26 -29 -31-33 cm (76 -84-88-96 rgs) de hauteur
totale, rabattre à droite comme au dos.
Epaule droite :
SCHÉMA
A 27-30 -32-34 cm (78-86 -90 -98 rgs) de hauteur
totale, rabattre à gauche comme au dos.
Col
MANCHES :
Monter 33-35-35-37 m. aig. n° 3,5. Tricoter 2 cm
(6 rgs) côtes 1/1 en augmentant 1 m. au dernier rg Patte d'épaule
(= 34-36 -36 -38 m.).
Continuer jersey endroit aig. n° 4 en augmentant
de chaque côté à 2 m. du bord :
= boutonnière
6 mois : 2 x 1 m. tous les 8 rgs, 3 x 1 m. tous
les 6 rgs.
12 mois : 3 x 1 m. tous les 8 rgs, 3 x 1 m. tous
les 6 rgs.
18 mois : 3 x 1 m. tous les 8 rgs, 4 x 1 m. tous
les 6 rgs.
24 mois : 5 x 1 m. tous les 8 rgs, 2 x 1 m. tous
les 6 rgs.
Puis, continuer sur les 44-48-50 -52 m. obtenues.
A 17-20 -22-24 cm (48-56 -62-68 rgs) de hauteur
totale, former l’arrondi en rabattant de chaque
côté tous les 2 rgs 4 x 2 m., 2 x 3 m. et les 16 -20 -
22-24 m. restantes.
COL :
Monter 61-63-65-65 m. aig. n° 3,5. Tricoter 5 rgs
côtes 1/1 et laisser les m. en attente.
FINITIONS :
Assembler l’épaule droite.
Poser au point de mailles une patte au bord
de chaque épaule gauche.
Poser au point de mailles le col au bord
de l’encolure.
Coudre l’arrondi des manches au bord
des emmanchures en superposant la patte du
devant gauche sur celle du dos.
Faire les coutures des manches et des côtés
du pull.
Former 2 boutonnières sans couper les fils
(voir pages conseils) : Voir emplacement sur
le schéma.
Coudre les boutons.
I N T E R M E D I AT E
22
CABLE SWEATER
Quality:
BERGEREINE Sizzes 6 mths 12 mths 18 mths 24 mths
Quality BERGERREINE Number of balls
Knitting needle
size: Ciel 20029 3 4 5 5
3.5 mm & 4.0 mm
Accessories:
1 cable needle (cn)
2 turquoise heart buttons ref. 50134 (pk of 6)
SLEEVES:
Using 3.5 mm needles CO 33-35-35-37 sts.
Work in 1/1 rib as for Back for 2 cm (¾ in) [6 rows],
but inc 1 st on the final row (=34-36 -36 -38 sts).
Change to 4.0 mm needles & starting with a knit
row cont in St St for 8 rows.
Next row (RS – inc): k2, inc 1, work to last 2 sts,
inc 1, k2.
Rep this inc on every foll 8th row 1-2-2-4 more
times, then on every foll 6th row 3-3-4-2 times.
Cont on the 44-48-50 -52 sts obtained until work
measures 17-20 -22-24 cm (6¾-8-8½ -9½ in)
[48-56 -62-68 rows] total.
Shape the shoulder by casting off at the beg of
every row as foll: 2 sts 8 times, 3 sts 4 times & the
rem 16 -20 -22-24 sts.
NECKBAND:
Using 3.5 mm needles CO 61-63-65-65 sts.
Work in 1/1 rib for 5 rows then leave on a spare
needle.
FINISHING:
Join right shoulder seams.
Graft the shoulder border along each edge of the
left shoulder. See ‘Grafting a Border’ in Knitting:
Stitches/Techniques/Tips.
Graft the neckband around the neck.
Sew the sleeves into the armholes placing the left
front shoulder border on top of the back border.
Sew the side & sleeve seams.
Make 2 buttonholes without cutting the yarn (see
“Knitting: Stitches/Techniques/Tips”): See the
position on the diagram.
Sew on the buttons.
Secure & weave in all ends.
G E V O R D E R D E
22
KABELTRUI
Kwaliteit :
BERGEREINE Maten 6 mnd 12 mnd 18 mnd 24 mnd
Kwaliteit BERGERREINE Aantal bollen
Breinaalden :
Nr. 3,5 en 4 Ciel 20029 3 4 5 5
Fournituren :
1 kabelnld.
2 turquoise hartjes knopen, artikelnr. 50134 (pakje van 6)
• Proeflapje 1
1
Voor het slagen van uw model is het belangrijk 2-3-3-3
om het proeflapje te breien (zie «Het onmisbare 28 8-8-8-9
4
proeflapje» in de eerste bladzijden van de 31 20-22-23-24
beschrijvingen). 33 14-16 15-18
Een vierkant van 10 cm in rechte tricotsteek 35 18-19 20-22
= 21 st. en 28 nld.
2 2
25-27-29-30 15-16-16-17
RUG- en VOORPAND MOUW
afmetingen en cm
Hals :
Op 24-26 -28-30 cm (68-74-80 -86 nld.) totale
hoogte de middelste 13-13-15-15 st. afkanten,
elke kant apart verder breien en hierbij aan de
halskant elke 2e nld. 1 x 3 st., 1 x 2 st. en 1 x 1
st. afkanten. SCHEMA
Schouders :
Linkerschouder : Halsbies
Op 26 -29 -31-33 cm (76 -84-88-96 nld.) totale
hoogte rechts afkanten als voor het rugpand.
Rechterschouder : Schouderbies
Op 27-30 -32-34 cm (78-86 -90 -98 nld.) totale
hoogte links afkanten als voor het rugpand.
= knoopsgat
MOUWEN :
33-35 -35 -37 st. met nld. nr. 3,5 opzetten, 2 cm
(6 nld.) boordsteek 1/1 breien en hierbij in de 1e
nld. 1 st. meerderen (= 34-36 -36 -38 st.).
Verder breien met nld. nr. 4 in rechte tricotsteek
en hierbij aan beide kanten op 2 st. uit de kant
meerderen voor :
6 mnd.: 2 x 1 st. elke 8e nld. en 3 x 1 st. elke
6e nld.
12 mnd.: 3 x 1 st. elke 8e nld. en 3 x 1 st. elke
6e nld.
18 mnd.: 3 x 1 st. elke 8e nld. en 4 x 1 st. elke
6e nld.
24 mnd.: 5 x 1 st. elke 8e nld. en 2 x 1 st. elke
6e nld.
Dan verder breien over de verkregen 44-48-50 -
52 st.
Op 17-20 -22-24 cm (48-56 -62-68 nld.) totale
hoogte voor de mouwkop aan beide kanten elke
2e nld. 4 x 2 st., 2 x 3 st. en de overige 16 -20 -22-
24 st. afkanten.
SCHOUDERBIEZEN (2) :
13-15 -15 -17 st. met nld. nr. 3,5 opzetten,
5 nld. boordsteek 1/1 breien en dan de st. laten
wachten.
HALSBIES :
61- 63- 65 - 65 st. met nld. nr. 3,5 opzetten,
5 nld. boordsteek 1/1 breien en dan de st. laten
wachten.
AFWERKING :
De rechterschouder aan elkaar naaien.
Met de stiksteek een bies langs elke
linkerschouder naaien.
De bies met de stiksteek langs de hals naaien.
De mouwkoppen langs de armsgaten naaien en
hierbij de linkerschouderbies van het voorpand
op die van het rugpand plaatsen.
De mouw- en zijnaden van de trui sluiten.
Twee knoopsgaten vormen zonder de draden
door te knippen (zie «Breien : Steken/Technieken/
Kneepjes») : zie plaats op het schema.